Anne Frank

Beoordeling 6.2
Foto van een scholier
  • Opstel door een scholier
  • 1e klas havo | 995 woorden
  • 8 maart 2004
  • 38 keer beoordeeld
Cijfer 6.2
38 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Op 6 juli 1942 duikt de familie Frank onder. Later komen daar nog de familie Van Pels (de familie Van Daan) en Fritz Pfeffer (Albert Dussel) bij.
Ruim twee jaar lang leven deze acht mensen in het Achter-huis, afgesloten van de buitenwereld.
Bij de publicatie van het dagboek geeft Otto Frank de familie Van Pels en de tandarts Frits Pfeffer de namen die Anne Frank voor hen bedacht heeft.
Van Pels wordt Van Daan en Fritz Pfeffer wordt Albert Dussel.
In 10 weken, van 20 mei tot 4 augustus 1944 herschrijft Anne Frank een groot

deel van haar dagboek. Vooral het begin van het dagboek verbetert zij sterk.
Ondertussen schrijft zij ook verder in haar gewone dagboek.
Het herschrijven wordt afgebroken door de arrestatie op 4 augustus 1944.
Anne Frank heeft dan 324 losse vellen volgeschreven.

1. Het Dagboek van Anne Frank.

Op 6 juni 1942 dook de Joodse familie Frank onder samen met de familie van Pels, in het Achterhuis. Ze hadden al afgesproken om onder te duiken maar dit werd 10 dagen vervroegd omdat Margot een oproep gekregen had van de SS.
Toen Anne en haar familie aankwamen, was de familie van Pels er al. Gelijk werden er regels gemaakt waar iedereen zich aan moest houden. Tussen 8 en half 7 geen water, geen wc en zo min mogelijk geloop en geluid. Het Achterhuis was heel gehorig en niemand mocht natuurlijk weten dat ze zich hier verscholen. Miep bracht steeds rantsoen en kwam boodschappenlijstjes halen. Ze kwam ook met nieuws van buiten dat alles maar steeds erger werd. Na een paar maanden kwam er een onderduiker bij. De tandarts Fritz Pfeffer.
Nu moesten de kamers opnieuw worden ingedeeld. Pfeffer kwam bij Anne op de kamer en Margot ging bij haar ouders in de kamer. Pfeffer had ook nieuws van buiten. Hoe alle kennissen en vrienden van Frank en van van Pels opgepakt waren. Anne bleef nog steeds trouw in haar dagboek schrijven. Over de ruzies met haar moeder en dat meneer Pfeffer altijd in de kamer wilt. Hij had er een goede reden voor (hij had astma en kon de poes van Peter niet uitstaan) maar toch. Toen was het Chanoeka. Met Chanoeka herdenken de Joden de Tempel. Bij dit feest heb je ook een kandelaar met 8 armen. Chanoeka is een soort Sinterklaas met allemaal cadeautjes.
Anne had allemaal cadeautjes bij elkaar gemaakt. Voor Margot een uitgegumd puzzelboekje, voor mevr. Van Pels een klein flesje shampoo en voor mn. Van Pels een paar sigaretten. Een paar nachten verder wordt Edith Frank wakker van geluid in het keukentje. Meneer van Pels probeerde eten te stelen. Edith en mevr.Van Pels maken knallende ruzie. Edith vind dat van Pels er uit moet. Later blijven ze toch. Anne gaat nu regelmatig op bezoek bij Peter, maar ook in haar dagboek schrijft ze dat ze niet verliefd op hem is. Op 6 juni 1944 komt Miep met groot nieuws. De invasie was begonnen.

Toen op 4 augustus 1944 werden de familie Frank, van Pels en Fritz Pfeffer, opgepakt.

2. De Onderduikers

De mensen uit het Achterhuis hebben allemaal een verschillend karakter wat heel erg naar boven komt in de film.
Anne Frank is nieuwsgierig, volwassen voor haar leeftijd maar ze kan ook heel kinderlijk zijn.
Margot Frank is een net kind, en ze kan niets fout doen. Maar ze komt totaal niet egoïstisch over.
Edith Frank is de moeder van Anne en naar mijn mening laat ze altijd over zich heen lopen, luistert naar iedereen en doet nooit iets wat ze eigenlijk wilt.
Otto Frank is de vader van Anne en ik vind dat hij mensen behandeld op de manier waarop ze behandeld zouden moeten worden. Dit vind ik heel knap.
Meneer van Pels denkt dat hij alles is en is juist heel egoïstisch.
Mevrouw van Pels bekritiseerd iedereen en zeurt heel veel.
Peter van Pels is een teruggetrokken jongen die een lage dunk van zichzelf heeft en weinig van zichzelf verwacht.
Fritz Pfeffer is de Joodse tandarts, hij is aardig maar verwacht en wilt teveel van het leven in het Achterhuis.

3. Na de arrestatie.

Hermann van Pels was meteen na zijn komst in Auschwitz vergast, samen met 549 mensen die op 3 september van Westerbork naar Auschwitz waren gekomen.

De andere mannen, Peter van Pels, Otto Frank en Fritz Pfeffer bleven tot 29 oktober bij elkaar, maar daarna werd Fritz Pfeffer overgeplaatst naar een kamp wat Sachsenhausen heette. Daarna moest hij naar het concentratiekamp Neunengamme in Duitsland. Hier stierf hij op 20 december 1944.


Otto Frank was al lange tijd ziek door uitputting en mishandeling. Toen Peter hem bezocht in de ziekenbarak verzocht Otto hem daar te blijven, zodat hij niet gepakt werd. Maar Peter durfde niet, want hij was bang dat de SS hem alsnog zou vinden en de straf groter zou zijn. Op 16 januari werd hij met duizenden anderen afgevoerd naar het concentratiekamp Mathausen, waar hij stierf op 5 mei 1945, drie dagen voordat het kamp werd bevrijd.

Edith Frank was aan de gaskamers ontkomen, maar sinds de selectie in Auschwitz was ze gescheiden van haar dochters en gaf ze de wil om te leven op.
Ze stierf op 6 januari 1945 in Auschwitz.

Auguste van Pels overleed waarschijnlijk in een vliegtuigfabriek in Theresienstadt of Raguhn, of tijdens het werk. Ze is zeker voor 8 mei 1945 in Duitsland of Tsjecho-Slowakije overleden.

Otto Frank was de enige die het kamp overleefde. Zijn redding was de ziekenbarak, waar hij zo lang had gelegen en waar hij veilig was omdat een Joods-Nederlandse arts met de Duitse arts had gepraat. Op 27 januari 1945 werd zijn kamp, Auschwitz, door de Russen bevrijd. Zij gaven Otto kleren en eten waardoor hij weer wat opknapte. Otto Frank is overleden in augustus 1980.

4. De Helpers.

De grootste zorg van de onderduikers was wel hoe ze aan eten moesten komen. Gelukkig hadden ze mensen die hun hielpen.
De helpers van de mensen uit het Achterhuis zijn Victor Kugler, Miep Gies, Johannes Kleiman en Bep Voskuijl. Iedere ochtend brachten Bep en Miep hun rantsoenen. Kleiman zorgde voor het brood en een vriend van, van Pels leverde vlees. Miep zorgde voor de groente en Bep voor melk.

REACTIES

C.

C.

leuk werkstuk

19 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.