Beste Lezer, laats heb ik het boek gelezen met de verzameling van dagboekbrieven van Anne Frank, en vervolgens ben ik een onderzoek gestart, en heb ik in dat onderzoek zes vragen gevonden en beatwoord, zie de rest van dit verslag, de uitslag van het onderzoek. Dit waren de vragen:
Beschrijf een scene uit Anne Frank die je het meest aanspreekt, en waarom?
Zou iedere scholier uit klas 3 dit boek moeten lezen? Waarom wel/niet?
Welke vragen roept het boek bij je op?
Welke normen en waarden staan in het boek centraal? Leg uit.
Haal de verschillende fasen van de bezetting uit Anne Frank, en geef bij elke fase een
concreet voorbeeld.
Zijn je verwachtingen uitgekomen of had je meer verwacht?
1. Beschrijf een scene uit Anne Frank die je het meest aansprak.
Om mij goed aan te spreken binnen een boek moet een scene een bepaald gevoel mee brengen, een belangrijk gevoel, dat misschien niet altijd genoemd wordt, maar wel de ondertoon voert in een groot deel van het boek. Dit gevoel is toch, bij de onderduikers Frank, (ook bij de familie van Daan, maar alles wordt door Anne Frank geschreven, dus ik laat het bij de familie Frank hier,) het gevoel van angst dat het mis gaat. ‘Stel dat wij gepakt worden door de Grüne Polizei, wat dan?’ Dit gevoel keert meerdere malen terug in het werk van Anne Frank, in de vorm van onder andere inbraken. Maar toch is het iets anders dat mij het meest raakte, en dat was het “angstige” verslag van de bombardementen en beschietingen in en rondom 020 (A.K.A. A’dam) in eind Juli 1943. Om de zoveel tijd ging het luchtalarm af en dan was het maar hopen dat er geen bom bovenop het achterhuis viel; ik citeer:
‘Om half drie was Margot klaar met haar kantoorwerk; ze had haar boeltje nog niet gepakt of de sirenes loeiden, dus trok ik weer met haar naar boven. Het werd tijd , want we waren nog geen vijf minuten boven, of ze begonnen hard te schieten, zodat we in de gang gingen staan. En ja hoor, daar dreunde het huis en vielen de bommen. Ik klemde mijn vluchttas stevig tegen me aan, meer om wat te hebbben om vast te houden dan om te vluchten, want we kunnen toch niet weg.’ 26 Juli 1943
Hierin zie je die angst goed terugkomen, vooral de laatste zin van dit deel raakte me, ‘want we kunnen toch niet weg’, het gevoel van wat als komt bij Anne naar boven, en voor haar is dat natuurlijk zeer beangstigend.
2. Zou iedere scholier uit klas drie dit boek moeten lezen?
Nee, dat zou niet moeten, dit zal ik zo uitleggen en daarbij geef ik meteen antwoord op vraag nummer zes; Zijn je verwachtingen over het boek uitgekomen of had je meer verwacht?
Ik zal uitleggen, waarom je een boek verplicht zou kunnen stellen voor een derde klas van een kennisrijk Gymnasium. Waarom verplicht een boek? Een verplicht boek moet echt een bepaalde goede verrijking zijn van, in dit geval, informatie die je binnenkrijgt over de geschiedenis in de WO II en het onderduiken. Dit was ook wat ik verwacht had, maar dit is maar voor 40-50% uitgekomen. Het boek beschrijft wél goed de situatie waarin de meest beroemde onderduikster in Nederland, haar familie, de familie Van Daan, en ‘meneer Dussel’ leefden, maar toch vind ik dit niet helemaal superbelangrijk want dit is niet heel representatief voor alle onderduikers, er waren heel veel onderduik(s)ters die het veel zwaarder hadden dan de Franks. Bovendien wordt er verder niet veel relevants verteld over de politiek, die ik als schrijver nog niet wist. (mede door de geweldige lessen van Meneer Hulst.) In een groot deel van het boek worden de problemen in het huishouden besproken door Anne, maar wat is het nut daarvan als verrijking voor de lezer? Zo verteld (al is het naar mijn mening soms gewoon pubergezeik) Anne veel te veel, voor de lezer geen verrijking, vanaf begin 1944 veel te veel over haar al dan niet liefde met Peter.
Er zijn ook veel andere boeken, die een betere representativiteit hebben, die beter weergeven hoe veel Joden het hadden, en waarbij je meer informatie krijgt die een verrijking zou zijn. Dit boek smaakt te veel over een Roman door een puber in moeilijke tijden, en daarom zou ik het niet verplicht stellen, ook omdat er over de Franks al genoeg verteld wordt in de wereld om ons heen.
3. Welke vragen roept het boek bij je op?
Wat was echt de mate waarin de Franks geleden hebben naast de angst, want er wordt soms later in het boek gesproken over honger, maar hoe erg was die en waren er andere grote problemen?
Zijn de “smoesjes” van de Franks (dat de buren verspreidden dat de Franks bijvoorbeeld richting Limburg waren gevlucht) om de nazi’s op het verkeerde spoor te zetten, dat ze niet naar de Franks gingen zoeken, in hoeverre zijn die gelukt?
Verder qua uitleg was alles wel duidelijk, Anne was geen dom kind.
4. Welke normen en waarden staan in het boek centraal?
Vooral binnen het achterhuis en de familie Frank zijn er veel problemen, door de status en de stress van het onderduiken. Omdat er dan heel veel gevoelens en angsten door je stromen wordt er geprobeerd het leven mooi te maken in het achterhuis, en dat kan niet anders dan normen en waarden stellen die rust en een prettige samenleving geven, en uit het boek kan je deze twee halen:
Gehoorzaamheid aan de ouders, ouders zijn wijs.
Respect voor elkaar, je zit in een moeilijke tijd en komt voorlopig niet van elkaar af.
5. Geef de verschillende fasen van de bezetting weer met concrete voorbeelden.
Eigenlijk is dit niet de moeilijkste vraag die je kan geven, want zoals bekend begint het boek bij midden juni 1942 en eindigt het met augustus 1944, iets voor de Franks worden opgepakt, en dus zijn er maar twee fasen van de bezetting in Nederland waar je van kan spreken, de tweede en de derde. Hieronder geef ik kort met concrete voorbeelden weer hoe Anne schreef over de fases.
Het boekverslag gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden