Kranten

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave
Inleiding
H1: Planning
H2: De geschiedenis van de krant
De geschiedenis van de Telegraaf
De geschiedenis van het Reformatorisch Dagblad
De geschiedenis van het Algemeen Dagblad
H3: Wat is de doelgroep van de krant?
H4: Wat is de identiteit van de krant?
H5: Hoe wordt de identiteit van de krant geuit?
H6: Zijn er nog extraatjes bij de krant?
H7: De eindconclusie
Stukje van het internet
H8: Begrippenlijst

H9: Evaluatie
H10: Bronnenlijst
H11: ‘Plaatjes index’
H12: Logboek

Inleiding

Ik heb ervoor gekozen om mijn praktische opdracht over kranten te houden. Aanvankelijk zou ik het samen met Leonie doen, over de Poorten van Dordrecht. Hier was echter veel te weinig informatie over te vinden. Ook was het voor ons moeilijk om bij elkaar af te spreken om eraan te werken. We hebben nu dus besloten om het allebei apart te doen.

Mijn onderwerp is dus: de verschillende kranten. Ik ben van plan om drie kranten met elkaar te gaan vergelijken. Dit ga ik doen met behulp van hoofd- en deelvragen.

Mijn hoofdvraag is:

Hoe onderscheiden verschillende kranten zich van elkaar?

Ik heb deze hoofdvraag opgedeeld in drie deelvragen:

1. Wat is de doelgroep ven iedere krant?

2. Wat is de identiteit van iedere krant en hoe wordt deze geuit?

3. Geeft de krant nog extraatjes uit?

Maar waarom heb ik nou eigenlijk voor dit onderwerp gekozen? Het eerste onderwerp dat ik zou doen over de Poorten van Dordrecht was er één waar ik best zin in had. Nou kon ik eindelijk te weten komen of het er nou echt een hotel was. Daar was ik heel benieuwd naar en het zou zelfs onze hoofdvraag worden. Omdat het niet kon lukken om die PO werkelijk te maken moest ik nu dus een nieuw onderwerp kiezen. Dat vond ik heel lastig omdat de ‘leuke’ onderwerpen er allemaal al uit waren. Toen ik het lijstje nog eens bekeek zag ik dat je het ook over kranten mocht doen. Dat leek me wel wat. Dan kon ik dat Reformatorisch Dagblad eens onderzoeken en kijken wat die mensen nou eigenlijk voor dingen lezen. Ik was benieuwd of het nou echt zo’n saaie krant zou zijn met bijna alleen maar nieuws over de bijbel en godsdienst.
Maar één krant zou niet genoeg zijn. Ik koos om te vergelijken er nog een totaal andere krant bij. Eentje die totaal niet christelijk is en zelfs een heus roddelgedeelte in de krant heeft. De Telegraaf dus. Ik was benieuwd hoe erg die twee van elkaar zouden verschillen. Om het onderzoek wat uitgebreider te maken heb ik er ook nog een wat algemenere krant bij gekozen. Het Algemeen Dagblad.


Deze drie kranten ga ik dus onderzoeken en vergelijken met elkaar. Het belangrijkste is de identiteit. Bij deze horen veel dingen. Zoals de mening van de krant. (Qua politiek of geloof), de selectie van het nieuws, het taalgebruik en de lay-out. Maar ik zal ook letten op eventuele extra’s. Bijvoorbeeld een website, extra bijlagen, magazines in het weekend enz.

Ik zal eerst alle deelvragen beantwoorden, en daarna antwoord geven op de hoofdvraag. Daarmee zal ik uiteraard ook meteen de conclusie geven.
Mijn informatie zal ik halen uit de kranten zelf en van het internet. Ook zal ik om informatie vragen.
Het wordt waarschijnlijk wel moeilijk omdat er eigenlijk geen boeken over kranten bestaan. Al mijn informatie moet ik dus van de kranten zelf hebben en van internet.

H1 Planning

Week Werkzaamheden
8 Planning maken (had ik eigenlijk al veel eerder moeten doen, maar ik had er echt geen tijd voor)
9 Informatie verzamelen
10 Informatie verzamelen
11 Nieuwe hoofd en (3) deelvragen bedenken na de ‘scheiding’ met Leonie heb ik voor een nieuw onderwerp gekozen, daar hoort natuurlijk ook een nieuwe hoofdvraag bij.
12 De gevonden informatie selecteren en alleen datgene dat nuttig kan zijn bij het beantwoorden van de deelvragen bewaren (zonodig nog meer informatie zoeken)
13 Naar de instanties mailen die mij met mijn werkstuk kunnen helpen
14 De inleiding maken en typen

15 De eerste deelvraag beantwoorden
16 De eerste deelvraag typen
17 Plaatjes zoeken die bij het eerste hoofdstukje passen
18 De tweede deelvraag beantwoorden en typen
19 In de meivakantie hoef ik niks te doen
20 In de meivakantie hoef ik niks te doen
21 Nog meer plaatjes zoeken, en zonodig ook meer informatie
22 De derde deelvraag beantwoorden en typen
23 Alles controleren en zonodig nog meer erbij zoeken, en erbij voegen
24 Eindconclusie maken en typen
25 Logboek, bronnenlijst en evaluatie maken en typen
26 Voorkant en inhoudsopgave maken

H2 De geschiedenis van de krant

Eigenlijk weet iedereen wel wat een krant is, maar hoe kun je het nou het beste omschrijven? De krant wordt soms omschreven als een geestelijk goed dat als commercieel product de weg naar de lezers vindt. Tegen betaling wordt de koper op de hoogte gehouden van het nieuws, maar ook ontspanning. Dit wordt door de redactie gemaakt, en deze is er ook verantwoordelijk voor.
Naast het gedeelte van de redactie is er nog een ander gedeelte. De redactie draagt hier de verantwoording niet voor. Dit is het advertentiegedeelte. Vele kranten hebben hun bestaan hier aan te danken omdat er, zonder deze inkomsten, niet genpeg geld zou zijn voor de productie.


Voor het redactionele gedeelte kunnen we de volgende hoofdkenmerken noteren: actualiteit, publiciteit, periodiciteit en universaliteit. Ook is het vaak het geval dat een krant gebonden wordt aan een persoon. Deze leest bijvoorbeeld maar één soort krant en hoort daar dan ook bij. Dit noemen we de socius-functie genoemd.

Maar natuurlijk is niet iedere krant hetzelfde, daar gaat deze praktische opdracht ook over. Maar toch wil ik eerst nog even een paar kleine dingetjes duidelijk maken.
Je kunt kranten onderscheiden naar hun verschijningsgebied. Zo bestaan er landelijke, regionale, lokale en zelfs internationale kranten. Maar je kunt ze ook onderscheiden aan de (als die er is) levensbeschouwelijke of politieke overtuiging en naar de frequentie waarin een krant verschijnt. Is dit dagelijks, zes keer per week of misschien wekelijks?

Dat is dus een krant. Maar hoe heeft men het voor elkaar gekregen om ze geregeld te laten verschijnen? Dit kon onder andere door de uitvinding van Gutenberg die het mogelijk maakte om losse letters te drukken. Dat was in 1450. Het was een techniek waarbij men heel snel kon drukken. Vanaf 1490 werd ook een postdienst ontwikkeld die de kranten rondbracht en rond het jaar 1575 ging dat alles zo goed als perfect.
Natuurlijk is het ook genoodzaakt dat er wel voldoende mensen zijn die geïnteresseerd zijn in een krant.
Dit was dus zo’n beetje de geschiedenis over kranten in het algemeen. Op de volgende pagina’s kunt u wat meer lezen over de geschiedenis van de kranten zelf.

Deze krant bestaat al heel erg lang en is één van de oudsten in Nederland. Het proefnummer verscheen op 27 december 1892 en werd een groot succes. Daarom werd besloten de krant echt door te laten gaan. Hij is voor het eerst verschenen (geen proefnummer meer dus) op 1 januari 1893. De krant was opgericht door Henry Tindal. Het was echter niet zijn eerste krant die hij maakte. Hij zorgde sinds 1888 ook al voor het avondblad de Amsterdammer.
Tot aan de jaren 60 heerste er in Nederland een verzuilde samenleving. Ieder geloof ging naar zijn eigen kerk, kocht bij zijn eigen winkel, luisterde naar zijn eigen radio-omroep, en las zijn eigen krant. Toch hadden sommigen in die tijd ook al behoefte aan een onafhankelijke krant, die met al die zuilen niets te maken had. Dat had Henry Tindal wel door. Daarom richtte hij de neutrale Telegraaf op als ochtendblad.
In de krant besteedde hij veel aandacht aan de handel en scheepvaart. Acht dagen nadat de Telegraaf te koop was, richtte hij ook nog een andere krant op. Dit was de Courant, een goedkope avondkrant bedoeld voor het gehele volk. Deze had zijn proefnummer op 3 januari 1893 en de eerste echte vorm verscheen op 9 januari van dat zelfde jaar. Maar dat vond Tindal nog niet voldoende. Hierna kocht hij zelfs nog enkele dagbladen op.

Tindal gebruikte voor al die kranten ‘maar’ een drukkerij. Nou eigenlijk was het een drukfabriek. En wel de eerste in ons land. De drukfabriek was gevestigd in Amsterdam. Daar was helaas voor Tindal wel veel concurrentie. Hierdoor maakte de Telegraaf een zeer moeilijke start. Ondanks dat werd hij wel veel gelezen. Waarschijnlijk omdat de Telegraaf totaal anders was als de andere kranten. Tindal had in deze krant al zijn eigen ideeën gestopt en kwam hierdoor met iets totaal nieuws. De krant had een heel levendig uiterlijk, en een uitvoerige en actuele berichtgeving.

Alles liep uitstekend met de krant, maar hoe kon dat? Tindal was helemaal geen zakenman en had ook helemaal geen verstand van die dingen. Waarschijnlijk was het gewoon geluk, want in 1901 werd Tindal failliet verklaard. Toch probeerde hij door te gaan met de krant, maar toen hij een jaar later stierf was het over.
Maar gelukkig kwam er een andere man; drukker H.M.C. Holdert. Hij zat al langer in het krantenvak en kwam ook uit een krantenfamilie. Zijn familie bezat namelijk het blad de Echo. Holdert nam de Courant en de Telegraaf over, maar hield wel het oude imago aan. Deze had de krant immers zo’n succes laten worden. Holdert dacht na over hoe hij de krant weer groot, en het liefst nog veel groter kon maken. Hij maakte de krant nog goedkoper, nam meer personeel aan, en maakte de krant dikker en nog levendiger. Rond ongeveer 1930 had Holdert nog verscheidene kranten overgenomen, die hij allemaal in de Telegraaf en de Courant had ‘gestopt’. Hierbij nam hij ook een bijzondere drukkerij over inde enige echte krantenstraat. Alle grote uitgevers zaten aan de Nieuwezijds Voorburgwal in Amsterdam, dus dat wilde Holdert ook wel. Hij liet er een groot pand neerzetten, in die tijd een van de hoogste gebouwen.
Zo groeide Holdert uit tot de grootste krantenmagnaat van heel Nederland.
Ondanks dat de krant objectief was werd ze in de eerste wereldoorlog wel heel belangrijk. De krant had een felle anti-Duitse houding, en dat terwijl Nederland toentertijd neutraal was. Men was bang dat Nederland haar neutrale imago zou verliezen als de krant zo door ging. De hoofdredacteur werd zelfs even door de staat gevangen genomen om te beletten dat Nederland in gevaar kwam.
In de tweede wereldoorlog vond men de Telegraaf ook al verkeerd handelen. Maar eigenlijk week hun berichtgeving niet eens zo af van die van de andere kranten. Wel viel het meer op, omdat het nou eenmaal de grootste, opvallendste en modernste krant was.
De krant werd ondanks dat toch verboden. Maar de commissie voor de Perszuivering verklaarde in januari 1949 dat dit een oneerlijke uitspraak was. De krant was het toen dus weer gewoon toegestaan om te verschijnen. En dat deed deze ook weer, namelijk vanaf 12 september van het jaar waarin het weer was toegestaan. De krant groeide meer en meer. Hij had een oplage van maar liefst 800.000 exemplaren en dat waren er op zaterdag zelfs 1,2 miljoen. En dat aantal bleef maar stijgen.

Deze krant is een avondkrant, in het jaar 1971 opgericht en dus een stuk jonger dan de Telegraaf. Het eerste exemplaar was vanaf 1 april te koop. Hij werd gemaakt met een bepaald doel. Men wou de mens ermee sturen om volgens de bijbel te handelen. Hij is opgericht om via Gods Woord richting te geven aan de meningsvorming van de Nederlanders. Men had al gezien dat men steeds minder gelovig werd en wou voorkomen dat dit uit de hand zou lopen. De makers van het Reformatorisch Dagblad zagen het als een bedreiging dat er steeds meer mensen ‘zonder geloof’ waren. Ze wilden hier dus wat aan doen.
Er waren wel al christelijke dagbladen, maar die waren vaak maar progressief. Het Reformatorisch Dagblad wou er zijn voor de gereformeerde kerkelijke gezindte. En er bleek nog behoefte aan ook. Het aantal abonnees steeg snel en ook nu wordt de krant nog veel gelezen.


Hieronder is te zien hoe snel het aantal lezers steeg. Zowel in de grafiek als in de tabel op de volgende pagina kun je het verloop bekijken. Vooral in het begin stijgt de grafiek erg snel. Hoe dichter hij bij de tijd waarin we nu leven komt, hoe langzamer hij stijgt. Zal hij in de toekomst misschien zelfs gaan dalen?

Met op de verticale as het aantal abonnementen maal 1.000.

Jaar Abonnees
1971 16.000
1973 25.000
1974 30.000
1977 40.000
1989 50.000
1994 55.000
2001 58.000

Deze krant is iets ouder dan het Reformatorisch Dagblad, maar jonger dan de Telegraaf. De krant is namelijk voor de eerste keer verschenen in het jaar 1946. in 1939 nam da Rotterdamse Courant het Dagblad van Rotterdam over. Het Algemeen Dagblad is dan weer een voortzetting van die krant.
Het AD is net als de Telgraaf een dagblad dat zich niet laat leiden door partijpolitieke of godsdienstige bindingen. Daarom is deze ook ontstaan in een periode waarin men daar behoefte aan had.
Ik weet niet hoe het komt, maar het is heel moeilijk om informatie te vinden over de Telegraaf.


H3 Wat is de doelgroep van de krant?

In dit hoofdstuk zal ik per krant even de doelgroep beschrijven. Hier valt echter niet zo veel over te vertellen, en daarom zal het ook maar een kort hoofdstukje blijven. Toch is het een heel belangrijk iets om te weten. De doelgroep van een krant bepaald uiteindelijk de identiteit.

Telegraaf:
De doelgroep van de Telgraaf is zeer uitgebreid. Zelf beschrijven ze de groep als iedereen die Nederlands kan lezen. Maar de Telegraaf is en blijft toch echt een populariteitskrant. Hij wordt vooral gelezen door jonge mensen.

Reformatorisch Dagblad:
Deze krant is gericht op de Christelijke volwassenen. Hij is immers in het begin ook opgericht voor de gereformeerde mensen. Zij hadden er behoefte aan, dus dat is ook de doelgroep geworden.

Algemeen Dagblad:
Dit is de meest algemene krant, met de meest brede groep lezers. Allerlei soorten mensen lezen de krant. Dit komt natuurlijk ook door zijn imago en naam. Deze lijkt al meteen duidelijk te maken dat het een algemene krant is.

H4 Wat is de identiteit van de krant?

De identiteit van een krant wordt bepaald door de doelgroep. De makers van een krant willen dat deze bij de mensen past die hem lezen. Zo willen ze ervoor zorgen dat ze geen ‘klanten’ verliezen.

De Telegraaf

De Telegraaf is een onpartijdige krant. De krant doet zijn uiterste best om objectief te blijven. Ze zijn niet gebonden aan een bepaalde groep met één mening, zoals een kerkelijke inrichting, een politieke partij of een belangengemeenschap.
Deze onpartijdigheid is echter niet oneindig. Je kunt het zo stellen dat deze krant de identiteit van de wet, en de Nederlandse samenleving aanneemt. Zo is men bij de Telegraaf ook gewoon tegen elke vorm van discriminatie.
De Telegraaf steunt de parlementaire democratie.

Reformatorisch Dagblad
Deze krant is zonder twijfel een christelijk dagblad. En dan niet zomaar christelijk; het is zelfs een gereformeerde avondkrant. Zelfs zeggen ze: “We zijn een christelijk dagblad van bevindelijk gereformeerde signatuur”. Dat betekent dus ongeveer hetzelfde, alleen klinkt het wat indrukwekkender. Zoals al eerder vermeld is de krant opgericht om te zorgen dat de christelijke gemeenschap bleef bestaan en om de mensen een christelijke mening te laten aannemen.
De krant baseert zich op de gereformeerde belijdenisgeschriften. Zij vinden dat alle gereformeerden samen moeten werken, maar de verdeeldheid onder hen is betreurend. De gereformeerden zijn niet en sterke groep zoals het Reformatorisch Dagblad het het liefst zou zien.

Algemeen Dagblad
Deze krant is dus voor iedereen te lezen, hij heeft wat meer kleur als het Reformatorisch Dagblad, maar valt ook weer niet al te veel op. De krant heeft ook een zeer grote variatie aan soorten nieuws, maar het echte sensatie nieuws ontbreekt wel wat meer. De krant brengt niet echt een boodschap uit naar de lezer en is altijd zeer objectief.

H5 Hoe wordt de identiteit geuit?

De Telegraaf:
Deze vraag is simpel te beantwoorden als je de krant even doorbladert. Je zult tot de conclusie komen dat er een zeer brede berichtgeving is. Alle onderwerpen komen aan bod. En er is voor elk wat wils. Je kunt er serieuze stukken lezen, maar ook wat er in de privé staat. Daar is zelfs een speciaal gedeelte voor aanwezig.
Met de Telegraaf blijf je dus op de hoogte van het normale nieuws, maar ook van alle nieuwtjes in de showbizzwereld.

De opmaak lijkt op het eerste gezicht een beetje rommelig. Dat lijkt bij de voorpagina al. Er staan daar al vele advertenties, en er zijn allerlei kleuren te zien. De verschillende tekstvakjes staan niet keurig naast elkaar, maar zeer variërend.
Ook zijn de onderwerpen zeer variërend. Zo staan er op een en dezelfde voorpagina nieuws over serieuze onderwerpen zoals de politiek. Maar er staan ook grappige, opvallende en vreemde dingen bij. Pas bijvoorbeeld dat de oudste kat van Nederland is overleden. Rakker was wel 28 jaar oud geworden.

Reformatorisch Dagblad
De christelijke identiteit van het Reformatorisch Dagblad wordt vooral duidelijk door hun onderwerpskeuze. Er staan vele stukjes in over het geloof. En alles wordt met een christelijke visie bekeken. De krant is niet heel erg uitbundig, alles is erg bescheiden. Zo gooien ze niet allerlei kleuren op de voorpagina, maar houden ze het een beetje onopvallend.
Als je hem met de Telegraaf vergelijkt lijkt het zelfs een beetje saai en grauw.

Algemeen Dagblad
De algemene krant, heeft meer kleur dan het Reformatorisch Dagblad, maar minder als de Telegraaf. Deze krant ligt er duidelijk tussenin. In de krant zijn er iedere week extra rubrieken zoals bijv het internet ed in te lezen. Ook staat er altijd veel sport in de krant. Meer als bij de andere twee kranten.

H6 Zijn er nog ‘extraatjes’ bij de krant?

Tegenwoordig zijn er bij de kranten allerlei extraatjes te krijgen. Dit kunnen speciale rubrieken in de krant zijn, maar ook hele bijlagen in de vorm van een tijdschrift.

De Telegraaf
De Telegraaf biedt zijn lezers vele extra’s. zo hebben ze een website waarop men vele dingen kan vele dingen doen. Zo staat er niet alleen nieuws op, maar ook een horoscoop en verschillende spelletjes. Ook komt er ieder weekeinde een soort televisie gids uit; TV Weekeinde. Andere extra’s waren de zoals eerder vermelde privé pagina die de nieuwste roddels brengt, maar ook een speciaal gedeelte voor vrouwen. Die kunnen dan lezen over wat hen interesseert.

Reformatorisch Dagblad

Ook het Reformatorisch Dagblad heeft wat extraatjes voor hun lezers. Een daarvan is weer een website. Op deze website staat heel overzichtelijk het nieuws. Je kunt er gemakkelijk artikelen vinden over het onderwerp dat jij wilt lezen. Er zijn in een menu speciale rubrieken voor. Een van die rubrieken is uiteraard Kerk en Godsdienst. Een paar andere rubrieken zijn auto, toerisme, koninklijk huis en jongeren. Ook kun je heel gemakkelijk allerlei informatie over het dagblad krijgen. Zowel over de papieren als die op het internet.
Ook doet deze krant

Algemeen Dagblad
Ook deze krant geeft extraatjes. Niet alleen het AD Magazine in het weekend, maar ook allerlei lezersaanbiedingen. Zoals kortingen op boelen bijvoorbeeld
Het magazine in het weekend heeft soms een speciaal onderwerp, maar vaak gaat het over van alles en nog wat. Je kunt er je horoscoop in lezen, een puzzel maken, uitgaanstips bekijken en nog veel meer.
Ook heeft het AD in de krant zelf iedere dag een bijzondere rubriek. Deze kan gaan over muziek, gezondheid of bijvoorbeeld auto’s. Zo is er altijd wel iets extra’s in de krant zelf

H7 De eindconclusie

In heel deze praktische opdracht hebben we goed kunnen kijken naar de kranten. Maar nu niet gewoon als iemand die de krant leest, maar als iemand die de krant bestudeert.
Ik ben tot de conclusie gekomen dat iedere krant wel objectief nieuws maakt. Toch zit er bij het Reformatorisch Dagblad altijd een christelijk tintje aan. En wordt er ook gepleit tegen ‘goddeloos’ gedrag. De keuze en manier waarop nieuws gebracht wordt is wel anders. Om het kort samen te vatten lijkt de Telegraaf een soort sensatiekrant. Ze brengen vaak nieuws dat bijvoorbeeld raar, extreem, of gruwelijk is. Ook brengen ze het op een andere manier. Het reformatorisch Dagblad een zeer christelijke krant en het Algemeen Dagblad een doodnormale krant.

De verschillen in kranten zijn er niet per ongeluk. Om te kunnen verkopen moet je niet komen met iets dat er al is. Niemand koopt iets nieuws dat helemaal niet nieuw is. Iedere krant heft zijn eigen doelgroep waarop hij zijn nieuwskeuze ed. baseert. Deze doelgroepen zijn heel belangrijk voor de krant. Zij zijn de kopers en moeten dus tevreden gehouden worden.


Ook geven de kranten tegenwoordig allerlei extraatjes uit. Dat kan via internet, of de krant zelf. De extraatjes zijn bedoeld om te zorgen dat meer mensen de krant gaan kopen. Dit lukt volgens mij wel aardig.

Kranten zien hun toekomst niet bedreigd door het internet, maar zou dit eigenlijk wel moeten? Op de volgende pagina staat een stukje dat ik van het internet gekopieerd heb. Er staat in dat er steeds minder kranten verkocht worden.

Gedrukte kranten zien oplage dalen
Uitgegeven: 14-1-2000 11:12
Laatst gewijzigd: 14-1-2000 14:59
RIJSWIJK - De totale oplage van de landelijke kranten is vorig jaar met 0,6 procent gedaald. In 1998 steeg de oplage van de landelijke kranten nog met 2,8 procent. Dat blijkt uit cijfers van de krantenorganisatie Cebuco die in De Journalist, het blad van de journalistenvakbond NVJ zijn gepubliceerd.
Door de dalende krantenverkopen en het stijgende aantal huishoudens werd vorig jaar in 68 van de 100 huishoudens een dagblad gelezen, één minder dan een jaar eerder.

Het is onduidelijk welk effect de komst van de gratis kranten Metro en Sp!ts hebben op de krantenverkoop. De meetperiode loopt tot eind juni 1999. Pas daarna verschenen de gratis dagbladen. Het is te verwachten dat de losse verkoop door Metro en Sp!ts daalt, aldus een woordvoerster van Cebuco. Zij kan dit echter nog niet met feiten staven.

Een woordvoerder van Holdingmaatschappij De Telegraaf, uitgever van de gratis Sp!ts, erkent dat het "altijd wel wat kannibaliseert". Hij meldt te zijn 'gestopt' met het volgen van de effecten van Metro en Sp!ts.

De grootste verliezer is het Algemeen Dagblad. Er kwamen 27.000 kranten per dag minder van de drukpers. Alle landelijke kranten wisten in 1999 meer vaste abonnees te verwerven. Behalve het AD. Deze krant bereikte een totale oplage van ruim 363.000. In het buitenland werden nog eens 7000 AD's verkocht. Volgens P. de Jonge, lid van de hoofdredactie, is de daling deels toe te schrijven aan het minder intensief verkopen van proefabonnementen.


Bij de kiosken liet de nieuwsconsument zich in groeiende mate verleiden door Trouw. De krant is hierdoor na een periode van stabiliteit aan een voorzichtige klim in oplage begonnen. Gemiddeld zijn ruim 114.000 exemplaren van Trouw verkocht, 2000 meer dan een jaar eerder.

Met Het Financiële Dagblad gaat het onveranderd goed. Ten opzichte van 1998 is de oplage vorig jaar met ruim 10 procent gestegen tot 51.000. De euforie kan van korte duur zijn. Een van de initiatiefnemers van het gratis dagblad Metro, de Duitse uitgever Falk Madeja, denkt erover binnenkort een gratis financiële krant op de markt te brengen.

De oplage van de regionale dagbladen daalt al een aantal jaren. De daling is vorig jaar minder scherp geworden. De Haagsche Courant springt er negatief uit. Haar oplage kromp met 7500 exemplaren tot 120.600.

H8 Begrippenlijst

Actualiteit:
Het gaat over wat er de laatste tijd gebeurt, dus geen oude zaken, maar nieuwe ontwikkelingen.

Publiciteit:
Het is voor iedereen toegankelijk. Het is niet alleen maar te doen voor één bepaalde groep, maar iedereen kan er aan mee doen.

Periodiciteit:
Het op geregelde en bepaalde tijden verschijnen. Dat kan dus elke dag, of elke week bijvoorbeeld.

Universaliteit:
Van te voren weet men nog niet wat voor onderwerpen er aan de orde zullen komen. Alle onderwerpen zijn mogelijk.

Socius-functie:
De krant wordt als het ware een vertrouwenspersoon of een metgezel van de lezer. Ze horen bij elkaar.

Verschijningsgebied:

Het gebied waarin een krant of ander ‘persprodukt’ te krijgen is. Bijvoorbeeld alleen maar in 1 regio of land.

Proefnummer:
Een krant die nog wordt uitgegeven voordat men heeft besloten om er mee door te gaan. Een proefnummer moet uitwijzen of er wel behoefte is aan een nieuw blad, en of deze wel kans heeft op succes.

Verzuilde samenleving:
Een samenleving waarin men ieder in een eigen zuil heeft. Iedere zuil heeft zijn eigen godsdienst, zijn eigen omroep, zijn eigen krant en eigen winkel.

Commissie voor de perszuivering:
Een commissie die zich bezighield met de pers. Zij konden zorgen dat een uitgever gestraft werd of juist niet. Zij hielden alles wast er gedrukt werd eigenlijk zo’n beetje in de gaten.

H9 Evaluatie

Deze praktische opdracht was eindelijk eens een keer een praktische opdracht waar ik met best wat plezier aan heb gewerkt. Ik vond het interessant om alles zo’n beetje te bekijken en te vergelijken.

Wat ging er goed?
Mijn planning was heel goed. Deze was zeer realistisch en best bij te houden. Alleen aan het eind was het best moeilijk. Ook ben ik vroeg genoeg begonnen met informatie te verzamelen. Het was heel moeilijk om iets over dit onderwerp te vinden. Gelukkig ben ik op tijd begonnen met zoeken. Ik heb veel, lang en goed gezocht. Hierdoor heb ik net genoeg informatie kunnen vinden om een werkstuk van te maken.
Ook heb ik, als ik dat van mezelf mag zeggen, een goeie grafiek gemaakt. Ik heb niet eens een programma waarmee je dat kunt doen, dus heb ik hem echt helemaal zelf moeten tekenen.


Wat ging er fout?
Ik kon ondanks dat ik best genoeg informatie kon vinden voor dit werkstuk, toch weinig extra dingen gevonden. Meestal doe je als je een werkstuk maakt, er nog wat extra dingen bij en dergelijke. Maar nu was daar gewoon niet voldoende informatie voor. Mijn werkstuk is dus heel beknopt gebleven en ik ben niet verder uitgeweid over mijn onderwerp. Gelukkig was ik wel op tijd met het zoeken naar de echte informatie die hard nodig was, als ik eerst naar de extra’s had gezocht was ik waarschijnlijk in tijdnoot gekomen. Dat ging dus eigenlijk best goed.

Wat doe ik de volgende keer anders?
Als ik nog een keer zo’n opdracht zou krijgen zou ik een paar weken uitlooptijd in mijn planning stoppen. Zo voorkom je dat je in de laatste week nog een hele hoop moet doen. Dat was nu dus zo. De rest van mijn planning was trouwens wel heel goed. Alleen aan het einde kwam ik dus een beetje in de problemen.

H10 Bronnenlijst

Mijn bronnenlijst is eigenlijk helemaal niet groot. Ik heb hoofdzakelijk deze drie websites gebruikt:

www.telegraaf.nl
www.refdag.nl
www.ad.nl

Maar ook heb ik de informatie gebruikt die ik van hun heb gekregen.

Je krijgt die informatie als je een mailtje stuurt naar:

redactie@refdag.nl
abonneeservice.ad@pcmuitgevers.nl

Ook heb ik de volgende sites bezocht om aan informatie te komen:

www.kranten.com
www.kranten.pagina.nl
www.pers.pagina.nl
www.users.fmg.uva.nl/pbakker/kranten.html
www.mediafacts.nl
www.mijneigenfavorieten.nl
www.pcmuitgevers.nl
www.villamedia.nl

Dat zijn dus al mijn internetbronnen, maar ik heb ook op de Encarta encyclopedie gezocht en natuurlijk in de kranten zelf.