Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

De aanslag door Harry Mulisch

Beoordeling 2.5
Foto van een scholier
Boekcover De aanslag
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 4e klas vwo | 2163 woorden
  • 29 december 2013
  • 3 keer beoordeeld
Cijfer 2.5
3 keer beoordeeld

Boekcover De aanslag
Shadow

Fake Ploeg, een collaborerende inspecteur van politie, berucht om zijn wreedheid, fietst tijdens zijn spertijd door de buitenwijken van Haarlem naar huis. Door de winterse avond klinken plotseling zes scherpe knallen. Ploeg ligt dood op de stoep voor een rijtje van vier huizen, waarvan er een door de familie Steenwijk wordt bewoond. De verschrikkelijke gevolgen van de…

Fake Ploeg, een collaborerende inspecteur van politie, berucht om zijn wreedheid, fietst tijdens zijn spertijd door de buitenwijken van Haarlem naar huis. Door de winterse avond kl…

Fake Ploeg, een collaborerende inspecteur van politie, berucht om zijn wreedheid, fietst tijdens zijn spertijd door de buitenwijken van Haarlem naar huis. Door de winterse avond klinken plotseling zes scherpe knallen. Ploeg ligt dood op de stoep voor een rijtje van vier huizen, waarvan er een door de familie Steenwijk wordt bewoond. De verschrikkelijke gevolgen van deze gebeurtenis zullen de dan twaalfjarige Anton Steenwijk zijn hele leven lang blijven achtervolgen.

De aanslag door Harry Mulisch
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Samenvatting

 

'Proloog'

Aan de rand van Haarlem staan langs het Spaarne vier villa's. In 'Buitenrust' woont de familie Steenwijk: vader (griffier bij de rechtbank), moeder, Peter (zeventien jaar) en Anton (twaalf jaar). Links van hun huis staat de villa van de familie Beumer en rechts het huis van meneer Korteweg en zijn dochter Karin.

'Eerste episode, 1945'

Op een avond in januari 1945 wordt de familie Steenwijk opgeschrikt door zes schoten. Voor het huis van de buren Korteweg ligt het lijk van Fake Ploeg, hoofdinspecteur van de politie. Korteweg en Karin slepen het lijk voor het huis van de familie Steenwijk. Peter rent naar buiten om het dode lichaam weer weg te zeulen, maar op dat moment komen de Duitsers; Peter vlucht weg en neemt het pistool van Ploeg mee. Anton en zijn ouders worden uit hun huis gehaald en de villa wordt in brand gestoken, nadat eerst de ruiten kapot worden geslagen. Anton wordt in een auto gestopt en weggevoerd. Wat er met zijn ouders gebeurt, weet hij niet. Hij wordt in een cel in het politiebureau in Heemstede geworpen. In deze cel zit al een vrouw. Ze troost Anton en praat met hem over de fascisten ('ze zullen zeggen, dat het de schuld van de illegaliteit is') en over de noodzaak hen te haten.

Anton wordt de volgende dag overgebracht naar de Ortskommandant in Haarlem, van wie hij naar zijn oom en tante in Amsterdam mag gaan. Tijdens de rit van Haarlem naar Amsterdam wordt het konvooi door een Engels vliegtuig beschoten, waarbij enige doden vallen. In Amsterdam komt Anton bij een Duitse generaal terecht, die vriendelijk voor hem is. Oom Peter haalt hem op.

'Tweede episode, 1952'

Anton wordt opgevoed door zijn oom en tante, een kinderloos doktersechtpaar aan de Apollolaan te Amsterdam. Na de oorlog blijkt dat zijn ouders en Peter in de fatale nacht ter plekke zijn doodgeschoten. Anton reageert beheerst, hij gaat niet op onderzoek uit. Na het gymnasium gaat hij medicijnen studeren. Als hij tweedejaars is, wordt hij door een studiegenoot uitgenodigd op een feestje in Haarlem. Zo komt hij in 1952 voor het eerst weer terug in de stad die hij in januari 1945 heeft verlaten. Het feestje wordt voor hem een teleurstelling, omdat een paar brallerige studenten kwetsende opmerkingen maken. Anton wordt hierdoor herinnerd aan hetgeen hij in de oorlog heeft meegemaakt. De aansporingen om zich als vrijwilliger aan te melden voor de oorlog in Korea doen hem besluiten het feestje vroegtijdig te verlaten. Op de terugweg komt hij langs de kade waar zijn ouderlijk huis heeft gestaan. Mevrouw Beumer roept hem binnen. Ze vertelt dat Antons moeder op die fatale januari-avond een Duitser is aangevlogen en dat zij en haar man daarna zijn doodgeschoten. Anton vertrekt zwijgend en loopt langs het monument dat is opgericht voor de slachtoffers van de januari-tragedie. Hij leest de namen van de gefusilleerden, waaronder die van zijn ouders. De naam van Peter staat er niet bij. Bij navraag blijkt dat zijn oom hem wel verteld heeft over het monument, maar dat hij de onthulling niet wilde bijwonen. Anton voelt voor het eerst iets van angst voor het afgesloten verleden 

'Derde episode, 1956'

Na zijn kandidaatsexamen gaat Anton op kamers wonen in de binnenstad van Amsterdam. In 1956 vallen de Russen Hongarije binnen. Dagenlang is het rumoerig rond het hoofdkwartier van de CPN in Amsterdam (het gebouw Felix Meritis). Tijdens een relletje ontmoet Anton in het portiek van zijn huis Fake Ploeg jr. Op de kamer van Anton ontwikkelt zich een heftig gesprek. Omdat zijn vader in de oorlog fout was, heeft Fake niet kunnen studeren. Hij werkt nu in een zaak voor huishoudelijke artikelen. Hij is fel anti-communistisch. Anton verwijt Fake dat het de vrienden van zijn vader waren, die Antons familie hebben uitgeroeid. Fake wordt woedend en verbrijzelt de spiegel met een kei. Kort daarop ontploft de oliekachel, waardoor de kamer vol roet komt. (Er is sprake van een herhaling van hetgeen in januari 1945 is gebeurd. De Duitsers sloegen de ruiten kapot en staken het huis van Antons ouders in brand.)

'Vierde episode, 1966'

In 1959 doet Anton artsexamen. Hij krijgt een assistentschap in de anesthesie en gaat in de buurt van het Leidseplein wonen. Hij werkt in het Wilhelmina Gasthuis. In Londen ontmoet hij de stewardess Saskia de Graaff. Een jaar later trouwen ze. Ze kopen een half huis in de buurt van het Concertgebouw. De vader van Saskia is ambassadeur in Athene. In de oorlog speelde hij een belangrijke rol in het verzet. Begin juni 1966 wordt Sjoerd begraven. Hij was een bekend journalist, die in de oorlog in het verzet zat. Omdat hij een vriend was van De Graaff, gaan Anton, Saskia en hun dochtertje Sandra ook naar de begrafenis. Na afloop van de plechtigheid komt Anton in contact met de verzetsstrijder Cor Takes. Deze heeft Fake Ploeg doodgeschoten. Anton wil eigenlijk niet meer over het gebeurde uit de oorlog praten,maar Takes moet zijn hart luchten. Hij tracht zich te rechtvaardigen door te vertellen over de gruweldaden van Ploeg. Over het gezeul met het lijk van Ploeg weet hij niets. Hij vertelt over zijn vriendin Truus Coster. Zij blijkt het meisje te zijn met wie Anton een nacht in de cel heeft gezeten. Anton hoort nu dat ze drie weken voor de bevrijding is terechtgesteld. Takes geeft zijn adres en telefoonnummer aan Anton. Anton gaat met zijn gezin en schoonouders ergens lunchen. Daarna gaat hij met Saskia en Sandra naar het strand. Door de onthullingen van Takes is hij helemaal uit zijn evenwicht. Hij wil de foto van Truus die in het bezit is van Takes, zien. In een foto van Saskia herkent hij het beeld, dat hij sinds 1945 in zijn hoofd heeft van Truus.De volgende dag gaat Anton naar Takes, die nog helemaal met zijn gedachten in het oorlogsverleden leeft. Het vrijlaten van de oorlogsmisdadiger Lages maakt de verzetsheld woedend. Anton ziet de foto van Truus. Takes vertelt over zijn verhouding met Truus. Zij was het die de laatste twee schoten op Ploeg afvuurde. Ploeg heeft haar daarna nog met een schot verwond. Anton is zeer geëmotioneerd

'Laatste episode, 1981'

Anton en Saskia zijn gescheiden en Anton is hertrouwd met Liesbeth, die kunstgeschiedenis studeert. Ze hebben een zoon: Peter (1969). Anton verdient veel en heeft vier huizen. Hij is vaak in Italië. Hij wordt neerslachtig en heeft soms ook last van een crisis. In 1978 gaat hij met Sandra naar Haarlem. Op de plaats waar het verbrande huis heeft gestaan, is een bungalow gebouwd. Ze bezoeken het monument en het graf van Truus Coster op de erebegraafplaats in Bloemendaal. Sandra legt een roos op het graf. Door de emoties weet Anton nu plotseling wat Truus in de cel tegen hem gezegd heeft. Als Anton het aan Takes wil vertellen, blijkt het huis van de verzetsman te zijn gesloopt.Tijdens de vredesdemonstratie op 21 november 1981 te Amsterdam ontmoet Anton Karin Korteweg. Van haar verneemt hij dat Peter in januari 1945 bij de Kortewegs is binnengevlucht. De Duitsers hebben hem daar doodgeschoten, omdat ze dachten dat hij Ploeg had vermoord. Korteweg en zijn dochter zijn toen naar de Ortskommandatur gebracht. Anton herinnert zich dat hij Korteweg daar even heeft gezien. Hij hoort nu ook waarom Korteweg het lijk weg wilde hebben: hij was bang voor de dood van zijn hagedissen. Toen bleek welke represaillemaatregelen de Duitsers namen, heeft hij de beestjes zelf doodgetrapt. Hij wilde het lijk niet voor het huis van Aarts leggen,omdat daar drie joden ondergedoken zaten. Nu weet Anton alles. Hij laat Karin hulpeloos achter en wordt opgenomen in de stroom demonstranten. Samen met Peter loopt hij verder.

Perspectief

Er is sprake van een alwetende verteller, die het verhaal 'stuurt'. Desalniettemin zien we de meeste gebeurtenissen door Antons ogen. De verteller wijst soms vooruit en plaatst gebeurtenissen in een bepaald historisch verband.

Tijd en volgorde

De opbouw van het boek is een proloog gevolgd door vijf episodes. Elke episode duurt één of enkele dagen. Het gehele verhaal omvat een tijdsbestek van bijna zevenendertig jaar.

Ruimte

    • Het verhaal begint in 1945, in de Haarlemse villastraat, als Anton twaalf jaar is.
    • Daarna wordt er een tijdsprong gemaakt naar 1952, in Amsterdam: Anton is dan bezig met opgroeien van een kind in een tiener/volwassene. Er wordt hier veel teruggeblikt op de bevrijding. Hij woont bij zijn oom en tante in Amsterdam.
    • In het derde deel van het boek is het 1956 in Amsterdam: Anton is een studerende twintiger.
    • In het vierde deel is het 1966 en is Anton rond eind twintig, begin dertig: hij is getrouwd met Saskia de Graaff en heeft een dochter, Sandra. Het is onduidelijk waar zij wonen, maar waarschijnlijk in de buurt van Amsterdam.
    • In de laatste episode is het 1981 en woont Anton overal en nergens: zowel in Nederland als in Zuid-Italië. Hij is rond de veertig/vijftig, is met zijn tweede vrouw en heeft een zoon, Peter.

Personages

Anton Steenwijk woonde tot ongeveer zijn dertiende met zijn beide ouders en broer Peter in een Haarlemse villa. Als kind was hij niet heel bijzonder; gekoesterd door zijn ouders en geplaagd door zijn broer. Toen zijn ouders en broer in onschuld werden vermoord, werd hij geadopteerd door zijn oom en tante in Amsterdam. Als Anton opgroeit, blijft de herinnering aan die avond in 1945 hem achtervolgen: onbewust wil hij weten wie Fake Ploeg vermoordde en waarom het lichaam bij Anton op de stoep werd gelegd. Anton laat het leven min of meer aan zich voorbij trekken terwijl hij trouwt en kinderen krijgt, en wordt door maar weinig dingen geprikkeld. Naast zijn werk houdt hij zich bezig met lezen en puzzels oplossen. Hij bezit vier huizen, waarvan een aantal in Italië. Politiek en actualiteit boeien hem weinig; het enige waarvoor hij echt leeft, is eigenlijk het verleden.

Saskia de Graaff is de eerste vrouw van Anton. Saskia is stewardess. Op een gegeven moment beseft Anton dat hij met Saskia is getrouwd, omdat zij lijkt op de voorstelling die hij heeft gemaakt van Truus Coster. Haar vader, De Graaff, is ambassadeur in Athene. In de oorlog had hij een vooraanstaande positie binnen het verzet bekleed. Hij spreekt bijna nooit over de oorlog. Mevrouw de Graaff wordt vergeleken met koningin Wilhelmina en met een generaal.

Anton hertrouwt met Liesbeth, wiens vader in Indonesië in Japanse gevangenschap had gezeten en daar ook nooit over sprak.
Van Saskia kreeg Anton een dochter, Sandra en van Liesbeth een zoon, Peter. De meeste personen krijgen weinig diepgang in het boek. Dit is niet het geval met Cor Takes, de man die samen met Truus Coster de aanslag op Ploeg had gepleegd. Takes heeft sombere donkerbruine ogen, waarvan het linker anders is dan het rechter. Daardoor bezit hij een doordringende blik waartegen Anton geen verweer heeft. Toch vindt Anton Takes sympathiek, hij heeft zich nog nooit zo met een ander verbonden gevoeld. Voor Takes is het nog steeds oorlog, hij kan er niet los van komen. Takes spreekt met Anton over de oorlog, niet om zijn daad goed te praten (hij zou nu weer een fascist kunnen doden), maar omdat hij aan niks anders meer kan denken. Hij was verliefd op Truus, al had hij een vrouw en kinderen. Hij wilt van Anton weten wat Truus in de cel gezegd had, maar hij kan het zich niet meer herinneren. Wij als lezer weten dat Truus ook van Takes hield.
Truus Coster was een 'filosofe met een pistool'. Als het over de moraal ging, zat ze op haar praatstoel. Ze had dik, weerbarstig, rossig haar. Ze is niet ouder dan 24 jaar geworden: in april 1945 is ze in de duinen geëxecuteerd. Haar geboorte- en sterftedatum zijn precies gelijk aan die van de communistische verzetsstrijdster Hannie Schaft ('het meisje met het rode haar'). Er komen meer figuren voor in de roman die in verband kunnen worden gebracht met reële personen.
Fake Ploeg was de zoon van de NSB'er Ploeg. In 1956 blijkt hij een felle anticommunist te zijn. Hij verdedigt zijn vader hartstochtelijk.
Meneer Korteweg is zeeman geweest. Hij had veel reptielen, die voor hem heel belangrijk waren. Daarom heeft hij het lichaam van Ploeg verlegd. Later trapte hij ze dood, omdat Antons ouders en broer vermoord waren. Uit angst dat Anton wraak zou nemen, emigreerde hij naar Nieuw-Zeeland. Daar pleegde hij in 1948 zelfmoord. Karin, de dochter van Korteweg, was verpleegster. Zij is nooit getrouwd.

Thema en motieven

Thema

In de Tweede Wereldoorlog wordt een foute politieman doodgeschoten. Dit heeft zeer ingrijpende gevolgen voor het gezin Steenwijk. De problemen van schuld en verantwoordelijkheid die hiermee verbonden zijn, beheersen het gehele boek.

Motieven

    • het menselijk leven dat door het lot wordt bepaald (symbool: de dobbelsteen);
    • de verwoestende werking van het vuur; dit motief komt verschillende keren terug;
    • de goede haat en de verkeerde haat;
    • het opsporen van de verborgen achtergronden in het leven (symbool: het oplossen van cryptogrammen);
    • het vergeten van de afschuwelijke gebeurtenissen (Anton wordt anesthesist: specialist in het 'vergeten')

Er komen veel motieven in het boek voor die elkaars tegenstelling zijn: liefde-haat, goed-kwaad, schuld-onschuld, licht-duisternis

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "De aanslag door Harry Mulisch"