Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Bakchanten van Euripides

Beoordeling 6.6
Foto van een scholier
  • Praktische opdracht door een scholier
  • 4e klas vwo | 4151 woorden
  • 27 maart 2001
  • 105 keer beoordeeld
Cijfer 6.6
105 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Euripides
Bakchanten
Toen ik op een middag mijn bestelde Latijn-woordenboek op kwam halen bij Donner, snuffelde ik als altijd nog een uurtje door in de hemel op aarde voor boekenliefhebbers. Aangezien de boekenweek net zijn aanvang had genomen lag het er vol met objecten aangaande de Klassieke Oudheid. Met de aankomende praktische opdracht voor KCV in mijn achterhoofd ging ik op zoek naar een geschikt uitgangspunt hiervoor. Al vrij snel kwam ik tot de conclusie dat de Bakchanten door Euripides de enige vindbare tragedie is. Met een stel boeken ter grote van een zuiltrommel verlaat ik even later de winkel. Mijn keuze is gemaakt en niet lang na deze aankoop begin ik met het lezen van de zeer taaie en saaie stof. Het was dan ook zeer goed geweest dat ik mij eerst 'ingelezen' heb in het onderwerp. Dit heb ik gedaan aan de hand van teksten uit 'Forum' maar ook 'Van Achilleus tot Zeus' en de Encarta Encyclopedie bleken goede bronnen van informatie te zijn. Verder heb ik in de bibliotheek en in lokaal 29 gezocht naar recente schooluitgaven. Deze heb ik tot mijn spijt niet kunnen vinden maar daar mijn versie van de tragedie in 1999 uit is gebracht neem ik aan dat dit ook volstaat. Zoals boven vermeldt, komt 'Bakchanten' van de hand van Euripides. Een korte kennismaking met deze grote schrijver: Euripides was (geboren in Salamis rond 480 en overleden in Macedonië 406 v.C.), naast Aeschylus en Sophocles de derde grote Griekse dichter van de tragedie, stamde uit een gegoede familie, ontving een voortreffelijke opvoeding en had grote belangstelling voor wetenschap en kunst. Hij zou als een van de eerste Atheners een grote bibliotheek hebben bezeten. Van zijn leven is verder weinig bekend. Zijn huwelijksleven zou ongelukkig geweest zijn en hij had de naam een vrouwenhater te zijn. In 455 – een jaar na de dood van Aeschylus – trad hij voor het eerst als tragediedichter op, maar slechts vijfmaal verwierf hij de eerste prijs. De geringe erkenning die hij ondervond, zal er mede toe hebben bijgedragen dat hij op het eind van zijn leven een uitnodiging van koning Archelaus om naar Macedonië te komen, aanvaard heeft. Van zijn 92 stukken zijn achttien tragedies en een satyrdrama bewaard gebleven. De tragedies zijn: Alcestis (438), Medea (431), Hippolytus (428), Hecuba, Andromache, Heracliden, Smekelingen, Trojaanse Vrouwen (415), Heracles, Iphigenia in Taurië, Ion, Helena (412), Electra (413), Fenicische Vrouwen (410?), Orestes (408), Iphigenia in Aulis en Bacchen (na zijn dood opgevoerd). Of de Rhesus van Euripides is, wordt betwist. Het satyrdrama is de Cycloop (Odysseus bij Polyphemus). Evenals zijn voorgangers put Euripides uit de mythologische tradities, maar een harmonische structuur is zelden te vinden; de proloog is vaak gereduceerd tot een droge opsomming van feiten en het procédé van de deus ex machina past hij veelvuldig toe. Euripides legt sterke nadruk op het psychologische; met huiveringwekkende kracht schildert hij mensen die lijden ten gevolge van hun verwrongen, vergiftigd of ziekelijk karakter, van het demonisch-hartstochtelijke dat hen bezielen kan. Hij is echter niet negativistisch; zo komen ook de protesten die hij meer dan eens laat horen tegen opvattingen en gebruiken van religieuze aard, met name ook tegen de traditionele verhalen omtrent de goden, voort uit een zeer hoge en zuivere beschouwing van de goddelijke wereld. Talrijke discussies over actuele problemen weerspiegelen de invloed van de sofistiek. Als kunstenaar verdient Euripides bewondering om de kracht van de uitbeelding, mogelijk gemaakt door een meesterlijk hanteren van de taal; bij zijn tijdgenoten gold zijn taalgebruik als modern, evenals zijn muziek. Zijn tragedies zijn sterk dramatisch van aard, geheel op het spel ten tonele ingesteld. Het lyrische element erin is beperkt in vergelijking met de treurspelen van zijn voorgangers, maar dikwijls komt in zijn koorliederen een kracht van lyrische bezieling naar voren. Steeds meer is Euripides in de oudheid de meest bewonderde tragicus geworden; zijn werken bleven, zij het hier en daar gewijzigd, het publiek trekken. De Nieuwe Komedie is dan ook ontstaan onder directe invloed van zijn werk. Nu Euripides een bekender persoon geworden is wordt het tijd voor een (soort van) samenvatting van het door mij gelezen boek. proloog Dionysos
parodos (eerste koorlied) koor

eerste episode Teiresias, Kadmos, Pentheus, koor
eerste stasimon (tweede koorlied) koor
tweede episode adjudant, Pentheus, Dionysos
tweede stasimon (derde koorlied) koor
derde episode Dionysos, Pentheus, bode 1
derde stasimon (vierde koorlied) koor
vierde episode Dionysos, Pentheus
vierde stasimon (vijfde koorlied) koor
exodos eerste scene met koorzang bode 2, koor tweede scene met zang en recitatief Agaue, koor, Kadmos, Dionysos
Verklaring bij de inhoudsopgave: Proloog voorwoord waarin de toeschouwers uitgelegd wordt wat men te zien gaat krijgen
Parodos het lied dat het koor in processie bij opkomst zingt. Episoden bedrijven
Stasimon koorliederen die de episoden van elkaar scheiden
Exodos het laatste bedrijf vanaf het laatste koorlied

Recitatief lied 'gezongen' door koor waarin een verhaal verteld wordt. Naar aanleiding van het verschijnen van de personages in verschillende bedrijven veronderstel ik het volgende: Aangezien men in de Oudheid maar 3 acteurs (uiteraard exclusief het koor) gebruikten bij het opvoeren van tragedies moeten er dubbelrollen zijn geweest. Kijkende naar het verschijnen van de personages ben ik tot de volgende verdeling gekomen. v Dhr. Hermaphroditos neemt de rollen van Dionysos en Teiresias op zich. v Dhr. Meleagros neemt de rollen van Pentheus en Agaue op zich. v Dhr. Polyneikes neemt de rollen van Kadmos, de adjudant, bode 1 en bode 2 op zich. Als men deze verdeling handhaaft, komt geen enkele acteur voor het dilemma te staan dat hij zich in tweeen moet delen. Inhoud proloog gesproken door Dionysos
Dionysos, zoon van Zeus en Semele (geboren door middel van bliksemvuur) staat aan het graf van zijn moeder. Haar dood, veroorzaakt door een grote brand in de tempel die Kadmos oprichtte is bewerkstelligd door het optreden van Hera, die op deze manier een buitenechtelijke relatie van haar man wreekt. Bij wijze van eerbetoon laat hij het overwoekeren met wijnranken vol trossen. Niet iedereen gelooft dat Dionysos een god is, vanwege een leugen dat het land rond gaat aangaande zijn ouders. Daarom is hij langs vele volken en gebieden gereisd om duidelijk te maken dat men hem moet eren en hoe. De gezusters die het gerucht verspreid hebben heeft hij samen met alle vrouwen op een hoge berg gezet waar zij hem verplicht moeten eren, zij zijn Bakchanten. Ook koning Pentheus twijfelt aan zijn godendom en weert hem uit tempels en noemt hem nergens in gebeden. Om de stad een lesje te leren verschijnt hij in sterfelijke gedaante in het gezelschap van een koor (vrouwen van de Tmolos). Hij laat het koor liederen zingen ter ere van hem en mengt zich zelf -anoniem- onder de dansende en zingende menigte. Inhoud parodos gezongen door koor
Het koor van Lydische vrouwen bezingt Dionysos en draagt de bevolking op de straat op te komen om te dansen en te zingen. Zij verkondigen dat wanneer men Dionysos vereert, wanneer het hart in de groep vervoert wordt naar de bergen, er een groot feest zal zijn onder de Bakchen. Ook zingen zij het verhaal van de geboorte van de god, om duidelijk te maken dat hierover leugens de wereld in zijn geholpen en dat Zeus wel degelijk zijn vader is, hem zelfs tot god 'gekroond' heeft. De stad Thebe, waar zijn wieg stond, moet de god vereren en de bergen in trekken waar een menigte Bakchanten op hen zal wachten. Men moet de god verheerlijken met Frygische kreten en klanken als de heldere heilige fluit klinkt, ren dan verrukt aan zijn zij en vier feest. Inhoud eerste episode gespeeld door Teiresias, Kadmos, Pentheus, koor
Teiresias, een blinde grijze ziener komt aan bij de poort waar Kadmos woont. Hij beveelt dat hij Kadmos wil spreken over een afspraak die zij hebben gemaakt. Kadmos, die zijn stem herkend heeft, staat open voor de wijze woorden van Teiresias omdat hij de macht van Pentheus wenst te vergroten, en wil dagenlang vergeten dat hij reeds oud is, door te dansen, te stampen en te schudden met zijn grijze hoofd. Teiresias is het met hem eens en wanneer zij op het punt van vertrekken staan komt Pentheus naar het paleis gesneld. Kadmos verwacht dat er iets gebeurt is aangezien hij zo opgewonden is. Pentheus is van mening dat het grote feest in de bergen ter ere van Dionysos snel moet stoppen aangezien de vaten wijn in grote getalen aanwezig zijn en vrouwen zich aan het lenen zijn voor de lusten van de mannen. Ook is er een Lydische tovenaar aangekomen die volgens hem snel uit de weg geruimd moet worden (dag en nacht heeft hij met vrouwen omgang om hen in Bakchos' riten in te wijden). De man beweert dat Dionysos goddelijk en in Zeus' dij genaaid is. Dan valt het oog van Pentheus op de twee oude mannen die gehuld in bonte hertenvellen verkleed zijn als Bakchosdanser met een staf. Hij schaamt zich onmiddellijk voor de vader van zijn moeder en beschuldigt Teiresias van het hele gebeuren.Volgens Pentheus kan een eredienst waar wijn bij geschonken en gedronken wordt niet deugen. Hierop reageert het koor verbijsterd. Men zegt dat dit heiligschennis is en vraagt zich af of Pentheus geen respect kent. Teiresias legt hem hierop uit dat Dionysos van groot belang is voor de aarde en dat Zeus zelf voor hem opkwam toen Hera wraak wou nemen op één van zijn buitenechtelijke kinderen. Verder draagt hij hem op de god ook te eren en wordt hem uitgelegd dat vrouwen die kuis zijn ook gedurene de Bkachenfeesten kuis zullen zijn. Ook het koor (deze zegt dat het zeer wijs is te gaan eren) en Kadmos (hij herinnert hem eraan dat zijn neef het met de dood moest bekopen toen hij spotte met een godheid) proberen Pentheus van de oprechte bedoelingen van Dionysos te overtuigen. Maar Pentheus weigert te luisteren. Opnieuw uit hij zijn gedachte de 'god' gevangen te nemen en zijn vereringen mis te laten lopen. Inhoud eerste stasimon gezongen door koor
Het koor roept een godin aan en vraagt of zij de schandelijke woorden naar de Dreuner toe van Pentheus ook gehoord heeft. Hij, die als eerste onsterfelijke het voor elkaar krijgt dat men danst en zingt, lacht bij muziek, zijn zorgen vergeet. Grenzeloze domheid van mensen die een god weigeren te eren eindigt altijd in rampen, hoewel de goden ver weg wonen, zien zij toch wat eenieder uitvoert. Omdat het leven kort is moet men oppassen met het spotten. Iedereen moet ter ere van Dionysos gaan feesten, eran genieten, de vrede - die rijkdom en zegen verspreid - koesteren
Inhoud tweede episode gespeeld door adjudant, Pentheus, Dionysos
Een adjudant brengt Dionysos (nog steeds anoniem) snel naar Pentheus. Geheel zonder tegenstribbelen liet hij zich boeien en meevoeren naar het paleis. De adjudant had zich geschaamd en verteld dat hij dit niet uit naam van zichzelf deed, maar uit naam van Pentheus. Hij vond het alleen ietwat eigenaardig dat één man zoveel teweeg kon brengen maar bemoeide zich er verder niet mee. Pentheus laat de gevangene ontboeien, omdat hij toch nergens naar toe kan vluchten. Hij bekijkt het lichaam van de man eens goed. Zijn constateringen zijn dat hij een mooi lichaam heeft, lang haar heeft, geen worstelaar is en zijn huid met opzet blank heeft gehouden om zo vrouwen in zijn web te lokken. Hij vraagt de man naar zijn naam en herkomst. Hij vertelt Pentheus dat hij een Lydier is die deze riten naar het land bracht in naam van Dionysos, zoon van Zeus. De koning vraagt hem vol ongeloof of er in het gebergte rond de Sardes een Zeus is die nieuwe godheden verwekt. De man ontkent dit en vertelt de waarheid. Pentheus onderwerpt hem aan een uitgebreid vuur van vragen over de inhoud van zijn riten en de reden. Keer op keer weet de man ze vakkundig te omzeilen. De koning vertelt dat hij zal boeten voor zijn verzinsels waarop Dionysos antwoordt dat hij zal boeten voor zijn domheid omdat hij de god niet eert. Pentheus heeft er genoeg van en verzint verschillende straffen voor de (voor hem) onbekende man. Telkens wanneer hij een (in zijn ogen) verschrikkelijke straf bedacht heeft, weet de man een reden te noemen waardoor dat hem niets zal doen. Uiteindelijk komt Pentheus tot de conclusie dat de enige gepaste straf opsluiting is. Dionysos vertelt hem dat de god hem op elk moment kan bevrijden, maar de koning neemt er geen notie van. Inhoud tweede stasimon gezongen door koor
Dirke wordt aangeroepen, van wie Zeus ook een kind geschonken had, gevraagd waarom de Bakchanten verdreven worden wanneer zij aan de voet van een berg een dansfeest willen houden en gewaarschuwd voor de Dreuner die wraak zal nemen. Pentheus toont dat hij menselijk is, zijn afkomst van de monsterlijke woesteling van een Echion, zijn afkomst van een moordenaar. Straks zal hij de dienares van de Dreuner straffen. Dionysos wordt gevraagd te verschijnen, ook al zit hij opgesloten, om de hoogmoed van Pentheus te bedwingen. Inhoud derde episode gespeeld door Dionysos, Pentheus, bode 1
Dionysos roept in een lied de Schokker aan zodat hij Pentheus kan vermoorden. Het koor hoort het aan en vertelt dat de god het paleis ten val tracht te brengen. Vervolgens vraagt Dionysos de Azische vrouwen hoe zij de tijd hebben doorstaan zonder hem in hun midden en doet hij uitvoerig verslag van zijn (geslaagde) poging Pentheus te straffen voor zijn beledigende woorden (hij heeft het paleis verandert in een ruine). Pentheus komt zijn ex-gevangene tegen en vraagt vol verbazing hoe dit allemaal plaats heeft kunnen vinden. Deze vertelt hem dat de Dionysos hem bevrijdt heeft. Nog steeds gelooft Pentheus niet in de macht en kracht van deze god. Hij laat de poorten in de stadsmuur allen sluiten in de hoop dat goden daar niet doorheen kunnen komen. Een bode arriveert die uit angst voor Pentheus' reactie vraagt of hij vrijuit mag spreken over zaken die hij heeft waargenomen in de bergen waar de Bakchanten vertoeven. Pentheus vertelt hem dat dit mag omdat hij door toedoen van de woorden die de bode zal spreken zijn vreemdeling nog harder zal kunnen straffen. De bode begint te vertellen over de vredige taferelen die hij heeft gadegeslagen in de bergen, hoe zij zich aankleedden, bronnen van melk, water en wijn lieten ontspringen en hoe het voedsel ontstond. Ook Agaue, de moeder van Pentheus, was aanwezig. De herders besloten na een kort beraad de vrouw gevangen te nemen om zo hun koning een plezier. Maar toen Agaue de mannen ontdekten in de bosjes, zorgde ze ervoor dat alle Bakchen achter hen aankwamen, met de thyrsos in de hand als wapen. Toen de mannen wisten te ontkomen richtten zij hun woedde op de kuddes met runderen. Ze wisten ze één voor één uit elkaar te scheuren, ribben te breken. Wonderbaarlijk genoeg kon geen zwaard of speer de vrouwen kwetsen, maar als zij de thryrsos hanteerden vloeide er bloed. Het koor constateerd dat Pentheus nu echt moet erkennen dat Bakchos een god is. Pentheus tracht een aanval op de losgeslagen vrouwen te beramen, maar Dionysos praat dit uit zijn hoofd. Pentheus zegt dat hij nu weer een vrij man is en spreekt zijn wens uit naar de bergen te gaan om de vrouwen te bekijken. De god biedt hem aan de koning erheen te brengen, maar adviseert hem als vrouw verkleed te gaan, om niet gewond te raken. Als Pentheus van het toneel verdwenen is legt Dionysos uit wat er met hem zal gaan gebeuren. Wanneer de twee op het puntje van de berg aan zijn gekomen zal hij de koning vermoorden... Inhoud derde stasimon gezongen door koor

Het koor zingt: het is een eer om je hoofd door een god af te laten rukken. De goddelijke macht is betrouwbaar omdat deze de mensen terecht wijst die de goden weigeren te eren. De goden zijn de mens op deze jacht altijd een stapje voor. Men prijst de mensen gelukkig die geluk in hun leven vinden (door goden te eren). Inhoud vierde episode gespeeld door Dionysos, Pentheus
Dionysos komt op en vraagt Pentheus ten tonele te verschijnen. Pentheus komt op en samen bekijken ze elkaars uitrusting om naar de Bakchen de gaan. De twee controleren hun kapsel, de plooival in de rokken en de grootte van het ceintuur. Na een korte bespreking over hoe het bezoek in werking zal gaan, besluiten de twee te vertrekken waarbij Dionysos vertelt dat hij degene is die hem naar de bergen zal brengen, dat zijn moeder hem terug zal dragen voor de ogen van het volk, hij zal vertroeteld worden en een geweldig lot staat hem te wachten... Inhoud vierde stasimon gezongen door koor
Er worden honden opgejaagd naar de berg waar de dochters van Kadmos aan het eren zijn, zij moeten de vrouwen opjutten tegen de man die hen als vrouw verkleed tegemoetkomt. Zijn moeder is de eerste die hem ziet, al roepend dat hij niet uit haar geboren is, maar uit een gruwelijke Gorgo. De godin van het recht wordt opgeroepen met een zwaard om de reddeloze Drakenzoon te vermoorden want hij moet onvoorwaardelijk voor de goden buigen en boeten voor zijn daden. Ook Bakchos wordt gevraagd te komen zodat hij, in de gedaatne van een slang met veel koppen en als vurige leeuw al lachend de laatste klap aan de koning kan geven. Inhoud exodos eerste scene met koorzang bode 2, koor
De tweede bode die in het verhaal voorkomt verschijnt ten tonele en vertelt al jammerend dat Pentheus, Echions zoon, de dood in is gejaagd waarop het koor Dionysos bejubelt. De bode, het koor niet begrijpend, zegt dat het niet goed is verheugd te zijn omdat een misdaad is gepleegd. Hierop vraagt het koor aan de man hen te vertellen hoe de schurk is gestorven. Hij vertelt. Hij vertelt hoe de reis naar Agaue en de andere vrouwen is verlopen en vertelt wat zich daar, op die berg, afgespeeld heeft. Met de woorden: "Vrouwen, hier breng ik de man die u en mij en mijn mysterieen belachelijk wilde aken. Straf hem," attendeerde Dionysos hen op de aanwezigheid van Pentheus. Ze bekogelden hem met keien, smeten met thyrsoi, gooiden met sparretakken en toen zij zagen dat dit alles geen uitwerking had op Pentheus, die hoog bovenin een spar zat, verzamelden de vrouwen zich onder de boom en grepen de stam. Met de vele handen trokken zij de spar helemaal uit de grond waarop Pentheus vanuit zijn hoge zitplaats naar beneden donderde. Deze, die zijn einde zag naderen, probeerde de aandacht van zijn moeder te trekken, maar tevergeefs, ze zag hem niet, onder de invloed zijnde van Bakchos. Het volgende moment rukte Aguae zijn hele schouder van zijn lijf, terwijl Ino hem aan de andere kant te lijf ging (zij rukte zijn vlees af) en niet lang daarna volgden de anderen. Dan ligt het lichaam van de onfortuinlijke man verspreid over de grond en prijkt zijn afgerukte hoofd op de thyrsos-staf van zijn (onder invloed zijnde) moeder, Agaue die deze nu door de stad draagt. Het koor jubelt Bakchos toe omdat hij de overwinning behaalt heeft op Pentheus. Inhoud tweede scene met zang en recitatief Agaue, koor, Kadmos, Dionysos
Agaue loopt nog steeds onder invloed door de stad waar zij opgenomen wordt in een stoet. Ze vertelt vol trots hoe zij als eerste een nederlaag aan een jong welp toe mocht brengen (aan haar zoon dus) en hoe Kadmos' zusters haar voorbeeld volgden. Agaue toont op verzoek van het koor haar vangst aan het volk. Meteen hierna komt een bedroefde Kadmos op. Achter hem lopen dienaren met een baar waar de bijeengeraapte delen van Pentheus op liggen. Agaue prijst zichzelf omdat zij het weefgetouw opgegeven heeft voor het jagen, ze heeft nog steeds geen enkel idee wat zij aangericht heeft, hoewel Kadmos dit al door heeft. Na enkele vragen waarop Agaue versuft reageert weet de oud-koning haar erop te wijzen dat zij helemaal geen leeuwenkop in haar handen heeft, maar dat het het hoofd van haar eigen zoon betreft. De twee beklagen zich over wat er gebeurd is. Het koor heeft medelijden met Kadmos, maar kan er niets aan doen. Ook hij zal gestraft worden. Kadmos zal veranderen in een draak en hij zal, met zijn echtgenote als slang aan zijn zijde tal van steden verwoesten. Hoewel de oude man tegenstibbeld en om vergiffenis vraagt, is de god onverbiddelijk. Agaue's lot zal een ellendige verbanning zijn. In een gezang nemen Agaue en Kadmos afscheid van elkaar, verscheurd door het geschiede. Het einde. Na dit boek gelezen te hebben en deze samenvattingen gemaakt te hebben, heeft mijn verbeelding een beeld gevormd van de sprekende personages: Dionysos Een god die onverbiddelijk is en geen vergeving kent. Dionysos lijkt mij de minst prettige persoon (hoewel hij de wijnranken aan de mens gaf) uit het boek. Onsympathiek en vooral een leugenaar. Teiresias Blinde ziener van Thebe is een wijze, oude man, die veel heeft meegemaakt en veel van de wereld heeft gezien. Hierdoor heeft hij altijd wijze raad paraat in gevallen van nood en voelt hij noodsituaties goed aan. Deze persoon spreekt mij het meest aan, omdat ik me heel veilig zou voelen bij iemand die ervoor kan zorgen dat je je niet in het ongeluk stort. Kadmos Stichter van Thebe, grootvader van Pentheus, een grijze oude man die heel hard gewerkt heeft voor het welzijn van zijn stad. Ik vind hem heel zielig omdat hij niet weet wat hem overkomt als hij gestraft wordt (overigens onterecht naar mijn mening). Pentheus Koning van Thebe, een vervelende en eigenwijze man die geen zin heeft om naar anderen te luisteren aangezien hij de baas is en alles moet gaan zoals hij wil. Ik vind hem geen sympathieke vent, helaas lopen er veel van dit soort mensen in de wereld rond. Adjudant van Pentheus Een trouwe dienaar die zijn baas altijd trouw blijft, onder welke omstandigheid dan ook. Omdat hij zeer onderdanig moest zijn van Pentheus is hij intussen vergeten dat hij zelf ook een mening en een eigen wil heeft. Bode 1 Heeft een goed ontwikkeld vermogen om te voorspellen wat mensen gaan zeggen en doen. Hij is vakkundig in het navertellen van gebeurtenissen (en dus ook in het overbrengen van boodschappen) en doet dit dan ook graag. Bode 2 Hij heeft een prachtige manier van vertellen en ook hij doet dit graag. Hij heeft een hekel aan dood en verderf. Agaue Dochter van Kadmos, moeder van Pentheus, één van de domme koeien die blindelings Dionysos volgde. Het is nooit goed om iemand blindelings te volgen, je moet altijd je eigen mening behouden anders verlies je je identiteit. Zoals wel duidelijk wordt is het dilemma in dit verhaal dat Dionysos niet vereerd wordt door Pentheus. De god probeert hem ook aan het dansen te krijgen maar dit mislukt keer op keer. Dan neemt de koning hem gevangen en zint hij op wraak... De wraak die hij neemt is een gruwelijke moord op Pentheus door zijn eigen moeder! Dit gebeurt op blz 73-77. Niet alleen bode 2 keurt dit af ("Ik kan het wel begrijpen. Maar het is niet goed verheugd te zijn omdat een misdaad is gepleegd") maar ook Kadmos ("Volg mij met uw trieste last, kom, volg mij, knechten, voor dit huis, met Pentheus.") en Agaue ("Nee, ik heb, verschrikkelijk, het hoofd van Pentheus."). Ook ik ben het niet met de oplossing van het dilemma eens, het heeft geen zin om bloed te vergieten, want dan verkort je het lijden met de last van de betreurenswaardige daden alleen maar. In deze tijd zou een dergelijk voorval ook plaats kunnen vinden, in hoge criminele kringen wordt (denk ik) wel eens een persoon vermoord omdat hij iemand beledigd heeft, of niet mee wil werken aan één of andere criminele actie. De scene die mij het meest aanspreekt is die waarin de moord op Pentheus verslagen wordt door bode 2. Hij doet dit op zo'n meesterlijke manier, zo heb ik een moord nog nooit gelezen. Voor alle duidelijkheid, het gaat om het fragment op bladzijde 73 tot 77. Reflectie
De tijd die ik besteed heb aan elk onderdeel: Het lezen van het boek: 120 minuten
Het maken van opdracht 1 t/m 7 15 minuten
Het maken van opdracht 8 en 9 210 minuten
Het maken van opdracht 10 t/m 15 30 minuten
Deze opdracht leverde problemen op bij het onderdeel waarbij ik mijn aantekeningen van de video moest verwerken. Helaas ben ik die ergens kwijt geraakt en kon ik ze nergens meer vinden. Gelukkig kon ik van anderen vernemen waar het ook al weer over ging en op die manier dit onderdeel toch verwerken. De tragedie heeft helemaal voldaan aan mijn verwachtingen; saai en taaie stof. Misschien heb ik wel de verkeerde uitgekozen, maar dat is altijd achteraf. Binnenkort lees ik de Medea wel een keer, dan kan ik deze twee tragedies vergelijken. Ik heb van deze opdracht geleerd dat ik bij het ontvangen van de opgaven, ik meteen een planning voor mezelf moet maken, omdat ik het anders niet goed bij houdt. Verder heb ik geen problemen gehad. Literatuurlijst: Ik heb onderdelen gebruikt uit: v Forum
v Van Alexandros tot Zeus

v Encarta Encyclopedie
v Diverse WWW-pagina's

REACTIES

M.

M.

he hartstikke bedankt ik kon het erg goed gebruiken

22 jaar geleden

S.

S.

hee,
wat een goed verslag! zat jij toevalig op het rml?? we moeten exact dezelfde verslag maken..alleen in VWO5! wat voor cijfer had je voor deze po? ik vind hem echt goed en gebruik het als een vb..
doegg kusj

17 jaar geleden

I.

I.

hey caroline,
ik heb genoten van de trommel aan boek informatie waarmee je mij hebt overweldigt. ik wil gewoon even zeggen, goed gedaan

13 jaar geleden

C.

C.

er staat een kleine fout in: agaue is volgt Dionysios niet blindelings maar is bezeten door hem. voor de rest een hele goede samenvatting, hier heb ik zeker iets aan gehad

11 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.