Het bittere kruid door Marga Minco

Beoordeling 3.9
Foto van een scholier
Boekcover Het bittere kruid
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 4e klas havo | 1689 woorden
  • 11 december 2011
  • 2 keer beoordeeld
Cijfer 3.9
2 keer beoordeeld

Boekcover Het bittere kruid
Shadow

In 'Het bittere kruid' schrijft Marga Minco (1920) over de Jodenvervolging tijdens de bezettingstijd. In korte hoofdstukken realiseert zij de sfeer van toenemende onzekerheid en angst. Zelfs als de bezetter toeslaat, blijft er nog een spoor van hoop om aan het lot te ontkomen. Met kleine middelen roept de schrijfster een sfeer op van dreiging, ongegronde hoop …

In 'Het bittere kruid' schrijft Marga Minco (1920) over de Jodenvervolging tijdens de bezettingstijd. In korte hoofdstukken realiseert zij de sfeer van toenemende onzekerhe…

In 'Het bittere kruid' schrijft Marga Minco (1920) over de Jodenvervolging tijdens de bezettingstijd. In korte hoofdstukken realiseert zij de sfeer van toenemende onzekerheid en angst. Zelfs als de bezetter toeslaat, blijft er nog een spoor van hoop om aan het lot te ontkomen. Met kleine middelen roept de schrijfster een sfeer op van dreiging, ongegronde hoop en verwachting, die precies weergeeft wat in die jaren in de harten van de vervolgden leefde. Sober omslag, duidelijke druk.

Het bittere kruid door Marga Minco
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Samenvatting:
Als in 1940 de oorlog uitbreekt, vlucht de familie Minco uit Breda weg. Na een paar dagen keert de rust weer en men komt terug. Marga en haar broertje en zusje hadden het in hun jeugd in Breda vaak moeilijk. Ze werden uitgescholden en soms geconfronteerd met vreemde vooroordelen. Vader is vol vertrouwen en gelooft, dat de Duitsers hen niets zullen doen. Hij is een vroom man en wil dat "de Joodse wetten en gebruiken" gehandhaafd worden. In het eerste oorlogsjaar wordt Marga ziek en ze moet kuren in Utrecht. Haar ouders verhuizen intussen naar Amersfoort, waar ze gaan inwonen bij hun getrouwde zoon Dave en zijn vrouw Lotte. Na een poos is Marga zover herstelt, dat ze mag nakuren buiten het ziekenhuis. Ze trekt ook naar Amersfoort. In die tijd hebben de bezetters juist bepaald, dat de Joden een gele ster moeten dragen. Vader komt thuis met een hele collectie sterren en moeder en de meisjes naaien deze sterren zo keurig mogelijk op de kleding. Marga is niet zo handig met de naald en draad en de ster komt er scheef op.
Vader en Dave moeten zich laten keuren voor de werkkampen. Vader heeft huiduitslag en wordt afgekeurd en Dave neemt een drankje in, waardoor de dokter hem ongeschikt vindt. Door dit drankje werd hij ziek. Het drankje heeft een nadelige uitwerking, maar na een paar dagen is Dave weer hersteld.

Mevrouw Zwagers is ermee begonnen het hele gezin te laten fotograferen. Moeder vindt, dat ze ook maar met het hele gezin op de foto moeten. Marga heeft weinig zin, maar toch gaan ze met z'n allen naar fotograaf Smelting. Als moeder op zekere middag naar mevrouw Zwagers gaat om haar de foto's te laten zien, blijkt de hele familie Zwagers te zijn ondergedoken. Het is voor het eerst dat ze horen, dat iemand is ondergedoken.
Op een dag komt er een telegram uit Amsterdam: Marga's zuster Bettie en haar man zijn door een overvalwagen opgepikt. Enige tijd later komen bij Marga thuis ook oproepen om zich te melden. Het lijkt Dave wel avontuurlijk. Ze kopen rugzakken en voeren hun kleding met bont en flanel. Overal stoppen ze doosjes vitaminen in en er worden drie kampeerbekertjes gekocht. Dave en Marga hoeven zich echter niet te melden, omdat ze van de dokter een attest krijgen. Lotte mag blijven om hen te verzorgen. Hun ouders moeten naar Amsterdam omdat ze ouder zijn dan vijftig. Bij het afscheid is vader zeer optimistisch. Moeder denkt aan Bettie. Een paar mannen komen om de koffers en de kamer te verzegelen. Als hun ouders weg zijn, verbreken de kinderen het zegel van de kamer. Dave en Marga blijven zoveel mogelijk in bed. Op zekere dag komt een buurmeisje Marga's racket lenen. Ze krijgt allerlei spullen van Marga cadeau. Marga wil naar Amsterdam, waar haar ouders in de Sarphatistraat op kamers wonen. Ze haalt de ster van haar jas dan gaat ze naar het station. Gedurende die gehele reis zit ze in spanning, maar de tocht verloopt zonder ongelukken. Haar ouders zijn dolgelukkig haar weer te zien. Het Joodse rusthuis naast hen wordt een paar dagen later leeggehaald. Vader, Moeder en Marga verbergen zich in het souterrain, van waaruit ze alleen voeten kunnen zien. Toch weten ze dat er iets afschuwelijks gebeurt.
Nadat ze een dienst in de "sjoel" hebben bijgewoond, lopen ze met een kennis op, met wie ze praten over onderduiken. Vader wil liever nog wat wachten.
Tante Kaatje uit het oude liedengesticht zal bij hen komen eten. Marga gaat inkopen doen in de Weesperstraat. Ze wordt aangehouden door een dikke man, die een meisje blijkt te zoeken wat van haar leeftijd is. Marga mag gaan en doet haar inkopen. Als ze thuis komt, hoort ze dat Tante Kaatje niet komt ("het hele gesticht is leeggehaald").
Als Marga in de Lepelstraat loopt, stopt daar juist een overvalwagen. Alle huizen worden leeggehaald. Een soldaat wil ook Marga meenemen, maar ze zegt dat ze niet in de Lepelstraat woont. De soldaat gaat met haar persoonsbewijs naar zijn commandant; na een poosje komt hij terug: Marga kan gaan.
De volgende dag loopt ze weer door de Lepelstraat, die dan is uitgestorven. De winkel van de slager is leeg; er is een plank voor de deur getimmerd.
Op een avond is Marga aan het tennissen. Ze slaat de bal over de schutting en als ze hem pakt, ontdekt ze dat er achter hun tuin een smalle geul is, waar ze zich best in kunnen verstoppen. Als ze met Vader en Moeder thee zit te drinken, wordt er gebeld. Meteen zijn de mannen binnen. Marga moet de jassen halen. Ze vlucht ongemerkt het huis uit, de tuin in. Door het tuindeurtje en via de smalle geul komt ze op straat. Ze rent naar de Weteringschans, waar Dave en Lotte zijn ondergedoken. Daar is ze enige tijd veilig. Alle drie bleken ze hun haar, waardoor de vrouw bij wie ze inwonen, achterdocht krijgt. Ze moeten het huis verlaten en besluiten naar een adres in Utrecht te gaan. Die nacht denkt Marga aan het Paasfeest, aan het verhaal over de uittocht uit Egypte, aan het eten van "ongezuurde brood en het bittere kruid".
Voor de veiligheid zullen ze apart naar Utrecht reizen. Voor het vertrek gaan ze nog een keer naar de bioscoop. Als Marga op het afgesproken adres in Utrecht aankomt, heeft Dave al opgebeld. Lotte is bij de controle aangehouden en Dave zal zich bij haar voegen. In Utrecht hebben ze geen plaats voor Marga. Ze gaat terug naar Amsterdam, waar ze een kennis heeft. Wout wacht haar bij het Amstel Station op. De volgende dag wordt ze opgehaald door oom Hannes, een boer uit de Haarlemmermeer. Op de boerderij van oom Hannes zijn al veel onderduikers; daarom wordt Marga naar een landarbeidersgezin gebracht. Daar hebben ze geen bed voor haar. Ze moet bij de vrouw slapen, terwijl de man bij de jongens zal kruipen. Op een dag roeit ze naar Aalsmeer, waar ze in een café een afspraak met Wout heeft. Hij heeft voor haar geïnformeerd; het enige wat hij kan zeggen is: "Ze zijn doorgestuurd." Een meisje is op straat aan het tollen. Haar tol wordt verpletterd. Marga's geld raakt op en ze wil het arme gezin niet langer tot last zijn. Wout weet een adres voor haar in Heemstede. Hij heeft ook een nieuw persoonsbewijs voor haar, met een nieuwe naam. Ze leest de naam: "Het was of ik aan mezelf werd voorgesteld."

Epiloog:
Na de bevrijding bezoekt ze de broer van haar vader, die in Zeist woont. Omdat hij met een niet-Joodse vrouw is getrouwd, hebben de bezetters hem ongemoeid gelaten. Het lot van zijn broer heeft hem echter zeer aangegrepen en iedere dag staat hij bij de tramhalte op hem te wachten, hoewel hij ook bericht van het Rode Kruis gehad heeft.

Hij heeft al jaren een pak en een paar schoenen voor zijn broer bewaard. Op een dag krijgt Marga bericht, dat haar oom gestorven is. Ze gaat naar Zeist en vindt het vreemd, dat ze bij de tramhalte geen bekend gezicht ziet. Tante geeft haar het kostuum, maar ze wil het niet hebben, omdat ze er toch niets mee kan doen. Ze mist het geloof van haar oom: "Ze zouden nooit terugkomen, mijn vader niet, mijn moeder niet, Bettie niet, noch Dave en Lotte."

Structuur:
Het verhaal heeft een chronologische volgorde, het begint met de intocht van de duitsers en het eindigt in de bevrijding ( epiloog). Er zitten niet veel flashback in het verhaal, de flashbacks zijn niet heel erg belangrijk ze verteld dan hoe ze vroeger werd aangekeken omdat ze joods is.

Spanning(sopbouw):
Het boek is aardig spannend. Het leest heel erg vlot weg. Maar je zit elke keer met de vraag worden ze nou wel op niet opgepakt. Of wat gaat er nu gebeuren. Er zijn wel wat open plekken in het boek die de spanning versterken. Er zit in het boek niet echt een spanningsopbouw het blijft de hele tijd spannend in het boek. Je weet eigenlijk niet wat er gaat gebeuren. Of wat je kunt verwachten.

Tijdsverloop:
Het verhaal speelt zich af in 5 jaar. In het verhaal worden wel grote tijdssprongen gemaakt. Aan het einde van het boek vooral, dan zit ze nog midden in de oorlog en in het epiloog is de oorlog al weer voorbij.

Perspectief:
Het perspectief ligt het hele boek bij de ik-persoon. Je krijgt daardoor een goed beeld over hoe de ik-persoon zich voelt en wat zij voelt. Over de andere personen wordt heel erg weinig verteld, je weet wel wie het zien maar je weet niet wat ze voelen en wat ze denken. Alles ligt eigenlijk bij de ik-persoon.

Thema en motieven:
Het thema is heel erg duidelijk namelijk de moeilijkheden die joden hebben in de oorlog en ook de angsten die daardoor ontstaan. Alles wat ze meemaken dragen ze ook nog mee na de oorlog.
En zijn wel wat motieven namelijk de oorlog. Het verhaal speelt zich namelijk in de oorlog af en er gebeuren dingen die niet leuk zijn in het leven van de ik-persoon.

Dood alle mensen die haar dierbaar zijn gaan dood. Die worden door de Duitsers meegenomen en afgevoerd.
Verboden is ook een motief, de hoofdpersoon zit er namelijk heel erg mee dat ze niet met de trein mag, dat herhaald ze ook steeds. Ook gevoelens komen er veel in voor met name angst. Wat als de Duitsers me nou oppakken komt veel in het boek voor.

Titelverklaring en Motto:
De titel heeft meerdere betekenissen. Allereerst gaat het over het eten. Het gebruik maken van bittere kruiden voor de maaltijd is een typisch Joods gebruik. Er wordt namelijk mee teruggedacht aan de bevrijding uit Egypte. Ook gaat het over de bittere smaak die de oorlog heeft achtergelaten, omdat de hele familie van de hoofdpersoon dood gaat.
Het motto is:
Er rijdt door mijn hoofd een trein
vol joden, ik leg het verleden
als een wissel om
Geschreven door Bert Voeten.

Taalgebruik:
Het taalgebruik in het boek is heel erg gemakkelijk. Doordat het zo gemakkelijk is geschreven leest het boek makkelijk weg. Je hebt het boek zo uit

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Het bittere kruid door Marga Minco"