Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Het bittere kruid door Marga Minco

Beoordeling 5.7
Foto van een scholier
Boekcover Het bittere kruid
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 4e klas havo/vwo | 2065 woorden
  • 5 januari 2011
  • 6 keer beoordeeld
Cijfer 5.7
6 keer beoordeeld

Boekcover Het bittere kruid
Shadow

In 'Het bittere kruid' schrijft Marga Minco (1920) over de Jodenvervolging tijdens de bezettingstijd. In korte hoofdstukken realiseert zij de sfeer van toenemende onzekerheid en angst. Zelfs als de bezetter toeslaat, blijft er nog een spoor van hoop om aan het lot te ontkomen. Met kleine middelen roept de schrijfster een sfeer op van dreiging, ongegronde hoop …

In 'Het bittere kruid' schrijft Marga Minco (1920) over de Jodenvervolging tijdens de bezettingstijd. In korte hoofdstukken realiseert zij de sfeer van toenemende onzekerhe…

In 'Het bittere kruid' schrijft Marga Minco (1920) over de Jodenvervolging tijdens de bezettingstijd. In korte hoofdstukken realiseert zij de sfeer van toenemende onzekerheid en angst. Zelfs als de bezetter toeslaat, blijft er nog een spoor van hoop om aan het lot te ontkomen. Met kleine middelen roept de schrijfster een sfeer op van dreiging, ongegronde hoop en verwachting, die precies weergeeft wat in die jaren in de harten van de vervolgden leefde. Sober omslag, duidelijke druk.

Het bittere kruid door Marga Minco
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

Titelbeschrijving:
Titel: Het bittere kruid
Naam schrijfster: Marga Minco
Eerste druk: 1957

Motivatie boekkeuze:
Om heel eerlijk te zijn, ik heb het boek gekozen omdat het zo’n dun boekje is. Ik ben namelijk niet zo’n snelle lezer, en ik heb weinig tijd over om boeken te lezen. Dit boekje had ik heel snel uit.

Samenvatting:
Als de Duitsers aan het begin van de Tweede Wereldoorlog de stad Breda binnentrekken, wordt iedereen geëvacueerd. Grote groepen mensen trekken zuidwaarts in de richting van de Belgische grens. Zo ook vader en moeder Minco en hun dochter Marga (De ik-persoon). De broer van Marga (Dave) en haar 1 jaar oudere zus (Bettie) zitten ondertussen veilig in Amsterdam. Na een paar dagen keert de rust weer terug in Breda en gaat de familie Minco weer naar huis, waar na de capulatie het leven zijn normale loop weer hervat, alsof er niks gebeurd is. Vader Minco, een vrome jood, is een aartsoptimist en meent dat de Duitsers de joden in Nederland netjes zullen behandelen.

Marga, Dave en Bettie hebben het in hun jeugd vaak moeilijk, omdat ze van joodse afkomst zijn, worden ze vaak uitgescholden en geconfronteerd met vooroordelen.

In het eerste oorlogsjaar krijgt Marga een longziekte (tbc). Ze wordt daarvoor opgenomen in een ziekenhuis in Utrecht. Haar ouders verhuizen intussen naar Amersfoort, waar ze gaan inwonen bij Dave en zijn vrouw Lotte. Na een poos is Marga zover hersteld, dat ze buiten het ziekenhuis mag nakuren. Ze gaat ook naar Amersfoort.

In die tijd kwam het moment waarop de bezetters het dragen van een gele jodenster voor Joden verplichte. Als vader thuiskomt met een pakket vol met van die sterren, gaan Marga, Lotte, Bettie en moeder snel aan de gang met deze op de kleren te naaien. Ze hebben helemaal geen probleem met het dragen van de ster en vinden het juist wel leuk.

Kort daarop worden vader en Dave opgeroepen om zich te laten keuren voor de werkkampen. Beiden worden afgekeurd. Vader heeft huiduitslag, waar hij erge last van heeft en Dave heeft een drankje ingenomen waarvan hij ziek werd.

Als Dave weer is hersteld, laten de Minco’s, net als veel andere Joden, een gezinsfoto maken. Zodat, als er wat zou gebeuren, ze nog altijd een foto van elkaar hebben.

Op een dag komt er een telegram uit Amsterdam: Bettie is opgepakt tijdens een razzia. Na een paar dagen ontvangen ze een kaart van haar, waarin ze schrijft dat ze het goed maakt. Weer later vertelt een kennis uit Amsterdam hun dat Bettie is doorgestuurd naar een concentratiekamp. Ze zien haar nooit meer terug.

In tegenstelling tot veel andere joden besluiten de Minco’s niet onder te duiken, voornamelijk als gevolg van het optimisme van vader.

Als Marga, Dave en Lotte op een dag 3 brieven binnenkrijgen om zich te melden, reageren ze gelaten, Dave vind het zelfs wel avontuurlijk. Ze pakken hun tas in met warme kleren en schaffen kampbekers aan zoals vermeld staat in de oproep. Ze hoeven zich echter niet te melden, omdat Dave en Marga een attest krijgen van de dokter. Lotte mag blijven om hen te verzorgen, want vader en moeder Minco moeten verhuizen naar het “Judenviertel” in Amsterdam, waar de Duitsers een getto aan het inrichten zijn.

Dave en Marga lopen nu dag en nacht in pyjama rond, zodat ze in bed kunnen springen, zodra er gebeld wordt. Ze kunnen nu ook niet meer naar buiten. Marga krijgt hier op een dag genoeg van en besluit met de trein naar Amsterdam te gaan, waar haar ouders in de Sarphatistraat op kamers wonen. Ze haalt de ster van haar jas en begeeft zich dan op weg. Gedurende de hele reis zit ze in spanning, maar de tocht verloopt zonder ongelukken. Haar ouders zijn dolblij haar weer te zien.

Met z’n drieën wonen ze er enige tijd. Ze merken dat er af en toe joodse gezinnen verdwijnen: die duiken onder of worden opgepakt. Als er weer eens een razzia in de straat plaatsvindt, verbergen de Minco’s zich in het souterrain. Een keer wordt Marga op straat voor een ander aangezien en bijna meegenomen. Ze is op dat moment op weg naar de winkel om boterkoek te halen voor tante Kaatje uit het oudeliedengesticht. Die zou komen eten die avond, maar als Marga terug komt hoort ze dat het hele gesticht is leeggehaald.

Bij een andere gelegenheid loopt Marga door de Lepelstraat, waar op dat moment net een overvalwagen stopt. Alle huizen worden leeggehaald. Een soldaat wil Marga ook meenemen, maar omdat ze niet in de Lepelstraat woont mag ze gaan.

Intussen gaat het godsdienstige leven in de joodse gemeenschap gewoon door.

Op een avond zitten Marga en haar ouders aan de thee, als er vrachtwagens voorbij komen rijden. Een paar minuten later wordt er aangebeld, maar voordat ze ook maar iets konden doen zijn ze al binnen. Marga moet de jassen gaan halen, maar in plaats daarvan vluchtte ze snel weg. Zij ziet haar ouders nooit meer terug en voelt zich schuldig dat zij op vrije voeten is.

Ze rent naar de Weteringschans, waar Dave en Lotte zijn ondergedoken. Daar is ze enige tijd veilig. Alle drie bleken ze hun haar en Marga krijgt een nieuw persoonsbewijs. Maar de hospita krijgt argwaan en ze moeten een ander onderkomen zoeken.

Ze besluiten naar een adres in Utrecht te gaan en om zo min mogelijk risico te lopen, kopen ze afzonderlijk een kaartje voor de trein. Als Marga in de trein zit, komt Dave binnen, zet zonder een woord te zeggen een tas bij haar neer en verdwijnt dan weer. Als Marga op het afgesproken adres in Utrecht is aangekomen, heeft Dave al opgebeld. Lotte is bij de controle aangehouden en Dave wil haar niet alleen laten.

In Utrecht is er geen plaats voor Marga. Ze gaat daarom diezelfde avond weer terug naar Amsterdam, waar Wout haar op het station opwacht. Wout heeft voor Marga een onderduikadres geregeld bij oom Hannes, een boer uit de Haarlemmermeer, die haar de volgende dag al komt ophalen. Alleen zijn er op de boerderij van oom Hannes al zoveel onderduikers dat er geen plaats meer is voor haar. Hij brengt Marga daarom maar bij een arm landarbeidersgezin onder. Ze hebben daar geen bed voor haar. Ze moet bij de vrouw van de landarbeider in bed slapen, terwijl de man bij zijn zonen slaapt.

Het geld dat Dave bij haar achterliet, raakt op. Ze kan niet langer bij het arme gezin blijven. Wout weet een adres voor haar in Heemstede. Hij heeft ook een nieuw persoonsbewijs voor haar, met een nieuwe naam. Ze leest de naam:het was net of ik aan mezelf werd voorgesteld”

Daar begint ze een nieuw leven.

De uitgewerkte persoonlijke reactie:

Onderwerp:
Het boek vertelt het levensverhaal van Marga Minco tijdens de oorlogsjaren 1940 – 1945.

Ik vind het onderwerp interessant, omdat de geschiedenis van de joden een belangrijk aspect was in de Tweede Wereldoorlog en de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog vind ik boeiend.

De onderwerpen in het boek worden oppervlakkig behandeld. De materie van het joodse leven tijdens de Tweede Wereldoorlog worden niet diepgaand besproken. Het is meer opsomming van opeenvolgende gebeurtenissen in het leven van Marga.

Er wordt geen visie gegeven, maar er wordt wel inzicht verschaft hoe een jong joods meisje overleeft tijdens de oorlogsjaren.

Gebeurtenissen:
Ik vind het oppakken van de familie het belangrijkst. Eerst Bettie die op straat werd opgepakt in Amersfoort, daarna worden haar ouders in Amsterdam opgepakt waarbij Marga op het nippertje kan ontsnappen. En uiteindelijk worden Dave en Lotte opgepakt bij de controle voor de treinreis naar Utrecht waarbij Marga wederom de dans ontspringt. Ze blijft na de oorlog als enige overlevende van het gezin over. Dit zijn ingrijpende gebeurtenissen in het leven van Marga die op een sobere manier treffend worden beschreven.

Het zijn ontroerende en schokkende gebeurtenissen die plaats hebben gevonden in het leven van een jong joods meisje. Ik vind het ontroerend en schokkend, omdat zij door de oorlog al haar gezinsleden verliest.

Het onderstaande fragment heeft de meeste indruk op mij gemaakt:
“Langzaam werd het donker. Terwijl mijn vader de gordijnen dichtschoof, dreunden de eerste vrachtwagens voorbij. Hij bleef met het gordijn in zijn hand staan en keek ons aan. ‘Daar gaan ze’, zei hij. ‘Ze rijden voorbij’, zei mijn moeder. We luisterden naar de geluiden die van buiten kwamen. Het motorgeronk verwijderde zich. Enige tijd bleef het stil. Daarna hoorden we opnieuw auto’s door de straat gaan. Het duurde nu langer voor het weer rustig werd. Maar toen viel er een stilte die we nauwelijks durfden verbreken. Ik zag mijn moeder naar haar half gevuld theekopje kijken en wist dat ze het leeg wilde drinken. Maar ze bewoog niet. Na enige tijd zei mijn vader: ‘We wachten nog tien minuten, dan steken we het grote licht aan.’ Maar voor die tien minuten om waren, ging de bel. Het was even voor negenen. We bleven zitten en keken elkaar verbaasd aan. Alsof we ons afvroegen: Wie zou daar zijn? Alsof we het niet wisten! Alsof we dachten: Het kan net zo goed een kennis wezen die op visite komt! Het was immers nog vroeg in de avond en de thee stond klaar. Ze moeten een loper gehad hebben. Ze stonden in de kamer voor we ons hadden kunnen verroeren. Het waren grote mannen en ze hadden lichte regenjassen aan. ‘Haal onze jassen even,’ zei mijn vader tegen mij. Mijn moeder dronk haar kopje thee uit. Met mijn mantel aan bleef ik in de gang staan. Ik hoorde mijn vader iets zeggen. Een van de mannen zei iets terug. Ik kon niet verstaan wat het was. Ik luisterde met mijn oor tegen de kamerdeur. Weer hoorde ik mijn vaders stem en weer verstond ik het niet. Toen draaide ik me om, liep de keuken door, de tuin in. Het was donker. Mijn voet stootte tegen iets ronds. Het moest een bal zijn. Zacht trok ik het tuinpoortje achter me dicht en rende de straat uit. Ik bleef rennen tot ik op het Fredriksplein kwam. Er was niemand te zien. Alleen een hond liep snuffelend langs de huizenkant. Ik stak het plein over. Het was alsof ik alleen was in een verlaten stad.,,

Ik vind dit fragment het meest indrukwekkend, omdat Marga moet kiezen of zij meegaat met de Duitsers en haar ouders achterlaat of dat ze wegloopt.

Het boek bleef mij gedurende de hele tijd boeien, omdat ik wel benieuwd was hoe een joodsmeisje de oorlog beleefd en overleefd.

Personages:
De karaktereigenschappen van de hoofdpersoon worden niet beschreven, omdat het verhaal meer draait om de gebeurtenissen in de oorlogsjaren van Marga en haar familie.

Het boek is wel levensecht, omdat het boek het levensverhaal beschrijft van Marga tijdens de 2de Wereldoorlog.

Het is onmogelijk dat ik mij kan verplaatsen (opgroeiend in een tijd van welvaart) in het leven van een leeftijdsgenoot Marga (opgroeiend in oorlogsjaren met een joodse achtergrond).

Ik kan respect opbrengen voor de moeilijke beslissingen die zij op jonge leeftijd heeft gemaakt. Het lijkt mij zeer moeilijk om je ouders achter te laten en ik hoop dat ik nooit zo’n beslissing behoef te maken.

Ik zou niet weten hoe ik moet reageren in een zo levensbedreigende situatie.

Opbouw:
Ik vind het verhaal niet ingewikkeld van opbouw, omdat het een opsomming is van feiten van de gebeurtenissen die Marga meemaakt.

Ik zie de gebeurtenissen door de ogen van één personage ( de ikpersoon Marga Minco). Ik vind de manier waarop het verhaal vertelt wordt geslaagd, omdat het duidelijk wordt verteld d.m.v. opeenvolgende feiten.

Ik blijf nog met de vraag zitten, ‘Waar Marga na de oorlog verblijft?’ Er wordt slechts na de oorlog verteld over de bezoekjes aan haar oom. Aan de ene kant vind ik het prettig dat niet alles duidelijk is omdat je dan na gaat denken over het boek, maar aan De andere kant is het niet prettig omdat je dan niet weet hoe het afloopt of hoe het verder gaat met die persoon.

Taalgebruik:
Er worden af en toe joodse woorden gebruikt, zoals bij het hoofdstuk ‘Sabbat’. Ze houden een gebedsdienst en gebruiken joodse woorden waar ik niet de exacte betekenis van weet.

Het verhaal wordt sober en zakelijk beschreven. De oorlog was ook erg dus past het taalgebruik wel bij het verhaal.

Er zijn niet veel bijzonderheden aan het taalgebruik, alleen worden er af en toe joodse woorden gebruikt.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Het bittere kruid door Marga Minco"