1 Zakelijke gegevens
Auteur: Harry Mulisch
Titel: Het Beeld en De Klok
Uitgever: De Bezige Bij
Plaats van uitgave: Amsterdam
Jaar van uitgave: 1989
Druk: Tweede druk
Aantal bladzijden: 95
Jaar van eerste druk: 1989
Genre: novelle
Geraadpleegde secundaire literatuur: Internet
2 Eerste reactie
Dit boek heb ik gekozen omdat de boeken van Harry Mulisch me eigenlijk wel een uitdaging leken, dunne boekjes zijn vaak moeilijke boekjes. Toen ik dit boek ging lenen bij de bibliothecaresse, waarschuwde al dat dit een heel erg moeilijk boek was, maar dat vond ik dus wel een uitdaging. Want ik hield van lezen, dus dat moest toch wel lukken?
En dat heb ik wel geweten. Aangezien het boek maar bijna 100 bladzijden had, ging het er in een vaart doorheen. Er waren veel dingen fictief, maar toch stonden ze weer voor iets in de werkelijkheid, en daarom was dit boek juist zo moeilijk, want je moest overal een gedachte achter verzinnen wat de schrijver er in de werkelijkheid mee zou kunnen bedoelen. Dat was maar een klein voorbeeld van de grote verwarring die het boek achterliet.
3 Samenvatting
Het beeld van Laurens Janszoon Coster staat al meer dan anderhalve eeuw op zijn plaats
en heeft veel gezien en meegemaakt, zo ook de jeugd van "de meester" een
zonderlinge man die na een tijd te zijn weggeweest uit Haarlem plotseling weer verschijnt
op de Grote Markt. Hij geeft het beeld een knipoog, waarop deze als het ware ontwaakt uit
zijn slaap en als de meester hem dan uitnodigt voor een wandeling besluit hij tegen alle
principes van de beelden in te gaan en stapt van zijn sokkel. Tijdens de wandeling door
Haarlem die volgt, vertelt de meester over zijn fascinatie voor de tijd en zijn schaduw,
die niet van hem is, maar van een ander onbekend iemand of iets. De meester dacht dat hij
ooit de persoon zou vinden die zijn schaduw had, hij heeft zelfs gedacht dat een of andere
God hem misschien bezat.
Ook vertelt de meester over zijn reis naar Australië, hij was hier uitgenodigd voor
enkele lezingen, maar hij wilde ook enkele experimenten doen met de stand van de zon,
omdat deze immers precies tegenovergesteld reist op het Zuidelijk halfrond. Als hij dan in
het vliegtuig op de weg terug precies over het snijpunt van de datumgrens en de evenaar
vliegt, dan kan zijn genot niet meer op, dit is voor hem een soort ultieme beleving van de
"magie" van de tijd.
Zijn laatste nieuwe ontdekking heeft betrekking op de manier waarop horloges altijd staan
afgebeeld op een foto, namelijk op 10 over 10. Dit heeft volgens hem te maken met de hoek
die de twee wijzers dan maken; precies 108 graden. Dit legt hij dan uit met het geheim van
Pythagoras, en theorie die met een Pentagon en de gulden snede te maken heeft. Al met al
is dit stof die een "gemmiddeld" mens niet zo zeer zal boeien, maar aan de andere kant: de mensheid boeit de meester ook niet zo heel erg. Het boek eindigt met het beeld dat terugklimt op zijn sokkel en dan plotseling ziet dat de schaduw van de meester eigenlijk die van zijn moeder is, maar de meester is al verdwenen voordat het beeld dit tegen hem kan zeggen.
Onderzoek van de verhaaltechniek
Het boek was goed te doen, het was op zich niet ouderwets, je kwam er makkelijk doorheen. Soms was de zinsopbouw lastig omdat sommige zinnen best lang duurden, ze konden zo drie regels lang zijn, waardoor je de zin soms een paar keer moest lezen om hem te kunnen begrijpen. Wel zei Mulisch veel zinnen waar je een les uit kon halen, waaruit je kon opmaken dat hij levenservaring had en zijn zicht op de wereld op een mooie manier in het boek wilde overbrengen, verpakt in een fictief verhaal.
Het verhaal speelt zich af in Haarlem in de 20e eeuw, rond 1986. De verteltijd is één dag, maar de vertelde tijd is veel langer door het gebruik van flashbacks. Op deze flashbacks na is het boek in chronologische volgorde geschreven. De plaats van het boek is Haarlem, waar het hele verhaal zich afspeelt.
De verhaalfiguren in het boek zijn het standbeeld van Laurens Janszoon Coster, die op de Grote Markt in Haarlem op een sokkel staat (zie het echte standbeeld hiernaast). Het is een nieuwsgierig beeld dat zijn omgeving in de gaten houdt.
De andere hoofdpersoon is de Meester. Hij is op zoek naar wie hij werkelijk is. Hij is een persoon die erg houdt van licht en een hekel heeft aan schaduw, dit staat voor hem als negatief en als dat er een einde komt aan het leven. Ook is hij gek op tijd.
Het perspectief is van het standbeeld, het zijn al zijn gedachten die je leest. Dit duidt dus op een ik-perspectief. Hij vertelt het verhaal uit zijn eigen belevenissen, je krijgt het gevoel alsof je het zelf nabeleeft en het standbeeld het voor je navertelt. Soms is er een kleine uitzondering, als de Meester een verhaal vertelt wil het perspectief nog wel veranderen, maar dit zijn maar hele kleine stukjes.
Thema
Volgens mijn denken was het belangrijkste thema in het boek toch wel ‘tijd’. Tijd staat voor sterfelijkheid. Er wordt vaak terugverwezen naar tijd. Een leuk stukje is bijvoorbeeld dat de schrijver uitlegt waarom klokken op negen over tien staan in reclames. Ook heeft hij het erover dat hij een horloge wil waar twee klokken tegelijk in kunnen, dan kan hij twee tijden tegelijk in de gaten houden en hoeft hij niet de hele tijd zijn horloge te verzetten.
Het boekverslag gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden