Joe Speedboot door Tommy Wieringa

Beoordeling 7.1
Foto van een scholier
Boekcover Joe Speedboot
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 5e klas vwo | 7783 woorden
  • 11 augustus 2015
  • 23 keer beoordeeld
Cijfer 7.1
23 keer beoordeeld

Boekcover Joe Speedboot
Shadow

Fransje Hermans, de verteller van het verhaal, is na een ongeluk invalide geraakt en heeft voorgoed zijn spraakvermogen verloren. Hij is de zelfbenoemde chroniqueur van het dorp Lomark. Zijn fascinatie voor de nieuweling Joe Speedboot is grenzeloos: Joe Speedboot, de jongen die zijn eigen naam gekozen heeft en op zijn vijftiende al bommenlegger, vliegtuigbouwer en bew…

Fransje Hermans, de verteller van het verhaal, is na een ongeluk invalide geraakt en heeft voorgoed zijn spraakvermogen verloren. Hij is de zelfbenoemde chroniqueur van het dorp Lo…

Fransje Hermans, de verteller van het verhaal, is na een ongeluk invalide geraakt en heeft voorgoed zijn spraakvermogen verloren. Hij is de zelfbenoemde chroniqueur van het dorp Lomark. Zijn fascinatie voor de nieuweling Joe Speedboot is grenzeloos: Joe Speedboot, de jongen die zijn eigen naam gekozen heeft en op zijn vijftiende al bommenlegger, vliegtuigbouwer en bewegingsfilosoof is. Nauwgezet observeert Fransje hoe nog een nieuwkomer de natuurlijke orde van het dorp komt verstoren: Joe’s stiefvader Papa Afrika, een zachtaardige Nubiër met gazellenogen die een kleine scheepswerf begint op de oever van de Rijn. Dan verschijnt de geheimzinnige Picolien Jane, een beeldschone Zuid-Afrikaanse, aan wie Fransje zijn kronieken opdraagt en voor wie levenslange vriendschappen op het spel worden gezet. In haar komen alle verhalen samen, met noodlottige gevolgen.

Joe Speedboot door Tommy Wieringa
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Titelbeschrijving:

Tommy Wieringa, Joe Speedboot, Amsterdam 2005 (36e druk)

Motivatie van de boekkeuze:

Bij niveau vier van de website lezenvoordelijst.nl, de site die ons helpt een goede keuze te maken, stonden een aantal boeken. Ik selecteerde al die boeken op het jaar van verschijnen en al snel kwam ik uit bij Joe Speedboot. Het boek uit 2005 had een titel die me aansprak en ik had er al wel eens van gehoord dus besloot het maar te kiezen. Het benieuwde mij, of het boek ook echt zo goed zou zijn als dat de titel mij deed verwachten.

 Samenvatting:                   (Bron: http://www.scholieren.com/boekverslag/70773)

Penseel
Fransje Hermans is een jongen van veertien jaar, samen met zijn vader, moeder en twee broers woont hij in het dorpje Lomark. Door een ongeluk met een tractor is Fransje in coma geraakt, 220 dagen ligt hij in coma. Wanneer hij ontwaakt uit de coma is hij compleet verlamd met uitzondering van zijn rechterarm. Ook praten kan hij amper. Tijdens zijn coma is de jongen Joe Speedboot in Lomark komen wonen, Joe zet het hele dorp op stelten en iedereen heeft het dan ook over hem. Ook Fransje is geïnteresseerd in Joe en wil graag met hem en de vrienden van Joe, Christof en later ook Engel, bevriend raken, wat na verloop van tijd ook gebeurt. De vrienden doen veel met elkaar en beleven van alles. Joe verzint namelijk de gekste dingen die ze met zijn allen uitvoeren. Ook Picolien Jane (PJ), een Zuid-Afrikaans meisje dat in Lomark komt wonen, raakt bevriend met de jongens. Fransje ziet haar wel zitten en wordt verliefd op haar.


Zwaard
De vrienden van Fransje gaan na hun examen studeren, voor Fransje is dit niet het geval, hij blijft alleen achter in Lomark, hij gaat werken voor zijn vader. Na een paar maanden komt Joe weer terug, omdat het studeren niets voor hem is. Hij komt met het plan voor Fransje dat hij armworstelaar moet worden en dat hij zijn trainer wordt. Dit plan wordt uitgevoerd en samen gaan ze naar verschillende toernooien. Fransje's arm is, doordat hij alles met zijn rechterarm doet, zo sterk dat hij er echt goed in is. Hij wint bij verschillende toernooien prijzen. Ook PJ die na een tijdje weer terugkeert in Lomark gaat mee met Fransje en Joe om Fransje te steunen. Wanneer Fransje en Joe terugkomen van een toernooi uit Duitsland, krijgen ze te horen dat hun goede vriend Engel is overleden door een ongeluk met een hond.


En toen
Ondanks dat PJ zoveel met Fransje samen is, kiest ze toch voor Christof. Ze gaan trouwen en krijgen een zoon. PJ en Fransje zijn nooit opgehouden met hun seksuele relatie

 

 

Eerste persoonlijke reactie:

Nadat ik het boek had gelezen moest ik er nog steeds om lachen. Het boek is ontzettend humoristisch en op elke bladzijde is wel iets dat grappig is. Dat grappige komt doordat Wieringa met veel fantasie een verhaal heeft geschreven dat ontzettend origineel is. Er waren meerdere stukken in het boek waarbij ik dacht van hoe kan je dit als schrijver ooit bedenken, en daarom moest ik dus vaak best lachen om het boek. Verder vond ik het boek ook heel herkenbaar. Het dorp waarin het zich afspeelt is een typisch Nederlands dorp en dat en dat geeft een bepaalde herkenbaarheid aan het verhaal. Het lezen van dit boek was het zeker waard en het was dan ook een mooi verhaal met veel humor, wat ik ontzettend wist te waarderen.

Open plekken:

De eerste open plek in het boek is misschien wel de allerbelangrijkste van het hele boek. Het is de vraag wat de werkelijke naam van 'Joe Speedboot' nou eigenlijk is. Joe stelt zich altijd voor als zijnde Joe Speedboot, maar het is een naam waarmee hij zijn werkelijke naam probeert te verbergen. In het begin van het boek komt dit al meteen aan de orde en het enige wat er dan over wordt verteld is, dat zijn achternaam Ratzinger is. De moeder en het zusje van Joe heten allebei Ratzinger van hun achternaam, maar beiden weigeren te vertellen wat 'Joe' zijn echte naam is. De voornaam van 'Joe', wordt gezien als een geheim wat hij heeft en iedereen lijkt dat te respecteren. Aan het einde van het boek komt daar pas een eind aan, doordat PJ het paspoort van Joe weet te bemachtigen en laat zien wat Joe zijn werkelijke naam is. De werkelijke naam van Joe Speedboot is Achiel Stephaan Ratzinger. Het verwonderd Fransje dan ook weinig dat Joe dit geen goede naam vond en daarom maar voor Joe Speedboot als naam gekozen had. Als lezer kreeg ik er vooral een gevoel van bevestiging van, want ik vermoedde al dat zijn echte naam niet ideaal zou zijn.

Hier een aantal citaten waarin Joe zijn naam voorkomt:

'- Heet hij echt Speedboot? vraagt Sam, mijn broertje van twee jaar ouder.

   Van Sam heb ik het minst te vrezen.

 - Niemand heet Speedboot van zichzelf, zegt Dirk. Met z'n grote bek.'

 '- Wie ben jij? had Christof toen maar gevraagd.

 - Joe heet ik, zei de jongen, Joe Speedboot'

'Achiel Stephaan. Waarom hadden zijn ouders hem in godsnaam zo'n achterlijke Vlaamse naam gegeven? Naar een Vlaamse grootvader? Een goeroe uit West-Malle? Hoe dan ook, we keken naar een man zonder geheim. En het was een Belgenmop. Achiel Stephaan; door zijn geliefde uitgeleverd aan de Filistijnen, verraden door zijn vriend.'

Een tweede open plek in het boek is de vraag of Mahfouz ooit nog terugkomt. Mahfouz, de Egyptenaar waar de moeder van Joe mee trouwt nadat zijn vader al is omgekomen, bouwt namelijk een boot. Als die boot af is, wordt er een klein feestje georganiseerd en Mahfouz gaat hem testen in de rivier. Er wordt verwacht dat hij wel zou terugkeren, maar dat lijkt niet zo te zijn. Mahfouz blijft weg en de paniek slaat toe bij iedereen die op zijn terugkeer wachtte. Het gaat hierdoor opnieuw slecht met de moeder van Joe, die nu opnieuw haar geliefde had verloren.  Vervolgens worden er wel theorieën door Joe bedacht dat Mahfouz misschien per boot terug is gegaan naar zijn geboorteland, en Joe wil dat gaan testen. Joe is al een tijd aan de gang met het ombouwen van een shovel van zijn werkgever, maar waarom blijft een tijdje onduidelijk. Aan het einde van het boek wordt duidelijk waarom. Joe doet mee met een shovel aan Parijs-Dakar, wat al een spektakel op zich is, maar het wordt nog groter als hij opeens vlak voor het einde op weg naar Sharm el Sheikh verdwijnt. Joe ging daar van de weg af naar de plaats waar Mahfouz vroeger ook woonde, maar het wordt nooit helemaal duidelijk of hij ook daadwerkelijk Mahfouz heeft gevonden.          Als lezer blijf je hierdoor nieuwsgierig hoe het met die gekke Papa Afrika, de bijnaam voor Mahfouz, is afgelopen.

 'Wij konden zijn gezichtsuitdrukking niet goed zien maar toen we applaudisseerden, zwaaide hij. Soms vielen er plooien in het zeil, dan manoeuvreerde Papa Afrika het schip voor de wind. Nog even en hij zou uit het zicht zijn, voorbij de kade waar de schepen voor Betlehem Asfalt laadden en losten.'

'Van haar eerste echtgenoot had ze een graf dat ze kon bezoeken, van de tweede bleef niet eens een lichaam achter om afscheid van te nemen. Wanneer de zon opsteeg uit de ochtendnevel en vlug klom in bleek en feller licht, liep Regina over de Lange Nek naar de rivieroever. Daar waar het schip te water was gelaten, stond ze als het standbeeld van een zeemansvrouw die uitkijkt over zee. Ze leefde in een spagaat tussen hoop en verdriet, aan geen van beide kon ze helemaal toegeven. Voor haar klonk het overgaan van de telefoon nooit meer als vroeger.'

 'WAT HEB JE MET DE SHOVEL GEDAAN?

  Hij lacht slim.

  - Laten staan.

 BIJ WIE? PAPA AFRIKA?

   - Laat ik zeggen dat hij een grondverzetbedrijfje kan beginnen. Of zoiets.'

De derde open plek in het boek is de vraag waarom Fransje zo ernstig invalide is geraakt. In het begin van het boek gaat het er vooral om dat Fransje in een rolstoel zit en verlamd is en een 'ongeluk' wordt als reden gegeven. Pas later in het verhaal, iets voor de helft ongeveer, komen we erachter waarom Fransje zo verlamd is geraakt. Fransje lag namelijk in het gras toen men aan het maaien was. Het voorwiel van de trekker brak de rug van Fransje en verbrijzelde zijn borstkas. Op de lezer geeft de invulling van deze open plek een gevoel van verduidelijking, omdat het nu duidelijk is waarom Fransje in een rolstoel zit.

'Ik moet hem hebben gehoord, de trekker die hapgrage messen voorttrok die het gras en de bloemen sneden. Tsjak tsjak tsjak. Geen slaap zo diep dat je die niet hoort. Wie hoort er nou een 190-pk-John Deere niet aankomen? Wie gaat er nou in het gras liggen slapen als ze maaien? Wie doet er nou zoiets? Dan heb je het ook wel aan jezelf te wijten.

 Jullie hebben gelijk.

Wie gaat er nou in het gras liggen als ze maaien?'

In feite is er nog een vierde belangrijke open plek in het verhaal. Het is de vraag of Fransje er in kan slagen om op het wereldkampioenschap armworstelen in Poznan, een stad in Polen, te winnen. Fransje traint hier heel hard voor en een onderdeel van die training is het bezoeken van andere toernooien. Per toernooi ontstaat er dus een open plek met de vraag of Fransje het kan winnen of niet. Aan het einde van het verhaal is het dan zover, Fransje, Joe en PJ reizen naar Poznan af en Fransje moet zich gaan bewijzen. Aanvankelijk lijkt dat te lukken, maar tegen de wereldkampioen, Islam Mansur, slaat het noodlot toe. Fransje zet zoveel kracht dat de botten in zijn arm bezwijken onder de druk en dus breken. Hiermee komt ook gelijk een einde aan de armworstelcarrière van Fransje.

'Pas toen werd ik me bewust van een razende, gekmakende pijn in mijn onderarm, de vlammen sloegen eruit, en zag dat Mansur mijn hand losliet en verbaasd naar me keek. Halverwege mijn onderarm balde de pijn zich samen als een gloeiende knoop, ik wist dat het gebroken was. De spieren hadden het gehouden tegen Mansurs onmenselijke kracht maar het spaakbeen of de ellepijp was niet sterk genoeg geweest. Geknapt als een twijg; ik schreeuwde het uit van woede en pijn. Joe schoot op me af.'

Personages:

Frans(je) Hermans

Fransje is de hoofdpersoon van het boek. Hij is de verteller en vanuit zijn perspectief wordt alles aan ons uitgelegd. Fransje maakt een grote verandering door in het verhaal, van een normale jongen naar iemand die ernstig verlamd is. Na een ongeluk met een grasmaaier komt Fransje in  een coma terecht die 220 dagen duurt. Als hij hier uiteindelijk weer uit ontwaakt, is de wereld om hem heen veranderd. Hij zit nu in een rolstoel omdat hij zwaar verlamd is. Verder raakt Fransje zijn spraakvermogen kwijt en doordat hij zo is aangetast, schaamt hij zich voor zichzelf en raakt ernstig verlegen. Hij is ook ontzettend onder de indruk van een boek van de Japanse samoerai Musashi, de Go Rin No Sho. Hieruit weet Fransje door het hele verhaal heen zijn wijsheden en advies te halen.  

Doordat Fransje uiteindelijk, op wat latere leeftijd, met Joe Speedboot in contact komt raakt hij zijn onzekerheid langzaam kwijt. Joe ziet niet alleen het negatieve in Fransje,  maar ziet ook zijn positieve zijde. Fransje heeft bijvoorbeeld een ontzettend sterke rechterarm, doordat dit het enige is wat niet verlamd is moet hij alles daarmee doen. Fransje gebruikt zijn rechterhand bijvoorbeeld om in zijn dagboeken te kunnen schrijven, waarin hij in 92 delen van 'De geschiedenis van Lomark en haar bewoners' zijn omgeving beschrijft. Verder gaat Fransje onder aanmoediging van Joe armworstelen, en door de ontzettend sterke rechterarm van Fransje behalen ze daarmee veel succes. Fransje wordt dus steeds volwasenner en hij krijgt weer het plezier in het leven en het vertrouwen in zichzelf terug.

 

Verder komt Fransje uit een arm gezin, en zijn afkomst drukt dan ook best wel een stempel op hem. Een grootvader van hem scheen als vechtersbaas bekend te staan, en Fransje en de broer van Fransje daardoor ook. Om te kalmeren en tegen zijn spasmes heeft Fransje alcohol nodig, het is voor hem een waar medicijn geworden.

'Ik beweeg weer. Het is niet te geloven maar ik kan rechtdoor en ik kan draaien met die kar. Ik beweeg hem door aan die stang te trekken en hem weer van me af te duwen. DSV: Door Spierkracht Vooruit. Verder ben ik zo spastisch als wat, soms vliegen er dingen door de lucht als ik ze vastpak, maar in het interval tussen de spasmen kan ik wel het een en ander. Ik moet veel oefenen. Sinds een maand ga ik weer naar school want met mijn hoofd is niks mis, al kan ik nog steeds niet praten. Ik moest beginnen waar ik geëindigd was, derde jaar middelbare school, zodat ik nu bij Joe en Christof in de klas zit.'

'Wat ik wilde zeggen Fransje, ik heb de laatste maanden alle tijd gehad om na te denken op die shovel en ik zal je zeggen waarom vandaag een geluksdag is. Ik denk dat jouw arm betekenis heeft. Veel meer dan je zelf denkt. Ik heb bedacht hoe we die buitengewone arm kunnen uitbuiten voor twee dingen waar de mens toe veroordeeld is, Geld en Aanzien. Jij, Frans Hermans, bent namelijk een armworstelaar.'

Joe Speedboot (Achiel Stephaan Ratzinger)

Joe Speedboot is de jongen waar het boek naar is vernoemd. Joe heeft de rol van helper en belangrijkste bijpersoon in het verhaal. Dat is het meest te merken in het feit dat hij wel kansen in Fransje ziet. Dat komt door het karakter van Joe, hij is een avontuurlijk maar vooral onvoorspelbaar iemand. Het begint al als hij met zijn verhuizing naar Lomark met de verhuiswagen uit de bocht schiet en daardoor vol de woonkamer van Christof in schiet. Bij dit onverwachte ongeluk komt de vader van Joe om het leven, waardoor zijn moeder, Regina, dus nu weduwe is. Door dat ongeluk komt er een hele goede en aparte band tussen Joe en Christof en ze worden hele goede vrienden. Vanaf die allereerste kennismaking met Joe wil hij al niet over zijn echte naam praten. Joe past nu eenmaal beter bij de jongen die niets uit de weg gaat en avontuur wil.

Joe maakt bommen, en bij een daarvan blaast hij een deel van zijn eigen hand eraf. Verder bouwt hij een vliegtuig, wordt armworstelcoach, doet mee aan Parijs-Dakar, is tijdelijk bouwvakker, kortom niets is hem te gek. Joe heeft verder geen interesse in meisjes, maar krijgt uiteindelijk wel een relatie met PJ. De meeste interesse die Joe heeft zijn de natuurwetenschappen en hij kan er hele verhalen over vertellen aan de anderen. Door zijn hele wereldbeeld en karakter is hij heel anders dan de standaard bewoners van Lomark, en men lijkt wel een soort hoop te hebben dat dingen door hem veranderen. Als hij echter aan het einde van het boek Lomark verlaat, blijkt er nauwelijks iets te zijn veranderd en gaat het leven weer even saai verder als vroeger. Ook was het een anticlimax voor Fransje om te weten dat Joe Speedboot eigenlijk Achiel Stephaan Ratzinger heet.

'Op de grill van de Scania hing het bovenlichaam van een man. Zijn armen hingen slap naar beneden, een vogelverschrikker die uit de hemel was gevallen. Zijn onderlichaam stak nog in de cabine en hij was dood, zoveel was duidelijk. Maar daarboven was nog leven: het rechterportier zwaaide langzaam open en Christof zag een jongen naar beneden klimmen van een jaar of twaalf, dertien, ongeveer zijn leeftijd. Hij droeg een goudkleurig hemd, een knickerbocker, en sandalen aan zijn voeten. Hij zag eruit alsof zijn ouders niet helemaal wijs waren, en keek onaangedaan de kamer rond terwijl er kalk op zijn hoofd en schouders dwarrelde.'

'Zo kwam hij als een meteoriet ons dorp binnen, waar we een rivier hebben die in de winter buiten haar oevers treedt, een vast web waarlangs geruchten zich verspreiden en een haan in het dorpswapen, de haan die duizend jaar geleden ofzo een bende noormannen voor de poorten van Lomark heeft verjaagd terwijl onze voorouders in de kerk zaten te bidden godbetert. 'Ut was de hoan die kroanig blef' zeggen we hier. Iets dat iets anders buiten houdt, dat is ons symbool. Maar Joe kwam met zulk geweld binnenzeilen dat niets hem had kunnen tegenhouden.'

PJ  (Picolien Jane Eilander)

Picolien Jane, afgekort PJ, is met haar ouders in Nederland komen wonen. Ze is een bijfiguur in het verhaal. Door de veranderingen in Zuid-Afrika vonden haar ouders het er niet veilig meer en besloten naar Nederland te emigreren. Haar vader was tandarts in Zuid-Afrika, en nu de familie Eilander in Lomark is gaan wonen is hij dus de nieuwe tandarts van het dorp. PJ is erg knap en slim, alle jongens zijn weg van haar behalve Joe en Engel die niets om meisjes geven.

PJ komt opeens in een ander daglicht te staan als blijkt wat zij heeft meegemaakt toen ze nog in Zuid-Afrika woonde. Ze was te dik en heeft daar een trauma aan overgehouden, daarom zorgde ze dat, toen ze naar Nederland ging, ze enorm afviel. In Nederland maakte ze in feite een nieuwe start en in Nederland vond iedereen haar opeens wel aantrekkelijk. Toch bleef ze een laag zelfbeeld houden en daar worstelt PJ mee. Een resultaat daarvan is, dat ze met heel veel mannen een korte relatie aan gaat. Dit gedrag wordt duidelijk als ze in Amsterdam Letterkunde gaat studeren en daar Arthur Metz, een schrijver, ontmoet. Ze krijgt dan verkering met 'Vriend Schrijver', maar die mishandelt haar en schrijft uiteindelijk, als het al uit is, een boek hierover. PJ wordt niet letterlijk bij naam genoemd maar heet nu 'Tessel', en het blijkt wel dat het boek over haar gaat. Als Fransje dit boek gelezen heeft, wordt alles opeens duidelijk voor hem en hij begint het patroon dat in het boek staat aan PJ te herkennen. In het boek wordt ze ook 'Hoer van de Eeuw' genoemd en het is wel duidelijk waarom, aangezien ze geen vaste relaties houdt. Uiteindelijk trouwt ze met Christof maar is niet helemaal consistent daarin. Als hij op zakenreis is gaat ze nog altijd vreemd met Fransje.

'Julius en Kathleen Eilander hebben een dochter, Picolien Jane, afgekort tot PJ, uitgesproken als piedzjee. Na Joe en India is zij de derde exoot bij ons op school.                           We weten niet wat we zien. Ze draagt een kroon van onstuimig krullend haar, dat bruisend rond haar schouders valt. Ik denk aan zee en schuim, mijn dagboeken zijn vol van haar. Haar huid is bleek, ik heb nog nooit zulke blauwe ogen gezien, ze staan een beetje schuin in haar brede gezicht. In de pauze verdringen de meisjes zich rond haar om met hun handen de kurkentrekkerkrullen te volgen die terugspringen als elastiek als je eraan trekt. De meisjes willen allemaal PJ's vriendin zijn. Haar manier van praten brengt iedereen in verrukking. Het nabije en toch geheimzinnige Afrikaans maakt je beurtelings aan het lachen en aan het rillen van het soort genot dat deze mooie taal opwekt.'

 

'Na Metz was Joe aan de beurt. Ik was de enige die alle stukjes van de puzzel bezat; ik had PJ gekend voordat Metz haar ontmoette, ik wist nu wie ze was, en ook al voelde ik een moment van twijfel, Joe moest dit lezen, er stond hem een ramp te wachten.'

Papa Afrika (Mahfouz Husseini)

Mahfouz is een bijfiguur in het verhaal. Hij is een Egyptenaar en komt uit een grote Egyptische familie die een scheepswerf aan de Nijl heeft. Mahfouz beseft dat hij teveel broers heeft om er de baas van te kunnen worden later en gaat in het toerisme aan de Rode Zee werken. Daar, in een badplaats vlakbij Sharm el Sheikh in de buurt, heeft hij een souvenirwinkeltje. Zijn leven is er ontspannen en er gebeurt niet heel veel.

Op een dag, als de moeder van Joe op reis in Egypte is, ontmoeten zij elkaar. Ze zijn op slag smoorverliefd en Mahfouz besluit zijn winkeltje te sluiten en naar Nederland te gaan. Joe heeft dus nu opeens weer een 'vader', en accepteert het vrij snel. Mahfouz kan echter niet heel goed tegen het Nederlandse klimaat en wil dat het weer snel zomer wordt. In de tussentijd is hij bezig met het bouwen van een boot,  net zoals dat thuis ook ging op de Nijl. Als de boot vervolgens te water wordt gelaten, zou hij een 'proefritje' maken en weer terugkeren. Dat gebeurt echter niet en hij verdwijnt op net zo'n vreemde manier als dat hij Lomark binnen gekomen was. Mahfouz had blijkbaar last van heimwee en is waarschijnlijk per zelf gemaakt schip terug naar Egypte gegaan. Het wordt nooit helemaal duidelijk hoe het met Mahfouz is afgelopen.

'Ver van huis, in het dorp Nuweiba aan de oostkust van de Sinaï, opende hij een kleine winkel. Op vijftig meter van het strand verhandelde hij kleden, bedoeïenzilver en faraonische beeldjes die voor antiek konden doorgaan als je blind en achterlijk was, en omdat veel toeristen aan die criteria voldeden had hij goede handel.                   Zijn zaak was gevestigd in een lange rij winkels met precies dezelfde artikelen. Boven de deur stond een handafdruk van zwart geworden geitenbloed: de hand van Fatima, de devote dochter van de Profeet. Overdag hing Mahfouz kleden en katoenen kleding buiten waar hij aan het eind van de dag het stof af sloeg.'    

'Het was een slechte winter voor Mahfouz. Hij had de kleur gekregen van ongebeitst tuinmeubilair.

- Het is mijn bloed, klaagde hij. Het is niet goed.

Hij droeg drie truien en een ski-jack en had een wollen muts diep over zijn oren getrokken. Je zag alleen nog een snor en waterige snotogen.'

Christof Maandag

Christof is een bijfiguur in het verhaal. Christof Maandag is de zoon van Egon Maandag, de eigenaar van Betlehem Asfalt, de asfaltfabriek vlakbij Lomark.              De familie Maandag is daarom de rijkste familie van Lomark en Christof is dus vrij bevoorrecht. Hij wordt na het ongeluk van Joe heel erg goed met hem bevriend, maar is in tegenstelling tot hem vooral een lafaard in zijn schaduw. Christof is door het hele verhaal heen een vrij bezorgd iemand en daar komt eigenlijk geen verandering in. Hij is dus ook lid van de vriendengroep van Fransje en is daarin samen met Fransje wel geïnteresseerd in PJ, terwijl Engel en Joe dat niet zijn. Door zijn stabiele karakter, goede afkomst en doordat hij zijn studie wel heeft afgemaakt, trouwt PJ uiteindelijk toch met Christof. Hij is misschien wat saai maar wel heel constant en onveranderlijk. Christof blijkt qua uiterlijk verder op Heinrich Himmler te lijken.

'Maar Christof was niet zo, en hij zou ook nooit zo worden. Daarvoor was hij te zenuwachtig en teveel een twijfelaar.'

'Ik weet eindelijk ook weer op wie Christof lijkt, de vraag die jarenlang een soort obsessie voor me is geweest. Ik heb het teruggevonden in het boek Hitlers handlangers: sprekend Heinrich Himmler, ik zweer het je. Dat boek stond al honderd jaar bij mijn ouders op het boekenplankje. Tijdens een medische inspectie in gevangenkamp Lüneburg moest Himmler zijn mond opendoen en beet op dat moment een cyaankalicapsule stuk. De foto is kort daarna gemaakt. Linksboven op de foto is de glimmende neus van een laars in beeld, Himmler heeft zijn brilletje nog op en ligt met een deken rond zijn middel op de betonnen vloer. Precies Christof, zoals hij daar ligt.'

Engel Eleveld

Engel is een bijfiguur. Engel is een jongen die vanuit het niets opeens een rol in het verhaal gaat spelen. Hij is een ontzettend behulpzaam iemand, doordat hij Fransje zijn 'pismaat' wordt. Hij helpt Fransje met het naar de wc gaan als die eenmaal weer op school zit. Engel  krijgt veel aandacht van meisjes, maar geeft daar helemaal niets om. Hij is meer bezig met het ontwerpen van de meest bijzondere zaken. Hij is een aangeboren kunstenaar met een ontzettend groot talent en gaat, na met goede cijfers te zijn geslaagd, naar de kunstacademie. Na een jaar daar te hebben gestudeerd, mag hij vanwege zijn enorme talent in Parijs verder studeren. Daar komt de veelbelovende en zeer getalenteerde kunstenaar echter om het leven. De jongen die al vanaf zijn zestiende altijd maatpakken droeg, krijgt een hond bovenop zich die vanaf een balkon op hem viel. Een bijzondere dood voor een bijzonder iemand dus.

'Engel is een wonderbaarlijk iemand. Hij is het soort jongen dat je jarenlang niet opvalt, bijna alsof hij onzichtbaar is, tot je hem opeens ziet en een radeloos gevoel van vriendschap voor hem opvat.'

Regina Ratzinger

Regina is een bijfiguur in het verhaal. Ze is de moeder van Joe en India en raakt weduwe door het ongeluk bij de verhuizing naar Lomark. Het raakt haar erg en als ze er na een tijd weer bovenop is gekomen, besluit ze weer eens te gaan reizen. Reizen was een passie van de ouders van Joe en zijn moeder gaat dus maar weer eens op reis naar Egypte. Daar ontmoet ze Mahfouz en ze is dus niet meer alleen. Eenmaal in Nederland is ze heel erg gelukkig dat ze nu weer een partner heeft en ze hecht zich heel erg aan Mahfouz. Die wordt daar gek van en als hij dus per boot vertrekt, stort Regina langzaam maar zeker in elkaar. Opnieuw is ze haar partner kwijt en ze gaat een lange periode van rouw in, waarin ze zichzelf en ook de zorg voor het gezin verwaarloosd. Regina, is dus opnieuw bezig met herstellen van een nieuwe dreun die ze moet verwerken. Om voor het inkomen te zorgen, breidde ze truien om te verkopen en is huishoudster bij een familie.

'Regina had net zo goed in een grot in het woestijngebergte kunnen gaan wonen, ze had een mate van zelfontzegging bereikt die zelfs de heilige Abt Antonius bewonderend had doen klakken met zijn tong. Ze at de minimale hoeveelheid die nodig is om het organisme in stand te houden en zweeg.'

India Ratzinger

India is een bijfiguur. Ze is het jongere zusje van Joe en zit een paar klassen lager dan hem. India heeft haar naam te danken aan een reis van haar ouders naar India waar zij trouwden. Ze is een zorgzaam iemand, ze is lief voor Fransje en neemt de zorg voor haar moeder, als die zichzelf verwaarloosd, voor haar rekening. Verder speelt ze geen grote rol in het boek. Haar naam wordt wel vaak genoemd, omdat ze nu eenmaal het zusje van Joe is, die een grote rol in het verhaal speelt.

'Ik zag eigenlijk vooral dat ze op een bijzondere manier mooi zou zijn op een bepaalde leeftijd, en dat mannen tot die dag ongeduldig naar haar zouden kijken als een boer in het voorjaar naar het tere groen van zijn gewassen kijkt dat nog maar net boven de grond uitsteekt. India was anders gebouwd dan haar broer, veel tengerder, maar had dezelfde heldere oogopslag.'

Fabel en sujet:

Fabel en sujet lopen niet helemaal hetzelfde in het boek. De fabel, dus hoe de gebeurtenissen in het boek hadden moeten lopen volgens de chronologische volgorde is niet helemaal hetzelfde als het sujet, hoe het in het boek is beschreven. Dit komt omdat er een aantal gebeurtenissen op een later moment pas worden beschreven in het verhaal terwijl zij zich al eerder hadden afgespeeld. Zo komt de lezer pas op ongeveer de helft van het boek te weten waarom Fransje in een rolstoel is beland. Het boek is dus niet geheel chronologisch, maar wel voor het grootste deel.   

De functie hiervan is dat alles wel veranderd, maar sommige zaken onduidelijk blijven. Een voorbeeld hiervan is dat Fransje wel in een rolstoel zit, maar dat niet helemaal duidelijk is waarom. Het hele verhaal speelt zich wel vanaf het begin af, dus toen alle personages nog jong waren, maar sommige zaken blijven dus onduidelijk. Het aanpassen en veranderen van de personages wordt dus beschreven, maar waarom iets is zo als het is dus niet direct.

Deze verhouding tussen fabel en sujet heeft als effect op mij als lezer dat ik de personages wel ouder zie worden, maar niet alles precies weet. Ik weet dus wel hoe Fransje en PJ bijvoorbeeld zijn, maar ik weet niet wat eraan voorafging. Iets wat in de chronologie eerder is gebeurd, wordt dus pas later beschreven. Het zorgt er voor dat eigenlijk alle vragen en open plekken in het boek aan het einde pas worden beantwoord en ingevuld. Het is dus een versterkt effect van de normale verhouding tussen fabel en sujet waarbij alles wel chronologisch verloopt. Nu is namelijk niet alleen het einde nog onduidelijk, maar ook deels het begin. De lezer krijgt pas heel laat in het verhaal het totaalplaatje te zien.

'De dingen waren wat ze waren en daar moest je niet te veel in peuren - net als pa zei.'

Perspectief:

Het verhaal is in het ik-perspectief vertelt. Fransje Hermans is de hoofdpersoon die de lezer een verhaal vertelt over zijn eigen leven, maar vooral de gebeurtenissen in Lomark sinds Joe Speedboot er woont. Zowel het dorpje Lomark, als de hoofdpersoon Fransje, zijn volledig fictief. Alhoewel er misschien enkele overeenkomsten met een aantal plaatsen in Nederland zijn,  is het allemaal verzonnen wat er in het boek staat.

Het perspectief is vrij onbetrouwbaar aangezien Fransje de verteller is. Fransje heeft een duidelijke mening over bepaalde zaken en natuurlijk een beperkte kennis, hij weet niet alles. Het verhaal is dus eerder subjectief dan objectief want het wordt door een persoon beschreven die alles meemaakt en niet een alwetende verteller. Bij een alwetende verteller is alles bekend en kan dus niet op basis van een mening over iemand iets worden beschreven. Door die subjectiviteit is het verhaal dus vrij onbetrouwbaar.

Een ik-perspectief voor een verhaal gebruiken heeft als functie dat het verhaal persoonlijk wordt. Fransje vertelt het verhaal aan de hand van zijn eigen ervaringen en weet er op die manier een persoonlijke draai aan te geven. Het nadeel is wel dat bepaalde zaken niet geheel objectief worden beschreven en er soms duidelijk een overheersende mening naar voren komt. De afkeer die Fransje van een aantal mensen heeft wordt soms wel heel erg duidelijk, en wat dat betreft is het verhaal vrij persoonlijk. Het effect wat de lezer van dit perspectief verder ervaart is, dat je nooit helemaal weet of dingen die worden vertelt wel de waarheid zijn. Het is nooit met zekerheid te zeggen of het klopt wat Fransje beweerd. Ook krijg je een eenzijdig beeld van Lomark en de omgeving doordat we het vanuit de beleving van Fransje beschreven krijgen wat er allemaal gebeurd.

Een voorbeeld van de manier waarop Fransje iets beschrijft:

'Hennie Oosterloo was bordenwasser in De Uitspanning en woonde al zo lang iedereen zich kon herinneren in  Lomark. Hij woonde in een houten huisje dat je voor weinig bij het tuincentrum koopt. Het huisje stond achteraan op het parkeerterrein van De Uitspanning. Er waren meer overeenkomsten tussen Hennie en mij dan het soort huis waarin we woonden: hij was, op mij na, de zwijgzaamste inwoner van het dorp. Hoewel hij al over de vijftig moest zijn leek hij onschuldig als een baby. Hij was lomp sterk maar deed geen vlieg kwaad zeiden ze.'

'Ik weet niet of er licht doordrong in het brein van Hennie Oosterloo, of hij vreugde had beleefd aan zijn overwinning of een knagend gevoel van onbehagen ervoer over zijn leven dat verstreek in de spoelkeuken, maar in zijn gezicht was in ieder geval niets af te lezen. Hij had altijd dezelfde gelijkmatige uitdrukking, geen uitdrukking eigenlijk; het gezicht stond als het ware altijd in zijn vrij.'

 

 

Thematiek:

Verhaallaag

De verhaallaag van het boek is dat van Fransje die over zijn leven vertelt en daarin ook de gebeurtenissen in Lomark en omgeving beschrijft. Fransje beschrijft zijn eigen verhaal, bijvoorbeeld hoe zijn thuissituatie is maar ook wat hij vindt van alles wat er zich rondom bijvoorbeeld Joe afspeelt. De verhaallaag is een mengeling van beschrijven en actie, de wedstrijden die Fransje heeft zijn momenten van actie maar als Fransje iets vertelt over iemand is het vooral beschrijvend. De verhaallaag is dus volledig vanuit de beleving van de hoofdpersoon geschreven.

Hieronder staat een voorbeeld van hoe Fransje een gebeurtenis toch een persoonlijke draai kan geven:  

'Zaterdagmiddag waren we terug. Op zondagmorgen luisterde ik naar Radio God.             Ik liet de zender opstaan, ik wilde haten. Er werd een huwelijk aangekondigd tussen Elizabeth Betz en Clemens Mulder. Die laatste kende ik toevallig, dat was de dakdekker uit de zon.'

Titelverklaring

De titel van het boek is: 'Joe Speedboot'. Deze titel heeft natuurlijk te maken met het  personage Joe Speedboot die in het boek voorkomt. Door de komst van Joe naar Lomark, lijkt het dorp wel even een andere plek te zijn en hij is een heel belangrijk personage in het boek. Hoewel Fransje de hoofdpersoon is, heeft Joe een rol die bijna net zo groot is en hij is een ontzettend interessant iemand met een bijna magische naam.

Een andere verklaring voor de titel zou kunnen zijn dat Joe Speedboot een korte en pakkende titel is. Het kan dus zijn dat Wieringa er voor heeft gekozen om juist door de korte en pakkende naam van Joe ervoor heeft gekozen het te gebruiken als titel voor het boek.  

Een derde mogelijke verklaring zou kunnen zijn dat zonder de komst van Joe, Fransje nooit zijn unieke verhaal zou hebben gehad. Joe zag mogelijkheden in Fransje die hij zelf niet voor mogelijk hield en misschien was dat de doorslaggevende reden dat Joe Speedboot de titel van het verhaal is.

'Deze dingen schijnen te maken te hebben met een jongen die Joe Speedboot heet. Hij is nieuw in Lomark, ik heb hem nog nooit gezien.                                                                          Ik spits mijn oren wanneer het over Joe Speedboot gaat - hij klinkt als een goeie als je het mij vraagt, maar niemand vraagt mij wat.'

 

 

 

 

Motieven

Relaties zijn een belangrijk motief in het boek. Telkens staat de relatie tussen bepaalde personages centraal, een goed voorbeeld is natuurlijk PJ die telkens maar niet weet wat ze wil. Ze gaat vele relaties aan maar telkens lopen die stuk. Ook verandert de relatie die Fransje met een aantal personages heeft voortdurend, het is nooit constant. De andere personages hebben ook last van de relaties tussen elkaar, zoals die van Regina en Mahfouz eindigt, Engel opeens bevriend met de jongens is en Christof en Joe opeens elkaars vijanden worden. Het komt dus telkens op een bepaalde manier terug en is daarom een motief in het boek.

Hieronder twee stukken waarin relaties centraal staan:

'Dat Joe bevriend raakte met Christof was even onvermijdelijk als vis op vrijdag.'

'In de zomer die volgde heeft Christof Joe op een Utrechts terras verteld dat ook hij een relatie had met PJ, en dat ze definitief voor hem, Christof, had gekozen. En dat ze Joe niet meer wilde zien, daar kwam het eigenlijk op neer. Ze hield nu eenmaal niet van de rafelige, pijnlijke zenuwuiteinden aan het einde van een relatie.                              Joe sloeg Christof niet op z'n bek, noch heeft hij zijn kop eraf getrokken, hij is in zijn auto gestapt en blies ter hoogte van Oosterhout de motor op. Het laatste eind is hij naar huis gelopen, 's nachts heeft hij zijn rugzak ingepakt en een briefje op tafel gelegd dat hij nog zou bellen, en dat is alles wat we erover weten.'

Tegenvallers zijn ook erg aanwezig in het verhaal. Het begint eigenlijk al met de manier waarop Fransje in een rolstoel terechtkomt, door een ongeluk met een grasmaaier. Fransje overkomt nog meer tegenvallers, hij verliest de wedstrijd tegen Islam Mansur en blesseert zijn arm daarbij, ook komt hij erachter dat zijn ouders hem hebben bedrogen met het persen van de briketten en het te weten komen van Joe zijn naam is ook een tegenvaller. Ook Regina heeft last van veel tegenvallers,           ze verliest namelijk steeds haar partner. Joe heeft ook last van tegenvallers, hij lijkt een hele mooie en goede toekomst tegemoet te gaan maar verliest uiteindelijk alles en verdwijnt. Er zijn dus zo veel tegenvallers in het verhaal dat het ook zeker een motief is.

'Mij bekroop een lange, koude rilling. De briketten waren netjes gestapeld, alsof ze bedoeld waren om een isolerende muur te vormen. Pa had al die tijd nauwelijks één briket verkocht maar mij onophoudelijk betaald voor almaar meer. 'Ze vreten die dingen Fransje', en de prijs van zijn falend handelsinstinct was mijn wekelijks loon geweest - godverdomme om mij een gevoel van eigenwaarde te bezorgen of weet ik veel wat die twee voor mij hadden uitgedacht.'

Een derde motief wat noemenswaardig is in het verhaal is de manier waarop Engel om het leven komt. Er is een opmerkelijk verband met zijn voorouders die ook om het leven kwamen door iets wat uit de lucht kwam vallen. Zij kwamen om door een bombardement van geallieerde vliegtuigen die dachten dat ze boven Duitsland zaten tijdens de Tweede Wereldoorlog. Het noodlot dat de familie Eleveld treft komt dus telkens op dezelfde manier terug, en het is dus ook een motief in het verhaal.

 

'Ze zaten met z'n allen in een soort schuilkelder onder de walnotenboom bij het veer, toen er een geallieerde bom op ze viel die eigenlijk bedoeld was voor de Flak aan de overkant. Eén bom, tweeëntwintig Elevelds tegelijk dood. De rest van familie ging naar Lomark omdat ze hoopten dat ze daar veilig waren. Mooi niet want een week later regende het bommen op Lomark zelf en kregen ze de tweede voltreffer op hun dak.'

'Wat voor hond het was geweest wisten we niet, alleen dat het beest van de negende verdieping van een flatgebouw was gevallen in een buitenwijk van de Franse hoofdstad, precies op het hoofd van de één na laatste Eleveld van Lomark. Er was een verband tussen die familie en dingen die uit de lucht kwamen vallen, of dat nu honden waren of verkeerd bezorgde duizendponders van de geallieerde luchtmacht.'

Thematische laag

De thematische laag van het verhaal is dat het een ontzettende desillusie beschrijft. De diepere laag achter het verhaal dat Fransje aan het vertellen is, is dat er heel veel toekomstverwachtingen niet uitkomen. Engel gaat bijvoorbeeld een prachtige toekomst tegemoet maar treft hetzelfde lot als zijn voorouders, Joe zijn echte naam valt tegen en zo gaat het maar verder. Het verhaal beschrijft een aantal mensen die hun toekomst tegemoet gaan en daar mooie voorstellingen bij hebben maar uiteindelijk valt het erg tegen voor ze. Soms staat dit letterlijk in het verhaal maar het is voornamelijk tussen de regels door te lezen, waardoor desillusie dus de thematische laag van het verhaal is.

'We schrijven later, vele jaren later. Er is veel gebeurd en ik begrijp eindelijk de peilloze waarheid van de Alles-Wordt-Minder­-Mannen op hun bank bij de rivier: alles is inderdaad minder geworden. Zelfs het verdriet daarover is minder. Je leert te leven met zulke vaststellingen als uitgebleekt gebeente.'

Motto

Het motto van het boek is:

'Er wordt gezegd dat de samoerai een tweevoudige Weg heeft, van het penseel en het zwaard.'  (Miyamoto Musashi)

Dit motto is gekozen omdat het een zin is uit het favoriete boek van Fransje, de Go Rinh No Sho. Het is een boek geschreven door de Japanse samoerai Miyamoto Musashi en vormt een grote bron van inspiratie voor Fransje.

Het eerste deel van het verhaal heet Penseel en dat is dus afkomstig uit dit motto.  Die naam en dit motto zijn niet zomaar gekozen want in het eerste deel van het verhaal beschrijft Fransje vooral zijn leven en omgeving. Met een penseel kan je schrijven of schilderen en dat is dus in feite ook een manier om iets te beschrijven.  Er is dus een overeenkomst tussen het woord penseel en het eerste deel van het verhaal.

 

 

Voor het tweede deel van het verhaal, Zwaard, geldt hetzelfde. Ook dit woord is afkomstig uit het motto en het heeft te maken met het armworstelen van Fransje. In dit deel van het boek gaat Fransje beginnen aan zijn armwostelcarrière, en daar hoort dus het woord zwaard bij. Armworstelen is een soort gevecht en een zwaard is ook een voorwerp om mee te kunnen vechten.

Het motto is dus heel slim gekozen want het sluit feilloos bij het verhaal aan. Het is afkomstig uit Fransje zijn favoriete boek en bevat de namen van twee van de drie delen van het verhaal.

'Ik denk vaak aan de grote samoerai Miyamoto Musashi wanneer ik schrijf, die zegt dat de weg van de samoerai tweeledig is: de weg van het zwaard én die van  het penseel, ofwel de pen. De weg van het zwaard is een beetje moeilijk voor mij, blijft die van de pen over. Ik heb dat uit het Het Boek van de Vijf Ringen, Go Rin No Sho, het boek dat ik in de bibliotheek vond en stukgelezen heb. Ik heb het nooit teruggebracht.'

Eindoordeel:

Ik vind het een zeer goed boek. Tommy Wieringa is er in geslaagd mijn verwachtingen van het boek waar te maken en ze zelfs te overtreffen.                              Het boek is vlot en met veel humor geschreven, op elke bladzijde is wel op de een of andere manier een grap verwerkt. Ik heb regelmatig om het verhaal moeten lachen omdat bepaalde situaties gewoon ontzettend goed zijn bedacht. Ik heb mezelf tijdens het lezen van het boek vaak afgevraagd van: 'Hoe bedenkt hij dat nou weer?!?', de fantasie die Wieringa heeft is fantastisch wat dat betreft. Een voorbeeld daarvan is hoe creatief Joe bepaalde problemen aanpakt, bijvoorbeeld een vliegtuig bouwen om te kunnen spionneren of een bom maken om de kermis te saboteren. Ik vond het wel minder dat bepaalde personages niet volledig werden beschreven. Fransje heeft een hekel aan Quincy Hansen, maar waarom dat precies is wordt niet uitgelegd. Dit is echter een klein minpuntje van het boek dat gewoon heel erg goed geschreven is. Aanraden zou ik het zeker, maar ik heb begrepen dat er al veel anderen hetzelfde boek hebben gekozen waardoor het eigenlijk overbodig is. Het is dan ook meer dan terecht dat het boek zo populair is, Wieringa heeft iets heel erg goeds neergezet.

'De man was twee weken voor vertrek begonnen met het innemen van imodium tegen diarree.  Alle boeken hadden het over de slechte hygiënische omstandigheden in het land, hij wilde niet het risico lopen dat zijn vakantie werd bedorven door buikloop. '

'Hij glimlachte mild toen drie mannen hem in Hurghada de bus uit tilden, zijn vrouw drentelde er zenuwachtig omheen. De groene schimmel woekerde ook op zijn tong zodat het leek of hij op een groene toverbal gezogen had. Het gezelschap zag zijn gezwollen buik, als de gasbuik van een drenkeling. In het General Hospital van Hurghada had hij de maximale dosis laxeermiddel toegediend gekregen: hij ontplofte zowat.'

 

 

Achtergrondinformatie: (Bronnen: Wikipedia en www.tommywieringa.nl)

Tommy Wieringa is op 20 mei 1967 in het Overijsselse Goor geboren.                    Wieringa bracht een belangrijk deel van zijn jeugd op de Nederlandse Antillen door. Hij studeerde geschiedenis in Groningen en journalistiek in Utrecht.

Wieringa publiceerde drie romans voordat hij in 2005 met Joe Speedboot bij het grote publiek doorbrak. Het boek werd genomineerd voor vele prijzen en won er ook een aantal. Die prijzen waren de AKO Literatuurprijs, de Gouden Uil, de Libris Literatuur Prijs, de Literatuurprijs Gerard Walschap, NS Publieksprijs en de Prijs voor het mooiste boekomslag.

Wieringa schreef essays en beschouwingen voor de Volkskrant en NRC Handelsblad. Wieringa had verder een vaste column in De Pers en in Hollands Diep. Zijn werken worden wereldwijd vertaald, onder andere in het Hebreeuws, Koreaans, Frans, Duits en Engels.

In mei 2009 verscheen van hem het boek Caesarion, de recensenten waren lovend over dit boek. Zelfs in internationale kranten werd er vol lof over Wieringa gesproken.

Wieringa is dus sinds zijn doorbraak met Joe Speedboot een beroemde schrijver geworden en profiteert nu van zijn succes. Hij krijgt vele opdrachten, zo heeft hij bijvoorbeeld in 2010 het Groot Dictee der Nederlandse Taal geschreven en in 2014 was hij de schrijver van het Boekenweekgeschenk.

Naar eigen zeggen was de inspiratie voor Wieringa een jongen in zijn jeugd die ook in een rolstoel zat. Vele jaren later bedacht Wieringa opeens dat het weleens een briljante opzet voor een nieuw boek zou kunnen zijn en zo is dit verhaal ontstaan. Lomark toont veel overeenkomsten met de Over-Betuwse stad Huissen.

Er waren plannen om het boek te verfilmen maar door een meningsverschil tussen de producent en Wieringa werd dit lastig. Er werd uiteindelijk zelfs naar de rechter gestapt, die op 27 maart 2008 oordeelde dat Wieringa gelijk had en de verfilming mocht dus niet doorgaan.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Joe Speedboot door Tommy Wieringa"