Reuma en artrose
Je krijgt artrose als je kraakbeen weg gaat. De uiteinden van de botten schuren dan tegen elkaar. Het bot gaat dan het dragende oppervlak vergroten om de druk op het gewricht te verminderen. Het gewricht kan daardoor uitsteeksels maken, dikker worden en misvormd raken. Hierdoor worden bewegingen pijnlijk en je krijgt de neiging om het gewricht steeds minder te gaan bewegen, daardoor worden je gewrichten stijf en worden je spieren slapper.
Artrose komt veel voor bij oudere mensen, maar ook bij jongeren. Bij oudere mensen komt het vooral door slijtage van de gewrichten. Als jongere mensen artrose hebben komt het vaak door overbelasting of blessures. Natuurlijk kunnen oudere mensen het ook op deze manier krijgen.
Om artrose te verminderen moet goed blijven bewegen. Maar niet je gewrichten overbelasten. Medicijnen zijn er meestal wel maar veel daarvan hebben bijwerkingen op je darmen.
Reumafonds
Het Reumafonds is dé fondsenwerver voor de reumabestrijding in Nederland. Al tachtig jaar zetten zij hun middelen in voor de bestrijding van reuma en de gevolgen daarvan in Nederland. Het Reumafonds is opgericht in 1926 door dr. Jan van Breemen, dat was een huisarts uit Amsterdam, die zich als eerste het lot van de reumapatiënt echt aantrok. Inmiddels is het fonds uitgegroeid tot een vereniging (De Vereniging Nationaal Reumafonds) waarin organisaties van behandelaars en van patiënten samenwerken met het Reuma fonds om zo doelmatig mogelijk reuma te lijf te gaan. De behandelaars vanuit hun medische achtergrond, de patiënt vanuit zijn ervaring en het Reumafonds met het organiserend vermogen, fondsenwervende kwaliteiten, en als coördinator van een forse geldstroom.
Omdat artrose een pijnlijke en soms invaliderende ziekte is, investeert het Reumafonds veel geld in onderzoek naar de oorzaken, het verloop en een betere behandeling van artrose. Zoals het grote landelijke CHECK-onderzoek.
Gevolgen voor de patiënt:
Als je reuma hebt ben je meer afhankelijk van de omgeving, en het is vaak moeilijk om daarmee om te gaan. Uit bed stappen, opstaan uit een stoel, groenten snijden, sokken aantrekken, haren wassen of iets boven het hoofd uit een kast pakken is allemaal erg pijnlijk. Hierdoor heb je soms hulp van anderen nodig. Het valt niet mee om dat soort dingen uit handen te geven.
Bij reuma wisselen ‘rustige’ en ‘actieve’ perioden elkaar af. In een rustige periode voelt een reumapatiënt zich ‘goed’ en kan hij allerlei activiteiten ondernemen, maar als de ziekte actief is kan hij zich nauwelijks meer bewegen.
Veel mensen vinden het moeilijk te accepteren dat van het een op het andere moment het veel beter of slechter kan gaan. Dit onbegrip over de ziekte is voor veel reumapatiënten een soort ‘tweede pijn.’ Zij willen graag aan het werk blijven en aan het verkeer deelnemen, als je in de actieve periode zit kan dat vaak niet of gaat het moeilijk. Dan kost het veel energie.
Werken zorgt voor inkomen, eigenwaarde en zelfstandigheid, dus een groot deel van de reumapatiënten doet er veel aan om aan de slag te kunnen blijven. Steun en hulp van collega’s en leidinggevenden is daarbij erg belangrijk.
Als de collega’s het niet begrijpen wanneer de patiënt ondanks zijn inzet toch uitvalt, is dat erg vervelend.
Gevolgen voor de omgeving:
De patiënt moet worden geholpen met veel ‘gewone’ dingen, zoals dingen pakken, opstaan, eten koken, enz.
Op het werk kunnen collega’s door de taakverdeling aan te passen, andere werktijden in te stellen of een werkplek aan te passen de reumapatiënt helpen aan het werk te blijven. Het is ook erg belangrijk de patiënt steun te geven.
Bronnen
www.reumafonds.nl
www.orthopedie.nl
Je krijgt artrose als je kraakbeen weg gaat. De uiteinden van de botten schuren dan tegen elkaar. Het bot gaat dan het dragende oppervlak vergroten om de druk op het gewricht te verminderen. Het gewricht kan daardoor uitsteeksels maken, dikker worden en misvormd raken. Hierdoor worden bewegingen pijnlijk en je krijgt de neiging om het gewricht steeds minder te gaan bewegen, daardoor worden je gewrichten stijf en worden je spieren slapper.
Artrose komt veel voor bij oudere mensen, maar ook bij jongeren. Bij oudere mensen komt het vooral door slijtage van de gewrichten. Als jongere mensen artrose hebben komt het vaak door overbelasting of blessures. Natuurlijk kunnen oudere mensen het ook op deze manier krijgen.
Reumafonds
Het Reumafonds is dé fondsenwerver voor de reumabestrijding in Nederland. Al tachtig jaar zetten zij hun middelen in voor de bestrijding van reuma en de gevolgen daarvan in Nederland. Het Reumafonds is opgericht in 1926 door dr. Jan van Breemen, dat was een huisarts uit Amsterdam, die zich als eerste het lot van de reumapatiënt echt aantrok. Inmiddels is het fonds uitgegroeid tot een vereniging (De Vereniging Nationaal Reumafonds) waarin organisaties van behandelaars en van patiënten samenwerken met het Reuma fonds om zo doelmatig mogelijk reuma te lijf te gaan. De behandelaars vanuit hun medische achtergrond, de patiënt vanuit zijn ervaring en het Reumafonds met het organiserend vermogen, fondsenwervende kwaliteiten, en als coördinator van een forse geldstroom.
Omdat artrose een pijnlijke en soms invaliderende ziekte is, investeert het Reumafonds veel geld in onderzoek naar de oorzaken, het verloop en een betere behandeling van artrose. Zoals het grote landelijke CHECK-onderzoek.
Gevolgen voor de patiënt:
Als je reuma hebt ben je meer afhankelijk van de omgeving, en het is vaak moeilijk om daarmee om te gaan. Uit bed stappen, opstaan uit een stoel, groenten snijden, sokken aantrekken, haren wassen of iets boven het hoofd uit een kast pakken is allemaal erg pijnlijk. Hierdoor heb je soms hulp van anderen nodig. Het valt niet mee om dat soort dingen uit handen te geven.
Bij reuma wisselen ‘rustige’ en ‘actieve’ perioden elkaar af. In een rustige periode voelt een reumapatiënt zich ‘goed’ en kan hij allerlei activiteiten ondernemen, maar als de ziekte actief is kan hij zich nauwelijks meer bewegen.
Veel mensen vinden het moeilijk te accepteren dat van het een op het andere moment het veel beter of slechter kan gaan. Dit onbegrip over de ziekte is voor veel reumapatiënten een soort ‘tweede pijn.’ Zij willen graag aan het werk blijven en aan het verkeer deelnemen, als je in de actieve periode zit kan dat vaak niet of gaat het moeilijk. Dan kost het veel energie.
Werken zorgt voor inkomen, eigenwaarde en zelfstandigheid, dus een groot deel van de reumapatiënten doet er veel aan om aan de slag te kunnen blijven. Steun en hulp van collega’s en leidinggevenden is daarbij erg belangrijk.
Als de collega’s het niet begrijpen wanneer de patiënt ondanks zijn inzet toch uitvalt, is dat erg vervelend.
De patiënt moet worden geholpen met veel ‘gewone’ dingen, zoals dingen pakken, opstaan, eten koken, enz.
Op het werk kunnen collega’s door de taakverdeling aan te passen, andere werktijden in te stellen of een werkplek aan te passen de reumapatiënt helpen aan het werk te blijven. Het is ook erg belangrijk de patiënt steun te geven.
Bronnen
www.reumafonds.nl
www.orthopedie.nl
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden