1.Hij moest er netjes uit zien voor de klassenfoto.
2.Agnan, één dus.
3.Ze moesten aardappelkisten halen om op te staan.
4.Omdat hij spook speelde en een zak over zijn hoofd had.
5.Agnan was de kelder niet ingegaan.
6.Iemand heeft hem op zijn hoofd geslagen.
7.Nee, die van Geoffroy is nieuwer en veel beter.
8.Vooraan, op de grond.
9.Hij liet zijn boterham met jam erop vallen.
10.Met zijn rug naar de camera toe zitten, zodat de vlek op zijn kleren niet te zien was.
De schoolfotograaf komt op bezoek en de hele klas moet op de foto.
Maar de kinderen gaan met de kolen spelen, waardoor ze helemaal vies worden.
Als alle kinderen zijn gewassen en rustig zitten is de fotograaf vertrokken.
2 Les cowboys
1.Die heeft hij van zijn vader gekregen, die bij de politie werkt.
2.Het zijn handboeien om politie mee te spelen.
3.Omdat hij veren op zijn hoofd had.
4.In de tuin van Nicolas.
5.Hij wordt door Geoffroy in de buik geschoten.
6.Niemand, ze hebben iets anders verzonnen.
7.Ze hebben ruzie over wie de gevangene moet zijn.
8.Hij moet de gevangene zijn.
9.De buurman. Hij wilde meespelen als een ‘rood-huid’ (indiaan).
10.De jongens gaan in Nicolas’ kamer met een electrische trein spelen, Blédurt gaat weg en de vader van Nicolas is nog steed vastgebonden aan een boom.
Nicolas heeft zijn vrienden uitgenodigd om cowboy(-tje) te spelen.Nicolas wil de jongeman op het paard zijn en de andere jongens struikrovers. Maar de anderen zijn het daar niet mee eens en ze beginnen te ruziën.
‘S middags roept de moeder van Nicolas dat ze gaan dus iedereen gaat naar binnen, daarna gaat Nicolas met zijn vriendjes op zijn kamer spelen.
S’avonds ontdekt Nicolas dat zijn vader nog vastgebonden aan de boom zit.
3 Le Bouillon
1.Nee, ze vinden hem niet leuk, want hij heeft een lelijke snor.
2.Om te luisteren of de kinderen zich gedragen.
3.Bij de deur, om door de sleutelgat te kijken of de surveillant eraan k4.mt.
5.Nee, hij viel in slaap en zag hem niet aankomen.
6.Zijn wiskunde boek.
7.De surveillant deed de deur open terwijl hij erachter zat.
8.Van Alceste, die aan zijn eten aan het kauwen was.
9.Hij kan de klas niet meer aan.
10.Ze waren bijna allemaal aan het schreewen of huilen.
11.Nee, als de docent er niet is valt de les gewoon uit.
Als de kinderen op school komen is hun juf er niet maar er staat een invaller voor de klas een grote man met een snor en ogen die op vetoogjes in de soep lijken.De kinderen noemen hem Le Bouillon(bouillon is soep).
Hij vraag wie de beste leerling van de klas is en Agnan vertelt dat hij dat is.
Dan gaat de Meneer Bouillon weg en Agnan moet lesgeven ze moeten van Agnan een reken som oplossen.
Dan vraagt Clotaire of Angan gek is Agnan zegt dat iedereen stil moet zijn. Dan gaat Joachim door de deur de invaller bespieden en de kinderen beginnen te voetballen in de klas.
Plots horen ze een gil en Joachim ligt op de grond, Bouillon had de deur open gedaan en hij kwam tegen Joachim aan. Meneer Bouillon is erg boos en alle kinderen moeten na blijven en Agnan begint te huilen.
De dag eindigt is een grote chaos, de volgende dag is de juf terug.
4 La visite de l’inspecteur
1.Het was een ramp.
2.Nee, want het is een nieuwe inspecteur en hij heeft wel gevoel voor mor.
3.Hij is de slechtste van de hele klas.
4.Ze kijken vol verbazing.
5.Hij legde zijn handen op de tafel waar Agnan inkt op had gemorst, waardoor hij inkt op zijn handen kreeg.
6.Alleen de inspecteur, want de leerlingen mogen van de juff niet lachen zonder toestemming.
7.Hij is erg verlegen.
8.Een blauwgeaderde kaassoort.
9.Nee, ze krijgen ruzie over wat voor soort kaas de kraai in zijn bek had.
10.Hij was helemaal uitgeput en daarom veegde hij zijn gesicht af, maar hij had nog inkt op zijn handen.
Agnan moet de inkt bijvullen want de inspecteur moet de inkt bij vullen. Dan roept Clotaire dat de inspecteur er aan komt van schrik laat Agnan het inktpotje vallen. Maar het was een grapje van Clotaire en hij moet voor straf in de hoek staan.
Als de inspecteur arriveert maakt hij een grapje, maar niemand lacht erom, want de juf had gezegd dat niemand mocht lachen.
Dan moet de klas een verhaaltje lezen en Clotaire moet beginnen et lzen maar hij barst in huilen uit.
De klas begint te ruziën over het verhaal. Als de inspecteur weggaat zegt hij “U heeft mijn sympathie ga zo door, bravo!”.
5 Djodjo:
1.engels
2.lelijke tanden
3.Alaste
4.ja
5.tennis/boxen
6.voetbal
7.nee
8.alaste
9.omdat djodjo allemaal scheldwoorden zegt
10.omdat de ouders op gesprek moesten komen.
Er komt een nieuwe leerling op school, de lerares introduceert hem ’s middags, hij heet Georges Macintosh, maar ze noemen hem Djodjo, dat is makkelijker. Hij heeft lelijke tanden.
Dan op het schoolplein gaan Eudes en hij vechten, omdat hij een scheldwoord tegen hem zei, wat die daarvoor had geleerd.
dan als hij die woorden zegt in de klas tegen de juf word de juf boos, met als gevolg dat hij niet meer terug komt.
1.de directeur
2.’s ochtends
3.ja
4.Agnan
5.wil een voorraadje inslaan
6.hij weet niet zeker of hij iemand mag meenemen
7.hij is niet de beste van de klas
8.over geld zaken
9.ze kijken niet, ze ze zetten alleen een handtekening.
Iedereen is verdrietig, de directeur deelt zo de rapporteer uit. Hij kijkt niet blij als hij binnenkomt. Hij zegt dat de klas erg slecht is. Agnan is de beste en Clotaire weet dat zijn ouders erg boos worden. Als ze naar huis gaan is iedereen stil. Alceste koopt spontaan chocola. Als Eudes thuiskomt moet hij naar bed zonder eten. Nicolas zijn vader en moeder zijn ook niet erg blij. Hij moet maar op zijn kamer gaan spelen.
7 La répétition
2.Agnan, hij is de beste van de klas
3.het volkslied
4.De vlag na de overwinning die dan onder bloed zit.
5.Blauw, wit, rood.
6.niemand zingt in de maat.
7.dat was het plan, maar dat gebeurt niet.
8.iedereen begon te vechten met elkaar, alleen Agnan deed niet mee.
9.nee, want iedereen zat opgesloten in een kolenhok dus er was geen onrust..
10.nee, want hij zat nog steeds in het kolenhok
De minister komt langs op school vandaag, hij is een oud leerling. De directeur wil dat alles perfect word, hij regelt alles tot in de details. Ze studeren een volkslied in, wat overigens niet helemaal vlekkeloos gaat. En een paar kinderen mogen ook bloemen geven aan de minister. Het plan van de directeur loopt helemaal in duigen, de kinderen gaan vechten.
De volgende dag komt de minister langs, alles verloopt vlekkeloos omdat de directeur de kinderen had opgeslopen in het washok.
1.hij gaat met pensioen.
2.entertainers
3.hij gaat toneel spelen
4.cowboy
5.Eudes
6.hij wil geen snor dragen.
7.2.
8.omdat agnan alceste beledigd
9.nee
10.doordat ze het niet gaan opvoeren.
De directeur gaat met pensioen. Er is iets groots georganiseerd voor hem. De klas gaat een toneelstuk opvoeren van klein duimpje en de gelaarsde kat. Vandaag worden de rollen verdeeld. Geoffrey wil cowboy zijn, Alceste moet de dorpelingen spelen, Maixent wordt de gelaarsde kat, Rufus wordt reus. Agnan en Alceste krijgen ruzie en alles wordt weer een rommeltje. Het stuk wordt uiteindelijk niet gespeeld, omdat de directeur het niet wilde. Het is de eerste keer dat de juf moet boeten voor de directeur.
9 Je suis malade
1.hij had teveel gegeten
3.doordat hij een boek had gelezen.
4.Alceste.
5.Ja, chocola
6.Omdat het helemaal met chocola vol zit.
7.Onder de chocola en onder de inkt.
8.Hij verveelde zich.
9.Omdat hij geen pyjama meer over had.
10. Natuurlijk niet.
Nicolas is ziek, door het vele eten, de dokter zegt dat hij op dieet moet.
Later op de dag komt alceste langs met chocolaatjes. Alceste eet de chocolaatjes alleen op, nicolas mag niks van hem omdat die ziek is. Nicolas word boos en ze beginnen te vechten, zijn moeder stuurt alceste weg. Alles zit onder het chocola. Hij gaat weer lezen.
Hij gaat na verloop van tijd naar beneden om iets te eten. Zijn moeder betrapt hem bij de koelkast en nicolas laat alles vallen.
Zijn moeder is boos en zet hem onder de douche. Dan gaat nicolas tekenen met inkt, als hij klaar is zit hij helemaal onder de inkt. Zijn moeder word weer boos. ’s Avonds komt de dokter weer lang en die zegt dan dat nicolas’ moeder beter op dieet kan gaan.
1.Hij moet dan naar buiten om op de spelende kinderen te letten.
2.Omdat hij dan met z’n elektrische trein gaat spelen.
3.Mooi weer, omdat het dan buiten mooi is.
4.Omdat hij z’n broodje liet vallen.
5.Maixant had de knikker van Joachim afgepakt.
6.Vijf keer.
7.Hij brengt hem naar de ziekenkamer.
8.Hij glee uit omdat de boterham met jam van Alceste nog op de grond lag.
9.De surveillant.
10.Wat eten en gezellig praten met vrienden.
Meneer Bordenave moet oppassen tijden het speelkwatier.
Het regent en nicolas snapt niet waarom iedereen naar buiten gaat. Hij wil binnen blijven, in het speelkwatier willen Eudes en Rufus gaan vechten maar rufus doet een stapje achteruit dus knalt tegen agnan op die moet huilen. Meneer Bordenave glijd nog uit over een boterham aan het einde van het speelkwatier ziet de directeur dat meneer Bordenave het zwaar heeft.
Personages:
Nicolas: een gewone jongen, hij heeft gewone ouders en zit op een gewone school. Hij heeft veel vriendjes. Het is wel een druktemakertje, dat zie je in het laatste hoofdstuk bijvoorbeeld.
Agnan: het slimste jongetje van de klas. Hij is het lievelingetje van de juf, maar ook van meneer Bouillon. Het is ook een zielig jongetje want hij wordt vaak gepest.
Alceste: een dik jongetje, hij eet de hele dag door en wil zijn snoepjes nooit delen.
Eudes, Rufus, Clotaire etc.: vriendjes en klasgenootjes van Nicolas.
Mijn mening:
Het is mijn eerste boekje dat ik voor Frans gelezen heb, dus ook meteen het leukste boekje. Ik vond het niet zo’n heel moeilijk boekje, het verhaal wordt vrij kinderlijk verteld. Het was ook wel een geestig boekje, maar soms snapte ik de grap compleet niet. Hoofdstuk 1 vond ik de leukste.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden