Hoe overleef ik met/zonder jou? door Francine Oomen

Belangrijke punten Hoofdpersoon: De hoofdpersoon in dit boek is Rosa. Ze is in de puberteit. Ze moet haar stiefbroertje verzorgen omdat haar moeder depressief is. Rosa zit hierdoor ook niet lekker in haar vel ze kan bijna geen huiswerk maken omdat ze het te druk heeft met haar stiefbroertje. Ze e-mailt veel met Jonas en met Esther haar vrienden van vroeger. Rosa heeft blond haar (soms paars). Het probleem: Rosa’s moeder is depressief (en heeft geen werk). Rosa moet al het huishuiden doen. Als het geld op begint te raken vind Rosa dat haar moeder weer moet gaan werken. Rosa’s moeder vindt een baan maar die is in Amsterdam. Dat betekent weer verhuizen en haar vriendje Neuz achterlaten.
De andere personen: Appie: is het stiefbroertje van Rosa. Hij is ongeveer 3 jaar oud. Rosa’s moeder: zij is depressief omdat haar nieuwe vriend Alexander omgekomen is bij een ongeluk in Spanje tijdens hun vakantie. Ze slikt veel te veel slaappillen en drinkt veel alcohol. Neuz: is het vriendje van Rosa. Hij heet eigenlijk Vincent van Gelderens. Hij wordt Neuz genoemd omdat hij een grote neus heeft. Esther: is een vriendin van Rosa. Ze zaten bij elkaar op de basisschool. Esther e-mailt nu veel met Rosa en ze vertellen allebei hun problemen aan elkaar. Jonas: is ook een vriend van Rosa. Omdat Rosa hem al zolang kent vertellen ze hun problemen aan elkaar. Dit doen ze ook via de e-mail. Waar speelt het zich af? Het verhaal speelt zich af in Groningen maar dan verhuist Rosa naar Amsterdam en dan speelt het zich vooral af in de flat waarin ze wonen. Er zijn soms kleine stukjes waar ze op school zit. In welke tijd speelt het verhaal? Het verhaal speelt zich in deze tijd af omdat er Rosa met haar vrienden e-mailt en sms’t. Vroeger kon dat nog niet. De boodschap van de schrijfster Ik denk dat de boodschap van Francine Oomen is dat je in de puberteit niet alles vanzelf gaat. Je zult wel meer problemen krijgen en die moet je dan zien op te lossen. De verteltijd van het verhaal De verteltijd van het verhaal is van 14 oktober tot 3 december. Dat is dus ongeveer anderhalve maand. Samenvatting Rosa heeft voor de tweede keer verkering met Neuz. Haar moeder is depressief omdat Alexander (de nieuw vriend van Rosa’s moeder) omgekomen is bij een ongeluk in Spanje tijdens hun vakantie. Rosa heeft ook een stiefbroertje die Abeltje heet maar zij noemt hem Appie. Omdat haar moeder depressief is kan deze niet voor Appie zorgen en moet Rosa dat doen. Haar vader woont in Den Bosch en zij wonen in Groningen. Rosa moet Appie voor schooltijd bij de creche afzetten en na schooltijd weer ophalen. Ze heeft weinig tijd voor haar huiswerk. Als Rosa boodschappen gaat doen merkt ze dat er te weinig geld is om alles te betalen. Ze zegt tegen haar moeder dat ze moet gaan werken. Rosa en haar moeder krijgen een flinke ruzie. Rosa is blij als ze hoort dat haar moeder eindelijk een sollicitatiegesprek heeft. Maar haar goede humeur verdwijnt wanneer ze hoort dat het in Amsterdam is. Als Rosa’s moeder wordt aangenomen, blijft ze een paar dagen in Amsterdam om daar een huis te zoeken. Ondertussen slapen Rosa en Appie bij Neuz thuis. Rosa zou daar wel altijd willen blijven, zo goed wordt ze daar verzorgt. Als Rosa een gesprek heeft met de moeder van Neuz dan vindt zij dat Rosa en Neuz niet zo vaak met elkaar moeten optrekken Ze zegt dat Neuz geen tijd heeft voor huiswerk en dat het minder goed gaat met hem op school. Rosa heeft het gevoel alsof ze niet meer welkom is. Ze vertrekt de volgende morgen om 05.00 uur en laat een briefje achter met “bedankt”. Die dag komt haar moeder thuis met het nieuws dat ze een flat heeft. Een tijdje later zijn ze verhuisd en Rosa vindt de flat helemaal niks. Maar Rosa is blij dat het met haar moeder veel beter gaat nu ze medicijnen heeft tegen haar depressiviteit. Rosa heeft een aardige buurman die John heet. Hij is schrijver. Hij helpt Rosa met haar huiswerk. Ook haar vriendin Esther komt langs en helpt haar met het uitpakken van de dozen en met het schilderen van haar kamer. En paar dagen later vraagt buurman John of zij meegaat om de hond uit te laten. Als ze in het park zijn probeert John Rosa te zoenen. Ze rukt zich los en dan rent Rosa snel naar huis. Onderweg ziet ze op een andere flat een graffititekening staan: er staat NO FEAR. Ze weet dat dit een uitspraak is van Neuz. De volgende ochtend verteld Rosa wat er in het park gebeurd is. Haar moeder gelooft haar niet. Als Rosa’s moeder op een avond laat thuiskomt van een etentje met collega’s probeert John haar te verkrachten. Rosa wordt wakker, pakt een krukje en slaat ermee op Johns hoofd. Dan bellen ze de politie en wordt John opgepakt. De volgende dag gaat Rosa naar de graffititekening. Er is ook een roos bijgespoten en ze ziet dat er ook een enveloppe bijgeplakt is. Er zit een treinkaartje in voor Groningen. Dat heeft Neuz gedaan. Diezelfde dag gaat ze nog met de trein naar Groningen.