De indringer door Joost Heyink

Titel: De indringer
Auteur: Joost Heyink
Illustrator: n.v.t. Uitgever: Van Holkema en Warendorf
Aantal bladzijden: 160
Aantal hoofdstukken: 17 Beschrijving hoofdpersonen: Floris van Zuilen: Hij is 16 jaar, Bruin haar, bruine ogen, Behulpzaam, zorgzaam, lief voor anderen en hij is verliefd. Moeder van Floris, Roos van Zuilen: Ze is 40 jaar, blond haar, behulpzaam, zorgzaam, lief, weduwe en heeft een nieuwe vriend. Wout van Gelder: Hij is 45 jaar, zwart haar, snorretje en hij is de nieuwe vriend van Roos. Sanne de Wit: De vriendin van Floris, ze is heel aardig en ook wel zorgzaam. Belangrijkste gebeurtenis in dit boek: Dat Floris een zakdoek vindt van Wout van Gelder waar naar leidt dat hij een gestoorde crimineel is.
Tijd: Het verhaal speelt zich rond deze tijd af, want je kunt lezen dat er nieuwe mobielen en nieuwe computers in voor komen. Informatie over de auteur: het boek is geschreven door Joost Heyink. Hij is geboren in 1946 in Scheveningen. Hij heeft op school gezeten in Amsterdam, Zeist, Apeldoorn en Antwerpen. Twee keer bleef hij zitten en twee keer werd hij van school getrapt. Hij is ook een keer van huis weggelopen. Hij was zestien en werd opgepakt door de politie in de trein naar Parijs. Hij had geen kaartje en deed alsof hij sliep. Het hielp niet. Later is hij van alles gaan studeren in Groningen. Op het laatst psychologie. Later trouwde hij met Jolanda, ook heeft hij een zoon, Joep, hij werd geboren in 1994. Ze wonen nu in Zuidwolde. Eigen mening: Ik vond het een heel leuk boek. Er gebeurde veel en het was op geen enkel moment saai. Het onderwerp vind ik ook wel leuk om te lezen, dat maakt het wat interessanter. Wel jammer dat het op het ene moment daar over gaat en dan weer over dat andere. Het einde vond ik ook spannend, in het bos. Het is een boek dat ik iedereen wel kan aanraden. Verhaal van het boek Floris van Zuilen is een jongen van 16 jaar en heeft geen vader meer. Floris gaat vaak naar Fitness om van zijn energie af te komen, hij komt er niet overheen dat zijn vader er niet meer is. Een keer toen Floris naar Fitness ging was omdat hij chagrijnig was. Hij raakte in een gesprek met een meisje, Sanne. Sanne was daar meestal met een vriendin van haar, maar die was er niet. Sanne vroeg of hij samen met haar naar het café wilde gaan om wat te drinken. Hij wilde eerst niet, maar ging toch. Sanne vroeg daar wat er aan de hand was, ze zag wel dat er iets was waarom hij chagrijnig was. Floris vertelde dat zijn moeder een nieuwe vriend heeft, Wouter van Gelder. Floris vertrouwde Van Gelder vanaf het begin niet. Hij wilde erachter komen waarom dat hij hem niet vertrouwde. Misschien was het omdat hij het nog steeds erg vind dat zijn vader overleden is, en dat zijn moeder dat accepteerde. Hij denkt ook dat hij over alles liegt, maar zijn moeder zegt dat hij jaloers is. Sanne had aangeboden om hem te helpen als hij ergens niet uitkwam met het zoeken van informatie over Van Gelder. Floris vindt dat heel erg lief van haar en maakt daar ook gebruik van. Op een dag komt Floris thuis. Er was niemand thuis. Hij zag een tas in de hoek van de kamer, en hij gaat er in kijken. Hij vindt een paspoort, waarschijnlijk van Wout Van Gelder. Floris kijkt in die paspoort en laat het paspoort uit schrik vallen. Wout Van Gelder heeft een andere naam, namelijk Wouter Obdam. Floris hoort een deur dicht klappen, zijn moeder is thuis en Wout ook. Wout kijkt geïrriteerd naar Floris terwijl Floris zijn moeder een bakje koffie zet. Hij heeft gezien waar Floris in de kamer stond, vlakbij Wout zijn tas. Floris zijn moeder was nog niet in de huiskamer, en Floris vroeg aan Wout, hoe heet je eigenlijk? Wout wist niet wat hij bedoelde, maar snel genoeg kwam hij erachter dat Floris in zijn tas gekeken had. Hij werd erg boos en kwam op Floris af, gelukkig kwam Floris zijn moeder binnen. Floris vertelde zijn moeder dat Wout hem in elkaar wilde slaan. Zijn moeder geloofde het niet, omdat Wout een smoes had, hij zei dat hij struikelde. Floris vond dat Wout overal een smoes voor had, en dat het geloofwaardig lijkt. Aan tafel vroeg Floris weer aan Wout hoe hij echt heet. Ook toen had hij er een verklaring voor waarom dat hij zijn naam had veranderd. Hij vertelde het dat hij Obdam heet, Wouter Obdam. Hij zei dat zijn vader zijn moeder in elkaar had geslagen en dat hij niks meer met zijn vader te maken wilde hebben. Daarom had hij zijn naam veranderd. Hij deed heel zielig, zodat het lijkt of dat waarheid is. Floris vroeg ook aan tafel wat voor werk hij doet. Wout zei dat hij een dokter is, dat hij overal in Amsterdam reisde. Floris ging na een tijdje van tafel en ging achter zijn computer zitten. Hij maakte muziek met een vriend uit Amerika dat hij had leren kennen via de computer. Het lukte maar niet om goede muziek te maken. Wout zat teveel in zijn hoofd, hij wilde de waarheid weten. Floris ging informatie zoeken op Internet of hij ook werkelijk een dokter is. Hij kon niks vinden. Ook niet onder de naam Obdam. Hij loog dus weer. Hij kon zich helemaal niet concentreren dus ging hij op zijn bed liggen met de muziek aan. Na een tijd riep zijn moeder dat het eten op tafel stond. Iedereen zat aan tafel, maar het was stil totdat Floris aan Wout vroeg waar hij werkt. Hij antwoordde pas na een tijdje, in Amsterdam en omstreken. Toen ze het eten op hadden ging Floris naar de Sportschool toe. Sanne was daar ook weer. Na het sporten gingen ze weer samen naar het café toe. Floris vertelde haar ook dat Wout Van Gelder, Wouter Obdam heet. Sanne schrok even. Hij vertelde ook dat hij een dokter is, maar niet geregistreerd is. Ze namen allebeide nog wat drinken en gingen ze naar huis toe. Floris bracht Sanne naar huis toe en daarna ging hij ook naar huis. De volgende dag moest Floris weer naar school, maar er was ook kermis. Hij besloot om de eerste drie uren te missen en naar de kermis te gaan. Het was niet erg druk. Floris zag een waarzegster. Hij ging naar binnen toe en wilde iets over zijn toekomst weten. De waarzegster wilde zijn hand. Ze begon dat er geluk komen zal in de liefde, maar opeens was het stil. Ze zag ook dat er iets ergs komen zal. Een man met zwart haar en een snor was iets ergs van plan. Floris schrok en wilde meer weten, maar de waarzegster wilde hem weg hebben. Floris was op weg naar school toe. Het zat steeds in zijn hoofd, een man met zwart haar en een snor was iets ergs van plan. Wie is die man? Vlakbij school begon er een lampje te branden. Het was Wout Van Gelder, die man met zwart haar en een snor. Hij ging niet meer naar school, maar terug naar huis. Hij wilde niet dat er al iets erg was gebeurd. Zijn moeder was nog thuis. Hij vertelde dat hij zich ziek voelde. Zijn moeder werd ongerust. Ze vroeg wat er aan de hand was. Floris zei dat Wout een gevaarlijke man is. Zijn moeder vond dat een groot woord. Hij vertelde ook dat hij over veel dingen liegt. Hij zei dat Wout niet geregistreerd is als een dokter. Dat Wout helemaal geen dokter is. Zijn moeder zei dat Floris maar moest gaan uitrusten, en accepteren dat Wout nu eenmaal haar vriend is. In de middag werd Floris weer wakker. Hij ging naar beneden toe om wat drinken te halen. Later kwamen zijn moeder en Wout weer thuis van het tennissen. Floris was aan het spelen met zijn nieuwe mobiel. Toen ze aan tafel zaten maakte Floris foto’s van zijn moeder en Wout. Wout was erg verlegen toen die foto’s gemaakt werden. Wat later ging Floris op zijn computer om de foto’s er op te zetten. Hij was ook bezig om muziek te maken. Even later kwam Wout binnen. Hij zag dat Floris bezig was met muziek maken. Hij wilde zien hoe hij dat deed. Wout vond het een mooie kamer. Floris zei niet veel tegen hem, eigenlijk helemaal niets. Wout ging weer naar beneden. Floris ging naar Sanne toe om te vertellen wat hij vanochtend beleefd had. Sanne ging met Floris mee naar zijn huis. Toen ze aankwamen, gingen ze gelijk naar boven. Floris zijn slaapkamerdeur stond open. Die was dicht toen hij weg ging. Floris schrok toen hij Wout zag staan met Floris zijn mobiel in de hand. Wout wilde kijken wat voor mooie mobiel het was, omdat hij zelf ook een nieuwe zocht. Wout gaf de mobiel terug en vertrok uit de kamer. Floris zag dat de foto’s gewist waren. Wat een smeerlap dacht hij, goed dat hij ze al op de computer had gezet. Sanne vond het een leuke kamer. Ze vond Van Gelder wel een man met veel geheimen, iemand die heel stiekem doet. Samen gingen ze naar een parkje toe. Later zagen ze Wout lopen langs een paar winkeltjes. Hij had een boek bij zich. Het leek erop dat het een medisch boek was. Er kwam een politiewagen langs rijden. Van Gelder keek de andere kant op, zodat hij niet opviel. Later ging hij weer weg. Sanne en Floris zaten samen op een parkbankje. Floris vindt Sanne een leuke meid. Hij zei dat tegen haar. Zij vindt hem ook leuk. Sanne kroop een beetje tegen hem aan omdat het wat kouder werd. Het werd ook donkerder, dus besloten ze om naar huis te gaan. Sanne gaf Floris een zoen op zijn wang. De volgende dag ging Wout weg, waarheen wist Floris niet. Floris wilde weer in die tas kijken dat in de hoek van de kamer lag. Hij pakte een agenda tevoorschijn hij keek naar een paar adressen dat hij had opgeschreven. Floris besloot om naar één van die adressen te gaan en een foto mee te nemen van Wout. Toen hij bij dat adres aankwam, belde hij aan. Er kwam een oude vrouw aan de deur. Floris vroeg beleefd of ze deze man heeft gezien of heeft gekend. De vrouw liet hem binnen en bood wat drinken aan. Ze zaten gezellig in de woonkamer. Floris pakte de foto er weer bij, en vroeg weer opnieuw of ze deze man heeft gezien. De vrouw had wel een man gezien maar zonder een snor die er precies op leek. Het kan best zijn dat hij die snor aan heeft laten groeien. De vrouw legde uit dat hij hier een kamer huurde, voor een maand of twee. Hij had verteld tegen haar dat hij een vrouw en twee kinderen had. Floris luisterde aandachtig. Meer wist de oude vrouw niet meer van hem. Floris vond dat al meer dan genoeg. Hij vertrok weer naar huis. Het weekend zat eraan te komen. Zijn moeder vertelde Floris toen hij weer thuis was, dat Wout en zijn moeder een weekendje weg gaan naar een vakantiehuisje in het bos. Ze vertelde dat Floris een weekend alleen zou zijn en dat hij dat wel lekker zou vinden. De vrijdag middag voordat ze weg gingen vroeg zijn moeder of Floris de was wilde ophangen om het te laten drogen. Floris wilde dat wel doen voor haar. Toen ze weg waren deed hij dat gelijk. Hij was bezig om alles uit de wasmachine te halen toen hij een zakdoen vond. Bij hun thuis gebruikten ze altijd papieren zakdoekjes. Deze moest van Wout zijn. Hij bekeek de zakdoek en ontdekte dat er een paar vage letters op stonden. Hij ging er rustig voor zitten met een lampje erboven om het goed te kunnen lezen. Na een tijdje stond er: BETTENBERGKLINIEK. Floris wist niet wat het betekende. Hij ging gelijk op Internet zoeken. Hij klikte op een paar sites en kwam op ééntje en begon te lezen. Zijn mond viel open. Hij wist niet wat hij las. Bettenbergkliniek was een kliniek voor gestoorde criminelen die psychologische hulp kregen. Wat moest Wout met een zakdoek van de Bettenbergkliniek? Op die site stond nog een krantenstukje uit een krant van een tijd geleden. Daarin stond dat een gestoorde crimineel ontsnapt was. Hij was naar dat kliniek gebracht omdat hij zijn vrouw zwaar mishandeld had en zijn kinderen geprobeerd te vermoorden. De Bettenbergkliniek was in Oostermeer. Floris belde Sanne gelijk op om te vertellen wat hij had ontdekt. Sanne wilde graag afspreken in het café. Ze gingen er allebei heen. Floris was blij om haar te zien. Zij was ook blij om hem te zien. Floris bedacht om de volgende dag met de foto’s naar Oostermeer te gaan. Hij wilde daar vragen of ze Wout kennen. Sanne vond het niet een goed idee, maar ze steunde hem toch. Als het zover was ging Floris op de fiets naar Oostermeer. Het was wel een uur fietsen. In Oostermeer was het doodstil. Er waren helemaal geen mensen buiten. Enkel eens iemand aan het fietsen. Floris zag een meisje fietsen en hij probeerde het om haar te vragen maar ze fietste gewoon door. Hij belde ook bij een paar mensen aan. Niemand antwoordde. Later kwam er een man naar buiten, hij riep naar Floris en hij zei dat hij mee moest naar binnen. De man was pastoor bij hun kerkje. Dat meisje was hun dochter. De pastoor vertelde alles over Wout. Hij zei ook tegen Floris om die man naar de politie te brengen voordat hij nog meer aan kan doen bij mensen. Floris kreeg het benauwd. Hij had zijn gedachte erbij dat er iets zal zijn met zijn moeder. Hij fietste snel weer naar huis. Ondertussen belde hij Sanne. Hij zei dat Wout een gestoorde gek was. Floris was erg bang. Toen hij weer thuis was. Wilde hij gelijk naar het vakantiehuisje toe in het bos. Hij wilde zijn moeder redden van Wout, van een gestoorde crimineel. Sanne wenste hem veel geluk door hem te zoenen. Het werd buiten al aardig donker. Hij wist dat hij bijna bij het huisje was. Hij zette zijn fiets tegen een boom en liep verder. Hij zag het huisje al in de verte. Floris zag zijn moeder in de woonkamer. De gordijnen waren allemaal open. Wout liep naar haar toe en zoende haar. Later liep Wout naar buiten toe. Floris ging nog meer bukken om niet gezien te worden. Wout haalde hout op. Hij verdween achter de houtstammen. Het was nu of nooit dat Floris naar binnen kon om zijn moeder te vertellen wat Wout wil gaan doen. Floris zijn moeder schrok om Floris hier te zien. We moeten gaan zei Floris. Wout is een gestoorde crimineel. Het was al te laat. Wout stond in de deur opening. Hij was niet verbaasd dat Floris zijn moeder kwam vertellen dat hij een gek is. Wout stuurde hun in de badkamer en draaide de deur op slot. Er was maar een klein raampje in de badkamer, dus daar konden ze er niet uit. Floris had bedacht om de deur uit te schoppen. Na een aantal keren lukte het. Ze hadden Wout bewusteloos geslagen doordat de deur hem raakte. Ze konden nu ontsnappen. Ze renden allebei heel snel weg. Het was moeilijk om te rennen omdat er allemaal bosjes waren. Wout kwam al snel achter hun aan. Ze verscholen zich achter een bosje. Wout had een zaklamp bij zich. Het lampje kwam al steeds meer dichterbij. Het lampje scheen richting het bosje waar ze achter zaten. Hij had hun te pakken. Ze konden niet ontsnappen omdat ze omringd waren door een moeras. Wout was uitgegleden en in het moeras gekomen. Toen Floris zijn moeder langs hem liep, pakte Wout haar voet vast, zij was nu ook in het moeras. Floris deed er alles aan om haar moeder eruit te halen. Het lukte om Wout van haar moeders voet af te schoppen. Floris trok zijn moeder eruit en ze renden weg zo ver dat ze maar konden totdat ze bij een weg kwamen. Floris had zijn mobiel bij hem en belde Sanne om hun op te halen. Floris zijn moeder was zo blij dat hij haar kwam redden. Wout bleef achter in het moeras.