SAMENVATTING
Het boek gaat over Elsjen Roelofs. Ze is een boerendochter die in het Drentse plaatsje Doldersum leeft. Ze is getrouwd met Jan Albers, met wie ze het niet kan vinden. De problemen beginnen als op een nacht haar man Jan doodziek wakker word en, als hij van haar geen reactie krijgt, gaat hij naar het huis van Luit, Elsjens broer. Die laat haar drie keer halen omdat het met Jan steeds slechter gaat. Die nacht nog sterft Jan, zonder dat Elsjen is komen kijken, waardoor ze zich verdacht heeft gemaakt. Als later blijkt dat Jan is vergiftigd, word Elsjen gearresteerd. Ze wordt naar de gevangenis in Assen gebracht. Daar zit ze haar zwangerschap uit en bevalt ze van een dochter, die gelijk weer van haar word afgepakt. Tijdens die bevallig is er wat in haar veranderd. Ze gaat Janna, ik vertel later wel wie dat is, vertrouwen en vraagt haar om een pen en papier. Zo begint ze haar levensverhaal te schrijven:
Als Elsjen vier jaar is sterft haar vader, waar ze helemaal niets van begrijpt. Kort daarna sterft ook haar opa. Omdat haar moeder ziek, zwak en misselijk is, word Elsjen eigenlijk opgevoed door haar oma, die overal heel erg streng en hard in is, vooral in straf geven. Elsjen is vastbesloten om haar oma niet teleur te stellen, wat een sterke druk op haar leven legt,ook als haar oma is overleden. Ook haar moeder legt een grote druk op haar leven, omdat ze al eens eerder een dochtertje heeft verloren dat ook Elsjen heette, daardoor is ze heel erg bang om Elsjen te verliezen, en dat laat ze haar weten. Deze twee dingen leggen zo’n enorme druk op Elsjen dat ze als kind geen kind kon zijn, omdat ze altijd op moest passen dat ze haar oma en vooral haar moeder geen pijn zou doen. Maar Lieven, de zus van haar oma, zorgt ervoor dat ze zich af en toe toch vrij voelt, door haar liefde voor de natuur bij te brengen. Een van de dingen die haar aantrekken in de natuur is de roep van de buizerd, die heeft een onweerstaanbare aantrekkingskracht, die haar iedere keer weer naar buiten lokt.
Op een dag is ze dan aan het zwerven op de hei, nadat ze de roep van de buizerd heeft gehoord, die ze niet heeft kunnen weerstaan. En als ze dan Leffert, de herder, tegenkomt, komt ze erachter dat ze de tijd is vergeten, en als ze eindelijk thuis komt, dan ziet ze haar broer Bartelt op een paard wegrijden. Ze denkt dat er iets met haar moeder is gebeurd, en ze rent naar huis, maar zodra ze daar is, ziet de dat het haar oma is, die van de trap is gevallen. Ze beseft dat het haar schuld is, en probeert door zo hard mogelijk te werken haar schuldgevoel weg te werken. Op een avond roept oma iedereen om de beurt bij zich. Elsjen is de laatste die aan de beurt is. Als ze dan bij oma zit, laat zij doorschemeren dat ze gaat sterven, ze laat Elsjen met haar hand op de bijbel beloven dat ze haar moeder bij alles zo veel mogelijk zou helpen, en dat ze alles zou doen om de boerderij die ze hebben te onderhouden. Dat ze dus eigenlijk heel haar leven zou wijden aan haar moeder en de boerderij. Elsjen belooft het wel, maar ten diepste wil ze het niet. De eerste tijd nadat haar oma is overleden, doet Elsjen niets anders dan het huishouden runnen zoals haar oma het gedaan zou hebben, en niet alleen Elsjen, maar ook haar beide broers. Met z’n drieën proberen ze de boerderij draaiende te houden, wat na een tijdje steeds beter gaat. Elsjen krijgt weer tijd voor andere dingen, en gaat met haar beste vriendin Hillegijn mee naar spinavonden. Op die avonden kwamen alle meisjes uit het dorp en nadat ze een paar uur hadden zitten spinnen, kwamen alle vrijgezelle jongens uit het dorp om met de meiden te praten en een beetje te sjansen. Op die avonden wordt ze verliefd op Leffert. Als ze een week later aan tafel zit, vlak voor er weer zo’n avond is, word haar verteld dat ze Leffert moet vergeten en werk moet maken van Jan Albers, omdat oma gewild zou hebben dat ze met hem zou trouwen. Ze wil het niet, maar na een scène met haar moeder, besluit ze om haar eigen geluk op te offeren voor het geluk van haar moeder, en dus dat ze gaat trouwen met Jan.
Al tijdens haar verkeringstijd komt ze erachter dat Jan een gruwelijk verwend nest, jaloers en een echt moederskindje is. Maar toch heeft ze hoop dat het tijdens hun huwelijk zal veranderen. Ze begint haar huwelijk ook met een gevoel van hoop en het voornemen om er het beste van te maken. Maar op de eerste dag na haar bruiloft komt ze er achter dat het niets beter zal worden. Dat Jan nog steeds verwend is en alles aan zijn moeder overbrieft. De eerste tijd probeert ze het te negeren en er het beste van te maken, maar wat ze ook doet, niets is goed genoeg. Maar als ze merkt dat ze zwanger is, krijgt ze weer opnieuw hoop, dat het toch nog goed zal komen, maar al gauw blijkt het tegendeel: het word alleen maar erger. Ondertussen lopen de spanningen tussen Jan en Bartelt, die nog steeds thuis woont, steeds hoger op, waardoor Jan het idee krijgt dat hij samen met zijn gezin maar eens op zoek moet gaan naar een andere boerderij, om voor zichzelf te beginnen en van de problemen thuis af te zijn. Elsjen laat duidelijk merken dat zij niet weg wil uit haar ouderlijk huis en dat ze haar moeder niet in de steek wil laten. Als Jan dan ineens ene hele tijd en een heel veel ruzies later plotseling zegt dat hij een boerderij ‘op de kop heeft getikt’, raakt haar moeder zo in paniek dat Elsjen besluit dat Jan zijn mond dicht moet houden. Als ze dan de dag daarna naar de markt moet en voor een ziek paard rattenkruit mee moet nemen, besluit ze dat ze wat meer mee neemt en Jan er een beetje van geeft om hem het zwijgen op te leggen.
Vanaf dit punt weten we wat er gebeurd is. Elsjen is naar de gevangenis in Assen gebracht, waar ze word berecht. In de cel waar ze zit is er elke nacht een vrouw bij haar die haar niet veroordeelt en haar met liefde behandelt, die vrouw is Janna. In het begin wantrouwt ze Janna. Elsjen wil haar pijn doen, maar Janna blijft aardig voor haar. Langzamerhand gaat Elsjen Janna vertrouwen. Ze bouwen samen een vertrouwensband op en Janna staat voor Elsjen klaar als ze nodig is. Janna wijst iedere keer als Elsjen het niet meer ziet zitten op God en dat Hij er ook voor haar wil zijn en dat ook haar zonden zijn vergeven. Janna word voor Elsjen de weg terug naar God, en als ze, na achtendertig nachten van schrijven en praten met Janna ter dood wordt veroordeelt, kan ze rustig sterven. Ze heeft vrede gekregen met haar verleden en haar lot.
Het boek heet dan ook achtendertig nachten, om dat Elsjen achtendertig nachten lang haar levensverhaal schrijft het analyseert en het verwerkt, met de hulp van Janna.
INFO SCHRIJFSTER
Janne IJmker is geboren in 1962 in Tiendeveen. Toen ze 7 jaar was verhuisde ze naar Houten..;-)
Ze is getrouwd en heeft vier kinderen.
Ze heeft tot nu toe vier boeken geschreven:
- Mijn vriend Samuel
- Verdwenen vaders
- De toverfluit dat verscheen in 2005
- Achtendertig nachten. Verscheen in 2006
Van die boeken werden er 2 bekroond met de prijs voor het beste christelijke jeugdboek: dat waren Mijn vriend Samuel in 2002 en Verdwenen vaders in 2004. Verder schreef ze een paar korte verhalen voor het kinderblad Zeggus. Achtendertig nachten is haar eerste boek voor volwassenen. Dit boek is heel goed ontvangen door de media en er wordt lovend over gesproken. Ook wordt het soms vergeleken met het boek knielen op een bed violen van Jan Siebelink.
Ook is dit boek niet echt in een stroming te vatten. En als ik het toch zou moeten doen zou ik haar scharen onder de voorlopers van de opkomende stroming van christelijke romans.
Thema
In dit boek is er een vraag die soort van boven dit verhaal uitstijgt. Wie is er nou schuldig aan de dood van Jan? Hijzelf? Elsjen? Haar oma? En: wat heeft er nou voor gezorgd dat Elsjen in staat is tot het begaan van een moord? Elsjen zelf? Haar moeder of haar oma? Of Jan zelf?
Het boek gaat dus eigenlijk over schuld en oordeel.
Het boek gaat over Elsjen Roelofs. Ze is een boerendochter die in het Drentse plaatsje Doldersum leeft. Ze is getrouwd met Jan Albers, met wie ze het niet kan vinden. De problemen beginnen als op een nacht haar man Jan doodziek wakker word en, als hij van haar geen reactie krijgt, gaat hij naar het huis van Luit, Elsjens broer. Die laat haar drie keer halen omdat het met Jan steeds slechter gaat. Die nacht nog sterft Jan, zonder dat Elsjen is komen kijken, waardoor ze zich verdacht heeft gemaakt. Als later blijkt dat Jan is vergiftigd, word Elsjen gearresteerd. Ze wordt naar de gevangenis in Assen gebracht. Daar zit ze haar zwangerschap uit en bevalt ze van een dochter, die gelijk weer van haar word afgepakt. Tijdens die bevallig is er wat in haar veranderd. Ze gaat Janna, ik vertel later wel wie dat is, vertrouwen en vraagt haar om een pen en papier. Zo begint ze haar levensverhaal te schrijven:
Als Elsjen vier jaar is sterft haar vader, waar ze helemaal niets van begrijpt. Kort daarna sterft ook haar opa. Omdat haar moeder ziek, zwak en misselijk is, word Elsjen eigenlijk opgevoed door haar oma, die overal heel erg streng en hard in is, vooral in straf geven. Elsjen is vastbesloten om haar oma niet teleur te stellen, wat een sterke druk op haar leven legt,ook als haar oma is overleden. Ook haar moeder legt een grote druk op haar leven, omdat ze al eens eerder een dochtertje heeft verloren dat ook Elsjen heette, daardoor is ze heel erg bang om Elsjen te verliezen, en dat laat ze haar weten. Deze twee dingen leggen zo’n enorme druk op Elsjen dat ze als kind geen kind kon zijn, omdat ze altijd op moest passen dat ze haar oma en vooral haar moeder geen pijn zou doen. Maar Lieven, de zus van haar oma, zorgt ervoor dat ze zich af en toe toch vrij voelt, door haar liefde voor de natuur bij te brengen. Een van de dingen die haar aantrekken in de natuur is de roep van de buizerd, die heeft een onweerstaanbare aantrekkingskracht, die haar iedere keer weer naar buiten lokt.
Al tijdens haar verkeringstijd komt ze erachter dat Jan een gruwelijk verwend nest, jaloers en een echt moederskindje is. Maar toch heeft ze hoop dat het tijdens hun huwelijk zal veranderen. Ze begint haar huwelijk ook met een gevoel van hoop en het voornemen om er het beste van te maken. Maar op de eerste dag na haar bruiloft komt ze er achter dat het niets beter zal worden. Dat Jan nog steeds verwend is en alles aan zijn moeder overbrieft. De eerste tijd probeert ze het te negeren en er het beste van te maken, maar wat ze ook doet, niets is goed genoeg. Maar als ze merkt dat ze zwanger is, krijgt ze weer opnieuw hoop, dat het toch nog goed zal komen, maar al gauw blijkt het tegendeel: het word alleen maar erger. Ondertussen lopen de spanningen tussen Jan en Bartelt, die nog steeds thuis woont, steeds hoger op, waardoor Jan het idee krijgt dat hij samen met zijn gezin maar eens op zoek moet gaan naar een andere boerderij, om voor zichzelf te beginnen en van de problemen thuis af te zijn. Elsjen laat duidelijk merken dat zij niet weg wil uit haar ouderlijk huis en dat ze haar moeder niet in de steek wil laten. Als Jan dan ineens ene hele tijd en een heel veel ruzies later plotseling zegt dat hij een boerderij ‘op de kop heeft getikt’, raakt haar moeder zo in paniek dat Elsjen besluit dat Jan zijn mond dicht moet houden. Als ze dan de dag daarna naar de markt moet en voor een ziek paard rattenkruit mee moet nemen, besluit ze dat ze wat meer mee neemt en Jan er een beetje van geeft om hem het zwijgen op te leggen.
Vanaf dit punt weten we wat er gebeurd is. Elsjen is naar de gevangenis in Assen gebracht, waar ze word berecht. In de cel waar ze zit is er elke nacht een vrouw bij haar die haar niet veroordeelt en haar met liefde behandelt, die vrouw is Janna. In het begin wantrouwt ze Janna. Elsjen wil haar pijn doen, maar Janna blijft aardig voor haar. Langzamerhand gaat Elsjen Janna vertrouwen. Ze bouwen samen een vertrouwensband op en Janna staat voor Elsjen klaar als ze nodig is. Janna wijst iedere keer als Elsjen het niet meer ziet zitten op God en dat Hij er ook voor haar wil zijn en dat ook haar zonden zijn vergeven. Janna word voor Elsjen de weg terug naar God, en als ze, na achtendertig nachten van schrijven en praten met Janna ter dood wordt veroordeelt, kan ze rustig sterven. Ze heeft vrede gekregen met haar verleden en haar lot.
Het boek heet dan ook achtendertig nachten, om dat Elsjen achtendertig nachten lang haar levensverhaal schrijft het analyseert en het verwerkt, met de hulp van Janna.
INFO SCHRIJFSTER
Janne IJmker is geboren in 1962 in Tiendeveen. Toen ze 7 jaar was verhuisde ze naar Houten..;-)
Ze is getrouwd en heeft vier kinderen.
Ze heeft tot nu toe vier boeken geschreven:
- Mijn vriend Samuel
- Verdwenen vaders
- De toverfluit dat verscheen in 2005
- Achtendertig nachten. Verscheen in 2006
Van die boeken werden er 2 bekroond met de prijs voor het beste christelijke jeugdboek: dat waren Mijn vriend Samuel in 2002 en Verdwenen vaders in 2004. Verder schreef ze een paar korte verhalen voor het kinderblad Zeggus. Achtendertig nachten is haar eerste boek voor volwassenen. Dit boek is heel goed ontvangen door de media en er wordt lovend over gesproken. Ook wordt het soms vergeleken met het boek knielen op een bed violen van Jan Siebelink.
Ook is dit boek niet echt in een stroming te vatten. En als ik het toch zou moeten doen zou ik haar scharen onder de voorlopers van de opkomende stroming van christelijke romans.
In dit boek is er een vraag die soort van boven dit verhaal uitstijgt. Wie is er nou schuldig aan de dood van Jan? Hijzelf? Elsjen? Haar oma? En: wat heeft er nou voor gezorgd dat Elsjen in staat is tot het begaan van een moord? Elsjen zelf? Haar moeder of haar oma? Of Jan zelf?
Het boek gaat dus eigenlijk over schuld en oordeel.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden