Titel: Loverboy
Auteur: René Appel
Eerste druk: 2005
Soort werk: Psychologische/literaire thriller
Literaire stroming: Moderne Nederlandse literatuur (Gemaakt in V3) Tijd
Het boek speelt zich ongeveer ruim een jaar lang af (2004-2005). Dat is te merken aan de krantenartikelen die steeds aan het begin van een nieuw hoofdstuk voorkomen. Die zijn heel actueel, want er zitten ook krantenartikelen tussen van de moord op Theo van Gogh, de ex-militair die zijn hele schoonfamilie uit Roermond uitmoord en de moord op Endstra in Amsterdam. De verteltijd is 297 bladzijden. Het verhaal loopt in een chronologische volgorde, maar er zitten af en toe wat flashbacks in het verhaal. Flashforwards zitten niet in het verhaal. De tijd wordt ook niet vaak versnelt, alleen als de personen ergens onderweg naar toe zijn.. Tijdvertraging wordt integendeel wel veel gebruikt, vooral als Yoka bezig is met het schrijven van haar boek. Verhaalbegin en –einde
Als het verhaal begint, heeft Yoka nog geen ‘hoofdprobleem’ (Ab Ovo). Ze is nog samen met Hans en ze heeft nog geen idee van zijn vreemdgaan. Je weet nog niets van de personages, die leer je gaande weg kennen. Het boek heeft een gesloten einde. Het verhaal is echt afgesloten en het ‘hoofdprobleem’ van Yoka is echt afgesloten. Personages
De echt hoofdpersoon is Yoka, het grootste deel van het boek kijk je in haar hoofd.
Yoka Kamphuys: Een 34 jarige schrijfster. Ze heeft een normaal postuur met blond haar. Ze schrijft misdaadromans over haar hoofdpersoon Anouk, die helaas niet goed verkopen. Haar leven stort helemaal in elkaar als ze erachter komt dat Hans vreemdgaat. Ze zoekt steun bij Omar, die in het café de Schutter werkt als barman. Toch houdt ze nog veel van Hans en wil hem trouw blijven. Er is alleen nog één probleem: zijn minnares (Eefje Dekkers) moet uit de weg geruimd worden.
Karakter = gevoelig, treurig, eenzaam Daarnaast switch je ook een paar keer over op andere (belangrijke)bijpersonen. Hans Resinga: De man van Yoka, hij is verslaggever/journalist bij de krant. Hij heeft bruin haar en een gespierd lichaam. De laatste tijd doet hij heel afstandelijk tegenover Yoka, omdat ze volgens hem te veel zeurt. Hij ontmoet een beeldschone vrouw, Eefje Dekkers, waar hij een geheime verhouding aan overhoud. Het liefst wil hij bij Eefje zijn, maar hij houdt ook nog steeds veel van zijn vrouw Yoka.
Karakter = onbetrouwbaar, rustig, romantisch Eefje Dekkers: De minnares van Hans. Ze is een mooie jonge vrouw. Ze werkt bij het Horizon College als counselor. Aan het begin omdat Hans ook veel bij haar is. Haar grootste wens is om Yoka uit de weg te ruimen om Hans helemaal voor zichzelf te hebben. Nu kan ze Hans alleen maar zien wanneer hij tijd heeft om langs te komen. Zo wordt ze ook een beetje aanhankelijk van hem. Als Hans wordt vermoord blijkt ze in verwachting van hem te zijn. Haar gevoelens en gedachten veranderen en ze neemt toch contact op met Yoka.
Karakter = romantisch, vrolijk, egoïstisch Tamar: Een collega van Hans. Ze werkt al 15 jaar met hem samen. Tamar heeft een bruine huidskleur. Zij had nog voor Eefje een geheime affaire met Hans. Als Hans word vermoordt, wil ze er alles aan doen om er achter te komen wie Hans heeft vermoordt.
Karakter = rustig en aardig Andere bijpersonen:
Omar: vriend van Yoka, werkt bij café de Schutter.
Tibba: beste vriendin van Eefje.
Rob: vriend van Tamar
Hans: kindje van Eefje en Hans (Anouk Akkerman: hoofdpersoon in het boek van Yoka. Anouk heeft blond haar en rijd rond op een scooter. Ze is een prive detective en zoekt het vermiste meisje Shana. Ze heeft een stoer karakter, is moedig en ze durft alles. Haar doel is om het vermiste meisje Shana op te sporen en weer bij haar vader terug te brengen. Maar Shana is in handen van Kadir, een loverboy, dus dat wordt nog lastig.
Karakter = moedig, stoer en durft alles.) Ruimte
Het verhaal speelt zich af in Amsterdam. Er komen namelijk veel straatnamen en plekken in het boek voor die in Amsterdam er ook echt zijn (Damrak).Het verhaal speelt zich af vooral af in het huis van Yoka, waarschijnlijk een flat. Maar ook in de flat van Eefje, op het werk van Hans, in de stad en in het café de Schutter. In het fantasie verhaal van Yoka speelt het verhaal zich af op de vmbo-school college de future.
De wijze van vertellen
In het gewone verhaal is er de vertelwijze van de alwetende verteller. We kijken in de hoofden mee van vooral Yoka, Hans, Eefje, Tamar. Ze worden van binnenuit en van buitenaf beschreven. In het gefantaseerde verhaal vertelt de hoofdpersoon Anouk Akkerman in de ikvorm. Yoka begint zich een beetje in Anouk te veranderen door haar karakter over te nemen. Ze schrijft haar boek eigenlijk ook over haar gebeurtenissen en het vreemdgaan van haar man, alleen dan met andere personages. Thema en motieven
In de thriller gaat het niet zo zeer om de vraag wie de moord gepleegd heeft, maar waarom de dader ertoe gekomen is. In deze misdaadroman van René Appel is het thema dan ook de moord op een echtgenoot uit jaloezie vanwege zijn overspel. De vraag is of Yoka Hans doelbewust doodt of dat het meer toeval is en ze eigenlijk meer van plan was Eefje om het leven te brengen. In deze roman is het bovendien grappig dat er een spiegelverhaal is waarin de hoofdfiguur Anouk een afsplitsing is van Yoka. Ze vraagt zich telkens af wat Anouk in zo’n situatie zou doen; omgekeerd schaft ze een pistool aan om te weten hoe het voelt als je een pistool in je hand hebt. In het tweede deel van de roman gaan werkelijkheid en fictie steeds meer door elkaar lopen en dan is er ook sprake van een tweede thema in deze thriller: het thema van het verschil tussen werkelijkheid en fantasie.
De motieven die de twee thema’s ondersteunen zijn o.a. overspel (het vreemdgaan van Hans met Eefje en daarvoor met zijn collega Tamar), de seksualiteit die daarbij een rol speelt, het onderwijs en schoolleven (de beide verhaaldraden spelen ook in het decor van een vmbo-school met probleemleerlingen) het kinderloos zijn van Yoka tegenover het moeder worden van Eefje, de jaloezie die daarvan het gevolg is. Genre
Het kaderverhaal is een mix tussen een psychologisch verhaal en een thriller. In het verhaal worden gevoelens en gedachtes veel beschreven, maar het boek zelf is meer een thriller. Het is dus een psychologische thriller. Het fantasieverhaal hoort bij de detective genres. Een meisje is vermist en Anouk moet haar opsporen in de rol van een privé detective.
Auteur: René Appel
Eerste druk: 2005
Soort werk: Psychologische/literaire thriller
Literaire stroming: Moderne Nederlandse literatuur (Gemaakt in V3) Tijd
Het boek speelt zich ongeveer ruim een jaar lang af (2004-2005). Dat is te merken aan de krantenartikelen die steeds aan het begin van een nieuw hoofdstuk voorkomen. Die zijn heel actueel, want er zitten ook krantenartikelen tussen van de moord op Theo van Gogh, de ex-militair die zijn hele schoonfamilie uit Roermond uitmoord en de moord op Endstra in Amsterdam. De verteltijd is 297 bladzijden. Het verhaal loopt in een chronologische volgorde, maar er zitten af en toe wat flashbacks in het verhaal. Flashforwards zitten niet in het verhaal. De tijd wordt ook niet vaak versnelt, alleen als de personen ergens onderweg naar toe zijn.. Tijdvertraging wordt integendeel wel veel gebruikt, vooral als Yoka bezig is met het schrijven van haar boek. Verhaalbegin en –einde
Als het verhaal begint, heeft Yoka nog geen ‘hoofdprobleem’ (Ab Ovo). Ze is nog samen met Hans en ze heeft nog geen idee van zijn vreemdgaan. Je weet nog niets van de personages, die leer je gaande weg kennen. Het boek heeft een gesloten einde. Het verhaal is echt afgesloten en het ‘hoofdprobleem’ van Yoka is echt afgesloten. Personages
Karakter = gevoelig, treurig, eenzaam Daarnaast switch je ook een paar keer over op andere (belangrijke)bijpersonen. Hans Resinga: De man van Yoka, hij is verslaggever/journalist bij de krant. Hij heeft bruin haar en een gespierd lichaam. De laatste tijd doet hij heel afstandelijk tegenover Yoka, omdat ze volgens hem te veel zeurt. Hij ontmoet een beeldschone vrouw, Eefje Dekkers, waar hij een geheime verhouding aan overhoud. Het liefst wil hij bij Eefje zijn, maar hij houdt ook nog steeds veel van zijn vrouw Yoka.
Karakter = onbetrouwbaar, rustig, romantisch Eefje Dekkers: De minnares van Hans. Ze is een mooie jonge vrouw. Ze werkt bij het Horizon College als counselor. Aan het begin omdat Hans ook veel bij haar is. Haar grootste wens is om Yoka uit de weg te ruimen om Hans helemaal voor zichzelf te hebben. Nu kan ze Hans alleen maar zien wanneer hij tijd heeft om langs te komen. Zo wordt ze ook een beetje aanhankelijk van hem. Als Hans wordt vermoord blijkt ze in verwachting van hem te zijn. Haar gevoelens en gedachten veranderen en ze neemt toch contact op met Yoka.
Karakter = romantisch, vrolijk, egoïstisch Tamar: Een collega van Hans. Ze werkt al 15 jaar met hem samen. Tamar heeft een bruine huidskleur. Zij had nog voor Eefje een geheime affaire met Hans. Als Hans word vermoordt, wil ze er alles aan doen om er achter te komen wie Hans heeft vermoordt.
Karakter = rustig en aardig Andere bijpersonen:
Omar: vriend van Yoka, werkt bij café de Schutter.
Tibba: beste vriendin van Eefje.
Rob: vriend van Tamar
Hans: kindje van Eefje en Hans (Anouk Akkerman: hoofdpersoon in het boek van Yoka. Anouk heeft blond haar en rijd rond op een scooter. Ze is een prive detective en zoekt het vermiste meisje Shana. Ze heeft een stoer karakter, is moedig en ze durft alles. Haar doel is om het vermiste meisje Shana op te sporen en weer bij haar vader terug te brengen. Maar Shana is in handen van Kadir, een loverboy, dus dat wordt nog lastig.
Karakter = moedig, stoer en durft alles.) Ruimte
In het gewone verhaal is er de vertelwijze van de alwetende verteller. We kijken in de hoofden mee van vooral Yoka, Hans, Eefje, Tamar. Ze worden van binnenuit en van buitenaf beschreven. In het gefantaseerde verhaal vertelt de hoofdpersoon Anouk Akkerman in de ikvorm. Yoka begint zich een beetje in Anouk te veranderen door haar karakter over te nemen. Ze schrijft haar boek eigenlijk ook over haar gebeurtenissen en het vreemdgaan van haar man, alleen dan met andere personages. Thema en motieven
In de thriller gaat het niet zo zeer om de vraag wie de moord gepleegd heeft, maar waarom de dader ertoe gekomen is. In deze misdaadroman van René Appel is het thema dan ook de moord op een echtgenoot uit jaloezie vanwege zijn overspel. De vraag is of Yoka Hans doelbewust doodt of dat het meer toeval is en ze eigenlijk meer van plan was Eefje om het leven te brengen. In deze roman is het bovendien grappig dat er een spiegelverhaal is waarin de hoofdfiguur Anouk een afsplitsing is van Yoka. Ze vraagt zich telkens af wat Anouk in zo’n situatie zou doen; omgekeerd schaft ze een pistool aan om te weten hoe het voelt als je een pistool in je hand hebt. In het tweede deel van de roman gaan werkelijkheid en fictie steeds meer door elkaar lopen en dan is er ook sprake van een tweede thema in deze thriller: het thema van het verschil tussen werkelijkheid en fantasie.
De motieven die de twee thema’s ondersteunen zijn o.a. overspel (het vreemdgaan van Hans met Eefje en daarvoor met zijn collega Tamar), de seksualiteit die daarbij een rol speelt, het onderwijs en schoolleven (de beide verhaaldraden spelen ook in het decor van een vmbo-school met probleemleerlingen) het kinderloos zijn van Yoka tegenover het moeder worden van Eefje, de jaloezie die daarvan het gevolg is. Genre
Het kaderverhaal is een mix tussen een psychologisch verhaal en een thriller. In het verhaal worden gevoelens en gedachtes veel beschreven, maar het boek zelf is meer een thriller. Het is dus een psychologische thriller. Het fantasieverhaal hoort bij de detective genres. Een meisje is vermist en Anouk moet haar opsporen in de rol van een privé detective.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden