Het boek “De helaasheid der dingen” begint met twee citaten, één ervan is uit “Meesters en knechten” van Pierre Michon. “Het verbaasde me dat je daaraan je leven kon wijden, de wereld nabootsen en daar niet helemaal in slagen, en wanneer je er wel in slaagt voeg je slechts het vergankelijke aan het vergankelijke toe, dat wat je niet kunt krijgen aan dat wat je niet hebt.”
Naar mijn mening geeft dit goed het gevoel weer dat het boek je geeft.
Laten we eerlijk zijn: het begin is gewoon niet even briljant als het einde. De hoofdstukken zijn afgeronde verhalen en dwingen juist daarom niet echt tot verder lezen. Ook neigt Verhulst een beetje naar het vulgaire met zijn pipi-kaka-humor en soms erg groffe taalgebruik. Maar dan slaat het ineens om, Verhulst wordt niet alleen scherper, maar krijgt het bovendien voor elkaar om in de zeldzame tekens van emotie ontzettend veel bij de lezer los te maken. Hij weet dit soort dingen exact te timen en bereikt daarmee maximaal effect.
Elk hoofdstuk is een miniklucht op zich en pas laat heb je door dat het boek ook een soort hulde is aan Dimitri’s vader, zijn stuntelige persoon, hoe hij probeerde zichzelf te bevrijden van zijn verslavingen, maar keer op keer faalde. Tegen de tijd dat je dit beseft, is het al te laat en zit je plots een heel ander boek te lezen: een bloedmooi, uniek relaas van een man die zijn vader eert en respecteert ondanks het feit dat deze een mislukkeling was, terwijl zijn eigen vaderschap een fiasco aan het worden is.
De schrijver zijn rauwe, ontnuchterende stijl en scherpe pen, het dialect, de rauwe grappen en de zwier waarmee deze roman verteld is, maakt indruk op de lezer en wekt nieuwsgierigheid op naar vorige werken.
“Niemand die ooit geduldig in het gras gelegen heeft en een bloem uit een knop zag springen, of die een vlinder zijn larvenlijf zag aan de kapstok hangen en aan het leven beginnen als een ware avatar, zal de kosmische verwondering begrpijen die ik voelde toen ik Helenes borsten zag ontstaan. Een gevoel dat men, indien mogelijk, in potjes zou willen doen. Een vingerhoedje ervan op de tong telkens wanneer het leven moeilijk wordt.”
Na zijn kindertijd doorgebracht te hebben in een milieu waar "de leeftijd van zestig halen werd beschouwd als het toppunt van kleinburgerlijkheid" is het echt wonderbaarlijk dat Dimitri Verhulst een boek met dergelijk beeldend taalgebruik vol emoties en van zo een klasse kon schrijven.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
M.
M.
Heel schoon allemaal, maar dit is echt geen boekverslag. Het is meer een saaie persoonlijke mening !
12 jaar geleden
Antwoorden