Camera Obscura door Hildebrand

Beoordeling 6.5
Foto van een scholier
Boekcover Camera Obscura
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 6e klas vwo | 2200 woorden
  • 9 augustus 2006
  • 62 keer beoordeeld
Cijfer 6.5
62 keer beoordeeld

Boekcover Camera Obscura
Shadow
Camera Obscura door  Hildebrand
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Titel: Camera Obscura Auteur: Hildebrand Pseudoniem van: Nicolaas Beets Plaats van uitgave: Utrecht Jaar van uitgave: 1989 Eerste druk: 1839 Aantal bladzijden: 448 Samenvatting: De Familie Kegge Hildebrand leert tijdens zijn studie Theologie in Leiden William Kegge kennen. Na een tijd wordt William erg ziek en na drie weken sterft William. Hildebrand verzorgt de begrafenis van William Kegge en schrijft een brief naar de ouders van William over de dood van hun zoon. Twee jaar na de dood van William komt de familie Kegge naar Nederland vanuit de West Suriname. Op een morgen komt de vader van William, Jan Adam Kegge, naar Hildebrand toe om hem te bedanken voor alles dat hij voor William heeft gedaan en nodigt hem uit om bij hem te komen logeren. Hildebrand gaat met meneer Kegge mee naar zijn huis waar hij hartelijk ontvangen wordt. Hij leert hier de familie van William kennen, hij heeft vooral oog voor de zus van William, Henriette. Maar Hildebrand is niet de enige die gecharmeerd van haar is. Ook Van der Hoogen, de muziek leraar van Henriette, heeft een oogje op haar. Hij noemt Van der Hoogen, “de Charmante” en vindt hem maar een gladjanus. Als Henriette een keer een uitnodiging krijgt voor een vergulding, het in goud vergulden van koeken, kan zij niet en gaat Hildebrand er naar toe. Tijdens het vergulden valt een meisje hem erg op: Suzette Noiret. Hildebrand vind haar sereen, en door haar stille voorkomen valt hij op haar. Hij laat haar in vrede vanwege haar ‘betrekkingen’ met een legerofficier die naar Indie gestuurd moet worden. Als Hildebrand een keer naar de bibliotheek gaat komt hij daar de grootmoeder van William tegen en gaat met haar voor het eerst sinds drie jaar over William praten. In de drie jaar dat William dood was had namelijk nog nooit iemand wat over hem gezegd. Als Hildebrand een paar dagen later buiten op straat loopt hoort hij een geschreeuw, hij rent er naar toe en komt net op tijd, hij kan net verkomen dat Van der Hoogen Suzette Noiret aanrandt. Hij begeleidt Suzette naar huis en zij geeft hem een roze briefje waarop Van der Hoogen enkele intimiderende woorden heeft opgeschreven. Gewapend met dit briefje gaat Hildebrand naar Van der Hoogen toe. Deze komt net uit zijn bed en ziet er alles behalve charmant uit. Voor hij Van der Hoogen onder ogen komt luistert hij nog even wat Van der Hoogen tegen zijn kamergenoot Bout te vertellen heeft. Als Bout eenmaal weg is verschijnt Hildebrand op het toneel en voelt Van der Hoogen eens flink aan de tand. Hildebrand attendeert van der Hoogen erop dat hij Suzette Noiret met rust moet laten en zich minder in het huis van de familie Kegge moet laten zien. Als hij dit niet doet zal hij het briefje aan meneer Kegge laten zien en deze zal de Charmante dan voorgoed de entree tot het huis ontzeggen en de naam van Van der Hoogen zal dan voorgoed besmet zijn. Van der Hoogen stemt hiermee in en beloofd aan de voorwaarden te voldoen. Voordat Hildebrand naar huis gaat wil hij nog een ding recht zetten, hij gaat naar de burgemeester toe en vraagt hem om de vriend van Suzette Noiret niet naar Indië te laten gaan. Nadat hij heeft uitgelegd waarom hij dat niet wil zegt de burgemeester dat hij daarvoor zal zorgen. Een onaangenaam mens in de Haarlemmerhout Hildebrand vertelt over zijn verre neef uit Amsterdam, genaamd Nurks. Drie jaar geleden kreeg hij plotseling een brief van hem, waarin hij aankondigt dat hij op bezoek zou komen. Eigenlijk had Hildebrand al andere plannen die dag, maar hij moest deze maar verplaatsen. Boerhave, de vriend waarmee Hildebrand had afgesproken, moest maar met hem en Nurks meegaan. Direct bij aankomst maakt Boerhave al kennis maken met de hatelijke uitspraken van Nurks. Na de koffiemaaltijd begeeft het gezelschap zich Houtwaarts, naar 'Stoffels'. Al snel heeft iedereen last van Nurks' gedrag. Gelukkig kunnen ze hem aan het einde van dag in een diligence weer huiswaarts sturen.
De familie Stastok Op een fraaie dag in oktober komt Hildebrand per diligence aan in de plaats D. Hij wordt daar opgewacht door Keesje en naar het huis van oom en tante Stastok gebracht. Bij aankomst wordt hij hartelijk door zijn familie ontvangen. Hildebrand informeert naar zijn neef Pieter, die in Utrecht studeert. Pieter komt zojuist thuis. Het blijkt dat hij Hildebrand heeft staan opwachten. Hildebrand heeft hem helaas niet gezien. Pieter krijgt de volgende dag zijn kans en laat Hildebrand de stad zien. Al snel blijkt dat Pieter alleen maar kan praten over zijn studie. Hildebrand stelt voor om een potje te gaan biljarten bij koffiehuis 'De Noordstar'. De overige bezoekers van het koffie huis hebben grote lol, want Pieter kan er niks van. De verwaande Pieter merkt op de terugweg op, dat niemand echt uitmuntte. Enkele dagen later zit Hildebrand te lezen in het prieel. Hij praat met Keesje, die hem over vroeger vertelt. Hij blijkt stiekem geld te hebben gespaard, terwijl hij weet dat verpleegden uit 'het Huis' geen geld mogen bezitten. Hij heeft geld geleend aan Klein Klaasje, die in een dronken bui verklapt dat Keesje geld heeft gespaard. Daarop heeft de vader van 'het Huis' Keesjes geld afgenomen. Hildebrand roept de hulp van zijn oom in, die ervoor zorgt dat Keesje zijn geld terugkrijgt. Zondagavond is er visite. De heer Van Naslaan neemt zijn vrouw, dochter en zus mee. De heer Dorbeen is er met zijn vrouw. Op verzoek draagt mevrouw Dorbeen een stuk voor. Daarna is Hildebrand aan de beurt. Hij leest een stuk voor uit 'Als 't kindje binnenkomt' van Victor Hugo. Pieter is geïnteresseerd in Koosje, de dochter van meneer Van Naslaan, maar hij krijgt niet de gelegenheid daar iets van te laten merken. Hildebrand heeft wel iets gemerkt van Pieters toenaderingspogingen en besluit hem een handje te helpen. Hij organiseert een roeitochtje, waarvoor Pieter, Koosje en haar nicht Christientje, de student Dolf van Brammen en zijn zus Amelia uitgenodigd zijn. Pieter voelt zich in de roeiboot niet op zijn gemak. Amelia wil vergeet-me-nietjes plukken, maar hierdoor komt de roeiboot vast te zitten. Pieter duwt de boot los en… valt in het water. Dolf reageert hilarisch en kan het niet laten Pieter uit te lachen. De kwestie eindigt bijna in een vechtpartij. Op de terugweg zit Pieter naast Koosje. De volgende dag keert Hildebrand weer naar huis. Een oude kennis Dr. Hendrik Johannes Bruis brengt een bezoek aan zijn oude studievriend, dr. Deluw. De wandeling naar het huis van dr. Deluw valt niet mee. Het is warm en bij aankomst blijkt dat dr. Deluw niet thuis is. De dienstbode vertelt hem dat de familie bij het buitenverblijf 'Veldzicht' is. Als hij aankomt, wil hij niet dat de meid hem aandient; het moet een verrassing zijn. Hij stelt zich zijn oude studievriend voor, maar de werkelijkheid blijkt iets minder fleurig. Dr. Deluw schreeuwt naar zijn zoontje, terwijl zijn vrouw en dochter geschrokken toekijken. De enige persoon die plezier heeft is een bleke dertienjarige jongen, die om het tafereel moet lachen. Nadat dr. Deluw zijn zoon in het turfhok heeft opgesloten, wendt hij zich tot dr. Bruis. Hij kan zich hem nauwelijks nog herinneren, maar mevrouw Deluw is zo vriendelijk om wat drank in te schenken. Dr. Deluw wordt onverwachts weggeroepen, om een patiënt te helpen. Mevrouw Deluw laat dr. Bruis kennismaken met haar oudste dochter, Mientje. Plotseling springt er een jongeman over de schutting, die Mientjes naam roept. Als hij ziet dat Mientje niet alleen is, vraagt hij naar haar broer. Hij maakt enkele brutale opmerkingen en verdwijnt weer. Dr. Bruis besluit maar afscheid van de familie te nemen. Als ze door de tuin lopen, hoort hij het jongste zoontje roepen: "Buikje!". Hij is al weer ontsnapt uit het turfhok. Bij thuiskomst vertelt dr. Bruis zijn vrouw over zijn bezoek aan dr. Deluw. Hij schetst daarbij een veel positiever beeld, waarin de familie harmonisch samenleeft. Thema: Het thema van het boek is de ‘hogere klasse’ van de bevolking. Deze groep wordt door Hildebrand op de hak genomen. Motieven: Vriendschap, rijkdom, familie Personages: Hildebrand is vaak de hoofdpersoon. Hij is een round character. Over hem kom je veel te weten. Hij wordt geprojecteerd als een held, die alle andere mensen een lesje leert. Alle andere personen zijn typen. Pieter Stastok (‘Familie Stastok’) is een eigenwijze student die zich geen houding weet te geven en zich houterig gedraagt. Zijn ouders zijn vriendelijke huiselijke mensen. Dolf is een voormalig student en een grote bemoeial. Mr. H.J. Bruis (‘Een oude kennis’) is erg dik. Hij heeft het zwaar maar is vol goede moed. Zijn vriend Dr. Deluw is een strenge huisvader. Hij beoefent zijn artsenambt plichtgetrouw.
‘De familie Kegge’. Deze familie is erg rijk. William is overleden. Niemand denkt meer aan hem, alleen zijn grootmoeder. Henriëtte is een knap meisje. Ze is erg verwaand. Haar minnaar, Van den Hoogen is een ‘charmante dandy’. Hij is heel arrogant. Robbert Nurks (een onaangenaam mens in de Haarlemmerhout). Hij is een onbeschofte vlegel, iedereen wordt door hem bespot. Veel mensen raken in verlegenheid van de uitspattingen van Robbert. Verteller en perspectief: Het verhaal wordt verteld vanuit auctoriaal personaal perspectief. Er is ook een ikfiguur: Hildebrand. Tijd: De verhalen worden verteld in omgekeerd chronologische volgorde. Er is geen sprake van tijdrekking of tijdverdichting. De gebeurtenissen vinden plaats in enkele dagen tot weken. De vertelde tijd bedraagt per verhaal enkele dagen tot weken. De verteltijd van Een onaangenaam mens in de Haarlemmerhout is 16 bladzijden, de verteltijd van De familie Stastok is 60 bladzijden, de verteltijd van Een oude kennis is 28 bladzijden en de verteltijd van De familie Kegge is 106 bladzijden. De verhalen spelen zich af in de eerste helft van de negentiende eeuw. Ruimte: De verhalen spelen zich voornamelijk af in onder huiselijke omstandigheden, in Hollandse steden en dorpen.
Motivering van de door mij gemaakte boekkeuze: Camera Obscura is een verplicht onderdeel van het leesdossier, van een door mij gemaakte boekkeuze is dus geen sprake. Eerste persoonlijke reactie op het door mij gelezen boek Het boek was erg saai en ik was dan ook erg blij toen ik het uit had, ik kan me wel indenken dat mensen het ooit leuk gevonden hebben, maar het is gewoon niet meer van deze tijd. Schrijf een kort verhaal van ongeveer 300 woorden met hetzelfde thema als het gelezen boek dat zich afspeelt rond school of scholieren. Het verhaal is gebaseerd op De familie Kegge. Wat een drukte op het schoolplein zeg. Maar hoe kon het ook anders na gisteren. Gisteren, is het alweer een dag geleden? De tijd gaat snel. Hoe heeft het kunnen gebeuren? Hoe heeft het in hemelsnaam kunnen gebeuren? Wouter, zo’n goede jongen. Dit kan niet, het is onwerkelijk. Het is niet gebeurd, hield ik mezelf vol. Rik leeft nog en dadelijk komt hij gewoon het schoolplein op om te vragen wat hier gaande is. De tijd ging voorbij en Rik kwam maar niet. Waar blijft hij, dacht ik. Ik dacht het terwijl ik het wist. Ik wist dat hij niet meer kwam, ik was erbij geweest. Gisteren, na school bij de poort. Hij vroeg mij waar hij een prullenbak kon vinden. Ik stuurde hem voor de grap de kant op van een groep jongeren. Iedereen was al weg op school, zelfs de leraren hielden het voor gezien. Wist ik veel. Kon ik weten dat...de gedachten bleven steken bij wat er gebeurd was. Zinloos geweld. Bij school. Nog nooit had ik er mee te maken gehad. ‘Bedankt voor alles Niels. Je bent een fantastische hulp geweest afgelopen dagen. Echt waar, bedankt recht uit mijn hart.’ Ja, bedankt Niels. We stellen je hulp zeer op prijs.’ ‘Bedankt Niels,’ hoorde ik nu van alle kanten. ‘Bedankt voor alles.’ Ik voelde me gevleid, maar niemand wist waarom ik het deed. Waarom ik heel de begrafenis heb verzorgd. Ze wisten niet dat … dat ik erbij was geweest. Een week geleden. Bij de poort. Mijn gedachten blijven weer steken. Ik moet het vertellen, ik moet het aan iemand kwijt. ‘Niels, we willen dat je een tijdje bij ons komt logeren, heb je daar problemen mee, je ouders misschien? We willen graag nog wat herinneringen ophalen aan Rik.’ Geen probleem, zei ik tegen de vader van Rik. ‘Zou je het erg vinden morgen al te komen, Richard komt ook?’ Richard, wat moet die daar nou?, dacht ik. Die schijnheilige player. Hij had zich vast zelf uitgenodigd. Voor Babette, kan niet anders. Ik dacht aan die keer dat hij Babette bij haar middel greep en de bossen insleurde. Gelukkig was ik erbij, ik kon haar redden. Haar wel, maar Rik niet… Evaluatie over ‘Camera Obscura’: Ik vond het boek moeilijk om te lezen, omdat het taalgebruik niet van deze tijd is, hierdoor moest ik veel woorden achterin opzoeken. Ik heb ook veel gebruik moeten maken van andere verslagen om het een beetje te snappen. De humor was ook niet geweldig, waardoor het boek ronduit saai om te lezen werd. Er werd bij mij medelijden opgewekt door Pieter Stastok, omdat hij zo’n onhandig persoon is. Het maken van het verslag en de verwerkingsopdracht was ook erg lastig, omdat ik de verhalen niet altijd even goed kon volgen.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Camera Obscura door Hildebrand"