Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Voor het eerst ongesteld

Beoordeling 7.5
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • groep 8 | 1642 woorden
  • 13 december 2004
  • 65 keer beoordeeld
Cijfer 7.5
65 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Alles word anders & groeien

Als je 10, 11 of 12 jaar bent gaat je lichaam veranderen. Je wordt sneller groot, je krijgt schaamhaar (Het haar wat bij je geslacht gaat groeien) en okselhaar. Bij jongens gaat er ook nog borsthaar groeien, hij krijgt de baard in de keel, een zwaardere stem en bredere schouders. Bij de meisjes gaan de borsten groeien en de heupen worden breder. Aan de binnenkant veranderd het lichaam ook. De meisjes kunnen zwanger worden en worden ongesteld. Ook verandert je gedrag, je wordt ‘puber’. Als de borsten gaan groeien kan het erg lastig zijn, ze gaan erg jeuken en misschien ook pijn doen, maar dat is niet bij iedereen zo. Eerst krijg je twee van die uitstekende punten, maar daar raak je snel aan gewend. Sommige jongens en meisjes schamen zich voor hun schaamhaar. Het woord schaamhaar komt uit ‘de schaamtijd’. In die tijd schaamden de mensen zich voor alles wat te maken had met poep, plas en seks. Het woord ongesteld komt ook uit die tijd. De vrouwen schaamden zich als ze gingen menstrueren, dus zeiden ze dat ze ongesteld waren, want vroeger betekende ongesteld zijn ook dat je griep had of je niet lekker voelde. Een jongen kon toen dus ook ongesteld worden. Nu betekent ongesteld alleen nog maar dat je gaat menstrueren.

De eerste keer

Als je ongesteld wordt kan het overal gebeuren. Er is altijd een eerste keer. Het kan zijn dat je naar de wc gaat en er zit ineens een bruine vlek in je onderbroek, want bloed wordt na een tijdje bruin. Het kan een kleine bloedplek zijn of een grote, want de ene keer verlies je meer bloed dan de andere keer. Het ene meisje krijgt er buikpijn bij en het andere meisje voelt helemaal niks. Vroeg of laat gebeurt het. Als je 10 bent is het vroeg, maar als je 16 bent is het laat. Het is heel normaal, maar het is niet leuk als jij de enige bent die ongesteld is of als iedereen het al is en jij nog niet. Het is goed als je er veel over praat, want dan ben je goed voorbereidt. Je kunt ook gaan wandelen, fietsen, sporten of slapen om de pijn te verminderen. Als dat niets helpt heeft de dokter nog wel een aspirientje speciaal voor menstruatiepijn. Ze hebben daar ook el andere middeltjes.


Een lastige periode

Alles gaat veranderen in je lichaam. Het zal niet altijd leuk zijn, maar na een tijdje ga je er aan wennen. Ook ga je je erin interesseren, bijvoorbeeld de meisjes gaan hun borsten vergelijken met die van vriendinnen. De puberteit is niet makkelijk, voor jou niet en voor de mensen in jouw omgeving ook niet. Sommige tieners hebben er geen last van, maar bij de meeste geeft het problemen. Vaak vinden ze hun ouders te streng en op school vinden ze het maar saai. Je gaat veel om met de kinderen van jouw leeftijd. Je gaat meer praten over jongens of je wordt verliefd.

Seksualiteit

als je ouder wordt, ga je anders denken over seksualiteit. Je gaat veranderen. Je krijgt seksuele gevoelens. Met seksuele gevoelens is niets mis. Jongens en meisjes hebben seksuele gevoelens. Seks is heel normaal, een ander woord voor seks is een geslachtsdaad, een geslachtsgemeenschap of de liefde bedrijven. Seks doe je door de piemel van de man in de vagina van de vrouw te stoppen. Als je seks doet loop je de kans om een ziekte te krijgen bijvoorbeeld HIV. HIV is een beginnetje van de ziekte AIDS. Als je HIV hebt kan dit later AIDS worden, maar het hoeft niet altijd. Om een ziekte te voorkomen kun je allerlei middelen gebruiken om niet besmet te worden met een ziekte, of geen kind te krijgen. Daarvoor kun je gebruiken: een condoom, een vrouwencondoom, zaaddodend middel, een sponsje, de anticonceptiepil, norplant, een prikpil, een gewoon pessarium, nog een soort pessarium en een spiraaltje. Er zijn veel waarschuwingen voor HIV en AIDS. Je kunt HIV alleen maar krijgen door te vrijen zonder condoom, besmet bloed dat in aanraking komt met een wondje of door een besmette injectienaald (vooral bij drugsverslaafden). Dan kun je iemand besmetten met HIV of AIDS. HIV is niet erfelijk.

Zo zie je er van binnen uit

In de vagina zit een gladde wand. De wand is zacht. De baarmoeder in de vagina heeft de vorm en de grootte van een holle omgedraaide peer. In de baarmoeder groeit het kind en als het kind te groot is voor de baarmoeder rekt de baarmoeder mee uit en worden ze samen groter. In de buik heeft de vrouw links en rechts een eierstok. De eierstok is eigenlijk geen goede naam, want het heeft de vorm en grootte van een aardbei of een amandel. In je lichaam zitten duizenden eitjes. Ze zijn zo klein dat je ze beter eicellen kunt noemen. In je lichaam heb je ook twee eileiders. Dat zijn buisjes, die van de eierstokken naar de baarmoeder gaan. De eileiders hebben de vorm van een trompet.

De eicel

Rijp: vanaf je geboorte heeft een meisje al duizenden eicellen in haar lichaam. Als je 16 jaar bent of eerder (ligt er aan wanneer je ongesteld bent) is er iedere maand een eitje ‘rijp’. Het heeft de vorm en de grote van een speldenknop. Het eitje zit in een blaasje met vocht. Als het opengaat gaat het eitje naar de baarmoeder. Op het moment dat het eitje los is, heet het de eisprong. 1 Keer per maand laat de eierstok zo’n eitje los. Om de beurt, de ene keer links en de andere keer rechts. Meestal merk je niets. Je verliest geen bloed. Op dat moment ben je namelijk niet ongesteld. Dat komt pas 14 dagen later!
In de baarmoeder kunnen er 2 dingen gebeuren:

1. de eicel ontmoet zaadcellen en smelten samen. Dat noemen we bevruchting.
2. de eicel ontmoet helemaal niets en smelt na een tijdje. Dan gaat het eitje dood en is onbevrucht.
Als het eitje terecht komt in de baarmoeder is de baarmoeder bedekt met een zacht laagje van slijm en bloedvaatjes. Daar vind het eitje een plekje om te groeien in een kindje als het eitje bevrucht is.
Als het eitje onbevrucht is, is de slijmlaag niet nodig en na 14 dagen laat de slijmlaag los en knappen de bloedvaatjes. Dan komt het bloed samen met wat slijm naar buiten via de vagina en dan ...
Ben je ongesteld.

Heel wat geregel

Elke maand gebeurt het opnieuw: de slijmlaag, de eisprong, je bent ongesteld, de slijmlaag, de eisprong, je bent ongesteld. Elke keer weer. Dat noemen we dan ook de menstruatiecyclus.
Hormonen: bij de hormonen gaat het zo: de baarmoeder en de eierstokken gaan niet zo maar aan de gang. Ze wachten op een berichtje van de hormonen. De hormonen zijn onzichtbare boodschappers, die in je bloed zitten. Ze hebben telkens een boodschap. De ene keer een boodschap voor de baarmoeder en de andere keer een boodschap voor de eierstokken. Het is wisselend. Dit kan ook je humeur bederven. Het ene moment ben je vrolijk en blij en dan ben je ineens verdrietig. Door je hormonen heb je een extra lastige puberteit. De ene keer heb je veel hormonen van het een in je lichaam en de andere keer weer veel van het ander. Je humeur wordt daar niet beter op. Je bent labiel. Labiel is een ander woord voor verschillend humeur.

Maandverband of tampons?

Als je ongesteld bent kun je kiezen uit 2 middelen, maandverband of tampons.

Maandverband: de meeste meisjes gebruiken maandverband. Aan de onderkant van het maandverband zit een plakstrip, die je in je onderbroek kunt plakken. De naam maandverband komt van het verbandje in je onderbroek en het is iedere maand. Ongesteld ben je 4 tot 6 dagen of langer. Als je veel bloed verliest kan je groot en dik maandverband nemen. Als je weinig bloed verliest kun je een klein en dun maandverbandje nemen. Heel veel meisjes zijn bang dat je het maandverband door hun broek heen ziet.
Tampons: een tampon is een opgerold stevig propje watten met een touwtje eraan. Je brengt een tampon in via de onderkant. Het touwtje moet buiten de vagina blijven hangen, want anders kun je de tampon er niet meer uit halen. Als je aan het touwtje trekt komt de tampon er weer uit. Als je een tampon goed inbrengt, zul je er niets van voelen. Je moet een tampon wel regelmatig verwisselen. Ongeveer om de 2 tot 3 uur. Als je weinig bloed verliest kun je hem wat langer laten zitten. Je moet minimaal 2 tot 3 tampons per dag gebruiken. Voor het slapen gaan moet je een nieuwe tampon inbrengen. Die tampon kun je dan de hele nacht laten zitten, want ’s nachts verlies je weinig bloed. Een voordeel van een tampon is dat je er niets van voelt. Een nadeel is dat het naar kan zijn om de tampon te verwisselen en je moet ermee oefenen.
Een nadeel van een maandverband is dat het vaak vervelend zit. Een voordeel is dat je het niet hoeft te oefenen. Maandverband of tampons mag je niet door de wc spoelen, anders gaat de wc verstoppen. Je moet het in een speciaal zakje doen, of in wc-papier rollen en in een afvalemmer of bakje doen.

Belangrijk om te weten

Als je ongesteld bent kun je alles doen wat je wilt, sporten, wandelen, slapen enzovoort. Het is heel belangrijk dat je schoon blijft. Als je echt in de puberteit zit, krijg je overal haar. Op veel plekken ga je dan stinken en als je ongesteld bent, krijg je er nog een geurtje bij. Daarom is goed wassen erg belangrijk.
Als je gaat logeren, op vakantie gaat of met schoolkamp gaat, is het lastig als je ongesteld bent. Je kunt naar de dokter gaan en vragen om een middeltje.
Veel meisjes gaan uitrekenen wanneer ze ongeveer ongesteld zijn. Toch is het niet altijd precies een maand. Het kan ook een maandje overslaan. Je weet maar nooit.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.