Zwarte sneeuw door Simone van der Vlugt

Beoordeling 7
Foto van een scholier
Boekcover Zwarte sneeuw
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 4e klas vmbo | 2249 woorden
  • 15 augustus 2006
  • 55 keer beoordeeld
Cijfer 7
55 keer beoordeeld

Boekcover Zwarte sneeuw
Shadow
Zwarte sneeuw door Simone van der Vlugt
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Algemene gegevens: Titel: Zwarte sneeuw
Auteur: Simone van der Vlugt
Genre: Historische jeugdroman over de kinderarbeid. Bijzonderheden: genomineerd door de kinderjury 2001 Samenvatting: Het is 1845, de veertienjarige Emma Mullenders en haar familie wonen in Slenaken - Zuid Limburg. Maar, de oogst mislukt en de pacht kan dit jaar niet betaald worden. Daardoor worden ze uit hun boerderij gezet. Met de paar schamele bezittingen die niet zijn ingenomen gaan ze op weg naar Kerkrade, om daar in de mijn te gaan werken. Onderweg worden ze overvallen door stuikrovers en wordt hun laatste geld afhandig gemaakt. Nu hebben ze niets meer om onderweg voedsel van te kopen, en kunnen alleen hopen op de goedheid van anderen. Na twee dagen lopen en veel honger komen ze aan in Kerkrade. Maar, niet alleen Emma's vader Sjeng en haar oudere broer Volkert blijken de mijn in te moeten. Om genoeg geld te verdienen om in leven te blijven moeten ook Emma en haar tien-jarige broertje gaan werken in de mijn. Alleen haar hoogzwangere moeder Annekatrien en haar twee zusjes, de zes-jarige Sophie en de driejarige Mayke mogen thuisblijven. Het werken in de mijn is zwaar, elke dag staat Emma om vier uur op, ze loopt met haar vader en broers naar de mijn en daalt de ladder af, tot tweehonderd meter onder de grond. Daar sleept ze de hele dag met manden van vijfenveertig kilo, die ze dan de ladder weer tweehonderd meter omhoog moet tillen. Daarna weer naar benenden klimmen en dan weer omhoog de hele vijftien uur lange werkdag door. De mijngangen zijn stoffig en benauwd, veel gangen staan op instorten. Elke keer opnieuw daalt Emma af met de angst nooit meer boven te komen. Annekatrien bevalt van een zoon: Elmer. Omdat er weer een extra mond gevuld moet worden gaat ook Sophie werken bij de mijn. Ze moet, weliswaar buiten de mijn. De hele dag kolen sorteren. Op een dag komt er inspectie van 'de hoge heren'. Zij hebben geld geïnvesteerd in de mijn en komen kijken hoe het er daar aan toe gaat. Al het normale dagelijkse, maar veel te zware werk mag alleen nog gedaan worden op plaatsen heel diep onder in de mijn waar de inspectie niet komt. Op plaatsen waar ze wel komen mag alleen gestut en geschept worden. Stutten hield in het overeind houden van de houten palen die zorgen dat de mijngangen niet instorten. Dit werk koste veel tijd, tijd die niet werd uitbetaald. Omdat voor de meeste mijnwerkers geen geld geen eten betekende was stutten geen populair karwei. En stonden dan ook veel mijngangen op instorten. Ook de zoon van de 'hoge heer' Rudolf Buttenbach van zeventien gaat mee de mijn in. Emma daagt hem uit mee te gaan naar het gedeelte in de mijn waar echt gewerkt wordt. Rudolf gaat met haar mee. Maar dan stort er een gang in, en komen Rudolf en Emma samen vast te zitten in een mijngang. Beide denken aan hun einde te komen, maar na vierentwintig uur worden ze gered. Twee dagen later gaat Emma weer aan het werk. Haar vader heeft bij de instorting zijn been gebroken en kan daardoor niet werken. Daarom gaan Annekatrien en Mayke ook naar de mijn. Elmer ligt in een 'wieg' onder in de mijn, vlakbij de plaats waar zijn moeder aan het werk is. Dankzij Rudolf krijgt de familie Mullenders af en toe voedsel, kleding en kolen toegestopt. Daardoor maken ze zich niet populair bij hun dorpsgenoten, maar het is beter dan verhongeren en verkleumen. Als Sjeng weer aan het werk gaat, en Annekatrien weer thuis is kondigt Volkert plotseling zijn vertrek aan. Hij gaat weg uit de mijn en gaat ergens anders werk zoeken. Sjeng is laaiend, maar kan hem niet meer tegenhouden. Dit betekent weer een salaris minder. Ondertussen ziet Emma Rudolf nog regelmatig, hij schijnt haar wel leuk te vinden. Maar ook Jef, een vriend van Emma uit de mijn blijkt verliefd op Emma. Maar Emma, die het liefste uit de mijn weg zou willen beweert stellig niet met een mijnwerker te willen trouwen omdat ze dan nooit wegkomt uit de mijn. Op een maandag in mei als iedereen gewoon aan het werk is wordt er ineens gegild dat het water komt. Iedereen probeert als een gek naar de ladders te komen en naar boven te klimmen. Gelukkig zijn Emma en Sjeng op tijd boven. Maar Tom, evenals Jef die hem probeert te redden, verdrinken. De stemming in het dorp is te neer geslagen omdat er zoveel mensen om het leven zijn gekomen. Na de begrafenissen heeft iedereen nog meer angst om de mijn in te gaan. Twee dagen later vertelt Rudolf dat hij een baantje voor Emma weet. Als dienstmeisje bij zijn oom en tante in Heerlen. Emma weet dat dit een grote en waarschijnlijk haar enige kans is om uit de mijn te komen en neemt de baan aan. Het kost wel even om haar ouders over te halen, maar uiteindelijk stemmen ze er toch mee in. En Emma gaat naar Heerlen. Emma voelt zich thuis bij de heer en mevrouw Merckelbach. Als ze een diner moet serveren waar veel gasten bij aanwezig zijn, wordt ze aangesproken door Jean Pustjens. Een rijke burger die op komt voor de belangen van de mensen die in armoede leven. Hij heeft veel over voor Emma's verhaal. Onder een andere naam komt Emma's verhaal dan in een vervolgverhaal in de krant. Emma doet dit alles in het geheim. Maar als haar werkgevers erachter komen wordt ze ontslagen. Ze heeft zich er al bij neergelegd dat ze terug zal moeten naar de mijn als Jean Pustjens haar een baantje aanbied in zijn drukkerij, ook beloofd hij om haar te leren lezen en schrijven. Emma is heel blij met haar baantje. Ze heeft eindelijk een toekomst. Een beschrijving van de belangrijkste personages: Sjeng Mullenders: hij is de vader van Emma. Hij vindt het vreselijk dat ze zo arm zijn en dat ze allemaal in de mijn moeten werken. Annekatrien Mullenders: ze is de moeder van Emma. Ze werkt niet in de mijn, maar als Emma’s vader z’n been gebroken heeft gaat ze meteen mee. Ze neemt zelfs Elmer mee. Hij is dan pas een paar maanden oud. Volkert Mullenders: de broer van Emma. Tom Mullenders: het broertje van Emma. Verdrinkt bij een overstroming als hij pas 10 jaar is. Sofie Mullenders: het zusje van Emma. Mayke Mullenders: het jongste zusje van Emma. Elmer Mullenders: wordt midden in de winter geboren. Is de jongste van het gezin. Rudolf Brandenburg: hij heeft met Emma opgesloten gezeten in de mijn toen die ingestort was. Hij behoort tot een van de rijke families van Kerkrade en is aan het eind van het boek fotograaf

geworden. Meneer en mevrouw Merkelenbach: de oom en tante van Rudolf. Emma werkt bij hen. Jean Pustjens: De journalist die Emma’s verhaal in de krant plaatst en waar ze later ook gaat werken. Jef: een goede vriend van Emma. Hij wou Tom redden uit de overstroming, maar kwam zelf om het leven. Hij kon namelijk niet zwemmen. Uitwerking van de thema: Het laat zien onder welke erbarmelijke omstandigheden de mijnwerkers en hun kinderen diep onder de grond hun karige boterham moesten verdienen. Beschrijving van het perspectief: Hoofdpersoon is de 14-jarige Emma Mullenders. Je beleeft het verhaal vanuit Emma, want je weet alleen wat zij ziet gebeuren en je leest ook haar gedachten en gevoelens. Ze hadden eerst een boerenleven, maar haar vader kon de pacht niet betalen. Daarom moesten zij het boerderijtje verlaten en verhuizen naar Kerkrade om in de mijnen te werken. Emma is doodsbang omdat ze onder de grond moet gaan werken. Zonder te zeuren levert ze haar bijdrage en ze helpt haar zwangere moeder en haar jonge broertjes en zusjes zo goed mogelijk. Emma blijft alleen maar hopen dat ze aan dat lot kan ontsnappen, dat ze weer naar school kan, zodat ze een behoorlijke baan zal vinden. Haar kans was dat ze op een goede dag de 17-jarige Rudolf Brandenburg samen met zijn vader en de eigenaar van de mijn bezoekt. Op dat moment stort een deel van de mijn in. Rudolf en Emma zitten opgesloten in een zijgang. Ze stikken bijna door de mijngas. Pas een dag daarna worden zij bevrijd. Rudolf verlost haar uit haar ondergrondse bestaan. Hij bezorgt haar een baantje als dienstmeisje bij een familie in Maastricht. Daar komt ze in contact met een journalist en wil graag meer weten over de mijnwerkers. Hij heeft gehoord dat Emma in de mijn heeft gewerkt en vraagt haar of hij haar verhaal in de krant mag publiceren. Dat vind ze wel goed, maar onder een schuilnaam. Tot op een moment komt de deftige familie achter dat Hedwig eigenlijk Emma is. Ze zijn niet zo blij mee. Ze mag wel doorwerken, maar dan mag ze haar verhaal niet meer publiceren. Emma wil verder haar verhaal publiceren en ze neemt ontslag. Wanneer ze naar Jean Pustjens gaat, heeft hij een verrassing voor haar. Hij heeft een baantje voor haar beschikbaar als kranten vouwen, drukletters stofvrij houden enz. Hij zal ook ervoor zorgen dat ze gaat leren lezen en schrijven. Rudolf is aan het einde fotograaf geworden. Het verhaal eindigt met een tentoonstelling van Rudolf. Het waren geen keurige portretfoto’s, maar aangrijpende afbeeldingen van arbeiders in de fabrieken en mijnen. Plaatsbeschrijving: Het verhaal speelt zich helemaal af in Zuid - Limburg, Nederland en begint in Slenaken, meteen volgt een reis naar Kerkrade waar het verhaal verder gaat, vooral in de mijn, maar ook stukjes in het kale huis van de Mullenders en korte stukjes in de kerk en het dorp. De mijnen zijn ontzettend donker met veel en heel lage gangen. En er is maar 1 ladder om van boven naar beneden te komen en omgekeerd. Kerkrade bestaat uit een kerk, een gemeentehuis, de woningen voor de arbeiders, een winkeltje en een plein. De woningen zijn klein en in het gemeentehuis bevindt zich een gedeelte waar les wordt gegeven aan de kinderen van de mensen die zich dat kunnen veroorloven. Het verhaal eindigt in Maastricht, over Maastricht wordt weinig verteld, vooral het kamertje van Emma en het erf van haar baas worden beschreven. Haar kamertje is klein, zonder ramen, maar met een goed bed, en een bureautje. Buiten is een langer oprit voor het huis. En een kolenhuisje. Uiteindelijk eindigt het op de tentoonstelling van de foto’s die door Rudolf gemaakt zijn. Tijdbeschrijving: Het verhaal speelt zich af in de 18e eeuw. In 1845 moesten ze verhuizen naar Kerkrade, omdat ze de pacht niet konden betalen. Het begin: Het verhaal is chronologisch verteld maar er zij ook stukken met een flashback. Het belangrijkste probleem in het boek + de afloop: Emma kampt met verschillende problemen, hoofdzakelijk met de armoede die er heerst in Zuid-Nederland. Hierdoor moet ze 6 dagen in de week hard werken in de mijnen van Kerkrade zonder dat hun leven er op vooruit gaat. Op een dag komt ze in de mijn vast te zitten, samen met Rudolf Brandenburg, een zoon van een van de rijke families, dit levert weer een probleem op, de mensen denken dat ze iets met Rudolf heeft, iets wat echt niet kan. Uiteindelijk komt ze voor een moeilijke beslissing te staan, namelijk: kiezen voor haar familie door er te blijven wonen, of verhuizen naar Maastricht waar ze kan beginnen als dienstmeisje en een beter leven opbouwen. Betekenis van de titel: Het boek heet Zwarte Sneeuw omdat als de mijnwerkers uit de mijn naar boven kwamen de sneeuw zwart kleurde van het koolstof die ze in hun kleding meedroegen.
Biografie van de schrijver: Simone van der Vlugt werd op 15 december 1966 in Hoorn geboren als Simone Watertor. Als kind was ze dol op schrijven. Toen ze op een dag een boek las dat was geschreven door een meisje van twaalf jaar, realiseerde ze zich met een schok dat ook kinderen schrijver konden zijn. Nadat ze haar havo-diploma had gehaald, ging Simone naar de lerarenopleiding voor vakken Nederlands en Frans. Een beroepsopleiding voor schrijvers bestaat niet en als die wel bestond, had ze die waarschijnlijk toch niet gedaan. Een boek gepubliceerd krijgen, is al moeilijk. Een boek schrijven dat zo succesvol is dat je ervan kunt leven, dat leek haar onmogelijk. Maar één van de vakken op de lerarenopleiding was creatief schrijven. Toen ze merkte dat ze die lessen het leukst vond, realiseerde ze zich weer dat ze toch wel heel graag schrijfster wilde worden. Toen ze haar studie had afgerond, waren er geen banen in het onderwijs en ging ze werken als secretaresse bij de bank. ’s Avonds bleef ze echter schrijven aan een historisch jeugdroman. Maar overdag werken en ’s avonds schrijven, dat viel niet mee en toen in 1993 haar dochter Esmée werd geboren, kreeg ze het nog drukker. Maar het boek kwam af. Ze stuurde het naar Lemniscaat en die wilde et publiceren. Dat was De amulet. Gestimuleerd door succes zei ze haar baan op en werd fulltime schrijfster. Mijn beoordeling: Ik vond dit een van de mooiste boeken die ik gelezen heb. De schrijfster heeft het heel erg goed bedacht. Zo kon ik ook voelen en precies een voorbeeld van nemen hoe het echt is. In het leven van Emma kon men echt goed in verdiepen. Wat de schrijfster een goed verhaal heeft gemaakt, is de details. Emma moest een moeilijke keuze maken en ze heeft toch de goede gekozen. Ze wilde graag met een nieuwe leven starten. Ik raad iedereen aan om dit boek te gaan lezen!

REACTIES

I.

I.

Hallo,,

Ik vindt deze boeken echt heel mooi.
zwarte sneeuw is 1 daarvan..
ik moet nu namelijk een verslag maken van een boeken van Simone van der vlugt

doeii Ilse

13 jaar geleden

N.

N.

Wat een grammatica! Mijn zusje is nog beter in grammatica en ik heb geen zusje. Verder wel leuk dat er letters in dit boekverslag zitten.

10 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Zwarte sneeuw door Simone van der Vlugt"