Hoofdstuk 2:De tijd van Grieken en Romeinen
§1 Vanaf 600 v.C. gingen filosofen rationeel(met hun verstand) denken. Zo ontstond de wetenschap. Goden speelden hierin geen rol meer. De belangrijkste Griekse filosofen uit de klassieke oudheid waren Socrates, Plato en Aristoteles(SPA). Griekenland bestond uit poleis(stadsstaten) die allemaal hun eigen wetten, leger, munten enz. hadden. Bij een monarchie is in een staat een koning de baas. Bij een aristocratie zijn rijke mensen een geestelijken de baas. Bij een olarchie is een rijke familie of een rijke groep mensen de baas. Bij een democratie is het volk de baas. Bij een tirannie is een tiran de baas. In 507 v.C. werd Athene de eerste Democratie. In 510 v.C. joeg Cleisthenes de laatste tiran de stad uit. Van 431 t/m 404 v.C. was de Peloponnesische oorlog tussen Athene en Sparta(Democratie vs Aristocratie). In 338 v.C. kwam er een einde aan de democratie.
§2 Vanaf 500 v.C. werd Rome een stadsstaat en veranderde toen van een monarchie in een republiek en werd bestuurd door de senaat. In 264 v.C. begon de expansie buiten Italië. Er braken burgeroorlogen uit tussen populaire en machtige generaals. In 48 v.C. werd Caesar alleenheerser en liet zich benoemen tot dictator. Daarna stichtte zijn achterneef Octavianus het Romeinse keizerrijk en noemde zichzelf caesar(=keizer). Ook kreeg hij de titel Augustus(=verhevene). In 106 n.C. had het imperium zijn grootste omvang. Bij de Romeinen waren militaire kwaliteiten belangrijk. Vanaf de 6e eeuw v.C. namen ze de Griekse strijdwijze als voorbeeld. De Romeinen respecteerden de culturen en godsdiensten van de overwonnen volkeren. In het rijk heerste lange tijd rust en vrede(Pax Romana). Omdat de Romeinen onder de indruk waren van de cultuur van de Grieken, namen ze veel van hen over, zoals het verhaal van Aeneas. Volgens Romeinse schrijvers stichtten zijn nakomelingen de stad Rome. De volken die in het westen de Romeinse taal en cultuur overnamen wordt romanisering genoemd.
§3 De Griekse beeldhouwkunst was driedimensionaal, anatomisch correct, naakt en geperfectioneerd. De Romeinse beeldhouwkunst was driedimensionaal, anatomisch correct, gekleed en realistisch. In de bouwkunst namen de Grieken de zuilen uit Egypte over. Vanaf de 7e eeuw v.C. bouwden ze in de dorische stijl(strakke lijnen en simpele versiering). Later kwam de ionische stijl(smaller en meer versiering). Daarna kwam de korintische stijl(veel versiering, vooral bladeren). De Romeinse bouwkunst had een mengeling van Griekse stijlen. Ze werkten met bogen, koepels en pilasters gemaakt van beton.
§4 In 9 n.C. hadden de Romeinen een grote nederlaag in het Teutenborgerwoud, waarbij de meeste van de 18000 Romeinen sneuvelden. In het grensgebied maakten vanaf het begin de Romeinen Germaanse stammen tot bondgenoten. De stammen mochten in de grensgebieden wonen waar ze de Romeinen hielpen met de grensverdediging. Ook gingen er Germanen in het Romeinse leger. Germanen en Romeinen dreven samen handel met elkaar. Ook namen de Germanen het Romeinse schrift over. In de 3e eeuw n.C. raakte het Romeinse rijk in verval door de Germaanse invallen. Aan het einde van de 4e eeuw n.C. kwamen er volksverhuizingen. In 395 kwam er een Oost- en een West- Romeins rijk met allebei een eigen keizer. In 476 werd de laatste West- Romeinse keizer afgezet.
§5 Het jodendom is monotheïstisch, er is maar één God(Jahweh). In de Tenach staan alle Joodse wetten en leefregels. De T staat voor Thora:wetten, de N staat voor Nebe’im:profeten en CH voor Chetoebim:geschriften. Vanaf 587 v.C. was er sprake van verspreiding(Diaspora). In de 1e eeuw n.C. ontstond een nieuwe monotheïstische godsdienst: het Christendom. Ze geloven in God/Jezus(Messias). De Bijbel bestaat uit 2 delen; het Oude Testament(Tenach) en het Nieuwe Testament(Evangeliën en brieven). Tijdens de christenvervolging werden veel christenen ter dood gebracht(martelaren). Keizer Constantijn maakte in 313 een eind aan de vervolgingen en werd zelf christen. Aan het einde van de 4e eeuw werd het christendom de staatsgodsdienst en werden alle andere godsdiensten verboden.
Hoofdstuk 3:De tijd van monniken en ridders
§1 De islam werd gesticht door de Arabische koopman Mohammed. Mohammed kreeg in 610 de opdracht om de profeet van Allah te worden. De engel Gabriël gaf hem verzen van Allah tot zijn dood in 632 die later door zijn volgelingen in de Koran zijn geschreven. De moslims wilden graag uitbreiding van hun geloof(jihad). Mohammed is in 570 geboren in Mekka, maar nadat hij daar werd weggestuurd kreeg hij macht in Medina(1ste islamitische staat). Hij veroverde Mekka en het Arabische schiereiland in de 7e eeuw. In 632 werd er een kalief(opvolger) gekozen. Rond 650 voerden de volgers van de neef van Mohammed(soennieten) en de volgers van Ali(sjiieten) oorlog tegen elkaar. In 711 staken de Moren in Marokko over naar Europa, maar werden bij Frankrijk tegengehouden door de Franken in 732. Vanaf toen viel het Arabisch-islamitische wereldrijk uit elkaar in staten die bestuurd werden door een sultan of emir. De Ottomanen(turken) veroverden vanaf de 11e eeuw de overgebleven delen van het Byzantijnse rijk en veroverden in 1453 Constantinopel. In 1492 namen de christelijke vorsten Granada in Zuid-Spanje in met hun reconquista(herovering). De christenen en joden mochten de profeet Mohammed niet beledigen en ze moesten meer belasting betalen dan de moslims. De islamitische wereld had een landbouwstedelijke samenleving en ze spraken Arabisch. De Arabieren lieten de Griekse en Byzantijnse geschriften over sterrenkunde, wiskunde en geneeskunde vertalen. Ook pasten ze bouwkundige tradities toe in een nieuwe architectuur, waarmee ze o.a. moskeeën bouwden.
De samenvatting gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden