De oesters van Nam Kee door Kees van Beijnum

Beoordeling 5.2
Foto van een scholier
Boekcover De oesters van Nam Kee
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 4e klas havo | 3678 woorden
  • 8 mei 2007
  • 9 keer beoordeeld
Cijfer 5.2
9 keer beoordeeld

Boekcover De oesters van Nam Kee
Shadow

De oesters van Nam Kee is een even geestige als ontroerende roman over hunkering. Hunkering naar waarheid en liefde. Het met grote vaart en scherpte geschreven verhaal over een achttienjarige gymnasiast en zijn obsessieve liefde voor een danseres werd bekroond met de Bordewijk-prijs. De verfilming van het boek gaat najaar 2002 in première.

De oesters van Nam Kee is een even geestige als ontroerende roman over hunkering. Hunkering naar waarheid en liefde. Het met grote vaart en scherpte geschreven verhaal over een ach…

De oesters van Nam Kee is een even geestige als ontroerende roman over hunkering. Hunkering naar waarheid en liefde. Het met grote vaart en scherpte geschreven verhaal over een achttienjarige gymnasiast en zijn obsessieve liefde voor een danseres werd bekroond met de Bordewijk-prijs. De verfilming van het boek gaat najaar 2002 in première.

De oesters van Nam Kee door Kees van Beijnum
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
1. Boekgegevens Schrijver: Kees van Beijnum
Titel: Oesters van Nam Kee
Uitgeverij: Nijgh & Van Ditmar, Amsterdam,3e druk, 2000
Aantal blz’s: 320 bladzijdes
Eerste druk: 2000 2. Samenvatting Berry gaat altijd op vakantie met zijn ouders en broer naar hun vakantiehuisje in Frankrijk. Wanneer Berry’s vader overlijdt zijn de vakanties afgelopen en wordt het huisje verkocht. Tussen de vakanties door hangt hij veel rond met zijn vrienden. Ze drinken bier en gebruiken drugs. Ze stelen en overvallen mensen om aan geld te komen. Die tijd verandert voor Berry als hij Thera ontmoet, hij gaat vanaf die tijd nog nauwelijks met zijn vrienden om. Zij vraagt hem om oesters te gaan eten bij Nam Kee. Dit is het begin van hun heftige relatie: ze zien elkaar bijna 247. Samen willen ze een verre reis maken. Om snel geld te verdienen verhuren ze het huis waar Thera woont aan tien mensen tegelijk en laten ze hen van tevoren betalen. Hun vertrek wordt uitgesteld doordat Thera een epilepsie aanval krijgt. Het gaat steeds slechter tussen Thera en Berry, en ze wil geen contact meer met hem. Ze vertrekt. Berry gaat naar haar op zoek en vindt haar bij een ex-vriend van haar; Ben. De reden waarom het nou precies over is komt Berry niet te weten, maar dat Thera geen contact meer wil is hem duidelijk. Berry gaat weer terug naar zijn vrienden en belandt weer in het dagelijkse leventje. In de buurt waar de vrienden rondhangen wordt een buurthuis voor de jongeren gemaakt. Tijdens de feestelijke opening door de burgemeester gooit Berry een steen tegen het hoofd van de burgemeester, die daardoor in coma raakt. Berry vlucht naar het voormalige vakantiehuisje in Frankrijk. Hij wordt opgepakt, maar omdat de huidige eigenaren van het huisje geen aanklacht in willen dienen tegen Berry komt hij vrij. Hij vlucht zo snel als hij kan weg, maar wordt later toch weer opgepakt en naar Nederland gebracht. Hij komt daar in voorarrest te zitten, in afwachting van zijn rechtszaak. Berry’s broer Rein komt hem wel eens opzoeken in de gevangenis. Dan praten ze over vroeger. Van zijn vrienden hoort Berry nooit meer wat. 3. Analyse 3.3 Titel, ondertitel, motto Titel: De titel is Oesters van Nam Kee. De titel is de naam van het restaurant waar Berry voor het eerst met Thera gaat eten. Dit is op de dag dat hij haar ontmoet wanneer zij duivelshorentjes bij hem koopt op een brug in Amsterdam. Hij ontmoet haar daarna in een café en liegt dat hij de fotograaf is waar zij een afspraak mee heeft. Als ze erachter komt dat hij niet haar afspraak is vraagt ze hem mee naar dit restaurant om oesters te eten. Berry lust ze eigenlijk niet, maar omdat het Thera’s lievelingseten is eet hij ze op. Oesters hebben ook een symbolische betekenis, oesters staan meestal voor liefde. Ondertitel: Er is geen ondertitel. Motto: Volgens mij zit er geen motto achter dit boek. Onder het lezen had ik niet echt het idee dat er een diepere betekenis achter zat.
3.5 Personages hoofdpersonen
Berry Kooijman: Dit is de hoofdpersoon. Het is een jongen van 18 jaar oud. Hij woont in Amsterdam met zijn moeder en broer, midden in schotelcity in het enige villastraatje. Hij doet zich anders voor dan hij werkelijk is. Hij gedraagt zich namelijk macho, stoer en suggereert dat hij nergens bang voor is. Ook lijkt het alsof hij niemand nodig heeft. Maar eigenlijk is het een slim en gevoelig mens en tevens een beetje onzeker. hij liegt en bedriegt constant. Vooral tegen zijn moeder maar ook tegen zijn vrienden en broer. Het komt denk ik mede door de eigenschap dat hij geen mens vertrouwt. Als hij eenmaal een relatie met Thera heeft gaat het veel beter met Berry. Hij krijgt meer zelfvertrouwen, is gelukkiger, gaat minder met zijn foute vrienden om, is eerlijk(tegen thera) en liefdevol. Je ziet dat tijdens die relatie veel meer zijn goede eigenschappen tot uiting komen. Thera Bouman: Een belangrijk personage in het boek. Ze is 19 jaar. Woont in Amsterdam en werkt in een nachtclub waar ze erotisch danst. Soms heeft ze last van epilepsieaanvallen. Ze komt behoorlijk zelfstandig en zelfverzekerd over. Ze lijkt onbezorgd in het leven te staan maar daar komt wel verandering in. Thera krijgt een heftige relatie met Berry. Het gaat lange tijd goed maar uiteindelijk loopt de relatie stuk. Ook vindt ze dat iedereen een rol speelt in het leven, nooit echt zichzelf is. Bijpersonen
Ellen Kooijman: Weduwe. Moeder van Berry. Slachtoffer van vele leugens. Werkt als reclasseringswerker. Gaat haar gangetje in haar leventje. Weet niet veel van Berry’ s crimineel getinte leven. Vertrouwt haar zoon maar wordt ondertussen aan alle kanten bedrogen. Ze schaamt zich dat haar zoon in de gevangenis terechtkomt. Peter Kooijman: Vader van Berry. Overleed toen Berry nog jong was. Werkte als cameraman bij omroep NOB. Ook sprak hij af en toe kinderfilmpjes in wat tevens een hobby van hem was. Had een goede relatie met Berry. Rein Kooijman: Broer van Berry. Een braaf, onzeker en bange puber. Hij en Berry hebben een soort van haat/ liefde relatie. Berry verwijt hem vooral dat hij hun vader altijd zo naar beneden haalt. Rein doet eigenlijk het tegenovergestelde van Berry want die idealiseert Peter. Ook zou hij op wereldreis gegaan maar dat draaide uit op een volledige mislukking en heeft zich vervolgens een aantal maanden opgesloten in huis zodat iedereen dacht dat hij nog weg was. Hij schaamde zich er namelijk heel erg voor. Otman: Vriend van Berry. Domme, asociale en lichtcriminele jongeman. Tegen Berry doet hij nog wel aardig. Hij gebruikt drugs en alcohol en is veel te vinden in het Amsterdamse uitgaansleven. Gaat veel om met Berry en heeft veel domme ideeën. Jamal: Oppervlakkige vriend van Berry. Was ooit talent in de ajax-opleiding maar door een reumatische aandoening moest hij stoppen. Werd daarna net een dergelijk typ als Otman maar komt in het verhaal minder vaak voor. Rachid: Oppervlakkige vriend van Berry. Zijn kleding is altijd de laatste mode. Daarom verzon Berry ook die bijnaam voor hem(de laatste mode). Gaat met veel verschillende meisjes. Is altijd bezig met drank, drugs, status en vechten. Fast Eddie: Eigenaar van de snackbar waar Berry en zijn vrienden zeer vaak vertoeven. Is een zwijgzame man die heel vaak dingen laat verbranden. Hij is een beetje aan het aftakelen. Maar buiten de snackbar komt hij niet voor in het verhaal. Freek Feek: Jeugdwerker in het gedeelte van Amsterdam waar het verhaal zich afspeelt. Doet net alsof dat hij veel goede dingen voor de jeugd doet maar in werkelijkheid geeft ie aan alles een positieve draai zodat het voor hem zo gunstig mogelijk uitkomt. Hij geeft eigenlijk geen reet om de jeugd, hij is enkel publiciteitsgeil en wil hogerop. Meesters: De psychiater die Berry onder zijn hoede heeft genomen nadat het voorval is gebeurd. Praat veel met Berry maar schiet niet heel veel op. De ene keer heeft Berry een hekel aan hem en de andere keer vindt hij het wel een toffe vent. Berry krijgt het gevoel of Meesters hem helemaal leegzuigt, bijna alles wat hij over zichzelf en de rest van de wereld weet wordt hem ontfutseld. 3.6 Historische tijd, tijdsduur en volgorde Het verhaal is niet - chronologisch, het bestaat eigenlijk alleen maar uit flashbacks. Hier kom je al snel achter want het verhaal begint wanneer Berry wordt opgepakt in Frankrijk nadat hij een steen tegen het hoofd van de burgemeester heeft gegooid. In de rest van het verhaal vertelt Berry over de relatie met zijn ouders, zijn vrienden en Thera. En hoe alles zo gelopen is. De vertelde tijd is een aantal maanden. In werkelijkheid is het langer, want Berry heeft het ook over toen hij klein was, hij praat veel over vroeger. Er worden wel tijdsprongen gemaakt in het boek van vroeger naar nu. Door de vele flashbacks in het verhaal kom je veel te weten over Berry. 3.7 Ruimte Het verhaal speelt zich niet op veel verschillende plaatsen af. Eigenlijk maar op 2 plaatsen, namelijk: Amsterdam en Bretteville-sur-Laize. In Bretteville-sur-Laize ligt het vakantiehuisje waar Berry en zijn ouders altijd heen gingen en Amsterdam is de woonplaats van Berry, zijn vrienden en Thera. De plaatsen spelen wel een rol in dit verhaal, maar het is zeker niet het belangrijkste element van het verhaal. Berry rolt namelijk vanzelf in het criminele circuit, dit zou niet gebeuren als hij in een dorp gewoond had. 3.8 Perspectief Het verhaal is in het ik-perspectief geschreven, omdat je vanuit Berry’s ogen naar de wereld kijkt en Berry zijn verhaal vertelt. Ook kom je de gedachten van Berry te weten.
3.10 Fictie/werkelijkheid Dit verhaal is volgens mij niet waar gebeurd. Het is dus non-fictie. Wel denk ik dat in sommige grote steden dit soort dingen gebeuren. Ik vond het een erg goed verhaal, en alles werd waanzinnig goed beschreven. Doordat je alle gevoelens en gedachtes van Berry te lezen kreeg, had je bijna het idee dat je in een film speelde. 4. Evaluatie
5. Recensies
Recensie 1 Schrijver: Kees Beijnum
Titel: De Oesters van Nam Kee, Publicatieplaats: Haarlems Dagblad
Publicatiedatum: 13-01-2000
Recensent: Hans Warren
Recensietitel: Ontspoorde gymnasiast ontmoet wiebeldanseres: Kees van Beijnum beschrijft rafelranden van Amsterdam
Voor iedereen zijn wij een ander. Ons hele bestaan spelen we rollen. Menigeen zal dat beamen, maar weinigen gaan hierin zo ver als Berry Kooijman, de achttienjarige hoofdpersoon uit Kees van Beijnums nieuwe roman De oesters van Nam Kee. Wie is Berry? Zijn dubieuze vrienden krijgen een heel andere jongeman te zien dan zijn keurige moeder. Hij heeft een ingewikkeld web van leugens gespannen om zijn moeder te laten geloven dat hij een redelijk brave gymnasiast is en om zijn vrienden ervan te overtuigen dat hij een halve crimineel is. Alleen aan zijn vriendin Thera wil hij zich tonen zoals hij is. Omgekeerd is zij dat niet van plan. Ongeveer de laatste woorden die hij van haar te horen krijgt zijn: "Ik ben alles wat je van me ziet, alles wat je van me denkt, alles wat je over me hoort. Maar ik ben nog veel meer de dingen die je niet weet". Aan dit soort ouwelijke bespiegelingen geven de jeugdige personages in de roman zich dikwijls over. Wat weten we van de ander? Waar houdt waarheid op en begint bedrog? Berry is een meester-leugenaar die zelfs zijn moeder, vanwege haar werk bij de reclassering 'een expert in de omgang met leugenaars', om de tuin weet te leiden. Pikant genoeg ontleent hij de stof voor de leugens die hij tegenover zijn vrienden opdist aan haar dossiers. Hij komt zo deskundig over dat hij onder hen bekend staat als 'Meester Berry, mr. Dirty Berry'. De roman speelt in een recent verleden: de warme zomer van 1999. Plaats van handeling is Amsterdam. Berry heeft aansluiting gevonden bij een groepje zich permanent vervelende allochtone jongeren. Hij woont eigenlijk in een villa, maar doet alsof hij uit hun wijk komt. De wijk die bekend staat als 'Schotelcity', vanwege de schotelantennes op de daken om Marokkaanse en Turkse zenders te ontvangen. Al te veel goeds hebben de nieuwkomers niet in de zin. Van een van zijn maatjes krijgt Berry te horen: "we nemen de boel stukje voor stukje over, en dan is het afgelopen met jullie, weetjewel." De roman is dus actueel, niet zachtzinnig en wordt bevolkt door typen die je in literatuur betrekkelijk weinig tegenkomt. Ze slikken en spuiten, hangen rond in de snackbar en slaan zonder enige wroeging mensen in elkaar die hen niets hebben misdaan. Bang voor bestraffing zijn ze niet. De cynische meester Berry adviseert: "Maak je geen zorgen, ze kunnen je hooguit een maand opbergen, maar dat doet de rechter niet". Hij voelt zich veel meer thuis tussen deze randfiguren dan op school. Het gymnasium was in zijn ogen eerder 'een trainingskamp voor een psychiatrische loopbaan'. Toch komt er een nieuw doel in zijn leven: hij wordt hevig verliefd op Thera. Ze werkt als sexy 'wiebeldanseres' in een club. Haar lievelingsgerecht is de schotel met gestoomde oesters van 'Nam Kee', een Chinees restaurant op de Zeedijk. Vandaar de titel van de roman. In feite vindt Berry die oesters niet lekker, maar vanwege zijn gevoelens voor Thera is hij graag bereid er vele te verzwelgen. Ze hebben een heerlijke tijd, tot het meisje last krijgt van epileptische aanvallen. Ze wordt uiteindelijk naar het ziekenhuis gebracht en al snel verbreekt ze het contact. Tot woede van Berry gaat ze bij een welgestelde man wonen. Gewapend met een pistool gaat hij erop af, maar de expeditie wordt een afgang. Even later gooit hij een steen naar de burgemeester als die een zwijmelende, politiek-correcte toespraak houdt over 'de nieuwe Amsterdammers'. De worp is raak: de burgemeester raakt in coma. Een golf van verontwaardiging overspoelt het land. De onvermijdelijke deskundigen verschijnen met hun meningen over 'het monster uit West'. Berry vlucht na nog een politieagent neergeschoten te hebben. Hij besluit zich schuil te houden in het huisje in Frankrijk dat vroeger in het bezit van zijn ouders was. Maar de gendarmes weten hem te vinden. Kort voor hij berecht zal worden, blikt hij terug op de gebeurtenissen. Een behoorlijk spectaculair verhaal natuurlijk, met die aanslag op de Amsterdamse burgemeester. Maar tevens een verhaal dat geen driehonderdentwintig bladzijden rechtvaardigt. De lezer weet al snel hoe de vork in de steel zit, en wordt daarna nauwelijks nog verrast. Dat gepraat over schijn en wezen klinkt nogal obligaat. Wie alles wil weten over het wereldje waarin Berry zich beweegt, heeft vermoedelijk meer aan een krant. Zelfs lukt het de auteur niet eens om duidelijk te maken hoe ze nu eigenlijk smaken, die veelbesproken oesters van Nam Kee. Recensie 2 Schrijver: Kees van Beijnum

Titel: De Oesters van Nam Kee, Publicatieplaats: De Volkskrant
Publicatiedatum: 14-01-2000
Recensent: Aleid Truijens
Recensietitel: Boefjes in West: Kees van Beijnum laat liefde ontluiken in duistere wereld van jeugdcriminaliteit
Je doet er schrijvers zelden een plezier mee, al bedoel je het lovend. Zeggen dat iemand 'een groot verteller' is. Bij buitenlandse, erotische schrijvers kan het nog wel: 'Marquez is een groot verhalenverteller', maar in Nederland zit er een goedkoop luchtje aan de kwalificatie. A.F.Th. van der Heijden is weliswaar, een goed verteller, maar je doet hem tekort door dat zijn hoogste ambitie te noemen. In het merendeel van de Nederlandse literatuur, van superieure bouwwerken tot deerniswekkend ego-geneuzel, is het verhaal slechts aanleiding, excuus, een schriel skeletje dat opgetuigd zal worden. Voor het spannende, goed geschreven, scherp gesneden verhaal dat niets meer wil zijn dan er staat, moet je bij de journalistiek zijn, bij de weinigen die het genre van de lange reportage beoefenen. Kees van Beijnum schreef vier romans, zijn nieuwste, De oesters van Nam Kee, meegerekend, die zeer verschillend van onderwerp en aanpak zijn. Wat ze gemeen hebben is dat het verhalen zijn die in precies het goede tempo worden afgewikkeld, dat de verteller scherp waarneemt hoe mensen praten en zich gedragen, en dat ze zeer persoonlijk zijn zonder het ego van de schrijver tot onderwerp te verheffen, zelfs niet het semi-autobiografische Dichter op de Zeedijk. Als Kees van Beijnum al over zichzelf schrijft, dan langs de omweg van een herkenbare, maar niet zo vertrouwde wereld. Hij was eerder journalist en scenarioschrijver en hij beheerst de professionele verteltechnieken van beide: snel een scene neerzetten, inzoomen, terugwijken, snelle dialogen, pijnlijke stiltes, terloopse vooruitwijzingen, effectieve flashbacks. Hij past ze in zijn romans met grote vanzelfsprekendheid toe, onmerkbaar bijna; je wordt meegezogen en wilt niet weten hoe. Dat meesterschap maakt hem tot een groot verteller. En dat was hij al in zijn eerste boek, Over het IJ (1989), dat geen roman heette te zijn, maar een reconstructie van de 'brievenbusmoord' in Amsterdam-Noord. Op dat boek lijkt De oesters van Nam Kee nog het meest, in ieder geval wat onderwerp betreft. Toen ging het over de boefjes in Noord, nu over de boefjes in West. De kansarme bleekneuzen heetten toen Ferrie en Ben; de jongens van Plein '40-'45 in Slotermeer Rachid, Jamal of Otman. Ze hebben meer geld, meer coke, en duurdere kleren dan de crimineeltjes uit Noord. Maar hun schoolloopbaan is net zo kort, de verveling even groot. En op een noodlottig moment wordt er een trekker overgehaald, of een steen geworpen. Maar Berry Kooijman, de achttienjarige hoofdpersoon in Van Beijnums nieuwste roman, is geen allochtoon, zelfs niet eens kansarm. Hoe hij precies terechtkwam in het gezelschap van die drie losers - de inbreker Otman, de aan jeugdreuma lijdende voormalige Ajax-voetballer Jamal, die zich sinds zijn doodvonnis bewusteloos zuipt en snuift, en de met peperdure, gestolen Hugo Boss-jasjes en mobiele telefoons omhangen Rachid, ook wel De Laatste Mode, met zijn 'IQ van 48' en zijn gewoonte van iedere toevallige voorbijganger 'de kop te verbouwen' - hij kan het niet precies achterhalen. Wel begon het ermee dat hij in Slotermeer woonde. Niet in een goedkope wederopbouwflat, maar in een van de villaatjes die een bovenmodale oase vormen in gedoemd West, met uitzicht op de Sloterplas, en op Schotelcity, de buurt met een woud van witte schotelantennes op de daken. Niet lang voordat hij een fatale steen wierp, en twee schoten loste met Otmans revolver en in de Bijlmerbajes terechtkwam, vertaalde Berry nog Seneca en Plato. Hij werd opgevoed door twee vriendelijke alternativo's, vader cameraman bij de NOB, moeder hulpverlener bij de reclassering. Thuis klonk zijn moeders klassieke muziek en The Kinks en Bob Seger van zijn vader. Zijn moeder las hem en zijn oudere broer Rein elke dag voor. Op Jip & Janneke-laarsjes stapte hij met zijn moeder vrolijk rond op de kinderboerderij. Een paar jaar later was hij een veelbelovend tennistalent en kreeg hij een Cultureel Jongerenpaspoort. In de zomer ging het gezin in de oude Mazda naar het vakantiehuisje in Frankrijk. Het is ook de plek waar Berry naartoe vlucht als de politie hem zoekt. Hij had er een eigen pony, New Shatterhand. Maar de pony stierf. Samen met zijn vader treurde hij, en samen takelden ze het lijk weg. Dat gedeelde verdriet was een van Berry's beste herinneringen. Maar kort daarna stierf ook zijn vader; de ambulance haalt het lijk weg. En niet lang daarna begint Berry de duistere wereld van het andere West te verkennen. Al gauw zit hij dagelijks bij Fast Eddie hamburgers te eten die smaken als 'verschroeide cd's'. Hij raakt snel thuis in het beperkte jargon van 'kanker, #$*&@#, kiss kiss kiss man'. Met zijn van zijn moeder opgedane kennis van politie en justitie kan hij de jongens goede diensten bewijzen. Als zijn moeder naar kantoor is vertrokken, sluipt hij het huis weer binnen. Brieven van het Barlaeus-gymnasium worden vakkundig onderschept. Vol schaamte kijkt hij toe hoe zijn goedgelovige moeder zijn schooltas met vlag omhoog hijst. Dat diploma zou hij nog wel eens ophalen. 's Ochtends zit hij met een kater op de bank te zappen naar kinderprogramma's, in de hoop even zijn vader te horen, die wel eens 'stemmetjes' deed in kinderfilms. Zoals die van Thomas O'Malley, de stoere straatkat uit De Aristokatten, met zijn sonore: 'Dames in nood zijn mijn sterkste punt.' Meisjes redden is ook Berry's sterkste punt denkt hij. Alles lijkt anders te worden als hij Thera ontmoet. Mooie lieve, volmaakte Thera, aan wie hij een koptelefoon met lichtgevende horentjes verkoopt. Elke dag eet ze gestoomde oesters, haar lievelingseten, bij de Chinees Nam Kee en Berry eet die slijmerige dingen dapper mee. Want ze is ook verliefd op hem. Ze noemt hem, Dirty Berry, Diablo. Als ze samen in de zon liggen op het dakje van het huis van een oude dame dat Thera tijdelijk bewoont, staat de tijd stil. Dan is het leven gezuiverd van alle leugen en mislukking. Thera, stripteasedanseres en pornomodel, droomt ook van een nieuw leven. Ze bedenken een geniaal plan om met het huis van het oude dametje steenrijk te worden. En daarmee maken ze hun leven definitief stuk. De oesters van Nam Kee is, meer dan een roman over criminele jongeren, een liefdesverhaal. Dat verhaal krijgt op een zeker moment Turks fruit-achtige trekken, compleet met een serpent van een jaloerse schoonmoeder en een ernstige ziekte die Thera in de armen van een verkeerde, dit keer echt foute, man drijft. Van Beijnum gebruikt dit gegeven echter niet als tranentrekker, maar omdat Berry's wanhoop over zijn teloorgegane liefde het doorslaggevende motief is voor zijn wandaden. Berry heeft nu eenmaal de neiging om op kruispunten in zijn leven net de verkeerde weg in te slaan. Hij constateert zelf: 'Ik had besloten dat het een stommiteit en een rotstreek zou zijn als ik het Barlaeus niet afmaakte en ik ging van school. Ik was ervan overtuigd geraakt dat ik voorlopig beter bij Fast Eddie weg kon blijven en ik zat er trouw iedere avond. Ik was tot de conclusie gekomen dat het een pijnlijke vergissing zou zijn als ik zou uitzoeken waar Ben woonde en ik stelde alles in het werk om zijn adres te achterhalen.' Berry hunkert naar zuivere liefde, naar die van Thera. Hij fotografeert de lucht, schuldeloze wolken die ieder moment van vorm kunnen veranderen. Zo zou hij ook willen zijn. Hij heeft een vader nodig die van hem houdt, zijn vader, maar hij ontdekt dat alles wat mooi is een smerige keerzijde heeft. Zelfs zijn held, de vader over wie zijn broer iets onthult dat hij nooit had willen weten. Dat is de 'verklaring' die Van Beijnum geeft voor de ontsporing van Berry. Zij is net zo romantisch en net zo weinig aannemelijk als de stelling die Berry’s dood goede moeder nog altijd op feestjes verdedigt: dat 'de maatschappij' met haar ongelijke kansen 'haar' bajesklanten - de zielige, niet haar welgevormde zoon - heeft misvormd. Maar De oesters van Nam Kee is een roman, geen sociologische beschouwing, en geen levensechte reportage. Zij doet uiteindelijk geen uitspraak over 'de Berry's' in West, over pubers zonder grenzen, eenoudergezinnen en falend gezag, want daar is de literatuur niet voor. In die roman is het portret van deze jongen volstrekt overtuigend, en ontroerend. Van alle verhalen die in de zichtbare werkelijkheid besloten kunnen liggen, koos de verteller Van Beijnum dit ene. Hij deugt niet, deze Berry, dat is zeker, maar je kunt niet anders dan blindelings zijn partij kiezen.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "De oesters van Nam Kee door Kees van Beijnum"