Morgen sla ik terug door Joost Heyink

Titel: Morgen sla ik terug
Auteur: Joost Heyink
Uitgeverij: van Holkema & Warendorf
Plaats: Houten, Nederland
Jaar van uitgave: 2007
Druk: 2e druk 2008

Samenvatting:
Rob woont samen met zijn ouders. Zijn moeder, Jenny, wordt geslagen door zijn vader, Berend. Berend zegt elke keer nadat hij haar geslagen heeft dat hij er spijt van heeft en dat hij het nooit meer zal doen. Toch blijft hij zijn vrouw slaan. Als Rob op een dag in bed ligt dan wordt hij wakker van gebonk beneden. Hij gaat naar beneden toe en ziet dat zijn moeder op de grond ligt. Ze zit helemaal onder het bloed. Zijn vader had zijn moeder weer geslagen. Rob en zijn moeder hebben er genoeg van.
De volgende dag ,als Berend naar zijn werk gaat, vluchten Jenny en Rob. Ze pakken allebei een koffer en gooien er hun belangrijkste spullen in. Ze gaan in de auto zitten en willen wegrijden, maar Berend staat voor de auto. Hij probeert het portier open te doen, maar het zit op slot. Jenny geeft, ondanks dat Berend voor de auto is gaan staan, plankgas. Berend komt op de motorkap terecht en valt er uiteindelijk af.

Na een paar uur rijden komen Jenny en Rob aan bij hun bestemming, een vakantiehuisje in het bos. Ze gaan een nieuw leven beginnen. Ze moeten veel dingen veranderen zodat Berend er niet achter komt waar ze heen zijn gegaan. Jenny gaat bij een bibliotheek werken en Rob gaat naar een nieuwe school. Berend is iemand die niet snel opgeeft. Rob ontmoet een meisje, Maria, waar hij uiteindelijk verliefd op wordt. Ze zit bij hem in de klas. Berend zoekt ondertussen uit waar ze heen zijn gegaan. Hij komt er na lang zoeken achter. De volgende dag rijdt hij erheen. Eenmaal aangekomen, stormt hij het vakantiehuisje in en grijpt Jenny bij de keel. Ze kan ontsnappen. Het boek eindigt uiteindelijk in een achtervolg scène. Waarin Berend in een rivier terecht komt en overlijdt. Het gaat goed met Rob en Jenny. Ze hebben eindelijk weer een mooie toekomst voor zich.

Vragen:

- Waarom heb je dit boek gekozen?
Ik heb dit boek gekozen, omdat de titel, de achterkant en het thema mij aansprak. Ik houd van boeken die waar gebeurd kunnen zijn. Dit boek is een voorbeeld ervan, alleen het einde van dit boek is een beetje onrealistisch. Ik vind het mooi hoe de schrijver de gevoelens van de personen in een boek kan plaatsen. Je gaat ook echt meeleven met zulke boeken en je verplaatst je in de hoofdpersoon zelf. Dat vind ik het leuke van zulke boeken.
- Wat is je favoriete genre?
Mijn favoriete genre is detectiveroman.
- Tot welk genre behoort dit boek?
Dit boek behoort tot het genre: familieroman
- Vind je de titel goed gekozen? Leg uit. Verzin zelf een nieuwe titel voor dit boek.
Ik vind de titel “Morgen sla ik terug” wel goed gekozen. Berend gaat op zoek naar Jenny en Rob om ze te straffen voor wat ze bij hem gedaan hebben. Mijn nieuwe titel voor dit boek zou zijn: “De vlucht”.
- Vanuit welk perspectief wordt het verhaal verteld?
Het boek staat in het ik- perspectief geschreven.
“Ik wist… de trap op” (regel 16 t/m 21, blz. 37 )

- Wat is het effect van de keuze van juist dit perspectief?
Het boek wordt door de keuze van dit perspectief persoonlijk. De gevoelens van de hoofdpersoon krijg je goed te lezen.
- Wordt er van perspectief gewisseld?
Ja, er wordt soms van perspectief gewisseld. Het grootste deel van het verhaal heeft wel een ik- perspectief. Het effect ervan is dat het voelt alsof je toekijkt naar de hoofdpersonen.

- Wie is de hoofdpersoon? Leg uit.
De hoofdpersoon is Rob. Het grootste deel van de tekst gaat over Rob. De ouders van Rob zijn bijpersonen. Veel van hun gevoelens krijg je niet te horen. Het zijn wel de 2 belangrijkste bijpersonen.
- Beschrijf wat het probleem van de hoofdpersoon is aan het begin van het verhaal. Welke moeilijkheden moet hij overwinnen? Lost hij het probleem uiteindelijk op?
Het probleem van Rob is dat zijn moeder geslagen wordt door zijn vader. De moeilijkheid die hij moet overwinnen is om te zorgen dat zijn vader, zijn moeder niet meer slaat. Hij lost het probleem op door samen met zijn moeder te vluchten voor zijn vader en ervoor te zorgen dat zijn vader hen niet vindt.
- Beschrijf het uiterlijk en het innerlijk van de hoofdpersoon. Gebruik in je karakterbeschrijving minstens drie citaten, bij drie karaktertrekken.
Rob is een erg rechtvaardig persoon. Alleen is hij erg gesloten, op de één of andere manier vertelt hij nooit wat hij echt voelt. Als hij Maria ontmoet dan komt daar verandering in. Hij is minder gesloten en praat meer over zijn gevoelens. Rob is lang. Hij is al langer dan zijn moeder.


Citaten:
• “Rob dacht even na. Hij was niet zo’n kletser, het kostte hem meestal moeite om over zichzelf te vertellen. Hij wilde wel, maar er zat een filter in zijn hoofd. Die kon een lang verhaal uiteindelijk terugbrengen tot een: ‘het gaat wel’, of: ‘och, je weet wel’. Rob vond het hinderlijk, maar wist niet goed wat hij eraan moest doen.” (regel 7 t/m 12, blz. 8)
• “Tot haar rechterbeen onder haar lijf werd weggetrokken. Eén moment dreigde ze te vallen. Ze schopte terug. ‘Rob!’ schreeuwde ze. Franke was half rechtop gaan zitten en hield Jenny’s been met beide handen vast. Zijn gezicht was voor de helft bedekt met bloed en hij lachte, wat een afgrijselijke combinatie was. ‘Gefopt! Ik heb je! Het is gebeurd, lieve Jenny! Je gaat eraan! Je gaat eraan!’Rob had nog nooit iemand geslagen, maar nu twijfelde hij niet. In één sprong was hij bij zijn vader en ramde met zijn vuist op de bebloede kant van Frankes hoofd. En nog een keer. Pas na drie klappen liet zijn vader los.” (regel 8 t/m 19, blz. 51)
• “Het begon overal te groeien. Vooral zijn lengte was erg toegenomen. Hij was al een stuk langer dan zijn moeder” (regel 34 en 35, blz. 17)
Zou je op de hoofdpersoon willen lijken? Leg uit waarom (niet).
Ik zou niet op de hoofdpersoon willen lijken in het begin van het verhaal. Hij is erg gesloten en vertelt zijn gevoelens niet, ook niet aan zijn ouders. Zijn moeder wordt dan ook nog geslagen door zijn vader. Dat lijkt me niet fijn om mee te maken. Aan het eind van het verhaal dan zou ik best wel op hem willen lijken. Hij is dan een stuk minder gesloten en vertelt zijn gevoelens. Zijn moeder en hij hebben dan ook geen last meer van hun vader/man.

- Maak een tekening van de hoofdpersoon, met gedetailleerde uitleg waarom hij er zo uitziet.
Uitleg:
Rob is een jongen van 15 jaar. Hij heeft zwart haar met krullen. Zijn ogen zijn blauw en hij heeft ingevallen wangen. Hij heeft een klein snorretje dat nog niet echt doorzette. Hij draagt vaak spijkerbroeken. Rob is langer dan zijn moeder. Overdag draagt Rob lenzen, maar als hij thuis is dan draagt hij een rode bril. Hij draagt zijn bril ook als zijn lenzen irriteren. In het begin van het verhaal heeft Rob vaak wallen onder zijn ogen. Dat komt omdat hij niet veel ’s nachts slaapt. Als zijn vader zijn moeder slaat dan hoort hij dat en wordt wakker. Van schrik en van het gejank van zijn moeder kan hij dan niet meer slapen. Alle informatie over zijn uiterlijk stond verspreid in het boek. Zie volgende pagina voor de tekening.

Informatie schrijver (extra):
Joost Heyink

Geboortedatum :14 juni 1946
Geboorteplaats : Scheveningen
Joost Heyink verhuisde in zijn jeugd heel erg veel. Hij heeft onder andere in Scheveningen, Leeuwarden, Antwerpen, Rotterdam, Garderen, Apeldoorn, Utrecht en Niersen gewoond. Hij wilde toen geen schrijver worden maar ontdekkingsreiziger. Helaas was hij daarvoor te laat geboren. Hij studeerde van alles in Groningen, waaronder psychologie. Daarin studeerde hij ook af. In 1992 promoveerde hij in de geneeskunde. Hij had heel veel baantjes en reisde de wereld over in zijn oude Eend. Aan de Universiteit van Groningen deed hij dertien jaar wetenschappelijk onderzoek. Toen hij vijftig was begon hij met schrijven. Eerst korte verhalen, en in 2000 verscheen zijn eerste boek voor jongeren. Na een aantal jaren stopte hij met werken, werd huisman en legde hij zich toe op het schrijven. Joost Heyink is getrouwd met Jolanda en ze wonen samen met hun zoon Joep en hun hond in het dorpje Zuidwolde in Groningen. Zijn hobby's zijn hockey en tennis.