Scootertheorie

3 belangrijke uitingen van luchtvervuiling:
Verzuring ( word gevormd door ammoniak – stikstofoxiden en zwaveloxiden
Smogvorming
Broeikaseffect

30% wel een last van verkeerslawaai

RVV=Reglement Verkeersregels en Verkeertekens hierin staan alle regels
Fiets en bromfiets valt niet onder regels motorvoertuigen
Motorvoertuigen: alle gemotoriseerde voertuigen behalve bromfietsen en gehandicaptenvoertuigen, bestemd om anders dan langs rails te worden bewogen
Bromfiets: een voertuig op twee of drie wielen, met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van niet meer dan 45km/h, uitgerust met een verbrandingsmotor met een cilinder inhoud van ten hoogste 50 cc of met een elektromotor, en niet zijnde een gehandicaptenvoertuig

Snorfiets: een snorfiets is in feite een bromfiets met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van 25km/h. de snorfiets is te onderscheiden van de bromfiets door de kleur van het kenteken. Ook hoef je op een snorfiets geen helm te dragen

Onder invloed rijden krijg je zelfde straf voor als op een motor
Voordelen aanschaf bromfiets:
-    Brommen is veel sneller dan lopen en of fietsen
-    In tegenstelling tot het openbaar vervoer hoef je nooit te wachten
-    Een bromfiets is goedkoper in het gebruik dan een auto of motor
-    Een bromfiets is lekker sportief
-    Bromfiets minder schadelijk milieu dan bv. Auto
-    Bromfiets neemt weinig ruimte in met parkeren
-    Je hoeft geen wegenbelasting te betalen

Nadelen:
-    Bromfiets heel onveilig
-    Erg gevoelig voor slechte weersomstandigheden
-    Grote milieu vervuiler
-    Je kan beperkte bagage meenemen
-    Zorgt voor geluidsoverlast
-    Je kan maar 1 passagier meenemen
-    De verplichte valhelm is niet altijd even handig op te bergen
-    Je betaald een hoge verzekeringspremie


Technische eisen:
-    Moet een goedgekeurd type of exemplaar zijn en voorzien van een leesbaar goedkeurmerk
-    De cilinderinhoud mag ten hoogste 50m3 bedragen
-    De door constructie bepaalde snelheid mag niet hoger zijn dan 45km/h
-    Het brandstofsysteem mag geen lekkage vertonen en de opvulling moet zijn afgesloten met een passende tankdop
-    Het uitlaatsysteem moet over de volle lengte geluidsdicht zijn
-    Het uitlaatsysteem mag geen hogere geluidsniveau produceren dan 97dB en snorfiets 90dB
-    Banden voldoende profilering ( luchtbanden)
-    Goeie remmen tenminste 4.0m/s2
-    Minimaal voorzien van 1 of 2 rode achterlichten en een niet-driehoekige rode reflector aan de achterkant
-    Niet voorzien van verblindende verlichting
-    Voorzien van goede bel of hoorn met vaste toonhoogte
Volgende types bromfietsen:
Bromfiets met versnelling – bromfiets met automatische koppeling – scooterachtige bromfiets( vrijwel altijd automatisch)

Kenteken bewijs zal uit volgende delen bestaan:

Deel 1A: hierop staan de technische gegevens van je bromfiets/snorfiets
Deel 1B: hierop staan jouw persoonsgegevens
Deel 2: het overschrijvingsbewijs

Kenteken bewijs aanvragen:
1.    Naar bromfiets erkende dealer om een schouwing te laten uitvoeren. Technische gegevens worden op papier gezet zoals: merk , handelsbenaming, identificatie nummer, motornummer en type goedkeuringsnummer( soms steekproef iemand van RDW controleert het dan)
2.    Met de papieren en je geldige identificatiebewijs naar postkantoor
3.    Zodra RDW bekeken heeft of het klopt krijg je het thuis toegestuurd. Nu met deel 1A en 1B en geldig identificatie bewijs naar bedrijf om je kentekenplaat te laten maken. En direct te laten monteren
4.    Je verzekeringsmaatschappij moet zo snel mogelijk weten wat kenteken van je bromfiets is

Verzekeringen:
WA-verzekering en allriskverzekering

Het is verstandig o lichte kleren te dragen op bromfiets omdat ze overdag en ‘s nachts slecht te zien zijn
Valhelm verplicht sinds 1februari 1975
-    deze moet op de juiste manier worden onderhouden
-    Voorzien zijn van goedkeuringsmerk
-    Juiste pasvorm hebben

Goedkeuringsmerk is herkenbaar aan een wit of oranje label met daarop een omcirkelde E gevolg door een cijfer( voor Nederland is dat een 4) dit nummer geeft aan volgens welke norm de helm is goed gekeurd

Pasvorm:
-    Maat moet overeenkomen met het aantal centimeters omtrek hoofd, gemeten ter hoogte van de wenkbrauwen.
-    Op het achterhoofd moet de helm tot aan het ‘knobbeltje’ doorlopen zonder dat bij het achteroverbuigen van het hoofd de harde helmschaal de nek of rug raakt
-    Rondom hoofd goed aansluiten zonder te knellen
-    Wanneer kinband gesloten is( bandje terug steken) mag de band niet of nauwelijks verschuiven.
Onderhoud valhelm
-    Niet verven of schoonmaken met bijtende chemische middelen zoals acceton en thinner. Deze stoffen kunnen agressief inwerken op de kunststof, waardoor de helm zwakker wordt en  onvoldoende bescherming biedt bij een ongeval. Dat zwakker worden kun je niet zien met het oog, hij lijkt even sterk
-    Stickers opplakken mag niet op de stickers zit lijm die de helm aantast
-    Na ongeluk waarbij helm een klap heeft opgevangen moet je de helm vervangen. De binnenschaal kan door de klap gedeukt zijn waardoor hij bij een volgende klap niet goed genoegen bescherming biedt.
-    Het vizier van de helm mag niet bekrast zijn, dit vermindert het zicht. Reinig het vizier altijd met schoon water en zachte doen teer voorkoming krassen
-    Kapotte onderdelen zoals kapotte scharnier, gekrast vizier, lamme sluiting kunnen op belangrijke momenten een storende factor zijn zodat je wordt afgeleid en daardoor een ongeval kunt veroorzaken


Als je een rit gaat maken is het belangrijk om bij bepalen van een route te letten op de volgende zaken:
-    Toestand van weg
-    Weersituatie
-    Tijdstip van vertrek en routekeuze

Toestand weg:
-    Een tractor kan modderspoor achterlaten op de weg
-    (natte) bladeren kunnen het wegdek verraderlijk glad maken
-    Rubbersporen in bepaalde gedeelten van bochten
-    Spoorvorming
-    Tekens op het wegdek die glad zijn
-    Tram- of treinrails waar je met de wielen in kunt blijven steken of die glad zijn
-    Putdeksels van gietijzer die glad zijn
-    Let ook op verschillende soorten wegdek
-    Grind, zand,kinderkopjes,asfalt,beton,trottoirtegels op de bromfietspaden
Luchtcondities: als zicht beperkt is hou dan rekening met
-    Rijden tijdens de overgang van dag naar nacht is vooral gevaarlijk, doordat sommige bestuurders dan nog geen verlichting voeren

-    Je gezichtsvermogen is bij duister minder omdat je ogen zich moeten aanpassen aan de wisselende omstandigheden
-    Bij nacht of slecht zicht moet je rekening houden met fietsen/bromfietsers die geen licht voeren
-    Ook gebeurt vaak dat automobilisten wegrijden zonder verlichting omdat ze in een goed verlichte straat wegrijden, hierdoor komen ze er pas later achter dat ze hun licht niet aanhebben
Weercondities:
-    Als het weer extreem slecht(extreem glad enz.) is kun je de rit met de brommer beter uitstellen totdat de weersituatie verbeterd is
-    Als de zon laag staat, kun je verblind worden en zie je andere verkeer te laat. Een zonnebril kan uitkomst bieden
-    Na langdurige droogt ontstaat na regen een dunne gladde laag op het wegdek. Door eht nat geworden zand en stof e.d. gaat de grip met het wegdek verloren
-    Afgezien van maanden juni juli is kans op mist groot dat betekent dat je je snelheid moet aanpassen aan het zicht dat je hebt
-    Op glad wegdek kunnen je wielen gemakkelijk doorslippen. Bij het wegrijden en maken van bochten of bij het remmen kunnen de wielen gemakkelijk blokkeren. Hierdoor wordt de scooter onbestuurbaar. Dit betekent dat je je snelheid langzaam moet afbouwen.
-    Als het wegdek nat is , zijn met name strepen op het wegdek glad en worden de remschijven meestal nat. Eerst moeten de remschijven droog geremd worden voordat effectief geremd kan worden. Daar komt nog  bij wrijving op een nat wegdek minder is, waardoor de remweg langer wordt. Begin dus eerder met remmen
-    Bij sneeuwval extra goed opletten want dan werken de dynamo’s van fietsers meestal niet goed

-    In de winter kan laagstaande zon in combinatie met vochtige wegdek zorgen voor hinderlijke schittering
-    Bij sneeuw en hagel zijn verkeerstekens minder goed zichtbaar, met name de tekens op het wegdek. Om deze redenen zijn er verkeersborden met verschillende vormen
-    Auto’s hebben vaak last van beslagen ramen en kunnen jouw ook minder goed zien
-    Als het hard waait moet je oppassen. Soms leun je als het ware tegen de gebouw kun je een flinke stuurbeweging verwachten. Levensgevaarlijk voor jezelf en andere weggebruikers

Duopassagiers:
De amazonezit(beide benen aan 1 kant) is verboden. De voeten van de passagier moeten aan weerszijden van de bromfiets rusten op de voetsteunen, en hij is verplicht een goede passende helm te dragen. Zowel de bestuurder als de passagier(vanaf 12 jaar) moet en helm op

De wettelijke alcohol promillage is 0.2 88mg per uitgeademde adem

Verkeer zijn alle weggebruikers. Weggebruikers zijn alle personen die gebruik maken van de weg dit zijn: voetgangers,bromfietsen,fietsers,bestuurders van gehandicaptenwagen,motorvoertuigen enz.
Bestuurders: zijn alle weggebruikers behalve de voetganger
Voetganger: alle personen die zich lopen voortbewegen in het verkeer
Voertuigen: zijn fietsen, brom en snor fietsen, brom mobielen enz.
Motorvoertuigen: zijn alle gemotoriseerde voertuigen behalve bromfietsen , fietsen met trapondersteuning en gehandicaptenvoertuigen.
Brombakfiets: een bromfiets op 3 symmetrische geplaatste wielen met 2 voorwielen


Plaats op de weg
Als bestuurder van een brommobiel moet u de rijbaan volgen. Het is niet toegestaan om het fietspad, fiets-/bromfietspad en fietsstroken te rijden. Ook als het buiten de bebouwde kom een BOF( bromfietsers op het fiets-/bromfietspad) bord is geplaatst blijft u de rijbaan volgen
Ook het onverplichte fietspad is verboden terrein voor brommobilist
De plaats op de rijbaan is zo ver mogelijk rechts
Maximum snelheid
Binnen als buiten de bebouwde kom 45km/H
Overwegen
Een overweg pas worden opgegaan, als direct kan worden doorgegaan en de overweg geheel kan worden vrijgemaakt. Bij overwegen moet u een spoorvoertuig voor laten gaan en u moet daarbij de overweg geheel vrij laten
Rotonde
Als een bestuurder van een brommobiel mag u vlak voor of op een rotonde rechts inhalen
Gebruik van auto(snel)wegen
Een brommobiel volgt de regels voor motorvoertuigen echter zij mogen geen gebruik maken van een autoweg of een autosnelweg. Een autosnelweg mag alleen worden gebruikt door motorvoertuigen van tenminste een snelheid van 60km/h. een opgevoerde brommobiel waarmee 70km.h gereden kan worden, mag dus geen gebruik maken van een auto(snel) weg. Deze brommobiel kan wel sneller dan 50km/h maar mag het niet
Verkeersborden belangrijk voor brommobielisten:

C6 – c8 – c9 – c10 – c12 – c13 tot c 16  f1 en f2
Kijk boek bladzijde 44

Snelheidsregeling
Binnen de bebouwde kom op het fiets-/bromfietspad mogen bromfietsers niet sneller rijden dan 30km/h. buiten de bebouwde kom op het fiets-/bromfietspad mogen bromfietsers niet sneller rijden dan 40km/h. bromfietsers mogen op de rijbaan zowel binnen als buiten de bebouwde kom 45km/h
Snorfietsers mogen zowel binnen als buiten de bebouwde kom niet sneller dan 25km/h
Nadersnelheid
Als je op een de bromfiets een kruispunt nadert moet je altijd je nadersnelheid aanpassen. Dat wil zeggen dat je iets langzamer gaat rijden als je een kruispunt nadert. Belangrijk is dat je altijd op tijd stil kunt staan. Uit je nadersnelheid moet voor andere weggebruikers op te maken zijn wat je van plan bent te gaan doen. Als je een voetgangersoversteekplaats nadert moet je ook je nadersnelheid aanpassen. Voetgangers die oversteken of op het punt staan moet je altijd voor laten gaan.

Op de wegen binnen de bebouwde kom zijn verkeerssituatie over het algemeen ingewikkeld
Buiten de bebouwde kom rijden bromfietsers vaak op de fiets-/bromfietspaden. Er kunnen drie soorten 80km/h wegen worden onderscheiden
Provinciale wegen met aan 1 kant of beide kanten een parallelweg, bedoeld voor voetgangers, fietsers,snorfietsers,bestuurders van gehandicaptenvoertuigen, landbouwverkeer en bestemmingsverkeer. Bromfietsers rijden hier dus op de parallelweg. Deze wegen lopen vaak door en vlak langs dorpen
Provinciale wegen met aan de kant of beide kanten een fiets-/bromfietspad bedoeld voor voetgangers, fietsers,snorfietsers, bromfietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen

Plattelandswegen wegen zonder fiets-/bromfietspad of parallelweg en bedoeld voor alle soorten verkeer. Op deze wegen kan de bromfietser alle soorten verkeer tegenkomen.

Erven
Binnen erven gelden afwijkende regels. De toegestane snelheid binnen erven is stapvoets, dat wil zeggen niet sneller dan 15km/h. voetgangers mogen hier gebruik maken van de hele breedte van de weg, ze hebben echter geen voorrang. Het moet een samenspel onderling zijn. In erven moet je altijd extra voorzichtig rijden en letten op kleine kinderen die op straten spelen
30km/h zones
In deze zone is de maximumsnelheid 30km/h. deze snelheid wordt aangegeven met een verkeersbord
Bruggen, tunnels en viaducten
Een brug of een viaduct is een ongelijkvloers kruispunt, dat je geen last hebt van kruisend verkeer
Overwegen
Als een weg kruist met een railweg is er sprake van een overweg.
Beveiligd met lichten en alarmbellen- met halve overwegbomen lichten en alarmbellen- met hele overwegbomen, lichten en alarmbellen
Bebakeningen
Op de wegen buiten en soms ook binnen de bebouwde kom wordt door bakens en waarschuwingsborden aangegeven, dat je een overweg of tramkruising nadert. Aan de bakens kan je de afstand zien  eerste 240m tweede 160m derde 80m
Het eerste baken geeft aan wat voor overweg met overwegbomen of overweg zonder overwegbomen nadert

Plaats op de weg
Zoveel mogelijk rechts. Is het voor jou op de rijbaan niet veilig is dan wordt je verplicht om gebruik te maken van een fiets-/bromfietspad
1.    Op wegen die bestaan uit 2 gelijkwaardige, gescheiden rijbanen, moeten bromfietsers de rechtsgelegen baan volgen
2.    Op wegen die bestaan uit twee niet gelijkwaardige, gescheiden rijbanen, mogen bromfietsers beide rijbanen in beide richtingen volgen(tenzij uit borden anders blijkt)
3.    Als er weerzijden van een gracht of kanaal wegen liggen, mogen bromfietsers in beide richtingen rijden

Fietspaden
Waar mogen bromfietsers wel rijden? In dit geval moeten we onderscheid maken tussen snorfietsers en bromfietsers. Er zijn drie typen fietspaden
-    Fiets-/bromfietspad
-    Verplichts fietspad
-    Onverplicht fietspad
Fiets-/bromfietspad
bromfietsers moeten in dit geval, net als snorfietsers en fietsers gebruik maken van het fiets-bromfietspad. Bromfietsers mogen niet naast elkaar rijden, snorfietsers mogen ook niet naast elkaar rijden, fietsers mogen wel naast elkaar fietsen. Als bromfietser moet je rekening houden met het langzamere verkeer op het fiets-bromfietspad
Wanneer bromfietsers op de rijbaan moeten gaan rijden vanaf het fiets-bromfietspad worden zij daar attent op gemaakt door het witte bordje met de rode bromfiets en een rode pijl richting de rijbaan, met daarbij het bord g12b zodra een bromfiets van het bromfietspad moet gebruik gaan maken inplaats de weg wordt hij ook hier op aangewezen.


Op 70km/h uur wegen mogen bromfietsers geen gebruik maken van de weg, zij moeten gebruik maken van het fiets/-bromfietspad, als dit niet aanwezig is moeten zij net als de fietsers een andere route kiezen
OFOS( opgeblazen fiets opstel strook) deze mogen bromfietsers niet gebruiken. Dat is een breed stuk fietsstrook met omlijning en de afbeelding van een fiets erin. Deze OFOS is voor het sorteervak gemaakt voor fiets en snorfietsers die links af willen slaan. De bromfietser die linksaf gaat moet zijn bocht zo ruim nemen dat hij na de bocht tijdig ongeveer in het midden van de rijstrook uitkomt

Inhalen moet links!
Wanneer moet je rechts inhalen?
Je moet de bestuurder rechts inhalen als hij te kennen geeft dat hij linksaf wil gaan en daarvoor reeds heeft voorgesorteerd
Wanneer mag je rechts inhalen??
Vlak voor de rotonde of op de rotonde mag je rechts inhalen

Voorrang verlenen
De algemene regel duidt dat bestuurders op kruispunten van gelijkwaardige wegen voorrang verlenen aan voor hen van rechts komende bestuurders

Er wordt pas gesproken van voorrang verlenen als er sprake is van bestuurders die elkaar van verschillende wegen naderen. Er wordt dus niet over voorrang gesproken als er voetgangers in het spel zijn
1.    Je mag nooit voorrang nemen; voorrang is altijd een kwestie van krijgen of verlenen
2.    Jezelf voorspelbaar gedragen

Op voorrangswegen hebben alle bestuurders voorrang op bestuurders die de voorrangsweg van links of rechts naderen. Als je op een voorrangsweg rijdt, behoor je dus voorrang te krijgen van alle bestuurders die van rechts of links naderen. Dit geld niet alleen op voorrangswegen maar ook op voorrangskruispunten. let op! Deze borden gelden alleen voor het kruispunt waar ze bij staan hierna kun je misschien weer een gelijkwaardige kruispunt verwachten.
Dat je een voorrangsweg/kruispunt nadert kun je zien aan de haaientanden op de weg of de driehoekige voorrangsborden
Bestuurders van onverharde weg verlenen voorrang aan bestuurders van verharde weg
In erven geld dat alle bromfietsers aan alle bestuurders van rechts voorrang moeten verlenen
Rechtsdoorgaand verkeer op dezelfde weg gaat voor afslaande bestuurders, bestuurders die afslaan moeten verkeer dat hen op dezelfde weg tegemoet komt of dat zich op dezelfde weg zich naast dan wel links of rechts dicht achter hen bevindt, voor laten gaan. Dit wil zeggen dat als je bijvoorbeeld op een fiets-bromfietspad rechtdoor gaat, niet gehinderd mag worden door auto’s en vrachtauto’s, fietsers en bromfietsers die van dezelfde weg afslaan
Dit is behalve voor trams en een militaire colonne als het eerste voertuig is gepasseerd mag je de colonne niet afsnijden

Stilstaan mag niet op:
-    Een kruispunt of overweg
-    Op een fietsstrook of op de rijbaan naast een fietsstrook
-    Op een oversteekplaats of binnen een afstand van vijf meter daarvan
-    In een tunnel
-    Bij een bord bushalte ter hoogte van de geblokte markering dan wel, ingeval de markering niet is aangebracht, op een afstand van 12 meter van het bord. Dit geld niet voor het onmiddellijk laten op- of afstappen van passagiers
-    Op de rijbaan langs een busstrook

-    Langs een gele doorgetrokken streep
-    Op een busstrook
Bromfietsen worden geplaatst p het trottoir, voetpad of in de berm of andere aangewezen plaatsen bijvoorbeeld een fietsenstalling
niet parkeren  hier op het trottoir, voetpad of in de berm

Zwakke deelnemers zijn jongere en oudere voetgangers en fietsers
Blz 97