Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

De helaasheid der dingen door Dimitri Verhulst

Beoordeling 7.2
Foto van Cees
Boekcover De helaasheid der dingen
Shadow
  • Boekverslag door Cees
  • Docent | 4754 woorden
  • 14 februari 2006
  • 2308 keer beoordeeld
Cijfer 7.2
2308 keer beoordeeld

Boekcover De helaasheid der dingen
Shadow

In De helaasheid der dingen keert de schrijver terug naar zijn geboortegrond in het Vlaamse Reetveerdegem. We maken kennis met zijn vader, Pierre, die zijn paar uur oude zoontje in een postzak op zijn fiets langs alle kroegen van het dorp rijdt om hem aan zijn vrienden te tonen; zijn grootmoeder, wier nachtrust al te vaak verstoord wordt door de politie als …

In De helaasheid der dingen keert de schrijver terug naar zijn geboortegrond in het Vlaamse Reetveerdegem. We maken kennis met zijn vader, Pierre, die zijn paar uur oude …

In De helaasheid der dingen keert de schrijver terug naar zijn geboortegrond in het Vlaamse Reetveerdegem. We maken kennis met zijn vader, Pierre, die zijn paar uur oude zoontje in een postzak op zijn fiets langs alle kroegen van het dorp rijdt om hem aan zijn vrienden te tonen; zijn grootmoeder, wier nachtrust al te vaak verstoord wordt door de politie als die weer eens een van haar dronken zonen thuis komt afleveren; en niet te vergeten de werkloze nonkels Potrel, Herman en Zwaren, voor wie een wereldkampioenschap zuipen het hoogst haalbare is en die leven volgens het adagium: 'God schiep de dag en wij slepen ons erdoorheen'.

De helaasheid der dingen door Dimitri Verhulst
Shadow
De gebruikte uitgave
De roman of misschien wel bundel verhalen verscheen in februari 2006 bij de uitgeverij Contact. Het boek telt 206 bladzijden en op de voorkant staat een afbeelding van een lelijke sanseveria (een plant met slechts drie stengels) In een van de hoofdstukken wordt deze plant meegenomen naar een Iranees echtpaar bij wie de hoofdfiguren naar de live show van Roy Orbison op de televisie gaan kijken.

Genre
"De helaasheid der dingen" is een afrekening met het milieu en de geboorteplaats Reetveerdegem, waarnaar de schrijver Dimitri Verhulst terugkeert. Hoewel de roman het Vlaamse dorpsleven van Reetveerdegem beschrijft, is er toch geen sprake van een streekroman in de traditionele betekenis.


Geschikt voor havo en vwo
"De helaasheid der dingen" is een heerlijke roman om te lezen. Aan de hand van de fraaie pen van Verhulst wordt de lezer gevoerd naar een sappig Vlaams dorpsgebeuren, waar de familie Verhulst zich heeft overgegeven aan drank en seks. Zonder grof te worden maar met een heerlijke portie ironie en sarcasme zal menig lezer moeten lachen om de alcoholprestaties van de vader en de ooms van Dimitri. Eén van de ooms organiseert een drankwedstrijd gebaseerd op de beginselen van de Tour de France. Ook het uiteindelijke thema van de vader-zoonrelatie zal een groot aantal lezers aanspreken. Echt een roman die je achter elkaar uitleest en die je ook nog bij zal blijven als een humorvolle literaire prestatie. Lezen dat boek voor je lijst. Goed te combineren met andere vader-zoonromans als "Karakter" van Bordewijk, "De aansprekers" van Maarten ’t Hart of "Knielen op een bed violen" van Jan Siebelink.

De flaptekst
In "De helaasheid der dingen" keert de schrijver terug naar zijn geboortegrond in Reetveerdegem. We maken kennis met zijn vader, Pierre, die zijn paar uur oude zoontje in een postzak op zijn fiets langs alle kroegen van het dorp rijdt om hem aan zijn vrienden te tonen; zijn grootmoeder, wier nachtrust al te vaak verstoord wordt door de politie als die weer eens een van haar dronken zonen thuis komt afleveren; en niet te vergeten de werkloze nonkels Potrel, Witten en Zwaren, voor wie een wereldkampioenschap zuipen het hoogst haalbare is en die leven volgens het adagium 'God schiep de dag en wij slepen ons erdoorheen'. De helaasheid der dingen is zowel een gevoelige ode aan als een hilarische afrekening met het dorp van een jeugd. Verhulst is een sterk stilist, die met veel gevoel voor timing en vertelkracht de aandacht van zijn lezers vasthoudt van de eerste tot de laatste bladzijde.

Opdracht
Voor Windop. En ter nagedachtenis van mijn grootmoeder, die zich de schaamte wou besparen en stierf terwijl ik de laatste bladzijden van het manuscript voltooide.

Motto
Er zijn twee uitvoerige motto’s.
"Het verbaasde me dat je daaraan je leven kon wijden, de wereld nabootsen en daar niet helemaal in slagen, en wanneer je er wel in slaagt voeg je slechts het vergankelijke aan het vergankelijke toe, dat wat je niet kunt krijgen aan dat wat je niet hebt."
Pierre Michon, Uit: Meesters en Knechten

"Waarom droom ik nu niet meer over mijn moeder? Misschien omdat ik te veel over haar geschreven heb, ik heb zelfs haar mooie profiel verspreid op de omslag van een boek, en ik heb haar aanwezigheid bezworen, zonder ook maar iets te willen bezweren. Mij viel mijn moeder niet lastig, ik heb haar zelf opgeroepen door zoveel over haar te schrijven, maar ik vermoed dat ik uiteindelijk een literair personage heb geschapen, complex, artistiek, ingewikkeld, en daarmee is me de echte moeder ontvallen, de dode moeder. Ik ben de wees van een dode moeder, omdat ik teveel over haar geschreven heb."
Francisco Umbral, Uit: Een wezen van verten


De beide motto’s zijn zo uitvoerig dat ze wat hun betekenis betreft, voor zichzelf spreken. In het laatste motto wordt de verhouding van de auteur met de moeder duidelijk aangegeven. In eerdere romans heeft Verhulst ook over zijn moeder geschreven, wellicht is ze in deze roman om die reden vrijwel onzichtbaar, behalve in het hoofdstuk over de "plaspas".

Thematiek
Verhulst gaat in de roman terug naar zijn geboortedorp. Hij beschrijft met veel humor zijn familieleden en zijn dorpsgenoten. Het is een onbezorgd leven van veel zuipen en neuken. Tegelijkertijd gaat hij in het vervolg van de roman stiekem over op een beschrijving van zijn vader. Ondanks het alcoholgebruik bewondert hij toch zijn vader. Hij vergelijkt zijn eigen rol als vader (vrij liefdeloos tegen het ongewenste kind Joeri) met die van zijn vader. Hij keert in het laatste hoofdstuk terug in zijn geboortedorp en hoewel hij niet neerkijkt op zijn triviale familie (zuipen en neuken doen zijn nonkels) o.a. in het taalgebruik blijkt dat hij er niet meer helemaal thuis hoort. Waar zijn zoontje het nog over "zeiken" heeft, corrigeert zijn vader hem in "plassen". Hij is het milieu waarin hij is opgegroeid, min of meer ontgroeid. Daarom kun je roman ook zien als een vader-zoonroman. Het is geen afrekening met het milieu, maar meer de constatering van de ontheemding van je roots. Het je niet meer thuis voelen in je oorspronkelijke omgeving. Maar Verhulst doet dat in een dergelijk humorvolle stijl dat je vaak moet lachen om de leuke anekdotes in prachtige zinnen die hij op papier weet te krijgen.
Motieven zijn derhalve:
- alcoholgebruik
- seksualiteit
- puberteit
- standsverschil
- dorpsleven

Structuur en verhaalopbouw
Je zou "De helaasheid der dingen" een roman maar evengoed een verhalenbundel kunnen noemen. Het boek is opgebouwd uit twaalf hoofdstukken die allemaal een titel hebben en min of meer zelfstandige verhalen zijn. Eigenlijk zouden de twaalf verhalen los van elkaar gelezen kunnen worden, al zit er natuurlijk wel een doorlopende rode draad in de bundel: nl. de familie Verhulst en nog sterker de vader-zoonrelatie tussen Pie en Dimitri. Dat is bovendien een heel andere verhouding dan die tussen vader Dimitri en zijn eigen zoon Joeri. In principe worden de verhalen wel in een soort chronologische volgorde verteld: van ongeveer dertien jaar tot ruim dertig jaar. Gezien het feit dat Dimitri zelf in 1972 werd geboren en de roman in ieder geval in het laatste hoofdstuk na 2002 speelt (Joeri wint 1500 Euro) is de ikfiguur in dat hoofdstuk ruim dertig jaar.

Perspectief
De verhalen in de roman worden verteld door een ikverteller, Dimitri Verhulst. In het begin van het boek lijkt hij ongeveer 13 jaar te zijn. Zijn nichtje Sylvie komt op bezoek en hij gaat met haar mee naar de kroeg. De ooms maken toespelingen op hun onderlinge verhouding.

De verteller groeit met de vordering van het boek mee. Hij wordt later blijkbaar (wordt niet expliciet verteld) in pleeggezinnen opgenomen, omdat het milieu waarin hij verkeert, slecht is voor de ontwikkeling van een kind. Later wordt zijn vader in een inrichting opgenomen en weer later heeft Dimitri het dorp reeds verlaten. Zijn vader is overleden en één keer per vijf jaar bezoekt hij diens graf. Inmiddels is hij zelf vader en zijn grootmoeder dement geworden. Hij houdt niet van de moeder van Joeri en eigenlijk ook niet van het jongetje zelf. In het laatste hoofdstuk is Joeri al vijf jaar en bezoekt hij met zijn zoontje Reetveerdegem opnieuw om te bekijken wat er van zijn ooms terechtgekomen is. De verteller heeft een cynische blik op het dorp: eigenlijk bestaat zijn familie (zijn ooms en zijn vader) uit zuiplappen. Hun hoogste goed lijkt het om dronken te worden. Het lijkt erop dat de verteller steeds meer afstand wil nemen van zijn geboortedorp.

Stijl van Dimitri Verhulst
De stijl van Verhulst is heel erg mooi. Gloedvol weet hij de omgeving van Reetveerdegem neer te zetten in een humorvolle stijl die precies de nodige afstand tussen schrijver, personages en lezer weet te bewerkstelligen. Het valt helemaal niet moeilijk fraaie zinnen uit het boek te citeren waaruit de kracht van Verhulsts schrijversschap blijkt.
Hieronder volgen drie voorbeelden van de prachtige stijl van Verhulst:
- "Niemand die ooit geduldig in het gras gelegen heeft en een bloem uit een knop zag springen, of die een vlinder zijn larvenlijf zag aan de kapstok hangen en aan het leven beginnen als een ware avatar, zal de kosmische verwondering begrijpen die ik voelde, toen ik Helenes borsten zag ontstaan." (blz. 33)
- "Bij het doorkruisen van alle door de zon in slaap gesuste, roze en dromerige steden, dwars door de Vendése velden, helemaal langs de Loire, die langzaam en stil stroomt, gaan deze mannen en vrouwen het vocht door hun kelen laten vlieden, uitzinnig onvermoeibaar, en ze zullen op hun weg allerlei vlagen van bewusteloosheid en braakneigingen tegenkomen die ze van zich af moeten schudden, hoofdpijnen en diarree doorstaan, ze zullen nieuwe krachten opdoen en de ambitie wekken om iets te zijn, al is het alleen door de kracht van een sterke maag, door de goede werking van de lever, wat toch meer waard is dan helemaal niets te zijn."(blz. 59)

- "Geen enkele vrouw zou met een gerust gemoed mogen bevallen in een katholieke materniteit, waar nonnen altijd uit jaloezie sadistische trekken kunnen vertonen, als ze met hun fikken in een van zonden doorsopt geslachtsorgaan zitten te woelen. Ze zouden wel eens wraak kunnen nemen voor hun eigen leven van onthouding en gebed, en vaker de verlostang hanteren dan nodig." (blz. 172)

Titel
In het woord "helaasheid" zit natuurlijk iets van treurigheid waaraan je zelf weinig kunt doen. En over die dingen gaat het precies in het dorp Reetveerdegem. Dimitri kan er eigenlijk ook weinig aan doen terecht gekomen te zijn in de familie Verhulst: een familie die te lui is om te werken, maar de dag na een zuipprestatie dan ook nodig heeft om bij te komen van de kater. Maar juist die treurigheid weet Verhulst zo leuk te beschrijven, dat de lezer niet mee gaat zitten huilen met de kleine Dimitri, maar de terugkeer naar Reetveerdegem eerder zal beschouwen als een humorvolle afrekening van de auteur met zijn jeugd.

Samenvatting van de inhoud

Een schoon kind
Rosie Verhulst, komt op een bepaald moment terug naar het huis van haar moeder (Dimitri’s grootmoeder). Ze wordt mishandeld door haar man en ze heeft haar mooie dochter meegenomen. Deze Sylvie is de zonde waard. Ze gaat mee naar het café: eerst drinkt ze een beetje fris, maar als de meisjes tweeling van het café (heel lelijke dwergen) opmerkingen maken over haar afstandelijkheid, komt Sylvie los. Op initiatief van een kroegloper André gaat ze aan de biertjes en aan het eind van de avond lalt ze de meest schunnige liedjes mee en moet ze meegesleept worden door de nonkels. Ze is meteen populair bij de familie. Als Rosie hoort dat Sylvie door André is zat gevoerd, laat ze uit haar mond vallen dat André in feite haar biologische vader is. Maar ze dreigt Dimitri dat hij dat nooit mag vertellen. Hij ziet haar voorlopig niet meer.

De vijver van de gezonken babylijkjes
Palmier is een blonde, naar vis stinkende vrouw van wie de leeftijd niet bekend is. Over haar ging het gerucht dat ze enkele kinderen zou hebben verdronken in de vijver bij haar woning. De jeugd van het dorp is gewend om bij de vijver contacten op te doen. Zo ziet Dimitri eigenlijk voor het eerste de ontluikende borsten van zijn meisjes-dorpsgenoten o.a. van de schone Helene. Palmier heeft ook een hond die steeds maar vastgebonden is en waarmee de jongens medelijden hebben. Die hond Blondi wordt echter tijdens het vastgebonden zitten ook nog gedekt en de jongens willen de hond eigenlijk losmaken. Toch mag dat niet van de oude vrouw. Dan worden er ook nog eens jonkies geboren en daarna moeten ze van Palmier de puppies in de vijver verdrinken: ze worden door de jongens in een jute zak gedaan en in de vijver gesmeten. Bij terugkomst is de hond Blondi woedend op de jongens: ze hoeven niet in zijn buurt te komen. Later zegt een dorpsjongen dat hij toch de ketting van Blondi heeft doorgesneden en sindsdien is de hond spoorloos.


De Ronde van Frankrijk
Een van de nonkels, Potrel, heeft de schurft aan het feit dat hij niet mee mag doen met de wereldkampioenschappen zuipen die een lokaal café heeft uitgeschreven. Op het allerlaatste moment had nonkel Herman meegedaan en natuurlijk gewonnen, hoewel hij zijn winst met een ziekenhuisopname moest bekopen. Na de overwinning was hij namelijk gaan rijden en hij had een ongeluk veroorzaakt, maar daarbij had hij ook een gangsterbende opgerold, waardoor hij alleen maar meer aanzien had gekregen. Grootmoeder krijgt het bericht te horen van een jonge agent, die ze op haar nummer zet omdat hij een Latijnse uitdrukking (comateuze toestand) gebruikt.
Potrel zet echter een Tour de Franse op met een aantal zuipetappes, waarbij elke 5 kilometer goed is voor een biertje. Wie het eerst de vereiste biertjes op heeft, wint een etappe en krijgt een trui. De bolletjestrui is voor degene die in een “bergetappe”ook sterke drank weet weg te krijgen. De grap is ook dat de moeder van Potrel (Dimitri’s grootmoeder) denkt dat Potrel zijn luiheid heeft omgezet in sportiviteit en van haar weinige geld koopt ze een nieuwe racefiets voor haar zoon, die hij weer verpatst om de drank voor de Tour de France te betalen. Potrel zet zwaar in tijdens de eerste bergetappe en giet de zware drank achter elkaar naar binnen. Hij krijgt een delirium tremens, maar de jonge agent die dit moet komen vertellen krijgt weer een veeg uit de pan van grootmoeder: hij moet geen Latijn tegen haar praten.

Alleen de allenen (de letterlijke, Nederlandse vertaling van "Only the lonely" van Roy Orbison)
Het is weer eens zo ver. De deurwaarder komt weer een stuk inboedel weghalen,omdat nonkel Zwaren een flinke gokschuld had opgebouwd. Deze keer valt de keus op de televisie. Dat is een klap voor familie Verhulst, want net die avond komt er een live concert van Roy Orbison op de televisie. Maar nonkel Zwaren weet het toch te fiksen. Hij laat de hele familie kijken bij een Iranees immigrantenstel. Ze nemen een bak bier en een oude sanseveria mee als geschenkje. Grappig is dat de Iraniërs beter Nederlands spreken dan de Verhulstjes, die een soort krom migranten Nederlands tegen de immigranten spreken. Maar ze maken er wel een dolle boel van, zuipen er op los, staan op de tafel etc. Alleen Dimitri’s vader heeft het moeilijk bij de bekendste song van Orbison "Only the lonely" (Alleen de allenen). Hij huilt tranen met tuiten en moet naar huis gesleept worden. De Iraniërs hebben een mooi beeld gekregen van inburgering.

Het nieuwe liefje van mijn pa
Dimitri is gewend dat er altijd vrouwen voor de deur staan bij de Verhulstjes. Alle nonkels hebben een typische smaak van vrouwen. Op een dag komt er een prachtige en gedistingeerde vrouw voor Dimitri’s vader Pie. Die ligt nog bij te komen van zijn avondje zuipen van de nacht ervoor. Hij wil niet uit zijn bed komen en vraagt of het soms dat wijf van gisteren is. Uiteindelijk komt hij ongewassen man naar beneden en hij zegt dat hij het hele mokkel niet kent. Dat klopt want het is een vrouw van de Dienst Jeugdzorg die de woonomstandigheden van Dimitri komt onderzoeken. Ze vraagt het één en ander aan Dimitri o.a. over zijn moeder. Dimitri antwoordt, dat zijn moeder een hoer is.

Iets over mijn moeder, mevrouw
In dit hoofdstuk vertelt Dimitri over zijn moeder die een "plaspas" van de overheid heeft gekregen. Je mag dan overal plassen , zelfs wildplassen is toegestaan. Hij vertelt dat hij zijn moeder haat en dat hij graag bij haar wegwil. Ze is nogal dominant aanwezig. Ook geeft ze hem zijn jeugd lang het idee dat hij er de oorzaak van is dat zij incontinent is geworden, omdat ze zo’n moeilijke bevalling met hem heeft gehad. Op een bepaald moment zijn ze op het strand en hij heeft het plan opgevat om weg te gaan bij zijn moeder, maar ze blijft het oog strak gericht op hem houden. Wanneer ze moet plassen en denkt met haar plaskaart voorrang te krijgen bij de strandtoiletten, valt dat tegen. Ze moet nu in zee gaan plassen en op dat moment, ziet Dimitri zijn kans schoon. Hij ziet zijn moeder nooit meer terug.


De pelgrim
"De pelgrim" is de naam van een afkickcentrum en Pie(rre) Verhulst besluit op een morgen dat het zo niet langer kan met zijn drankgebruik. Hij wil zich aanmelden bij het afkickcentrum. Wat zijn andere broers hem ook proberen voor te houden, hij is vast van plan door te zetten. Dan zeggen zijn broers dat ze hem in ieder geval gaan wegbrengen en onderweg naar de inrichting doen ze werkelijk ieder café aan dat op de heenweg ligt. Ladderzat komen ze bij de inrichting aan en net op dat moment besluit een psychiatrisch patiënt naar beneden te springen en zelfmoord te plegen. Het weerhoudt Dimitri’s vader er niet van om toch naar binnen te gaan. Tot groot verdriet van zijn broers, de nonkels van Dimitri. Op de terugweg doen ze natuurlijk weer een aantal cafés aan.

De verzamelaar
De Verhulstjes vormen een familie apart, waartegen in Reetveerdegem nogal wordt opgekeken. Maar een schoolvriendje van Dimitri, Franky, nogal rijk en uit een importfamilie, mag niet langer met Dimitri spelen vanwege diens afkomst. Daarvoor mocht hij steeds naar de verzameling Märklintreintjes komen kijken. Franky doet dat eigenlijk om Dimitri de ogen uit te steken. Ze verliezen elkaar jaren uit het oog, maar als Dimitri jaren later op een verzamelbeurs loopt en een smurf voor zijn eigen verzameling koopt, ziet hij Franky terug. Die verzamelt nu allerlei voorwerpen die met het joodse geloof te maken hebben. Zeer tegen zijn zin praat Dimitri met Franky en die nodigt hem uit nog eens langs te komen in zijn huis. Enkele maanden later belt Franky hem op om de uitnodiging te herhalen. Dimitri gaat tegen zijn zin op bezoek, merkt op dat de man alleen woont: zijn vrouw zal hem verlaten hebben. Dan komt ook de aap uit de mouw, want Franky vertelt hem dat oom Zwaren het met zijn vrouw houdt en dat deze hem daarom verlaten heeft. Hij probeert Dimitri te laten bemiddelen. Die wil zich er helemaal niet mee bemoeien en aan het eind van het bezoek bewondert Dimitri nog de treinverzameling van Frijky. Die is nog uitgebreider en geperfectioneerde geworden. In de wagonnetjes zitten kleine joodse poppetjes.

De genezene
Na drie maanden mag Pie Verhulst op proefverlof uit de inrichting. Hij is van de alcohol af en is behoorlijk aangekomen. Zijn beide broers proberen hem te verleiden mee te gaan stappen, maar Pie wil liever niet. Als hij het weekend droog blijft, mag hij de inrichting binnenkort verlaten. Maar het vlees is toch zwakker dan de geest en Dimitri ziet met lede ogen aan dat zijn vader toch meegaat. Met zijn grootmoeder wacht hij televisiekijkend op de terugkomst van zijn vader, maar die komt de eerste dagen niet meer boven water. Hij heeft het weekend niet droog kunnen houden.

De opvolging is verzekerd
In dit hoofdstuk volgen we de bevalling van Dimitri’s kind. Hij is in het ziekenhuis en uit alles blijkt dat hij niet houdt van de vrouw die van hem zwanger is geworden. Hij wil ook eigenlijk liever niet bij de bevalling aanwezig zijn. Zijn gedachten gaan terug bij de ingang van het ziekenhuis (waar hij staat om te roken) naar het verhaal om zijn eigen geboorte. Natuurlijk zat zijn vader in de kroeg toen zijn moeder moest bevallen. Maar toen hij eenmaal gebeld was met de mededeling dat er een zoon geboren was, was hij naar de kliniek gegaan, had Dimitri uit de wieg gehaald en hem in de postzak (Pie was postbode) aan alle mensen die hij in de kroegen ontmoette, laten zien. Een legendarisch verhaal in Reetveerdegem. De zoon blijkt heel anders over zijn niet gewenste zoon te denken: misschien wordt hij nog wel doodgeboren. Hij zou hem zeker niet trots aan iedereen willen laten zien.

Voer voor etnologen
In dit hoofdstuk is Dimitri opnieuw ouder geworden. Hij bezoekt zijn grootmoeder die inmiddels dement is geworden en niet meer weet of ze haar zoon dan wel haar kleinzoon op bezoek heeft. Ook is er altijd een mongool Marieken bij haar. Eens in de zoveel tijd brengt hij een bezoek aan zijn grootmoeder en de gesprekken gaan natuurlijk helemaal nergens over. Dimitri’s vader is inmiddels overleden. Dan bellen zijn ooms hem op en vragen hem of hij wil meewerken aan een onderzoek van een etnoloog over de teksten van dronkemansliedjes. Dat wordt immers Vlaams cultuurgoed. Dimitri vertelt dat hij vaak niet meer weet dan de eerste regel en hij weigert mee te doen. Daarna komen de broers op het idee om de demente grootmoeder te laten zingen: omdat ze kinds is, zal zij zich de teksten wel weten te herinneren. De opnameploeg komt in het verzorgingstehuis waar zijn grootmoeder is, maar er komt niets uit. Dan besluiten de ooms om bier te gaan drinken; misschien komen de woorden dan wel automatisch, maar nee hoor. Alles mislukt. Als de opnameploeg weg is, begint grootmoeder ineens de tweede regel van een dronkemansliedje te zingen. Ze heeft het dus toch geweten, maar de boel in de maling genomen.


Een nonkel voor dat kind
Dimitri is met zijn 5-jarig zoontje Joeri naar zijn geboortedorp afgereisd. Hij wil zijn ooms nog een keer ontmoeten. In de kroeg wil hij eigenlijk niets drinken, maar daar zijn de ooms niet gevoelig voor. Joeri (ongewenst kind bij zijn ongewenste vriendin) wil op de gokkast spelen. Een oom geeft hem wat geld. De jongen haalt er 1500 € uit en die mag hij van Dimitri niet houden. Oom Herman is daarna blij met die geldsom en hij wint ook nog een belspelletje op de radio en krijgt een bon uit de videotheek. De nonkel rijdt mee naar de videotheek en haalt een film van Bambi voor Joeri. Op de terugweg moet Joeri “zeiken”. Hij moet van Dimitri “plassen” zeggen. Met die veelbetekenende correctie geeft Dimitri eigenlijk aan dat hij zijn geboortedorp ontgroeid is.

Recensies
Kort na het verschijnen van de roman waren er al recensies in belangrijke dagbladen. En over het algemeen was men heel positief over de inhoud van de verhalen en de stijl van de schrijver.
In het Belgische tijdschrift Humo van 24 januari 2006 wordt de roman als volgt gerecenseerd: "In ’De helaasheid der dingen’ (Contact) zoekt dertiger Dimitri Verhulst naar de mooiste woorden voor het lelijkste Vlaanderen. In Reetveerdegem, het Aalsterse barakkendorp dat als locus terribilis van deze autobiografische schetsen fungeert, laten vaders bulderend bierscheten, heffen straalbezopen dwergvrouwen hun rokken op en wint men drie bakken bier wanneer men er als eerste in slaagt de onderbroek van het meisje van de Bijzondere Jeugdzorg van nabij te bekijken. Als men al werkt, is het als facteur, en valt men doorgaans voor tien uur 's ochtends van zijn fiets.
Als weinig andere Vlaamse schrijvers slaagt Verhulst erin dialect te laten klinken als Nederlands, dat bovendien rijmt met zijn nostalgische, soms wat hooggestemde inborst. Wanneer Dimmetrieken in een arcadische scène aan de dorpsvijver de borsten van een zekere Helene 'met een plop' te voorschijn ziet springen, krijgt hij een ’gevoel dat men, indien mogelijk, in potjes zou willen doen. Alinea’s beginnen met de zin 'Ook aan die avond is een eind gekomen', en wanneer Verhulst aan het slot nog eens naar Reetveerdegem terugkeert, is het vol afschuw, onaangepastheid en weemoed.
Anders dan in 'Problemski Hotel' (zijn korte roman over het asielzoekerscentrum in Arendonk) beperkt Verhulst zich hier tot zijn eigen verleden. Dat perkt de thematiek nogal in, maar geeft hem tegelijk de gelegenheid om met hart en ziel te lachen en te huilen, bijvoorbeeld met de alternatieve Tour de France van achttien enthousiaste zuipers – één pint per vijf kilometer, en whisky en wodka voor de Tourmalet. In het heden van Verhulst is er een vaste vriendin en een kind en verantwoordelijkheidszin, en toch ook weer veel verleden: 'Een zetel voor een vertelling is ook waar wij ons naar toe slepen, wij worden elkanders vertelling die één van ons twee zal moeten doen, en ik stel er mij misschien te sterk op in dat zij het zal zijn die het laatste woord zal nemen.' 'De helaasheid der dingen' is een lelijke titel voor een bijwijlen ontroerend boek
".

In de Vlaamse krant De Standaard van vrijdag 27 januari 2006 besluit recensent Marc Cloostermans zijn kritiek met : “Zo zit heel "De helaasheid der dingen" in elkaar. Elk hoofdstuk is een miniklucht en pas laat realiseer je je dat dit ook een vaderboek is: een hulde aan de stuntelige mens die Dimitri's vader was, die probeerde zich te ontworstelen aan zijn verslavingen, maar keer op keer faalde. Tegen de tijd dat je dit beseft, is het al te laat en zit je plots een heel ander boek te lezen: een bloedmooi, uniek relaas van een man die hulde brengt aan zijn vader, terwijl zijn eigen vaderschap een fiasco aan het worden is.

De vlijmscherpe kritiek aan het adres van de niet-marginale Vlaming past perfect in dit vaderboek. De verteller ergert zich aan de zelfingenomenheid van nouveaux riches, die denken dat succes hun aangeboren recht is. Terwijl De helaasheid der dingen net pleit voor het tegendeel: het recht op falen.

Dimitri Verhulst is een schrijver met begrip voor de falenden, authenticiteit en een scherpe pen. Hij is goed op weg de Jacques Brel van de Vlaamse literatuur te worden."


Arjan Peters is in De Volkskrant van 27 januari 2006 ook heel positief:
"Verhulst kan alles nog steeds begrijpen, al is hij zelf mettertijd een ander leven gaan leiden. In taal kan hij terug, maar die woorden staan in welgekozen zinnen gerangschikt, en die zinnen vormen een roman, en daarmee vergroot hij de afstand tussen toen en nu. Want in Reetveerdegem kon en kan iedereen het af zonder literatuur. Luuk Gruwez heeft ervan verhaald, Walter van den Broeck, Boon en Claus vanzelf, Erwin Mortier en Leo Pleysier weten ervan. Nu heeft ‘onze Dimmetrieken’ zijn eigen versie afgeleverd, waarin de drang om af te rekenen tegengas krijgt van de weemoed, en de snijdende humor het opspelende sentiment er haast onder krijgt maar nooit hardvochtig weglacht. Er blijft spanning, en die verheft de roman uit een onderdompeling in streekromantiek."

Op dezelfde dag (27 januari 2006) schrijft Arjen Fortuin in het NRC in een bespreking van twee Vlaamse romans het volgende: "Niet alleen de compromisloze energie waarmee Verhulst zijn woede de vrije loop laat maakt hem een uitzonderlijk auteur, vooral ook de wijze waarop hij bezig is te onderzoeken wat het betekent om Belg te zijn geeft zijn werk een dwingende kracht. Hier is niet iemand aan het graven in zijn verleden omdat hij verlegen zit om een fraaie anekdote. Ook niet omdat hij meent dat gebrek aan kennis van het verleden de eigen cultuur bedreigt. Hier heeft iemand zich op zijn achtergrond gestort omdat hij moet weten waar hij zijn houvast moet zoeken. En iemand die weet dat de literatuur de enige manier is om weer vaste grond onder de voeten te krijgen."

Op 7 februari 2006 bespreekt Jaap Goedegebuure in het Brabants Dagblad de roman: "Grimmigheid is de uiteindelijke ondergrond van dit Terug naar Reetveerdegem. Dimitri Verhulst (die hoogstwaarschijnlijk verre van identiek is met de romancier van die naam) bedelft het publiek niet alleen onder grollen en grappen, maar keilt ze zo nu en dan ook een lading galstenen naar het hoofd.
Hij is verbitterd om alles wat de vrijgevochten Verhulstbende door moraalridders en fatsoenrakkers is aangedaan, maar niet minder verbitterd wanneer hij, door de jeugdzorg uit huis geplaatst en opgevoed in pleeggezinnen, merkt hoezeer hij vervreemd is van zijn oude milieu.
Tegen wil en dank op pelgrimage naar zijn geboortedorp bespeurt hij een niet te onderdrukken weerzin tegen de oud geworden maar nog altijd stug doordrinkende ooms die zijn zoontje bier voorzetten en vieze woorden leren. Nergens meer thuis, dat is Dimitri’s lot."


Over de schrijver
Dimitri Verhulst werd in 1972 in Aalst geboren en debuteerde in 1999 met de verhalenbundel "De kamer hiernaast". Sindsdien heeft hij heel verschillende paden bewandeld. Voor zijn tweede boek "Niets, niemand en redelijk stil" ontwikkelde hij een bijzondere, extreem literaire stijl. Daarna maakte hij een bocht van (minstens) 90° en schreef een tragikomische voetbalroman, "De verveling van de keeper". In 2003 liet hij zich door het Vlaamse literaire tijdschrift Deus ex Machina opsluiten in het Asielcentrum van Arendonk. Wat hij daar zag, levend tussen de asielzoekers, leidde tot "Problemski Hotel": weliswaar fictie, maar dan fictie waar de harde realiteit bovenop is gaan zitten. Spek naar Verhulsts bek. Zijn taalgebruik is direct, van het genre "laten we een kut een kut noemen". Humor is er ook, nogal wrang en cynisch, maar zeker aanwezig. Het is een manier van overleven. En zoeken we niet allemaal een manier om te overleven?

REACTIES

A.

A.

In het hoofdstuk "de verzamelaar" koopt Dimitri wel een smurf, maar zégt hij alleen maar dat hij smurfen verzamelt; eigenlijk doet hij dit niet. Hij ziet niks in verzamelen, en kan er niet zo veel verzameld hebben als hij tegen Franky beweert, als hem dit niet zint.

15 jaar geleden

A.

A.

In hoofdstuk 2 is het Potrel die Blondi losmaakt en niet een dorpsjongen

12 jaar geleden

A.

A.

Er kunnen verschillende reden zijn een boek te lezen. Voor mij kan het o.a. nodig zijn b.v. een "menselijke waarde" te willen ontdekken of "ten minste een beetje opgetild te worden". Alleen maar mooie zinnen? Het gaat tenslotte alleen maar over zuipen, de overtreffende trap daarvan en alles wat dit in zijn kielzog aan sociale ongein achter zich sleept. Zonde van de tijd.

10 jaar geleden

F.

F.

Je schrijft stilist als stylist niet als stilist. Die flaptekst bakt er dus helemaal niks van.

9 jaar geleden

M.

M.

Het woord stilist bestaat wel degelijk en wordt gebruikt om een schrijver met een goede schrijfstijl te omschrijven. Doe in het vervolg eerst onderzoek of het betreffende woord bestaat of niet, alstublieft.

9 jaar geleden

T.

T.

Moest dit boek lezen van de heer Zeelen. Zelden zoiets waardeloos gezien in mijn miserabele leven.

7 jaar geleden

K.

K.

plagiaat

7 jaar geleden

S.

S.

top boek

7 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "De helaasheid der dingen door Dimitri Verhulst"

Ook geschreven door Cees