's Nachts komen de vossen door Cees Nooteboom

Beoordeling 6.6
Foto van Cees
Boekcover 's Nachts komen de vossen
Shadow
  • Boekverslag door Cees
  • Docent | 3419 woorden
  • 1 april 2009
  • 127 keer beoordeeld
Cijfer 6.6
127 keer beoordeeld

Boekcover 's Nachts komen de vossen
Shadow
's Nachts komen de vossen door Cees Nooteboom
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Feitelijke gegevens over het boek
Gebruikte druk: 2e
Verschijningsdatum 1e druk: februari 2009
Aantal bladzijden: 155
Uitgegeven door: De Bezige Bij te Amsterdam

Opdracht
Is er niet.

Genreaanduiding van het boek
“’s Nachts komen de vossen” is een verhalenbundel waarin de dood en het afscheid nemen van een geliefde centraal staat.

De flaptekst
In 's Nachts komen de vossen dwaalt Cees Nooteboom naar mensen en gebeurtenissen uit het verleden: weg van de waan van de dag, weg van de levenden. Er is een prachtige lijn te ontdekken in het schrijverschap van Nooteboom. Waar in zijn debuutroman Philip en de anderen de jonge auteur op zoek ging naar de gebeurtenissen en stof zocht voor zijn schrijverschap, blikt hij nu terug en weet hij ontmoetingen, personen en gebeurtenissen te verweven tot ragfijne, maar ook spannende verhalen.

Motto
De bundel heeft een Engelstalig motto:

"You might have got yourself a story”, I said.
“Sure, But up here we’re just people.”

Het is van Raymond Chandler uit: “The lady in the lake”.

Structuur en/of verhaalopbouw
In de bundel zijn acht verhalen opgenomen. Twee daarvan hebben direct met elkaar te maken: nl. Paula en Paula II. De verhalen hebben vrijwel allemaal met het thema van de dood en/of het afscheid van een dode geliefde.
Het zijn 7 relatief korte verhalen en één lang verhaal dat bovendien is opgebouwd uit 19 korte hoofdstukken..(50 blz.)
De meeste verhalen spelen zich af in Italië of Spanje en Frankrijk. Die mediterrane omgeving brengt een prachtig achtergronddecor voor de verhalen met deze toch romantische (want weemoedige) inslag.
Een aantal verhalen speelt ook op een eiland, wat natuurlijk ook een symbolisch decor is met betrekking tot eenzaamheid of het verlaten worden.

Samenvatting van de belangrijkste verhalen
Heintz
Dit is het langste verhaal uit de kleine bundel. Het is onderverdeeld in 19 kleine hoofdstukjes van soms maar enkele bladzijden.

De ik-verteller (een schrijver) kijkt naar een foto van een aantal jaar (30) geleden, die door zijn eigen vrouw (met wie hij toen nog samen was) is genomen.. Hij beschrijft de mensen die op de foto staan. Een ervan is Heintz. De man is honorair consul in een plaats in Italië aan de Ligurische en lijkt een beetje op de beroemde filmster Clark Gable. Zo’n soort leefde leidde hij ook wel. Hij had een prachtige jeugdliefde Ariëlle van der Lugt (de naam is heel toepasselijk, want het was een heel licht, broos meisje, over wie de verteller niet zo veel loslaat.) Maar het was een meisje waarop Heintz helemaal verkikkerd was. Ineens was ze weg (lees: dood) en sinds dat moment heeft Heintz moeite met het leven. Hij is veel gaan drinken o.a. whisky en hij heeft een Engelse (helemaal niet zo’n mooie vrouw) Molly genomen. Het huwelijk lijkt niet geweldig. De ik-verteller doet wel onderzoek naar het verleden: het is dan ook een prachtig verhaal over afscheid nemen en doodgaan. De weemoed, maar zeker niet sentimenteel druipt van het verhaal. De verteller ziet zelfs een keer het graf van Ariëlle, (geleefd van 1940-1962) Dat is nu zo’n veertig jaar geleden. Het moet dus in het Verhaal-Nu minstens 2002 zijn.
Heintz is wel een bijzondere man. Bij een van de uitjes met een Italiaans Vice-Admiraal kiepert hij een schaal pasta over diens hoofd uit. Met zulke zaken werd hij wel legendarisch.

Wanneer de verteller hem later ontmoet, is hij al ernstig ziek. Hij heeft nog ene idee om naar de eilandenarchipel van Tonga te gaan, maar daar komt het niet meer van.
Later wordt hij door zijn vrouw Molly weer naar Engeland gehaald, waar hij vrij anoniem sterft. De verteller gaat terug nar Ligurië. Hij ontmoet daar weer een andere vrouw van de foto die hem weer over Ariëlle vertelt. Ze was zo opgewonden mooi en teer. De verteller kijkt nog eens naar de foto. Achter mensen op een foto steekt altijd een verhaal, dat we meestal niet kennen.

Eind september
Suzy is de personale verteller van dit verhaal. Ze is de 79-jarige vrouw die met de man van haar vriendin is gaan samenwonen toen die Annabelle stierf. De groep rondom de man sprak er misschien schande van, maar ze deed het niet om liefde of seks, maar om de eenzaamheid op te lossen voor hem. Toen hij stierf liet hij haar het huis na. Nu woont ze op een Spaans eiland, waar ze een spel speelt met de ober van een klein café. Deze 63-jarige Luis moppert aldoor op de omstandigheden, het weer, het teruglopende toeristenaantal. Hij wil terug naar Oviedo.
Wanneer ze naar de woning teruggaat, weet ze dat hij straks naar haar zal toekomen. Ze legt dan meestal een waardevol voorwerp neer dat hij meeneemt. Ook die bewuste avond eind september gaat dat in zijn werk. Ze hoort Luis het huis binnenkomen na twaalven. Hoewel niet met zoveel woorden verteld, lijkt het erop alsof ze seks met elkaar hebben. De volgende morgen is hij weer weg en ze merkt dat hij deze keer haar portemonnee gestolen heeft. Vanuit het schilderij lacht Annabelle haar toe.

Gondels
Een man (ikverteller) gaat terug naar de plaats waar hij heel lang gelden een Amerikaanse jonge vriendin heeft ontmoet. We zijn (titel) in het Italiaanse Venetië. Door een foto wordt hij aan haar herinnerd. Daarna had ze hem nog een aantal brieven geschreven uit Amerika en hij was haar zelfs een keer gaan opzoeken, toen bleek dat het niet goed met haar ging. Hij snapt ook wel dat hij de herinneringen van vroeger aan haar niet helemaal kan terughalen.
Hij zit op een plek waar hij de brieven van haar ongelezen in het water versnippert. Zo zullen ook de herinneringen aan haar uit zijn leven verdwijnen.

Onweer
Rudolf en Rosita zitten op een terras en zien op een terras een aantal mensen zitten. Ze kijken naar een echtpaar dat ruzie met elkaar aan het zoeken is. De vrouw verwijt de man van alles. Intussen is er een hevig onweer losgebarsten. De man wordt terwijl hij wegloopt door d e bliksem getroffen.

Paula
Er is een mannelijke ikverteller (Nooteboom zelf?) die weer aan de hand van een foto gaat terugdenken aan de bijzondere vrouw Paula, die ongeveer 40 jaar geleden (tijdens de roerige zestiger jaren) een rol heeft gespeeld in zijn leven. Het was een goede vriendin in een speciaal clubje mannen en vrouwen. Ze was meer een vriendin dan een sekspartner. Het was één keer in die tijd tot seks gekomen, maar dat was niet zo’n succes. Paula deed ook mee in het spel dat de vrienden met elkaar speelden (slof, een spel dat op baccarat leek) Ze waren ook een keer naar Frankrijk afgereisd en daar waren ze in een casino terechtgekomen. Paula was aan de roulettetafel gaan spelen met een zuidelijk type man naast haar. Die had haar geholpen. Aan het einde had ze ene flink bedrag gewonnen en was daarna met de man opgestaan om uit het leven van de verteller te verdwijnen. Een half jaar later was ze bij een hotelbrand om het leven gekomen. De man probeert door de foto de herinneringen aan de vrouw weer op te roepen.


Paula II
In feite krijgt de man (of de lezer) datgene wat hij heeft willen oproepen. Paula antwoordt namelijk op de fotosessie van de vorige verteller. Ze ziet uit het hiernamaals wat er gebeurt. Maar het is daar een plek zonder tijdsbesef, of plaatsbegrip. Bovendien is ze helemaal alleen.
Ze schrijft dat ze eigenlijk bezig is met het definitief afscheid nemen van het leven en de dood. Ook zij haalt herinneringen op o.a. van de reis naar de woestijn, de episode waarin ze vertelt over de angst voor het duister dat de man heeft overgehouden van de opmerkingen van zijn grootmoeder dat ’s nachts de vossen zullen komen. Ze vertelt dat dood-zijn niet heel erg is: je bent niet langer gebonden aan tijd, plaats en lichaam. Ze is in feite heel luchtig geworden. Ze is de afgelopen tijd alleen opgeroepen in de herinnering van de verteller van het vorige verhaal. Ze kan zijn angst voor het duister (en dus de vossen) heel goed begrijpen.

Laatste middag
Dit is ook al een verhaal dat over afscheid nemen gaat. De beginregel is dat de man van de vertelster plotseling dood was. Ze kende de man slechts drie jaar. Ze woonden op een Italiaans eiland. Er was iets met schildpadden, want ze roept de herinnering aan de man via de schildpad die haar weer bezoekt op. Toen ze hem pas leerde kennen,had hij schildpadden opgegraven en ze weggegooid. Hij had verteld dat deze dieren onder d e grond leefden, net als doden bedenkt ze nu. Afscheid nemen van mensen gebeurt in drie fasen.: het mentale afscheid, het sterven zelf en het moment van de vergetelheid, wanneer niemand meer over je praat. Ook deze middag komt de schildpad haar weer bezoeken (ritueel) Dat doet haar aan vroeger denken. Zij genoot van de schildpad die om vijf uur kwam, de schildpad genoot van de bloemen van de hibiscus en de man genoot van zijn gin-tonic. De wraak voor het over de muur gooien van de schildpadjes was toch gekomen (zijn plotselinge dood) Die middag verdwijnt hij achter “de muur” (is hij dus voor haar voorgoed vergeten) Laatste regels van het verhaal luiden: “Ze stond op en ging het huis binnen. In haar werkkamer streek ze even over de foto van de schildpad. Ze hoorde haar eigen voetstappen op weg naar de keuken, bleef even staan, en luisterde naar hoe stil het was. (blz. 109)

De verste punt
Dit laatste (personaal vertelde) en kortste verhaal gaat over een vrouw die op een Spaans eiland zit en bij slecht weer naar de kust wordt getroffen. Ze wil dan naar het verste punt van het eiland. Het lijkt net alsof ze naar de zee wordt getrokken. En dan is het alsof de dood haar lokt.

Titelverklaring
De titel “’s Nachts komen de vossen.” is afkomstig uit het verhaal Paula II. Paula weet dat de verteller uit deel I een bange man is waar het gaat om dood. Hij heeft haar eens verteld dat zijn grootmoeder hem vroeger bang maakte voor het donker, want “nachts komende vossen.” Het gaat in deze verhalen vaak om het afscheid nemen van een de geliefde of om het bang zijn voor de dood. De titel is dus wel toepasselijk voor de gehele bundel.

Thematiek en interpretatie
Het is erg duidelijk dat de thematiek van de verhalenbundel van Nooteboom rond één thema draait. Dat is het thema van de dood en tegelijkertijd het afscheid nemen van de geliefde. Via een foto zoekt de verteller (soms de schrijver, soms een fictieve verteller) de herinnering van degene die vertrokken, of overleden is. Op de foto wordt iets vastgelegd, maar het is zoals de verteller in het langste verhaal van de bundel zegt, een foto op zich zegt weinig, je moet de mensen kennen die er achter schuil gaan. Weet de verteller voldoende van Heintz om te kunnen interpreteren hoe diens leven is velopen. Is de dood van zijn jong gestorven geliefde van wie het niet zo zeker is op welke manier ze op het leven is gekomen (is ze gevallen, gesprongen of geduwd van de rots?) de oorzaak geweest van zijn vlucht in de drank en in een later snel vastgelopen huwelijk?

Het is wel opvallend hoe vaak in de verhalen via de foto die iets in/van een leven heeft vastgelegd de herinnering wordt opgeroepen (dat gebeurt in het verhaal “Gondels”, “Onweer”, Heintz”,. “Paula”) Maar goed, foto’s roepen nu eenmaal herinneringen op. De dood is op zich niet afschrikwekkend (vgl. de aantrekkingskracht van de dood op de vrouw in “Het verste punt” ) maar het vergeten worden erna: de definitieve dood zou je kunnen zeggen is onvermijdelijk. Er zijn, denkt de vrouw in het verhaal “Laatste middag” drie fases van definitief dood gaan”het afscheid, het moment van sterven en het moment van de vergetelheid. Het lukt haar in het verhaal haar man definitief te vergeten, zoals de verteller in het eerste verhaal van de bundel (“Gondels”) de ongelezen brieven van zijn ex-geliefde versnipperd in het water van zich laat wegdrijven.
Het is natuurlijk wel begrijpelijk dat de steeds ouder wordende schrijver gaat nadenken over de dood, die niet als afschrikwekkend wordt voorgesteld. Mooi zijn daarom de gedachten uit het hiernamaals van Paula, die waarschijnlijk de gedachten van Nooteboom over het hiernamaals zelf weergeeft.

Beoordeling scholieren.com
Een heel mooie verzameling verhalen over doodgaan en afscheid nemen. Hij past heel goed in het oeuvre van Nooteboom. Het fraaie van de verhalen is niet de handeling (die is in vrijwel geen enkel verhaal spectaculair of met een spannend plot) De verhalen verdienen de meeste waardering door de prachtige, melancholieke stemming die de oudere schrijver weet op te roepen. Dan kan ook de mildheid van de humor zijn werk doen. Dat verschaft een soort rust tijdens het lezen. “wees maar niet bang, de dood is niet iets waar je zo bang voor hoeft te zijn, misschien komen de vossen helemaal niet uit hun holen.”
Misschien is de verhalenbundel voor scholieren van havo en vwo niet direct een bundel die aansluit bij hun belevingswereld. Maar hij blijft wel heel aangenaam om te lezen.
Ik waardeer de bundel op 2 punten.

Relevante recensies
Een nieuwe Nooteboom staat garant voor interviews in de media en recensies in de bekendste en beste kranten in Nederland. Een overzicht van de meestal positieve recensies…

In Het Parool van 25-02-09 geeft de recensent Arie Storm zijn oordeel: Om mensen, daar gaat het Nooteboom om. In alle verhalen gaat iemand dood of is iemand dood, en er wordt heel wat herdacht. Soms wordt met de deur in huis gevallen, zoals in het verhaal Laatste middag. In zijn eentje vormt de eerste zin ervan een alinea en die luidt: 'Plotseling was hij dood.' Dat blijkt wel erg plotseling te zijn en in dit verhaal wordt dan ook alsnog afscheid genomen van de dode; er blijkt toch behoefte te bestaan aan enige vertraging. […]
Binnen het bestek van het korte verhaal weet Nooteboom die suggestie van duur te creëren, door een opzettelijke veronachtzaming van een intrige, door een soms fijne, vettige symboliek en door het heel precies beschrijven van levens en gevoelens die geweest zijn. Dat maakt de verhalen in 's Nachts komen de vossen ontroerend


Arjan Peters in
De Volkskrant van 27 februari 2009 : Nooteboom schrijft in de verhalenbundel ’s Nachts komen de vossen geen verhalen maar doodsberichten, levenstekens van vóór de aftocht – en zo bewijst deze bundel dat Nooteboom al schrijvend het verhaal te voorschijn roept, waarbij het gaat om de deining onderweg daarheen.
De verteller bekijkt een foto, en ziet daar zijn jarenlange vriend Heinz, een Bourgondiër die in huizen en land deed. Opgeruimde figuur. Maar wat de foto niet vertelt, is het verwoestende alcoholisme dat Heinz evenzeer tekende. En hoe goed de verteller hem ook leerde kennen, en zelfs de oorzaak van diens melancholie ontdekte, daarover spraken zij getweeën nooit.
Je staat erbij, op de foto ook, zo dichtbij, en niettemin is die naaste niet te redden, omdat hij zijn geheim alleen met zichzelf kan delen. Zijn vriend lijkt niet op hem, maar kan dát begrijpen.
Dromen en demonen houd je bij je, of je laat ze los als het donker en stil is. Pas wanneer je de wereld je rug toekeert, kun je ze in het gezicht zien. Daar ga je geen verhaal van maken, want dan word je al snel een poseur. Zelf ben je de eerste om daarvoor op je hoede te zijn. Geheimen zet je niet te kijk.

Op dezelfde dag in Het NRC reageert Arjen Fortuin: Met de wisselwerking van de herinnering en de verbeelding van het verleden is meteen het thema van ’s Nachts komen de vossen gegeven. Het boek is wat je een ‘gewone’ verhalenbundel zou kunnen noemen, met zes verhalen en een tweeluik. En om de boekhouding maar meteen af te ronden: drie verhalen zijn goed (de eerste twee en het laatste), twee zijn matig geslaagd, ondanks memorabele zinnen als ‘In bed was hij op een tamelijk onbeholpen manier goed geweest, zoals hij, dacht ze nu, ook altijd aardig was geweest tegen zijn paard.’ Het tweeluik ‘Paula’ valt uiteen in een behoorlijk (zij het wat tam) verhaal en een tweede deel dat het eerste deel verzwakt door van alles in te vullen dat beter ongezegd had kunnen blijven. Blijft over: het derde en dikste verhaal uit de bundel, ‘Heinz’. Dat verhaal heb ik de afgelopen vier dagen driemaal gelezen. [….] Nooteboom doet het tegenovergestelde van wat Palmen in Lucifer deed. Zij gaf iedere poging tot antwoord, elk kleinste gerucht, een plaats in haar roman. Nooteboom doet juist een stap terug, toont de wond in het leven van zijn hoofdpersoon, maar weigert die verder in te vullen. Dat kun je zien als verholen kritiek op Palmen, maar volgens mij wil Nooteboom hier vooral uiting geven aan zijn eigen poëtica.

In Trouw van 28 februari 2009 is ook Jann Ruyters positief : Nootebooms verhalen cirkelen allemaal om verlies, herinnering, vergankelijkheid. Je zou er somber van worden, als ze niet zo hypnotiserend geschreven waren. […]Die angst voor het donker en het besef van ieders vergankelijkheid beheersen deze nieuwe verhalenbundel van Nooteboom; het boek is doordrongen van dingen en mensen die voorbijgaan, en van de weemoed die dat verlies oproept. In de meeste verhalen denkt de verteller terug aan de voorbijgangers in zijn leven: verloren geliefden, vrienden, kennissen. Maar de vergankelijkheid schuilt overal: elk ding kan het verglijden van de tijd zomaar aan je opdringen: „O, waar is dat oude geld toch gebleven. Guldens, lires, franken.” [……]In sommige verhalen neemt de schrijver zelf het woord, in andere wordt een verzonnen verteller opgevoerd, maar steeds is de dood de motor die het verhaal voortstuwt. Soms duikt hij plotseling op, zoals in het schitterende, beeldende verhaal ‘Onweer’, waarin een man een echtelijke ruzie ontvlucht en dan op het terras getroffen wordt door de bliksem.

Jeroen Vullings in
Vrij Nederland van 21 maart 2009 is positief over de bundel: Nooteboom heeft de literatuur te lief om niet het beste te willen geven. Dat leidt in 's Nachts komen de vossen tot zulke zelfcorrectie bij een zoëven door hem gegeven psychologische duiding van een personage: 'Is dit te makkelijk? Vast en zeker, maar wat voor methodes hebben we eigenlijk om in het leven van een ander door te dringen, om geheimen te decoderen, gedachten te ontrafelen, achter maskers te kijken? De armoe die we geërfd hebben van slechte films of al dan niet betere romans, de psychoclichés van tijdschriften, denkbeeldige divans waar we zelf nooit op zouden willen liggen, spiegels waarin geen enkele waarheid zichtbaar wordt omdat het liegen altijd sterker is.' [….]
Vaak dient het spel een hoger doel: om een angst of een andere diepgelegen emotie bij de ik-persoon te onthullen. Zo herinnert Paula zich hem, toen hij 's nachts in doodsangst opstond. Iedere nacht weer, op het ogenblik dat hij niet meer wilde leven. Paula: 'En toen zei je iets wat ik nooit ben vergeten. 's Nachts komen de vossen. Ooit, toen je nog een kind was, had jouw grootmoeder dat tegen je gezegd, en je had het altijd onthouden.


Over de schrijver en eerder gepubliceerde werk
Bron: website uitgever
Cees Nooteboom (1933) trok in zijn jeugd na een opleiding in kloosterscholen liftend door Europa - een gebeurtenis die hij gebruikte voor zijn debuutroman Philip en de anderen (1955). Een jaar later verschijnt zijn poëziedebuut De doden zoeken een huis. In 1956 begint hij ook aan een ander deel van zijn carrière, de reisjournalistiek. Hij werkt voor Het Parool en maakt onder andere reportages over de opstand in Hongarije. Hij begint dan ook aan een grote serie reisverhalen voor Elsevier. Drie jaar later stapt hij over naar de Volkskrant en vanaf 1968 vindt hij zijn eigen plek bij het glossy tijdschrift Avenue. In 1963 worden zijn reisverhalen gebundeld onder de titel Een middag in Bruay, in gevolgd door Een nacht in Tunesië (1965) en Een avond in Isfahan (1978). Met Rituelen (1980, F. Bordewijkprijs en de Amerikaanse Pegasusprijs voor de beste niet-Amerikaanse roman) breekt Nooteboom door bij het grote publiek. Recent verschenen van zijn hand de roman Paradijs verloren (2005) en Verleden als eigenschap (kronieken, 2008). Naast romans, poëzie en reisverhalen schreef hij ook enkele toneelstukken. Zijn boeken werden in meer dan dertig talen vertaald. Voor zijn gehele oeuvre ontvangt hij de Constantijn Huygensprijs (1992). In 2004 wordt Cees Nooteboom de P.C. Hooftprijs toegekend. Cees Nooteboom ontvangt in 2006 een eredoctoraat van de Radboud Universiteit vanwege zijn veelzijdig literair oeuvre, dat diep geworteld is in de Europese cultuur en geschiedenis.

REACTIES

K.

K.

Het is 40 jaar geleden by the way dat de man terug kijkt naar die foto.

13 jaar geleden

D.

D.

De verste punt moet 'Het verste punt' zijn, nogal logisch, niet?
Verder wordt er een andere man getroffen door de bliksem bij Onweer... niet degene die ruziet ><

13 jaar geleden

T.

T.

Het klopt wel hoor, dat de man van het ruziemakende koppel wordt getroffen door de bliksem.

13 jaar geleden

A.

A.

Dit ding zit vól met spelfouten. Kijk dus uit!

11 jaar geleden

K.

K.

slecht

6 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Ook geschreven door Cees