1. Keuzeverantwoording
Ik heb dit boek gekozen omdat ik wist dat het over de oorlog gaat. Dit spreekt onderwerp spreekt me aan. Mijn zus heeft dit boek ook gelezen en zei dat het wel een spannend boek was, dus daarom ben ik het gaan lezen. De titel sprak me wel aan. Het klonk alsof er veel gebeurde in het boek, en het erg spannend is. Ik verwachtte dus een boek waarin veel gebeurde. De omslagtekst had ik niet gelezen. Ik had vooraf al wel een idee van wat het thema van het boek was, namelijk de Tweede Wereldoorlog. Daarom sprak het boek me dus aan. Ik wist nog niet echt wat voor een soort boek het zou zijn. De schrijver kende ik ook nog niet. Het is niet een heel dun boek, maar ook niet dik. Dit sprak me wel aan want hierdoor is het denk ik goed te lezen.
2. Samenvatting
Tijdens de Tweede Wereldoorlog woonde Anton Steenwijk in Haarlem. Terwijl een groot deel van Nederland al feest vierde omdat zij bevrijd waren, leefden Anton en zijn familie nog in bittere armoede.
In Januari 1945 zat Anton (toen 12 jaar) met zijn ouders en zijn 17-jarige broer pater een spelletje te doen. Tot er plotseling zes schoten klonken. De NSB’er Ploeg lag dood voor het huis van de buren. Meneer Korteweg en Karin, de buren van de familie, kwamen hun huis uit en tilden het lijk voor hun huis vandaan en legden het voor het huis van de familie Steenwijk. Peter ging naar buiten om het lijk te verleggen, helaas lukte dit hem niet zonder gezien te worden door de Duitsers. Daarom vluchtte hij snel weg met het pistool van ploeg in zijn hand. De Duitsers vielen het huis van Anton in en staken het in brand. Van Peter hadden zij niets meer vernomen. Anton werd apart van zijn ouders vervoerd naar Heemstede en werd daar in een cel gestopt bij een ander jong meisje dat hem troostte. De daar op volgende maanden woont hij bij zijn oom en tante in Amsterdam.
Na de bevrijding bleek dat Antons ouders en Peter diezelfde avond nog doodgeschoten waren. Anton bleef bij zijn oom en tante wonen. Hij dacht niet vaak meer aan de aanslag, hij had het ergens ver weg gestopt. In 1952 werd hij uitgenodigd voor een feestje in Haarlem, voor het eerst sinds de oorlog ging hij weer terug naar die stad. Hij liep nog even langs de plaats waar hun huis vroeger had gestaan en bezocht het monument dat aan het eind van de straat was opgericht. Ook de namen van zijn ouders stonden daarop. Voor het eerst voelde hij iets van angst. Hij wilde nooit meer in Haarlem terug komen.
Toen in 1956 meutes mensen alles vernielden wat met het communisme te maken had kwam hij tussen deze grote mensenmassa Fake Ploeg tegen. Fake was de zoon van Ploeg, (de doodgeschoten NSB’er). Anton vroeg hem even binnen te komen. Fake verdedigde zijn vader hartstochtelijk. Anton probeerde hem er van te overtuigen dat wat zijn vader had gedaan fout is geweest, maar dat dat nog geen reden was niet van hem te houden. Het lukte Anton echter niet en Fake liep woedend weg.
In 1961 trouwt Anton met Saskia. In 1962 werd hun dochtertje Sandra geboren. In 1966 was de begrafenis van een oud-verzetstrijder, die de vader van Saskia nog gekend heeft. Na de begrafenis werd er nog wat nagepraat en hoorde Anton plotseling iemand vertellen over schoten. Het was Takes, de man die Ploeg had doodgeschoten. Anton knoopt een gesprek aan met die man en het blijkt dat het meisje dat Anton die avond van de aanslag in de cel had getroost, samen met Takes die aanslag had gepleegd. Zij was later in de duinen geëxecuteerd. Anton begon te huilen, Voor zijn gevoel stierf het meisje nu pas. Hij had haar zijn hele leven al gezocht. Later op de avond ontdekt hij dat Saskia precies voldeed aan het beeld dat hij zich had gevormd van het meisje in de cel. (hij heeft haar nooit gezien, het was donker in de cel) Takes wilde alles weten wat Anton zich nog herinnerde van haar die nacht in de cel. Hij wist echter niets meer.
Anton was gescheiden van Saskia en hertrouwd met Liesbeth. Rond zijn veertigste kwam Anton in een crisis. Hij heeft de oorlog nooit echt goed kunnen verwerken.
In november 1981 deed Anton mee aan een vredesdemonstratie. Opeens kwam hij Karin Korteweg tegen (de buren die het lijk voor hun huis hadden gelegd). Ze vertelde dat zij en haar vader na de oorlog naar Nieuw-Zeeland waren geëmigreerd, dat haar vader geen rust meer had, bang dat Anton wraak zou komen nemen. Daar had haar vader later ook zelfmoord gepleegd. Ze hadden het lijk verplaatst om zijn hagedissen te redden. Later had hij ze allemaal doodgetrapt. Waarom voor Antons huis en niet voor dat van de familie Aarts? Bij de familie Aarts zaten Joden verborgen. Verward nam Anton afscheid van Karin. Hij had nu na al die jaren antwoorden op zijn vragen. Maar wie was er schuldig? Of was iedereen schuldig en onschuldig?
3. Vertelperspectief
In dit verhaal ligt het perspectief bij de alwetende (of auctoriale) verteller. Hij vertelt het verhaal over Anton. De alwetende verteller was in mijn ogen goed, omdat daar geen emoties van personages bij betrokken waren.
4. Tijd en volgorde
Het boek speelt zich over een lange periode af, de episodes spelen zich in 1945, 1952, 1956, 1966 en 1981 af. Er zitten dus tijdsprongen tussen, iedere keer weer een verschillend aantal jaren. De tijd die één episode beschrijft, duurt ongeveer één tot enkele dagen en in het totaal omvatten ze een periode van ongeveer 37 jaar, van 1945 tot november 1981.
De tijd waarin het zich afspeelt is voor het verhaal wel van belang, want het gaat over de periode na de tweede wereldoorlog. Het verhaal is in chronologische volgorde geschreven met af en toe een flashback, als Anton aan de aanslag denkt. De verteltijd is 247 pagina’s.
Het boekverslag gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden