Barabbas door Pär Lagerkvist

Beoordeling 9.4
Foto van een scholier
Boekcover Barabbas
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 6e klas vwo | 1844 woorden
  • 2 maart 2011
  • 7 keer beoordeeld
Cijfer 9.4
7 keer beoordeeld

Boekcover Barabbas
Shadow
Barabbas door Pär Lagerkvist
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Gegevens van het boek
Auteur: Pär Lagerkvist (1891 – 1974)
Oorspronkelijke titel: Barabbas
Voor het eerst gepubliceerd in: 1950
Nederlandse titel: Barabbas
Uitgeverij: Heideland, Hasselt (België), 1959, 1e druk, Pantheon der Winnaars van de Nobelprijs voor Literatuur, deel 14
Aantal pagina’s: 118
Genre: roman



Samenvatting van het boek
De ter dood veroordeelde misdadiger Barabbas staat op Golgotha op enige afstand te kijken naar de gekruisigde Jezus Christus. Hij overdenkt waarom hij hier eigenlijk staat, maar weet het antwoord niet. Barabbas denkt dan terug aan het moment van zijn vrijlating. Hij werd uit zijn donkere kerker gehaald en in plaats van Jezus vrijgelaten toen deze voor de Romeinse stadhouder terechtstond. Barabbas zag gelijk aan Jezus, dat hij onschuldig was en dat er iets bijzonders aan hem was, maar hij kan dat laatste niet goed onder woorden brengen. Toen hij vrijgelaten werd en Jezus zijn kruis op zag nemen, volgde Barabbas hem heimelijk naar Golgotha. Waarom hij dat deed, weet hij niet. Barabbas was getuige van de doodsstrijd van Jezus en zag ook, dat het plotseling donker werd op het moment dat hij aan het kruis stierf. Dat was voor iedereen een angstig moment, want het was eigenlijk nog volop dag. De familie en vrienden van Jezus namen toen zijn lichaam van het kruis, wikkelden het in doeken en begroeven het in een graf vlakbij Jeruzalem. Barabbas gaat nog even bij het graf kijken, maar keert dan weer terug naar de stad. Hij ontmoet daar een paar vrienden en drinkt met hen, hoewel hij eerst nog wat stil en teruggetrokken doet.

De volgende dag loopt Barabbas wat rond in Jeruzalem. In de buurt van het tempelplein ziet hij een paar mannen zitten die over Jezus blijken te praten. Barabbas wil meer van hun gesprekken horen, maar de mannen zijn achterdochtig en gaan weg. Slechts een man blijft achter en met hem praat Barabbas over Jezus. Die man blijkt de apostel Petrus te zijn. Hij vertelt Barabbas over Jezus en hoe alles gegaan is zoals het voorbestemd was. Jezus is Gods zoon en hij moest sterven om de mensheid te kunnen verlossen. Barabbas begrijpt hier niets van. Hoe kan Gods zoon zich nu laten kruisigen? Petrus vertelt Barabbas echter ook, dat Jezus na drie dagen weer uit de dood zal opstaan. Dat zal morgen gebeuren. Barabbas begrijpt hier nog minder van. Dood is dood en doden worden nooit meer levend. Vol onbegrip gaat Barabbas weg. Toch gaat hij de volgende dag naar het graf van Jezus toe om te kijken wat er waar is van het gezegde. Het graf blijkt geopend te zijn en het lijk ligt er niet meer. Barabbas denkt, dat de volgelingen van Jezus zijn lijk hebben weggenomen om het te doen lijken alsof hij opgestaan is. Hij ziet voor het graf een vrouw met een hazenlip liggen. Hij kent haar wel en zij vertelt hem, dat ze gezien heeft, dat er een engel vanuit de hemel kwam die vervolgens het graf geopend heeft. Barabbas gelooft haar niet. Ze vertelt hem nog, dat Jezus iedereen leert om elkaar lief te hebben. Dat is zijn leer.

Barabbas blijft in Jeruzalem rondhangen en knoopt gesprekken aan met volgelingen van Jezus in de benedenstad. Hij wil meer van diens in zijn ogen merkwaardige leer weten. Eerst zijn de volgelingen wat achterdochtig, maar later vertellen ze bijvoorbeeld, dat Jezus ook iemand uit de dood opgewekt heeft. Barabbas heeft vervolgens een ontmoeting met deze man. Vier dagen heeft de man in het graf gelegen, voordat hij opgewekt werd. Barabbas is bang voor de dood en wil van de man graag weten hoe het is in het dodenrijk. De man verwondert zich hierover en zegt tegen Barabbas, dat het dodenrijk niets is. Het bestaat weliswaar, maar is niets. Na de maaltijd met de man keert Barabbas weer terug naar Jeruzalem. Barabbas woont ook een keer een bijeenkomst van de christenen bij. Daar preekt de apostel Petrus en ook de vrouw met de hazenlip getuigt er van haar heiland. Barabbas voelt zich niet aangesproken door dit alles. Integendeel zelfs, hij voelt allen maar afkeer.

Dan beginnen de vervolgingen van de christenen. De vrouw met de hazenlip is het eerste slachtoffer. Ze wordt aangeklaagd, omdat ze gezegd heeft, dat Jezus Gods zoon is. Dat is godslastering en ze wordt door het Sanhedrin ter dood veroordeeld en gestenigd. Barabbas is getuige van de steniging en steekt degene die de eerste steen werpt, een Schriftgeleerde, ongemerkt dood. Als het donker wordt, keert Barabbas terug naar de stenigingskuil. Hij haalt het lijk weg en brengt haar helemaal door de bergen van Judea naar Moab om haar daar naast haar doodgeboren kind te begraven. Barabbas voelt zich verplicht om dat te doen. Hij heeft namelijk medelijden met haar en hij heeft haar vroeger ook gekend. Hij peinst over haar geloof in haar heiland en begrijpt er niets van. Wat is dat voor een heiland die haar zo maar laat stenigen?

Barabbas keert weer terug naar zijn vrienden in de bergen en neemt zijn oude roversleven weer op. Hij pleegt met zijn vrienden roofovervallen in de buurt. Zijn vrienden vinden hem echter veranderd. Hij is stiller geworden en zit vaak peinzend voor hun woongrot naar buiten te staren. Barabbas was vroeger hun leider, maar neemt nu geen enkel initiatief meer. Hij doet wel mee, maar het lijkt alsof hij met zijn gedachten elders is. Door het vreemde en afwezige gedrag van Barabbas beginnen zijn vrienden een hekel aan hem te krijgen. Ze zouden eigenlijk graag zien, dat hij wegging. Op een dag is Barabbas inderdaad verdwenen. Eerst denken zijn vrienden, dat hij in een afgrond gevallen is, maar dat blijkt niet zo te zijn. Ze zijn echter blij, dat hij vertrokken is.

Het verhaal slaat dan vijfentwintig jaar over en we ontmoeten Barabbas weer als hij vijfenvijftig jaar oud is en als slaaf werkzaam is in de huishouding van de Romeinse stadhouder in Paphos op Cyprus. Hij is de jaren daarvoor werkzaam geweest als slaaf in de Cyprische kopermijnen. Dat was buitengewoon zwaar werk en velen overleefden dat werk niet. Barabbas was toen vastgeklonken aan een slaaf uit Armenië, Sahak genaamd. In de mijnen werd namelijk in koppels gewerkt. Sahak blijkt een christen te zijn en als hij hoort, dat Barabbas uit Jeruzalem komt en Jezus zelf gezien heeft, wil hij daar meer van weten. Sahak laat Barabbas dan zien, dat op de achterkant van zijn slavenplaatje - dat alle slaven moeten dragen - in Griekse letters de naam "Jezus Christus" gekrast staat. Dat geeft aan, dat hij Jezus toebehoort. Barabbas vraagt Sahak die naam ook op zijn plaatje te willen krassen, wat Sahak vervolgens doet. In het begin bidt Barabbas samen met Sahak, maar later doet hij dat niet meer. Via een vriendelijke bewaker, die wel iets voor het christendom blijkt te voelen, mogen Sahak en Barabbas boven de grond gaan werken. Ze worden tewerkgesteld op de bij de mijnen behorende boerderij. Hoewel ze daar ook heel hard moeten werken, hebben ze het daar toch goed naar hun zin.

Sahak vertelt aan een eenogige slaaf, dat hij christen is. Dat verraadt de slaaf aan de Romeinse stadhouder. Deze laat Sahak en Barabbas bij zich komen. Sahak geeft toe, dat hij Jezus toebehoort. Dat is hoogverraad, want hij is eigendom van de keizer en niet van die rebelse Jezus die vroeger gekruisigd is. De stadhouder vraagt ook aan Barabbas of hij in Jezus gelooft. Barabbas antwoordt, dat hij geen god heeft. Op de vraag waarom hij dan Jezus' naam op zijn plaatje heeft staan, antwoordt Barabbas, dat hij “wel graag zou willen geloven”. De stadhouder laat Sahak kruisigen en Barabbas niet. Barabbas mag nu in de huishouding van de stadhouder gaan werken. Als de stadhouder met pensioen gaat, keert hij terug naar Rome. Hij neemt Barabbas mee. Barabbas komt in Rome weer in aanraking met de christenen en zoekt hen zelfs op in de catacomben, waar ze stiekem bijeenkomen. Daar maakt hij echter angstige momenten mee, omdat de christenen daar niet blijken te zijn en hij bijna verdwaalt tussen de graven. Als hij via de Via Appia weer terugkeert naar Rome, ziet hij onderweg huizen branden. De mensen op straat roepen, dat de christenen Rome in brand gestoken hebben. Nu begrijpt Barabbas opeens wat zijn taak is. Jezus is teruggekomen om zijn rijk te grondvesten en de gehele aarde nieuw te maken. Daarom moet de oude wereld eerst in brand gestoken worden. Barabbas moet Jezus daarbij helpen en dus begint hij zelf ook huizen in brand te steken.

Barabbas en de christenen worden gevangen genomen en opgesloten onder het Capitool. De christenen zijn onschuldig aan de brandstichtingen, maar Barabbas niet. Wanneer de christenen dat vernemen, begrijpen ze niet hoe dat kan. Ze kennen Barabbas helemaal niet. Het slavenplaatje toont hen echter Jezus' naam. Dan herkent een oude man in de kerker Barabbas. Het is de apostel Petrus die vroeger met Barabbas gesproken heeft. Ze spreken nu opnieuw met elkaar, maar het wordt Petrus al gauw duidelijk, dat Barabbas niet is zoals zij. De christenen laten Barabbas verder dan ook links liggen. De christenen en Barabbas worden vervolgens ter dood veroordeeld en gekruisigd. Als iedereen gestorven is, leeft Barabbas nog. Als hij zijn eigen dood voelt naderen, beveelt hij zijn geest in de handen van Jezus en sterft.



Beoordeling van het boek
Net zoals het geval is met zijn roman “De dwerg”, is dit boek ook niet onderverdeeld is in hoofdstukken of paragrafen. Het is een aaneenschakeling van stukken en stukjes tekst. Het voordeel van deze techniek is, dat het verhaal een vloeiend geheel en een eenheid wordt.

Een van de mooiste en ontroerendste gedeelten van het boek vind ik dat, waarin Barabbas het lijk van de vrouw met de hazenlip uit de stenigingskuil haalt en haar helemaal door de bergen naar Moab draagt. Dat doet hij uit medelijden, maar ook een beetje uit schuldgevoel, omdat hij haar vroeger gebruikt heeft. Ik vind dit gedeelte buitengewoon sfeervol en teder beschreven.

Ik vind dit boek een meesterwerk. Het is een eenvoudig, maar ontroerend verhaal, waarin we kennis maken met een gekweld mens en zijn zielenroerselen. Barabbas is een verdoemde. Hij is zijn hele leven op het slechte pad geweest. Hij is - overigens zonder het zelf te weten - een vadermoordenaar, want hij vermoordde Eliahu, de vroegere leider van de roversbende in de bergen. Eliahu was de vader van Barabbas en na zijn dood werd Barabbas de leider van de bende. Maar vanaf het moment, dat Barabbas Jezus ontmoet, komt hij niet meer van hem los. Barabbas worstelt met de figuur van de gekruisigde. Hierin zou je symbolisch gezien de worsteling kunnen zien van Lagerkvist zelf met het christendom. Lagerkvist heeft namelijk zijn hele leven met het christelijke geloof geworsteld. Ik vind, dat de auteur deze worsteling het hele boek door prachtig beschreven heeft. Je voelt het als lezer ook zelf, want ze is pregnant aanwezig.

Lagerkvist ontving in 1951 de Nobelprijs voor literatuur. De Nobel-Commissie voor Literatuur gaf als motivatie hiervoor: “Voor het overtuigend kunstenaarschap en de ware vrijheid van geest waarmee hij oplossingen zoekt voor de eeuwig menselijke problemen”. Ik zou dit oordeel niet treffender hebben kunnen formuleren!

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.