Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Lotte Weeda door Maarten 't Hart

Beoordeling 8.2
Foto van Cees
Boekcover Lotte Weeda
Shadow
  • Boekverslag door Cees
  • Docent | 3072 woorden
  • 27 september 2004
  • 208 keer beoordeeld
Cijfer 8.2
208 keer beoordeeld

Boekcover Lotte Weeda
Shadow

In een Zuid-Hollandse gemeente verschijnt een vrouw die naar het lijkt betrekkelijk willekeurige dorpelingen fotografeert. Het is de bedoeling een fotoboek te maken. Een bejaarde dorpeling raakt volledig van slag door de fotografe. Hij beeldt zich in dat zijn kinderen uit zijn eerste en tweede huwelijk niet van hem zijn. 
Terwijl zijn waan steeds tragische…

In een Zuid-Hollandse gemeente verschijnt een vrouw die naar het lijkt betrekkelijk willekeurige dorpelingen fotografeert. Het is de bedoeling een fotoboek te maken. Een bejaarde d…

In een Zuid-Hollandse gemeente verschijnt een vrouw die naar het lijkt betrekkelijk willekeurige dorpelingen fotografeert. Het is de bedoeling een fotoboek te maken. Een bejaarde dorpeling raakt volledig van slag door de fotografe. Hij beeldt zich in dat zijn kinderen uit zijn eerste en tweede huwelijk niet van hem zijn. 
Terwijl zijn waan steeds tragischer proporties aanneemt en uiteindelijk resulteert in zijn dood, verschijnt het fotoboek. Aanvankelijk zijn de gefotografeerde dorpelingen daar heel gelukkig mee, maar vrij spoedig na het verschijnen van het boek overlijdt de een na de ander. Betekent een plaatsje in het boek een doodvonnis of is dat een waanbeeld? Ook de ik-figuur begint, mede omdat hij zelf bij een paar akelige ongelukken betrokken raakt, langzaam te geloven dat hij ten dode opgeschreven is nu zijn foto in het boek staat.
Door alle tragikomische verwikkelingen heen is er ook, omdat dood en liefde zijden van hetzelfde geldstuk zijn, sprake van halve en hele verliefdheden. En op de achtergrond voltrekken zich de rampzalige gevolgen van een waanbeeld op overheidsniveau: er breken veeziektes uit waarbij miljoenen dieren geruimd worden.

Lotte Weeda door Maarten 't Hart
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Maarten 't Hart Lotte Weeda (2004) Editie De roman verscheen in augustus 2004, zowel in gebonden versie als in paperbackvorm, bij uitgeverij Arbeiderspers te Amsterdam. De roman telt 270 pagina's, gepresenteerd in 39 getitelde hoofdstukken. Op twee na bestaan alle hoofdstuktitels slechts uit een woord bijv. Lotte, Molly, Zomer, Goena-goena, Uitvaartorganist. Na publicatie ontstond er enige commotie, omdat een groot gedeelte van de roman eerder verscheen als de boekenweekuitgave van de Bijenkorf in 2003 onder de naam “De scheltopusik.” `t Hart “leende ”dus stukjes van het verhaal van zijn eigen boekenweeknovelle. Wel heeft hij in de roman namen veranderd en de passages wat ingekort. Motto “Enkel de waan is aan allen gegeven” Deze uitspraak is afkomstig van Xenophanes. Xenophanes is een Grieks dichter en natuurfilosoof die leefde van 580 tot 485 v.Chr. Hij verzette zich fel tegen het antropomorfisme (het vermogen om een menselijke gedaante aan te nemen) van de homerische goden en de onzedelijke gevolgen daarvan. De keuze van dit motto door 't Hart is natuurlijk mede daarom niet toevallig.
Schrijver De in 1944 in Maassluis geboren schrijver publiceerde zijn eerste roman Stenen voor een Ransuil in 1971. Daarna publiceerde hij nog twaalf andere romans en vijf verhalenbundels. Lotte Weeda is de veertiende roman van de schrijver-bioloog. Ook verschenen er vijf verhalenbundels en een aantal boeken met essays. Daarmee mag je hem wel betitelen als een van de productiefste schrijvers van de naoorlogse generatie. Zijn boeken verkopen goed, maar de recensies van gerenommeerde literatuurdeskundigen zijn lang niet altijd lovend. Vooral de huis-, tuin- en keukenschrijfstijl en de kleinsteedse problematiek wordt in dit verband nogal eens genoemd. Momenteel woont de schrijver in Warmond, eveneens een Zuid-Hollandse gemeente. In de roman wordt Warmond door middel van een anagram de plaats Monward. Genre Het boek is een roman en geen literaire thriller. Hoewel de suspense van een detective over het verhaal hangt , is in tegenstelling tot zijn eerdere romans De Kroongetuige en De Zonnewijzer de oplossing van een (mogelijke) misdaad niet het belangrijkste motief in de roman. 't Hart is ook geen echte detectiveschrijver; de term literaire thriller past daarom niet bij dit boek. Geschikt voor het voortgezet onderwijs Het boek is heel goed geschikt voor de literatuurlijst van havo-5 of vwo-6. Het leest vlot,(ook dankzij de prettige bladspiegel en de vele realistische dialogen) er zijn humoristische anekdotes en het verhaal wemelt van korte maar beeldende natuurbeschrijvingen. In het begin van elk hoofdstuk wordt aangegeven in welke tijd van het jaar het verhaal zich afspeelt. De structuur van het boek is helder en eenvoudig. Ook is er relatief veel spanning in de roman. Het zijn allemaal aardige ingredienten voor een boek op de “lijst”.
Decor Het gehele verhaal speelt zich af in een Zuid-Hollandse gemeente met de fictieve naam Monward. Na letteromzetting is Warmond te herkennen. Maar de straatnamen die in Monward worden genoemd, komen niet in Warmond voor. De tijdsduur die beschreven wordt, is ongeveer een periode van drie jaar en wordt gekoppeld aan de kennismaking van de ikfiguur met Lotte Weeda , haar tijdelijke verdwijning en haar terugkeer. De jaren die beschreven worden, zijn de eerste drie jaar van de 21e eeuw. Kenmerkende gebeurtenissen voor datering van de roman in die periode zijn de MKZ-crisis, de uitbrekende vogelpest, de aanslag op de Twin Towers (september 2001) , de oorlogssituatie in Atjeh en Irak. Perspectief Het gehele verhaal wordt verteld in de ikvorm door een overigens niet bij name genoemde en door zijn vrouw verlaten bioloog. Deze ik-verteller vertoont opvallende gelijkenissen met Maarten 't Hart zelf. Hij is eveneens bioloog, opgegroeid in een havenstadje met gereformeerde achtergrond (Maassluis), heeft een voorkeur voor de transseksuele Sirena, is door bezuinigingen van de Leidse universiteit gestuurd. De verteller citeert ondanks zijn atheïstische houding lustig met bijbelteksten , zoals dat ook in eerdere autobiografische werken als De Aansprekers en Het vrome volk het geval is. Hij is organist bij rouw-en trouwdiensten, heeft een voorkeur voor klassieke muziek en een afkeer van hedendaagse “poptinnif”. De ik-verteller schrijft een voorwoord in het fotoboek van Lotte Weeda, zoals 't Hart zelf ooit een voorwoord heeft geschreven in het fotoboek over de inwoners van Warmond. Toch mag je in een dergelijk geval niet klakkeloos overnemen dat de ik-verteller 't Hart zelf is. Er is sprake van een literaire transformatie, al maakt een schrijver natuurlijk vrijwel altijd gebruik van autobiografische elementen. Vertelwijze Het verhaal wordt chronologisch verteld : er zijn geen ingrepen in de vertelde tijd door middel van flash backs. De tijdsduur van het verhaal is ongeveer 3 jaar, waarschijnlijk van 2000-2002. (zie hierboven) De compositie is sterk ; er wordt naadloos doorverteld naar het einde van het verhaal. Hier en daar maakt de schrijver sprongen in de tijd van enkele maanden. Naamsymboliek 't Hart gebruikt in de roman (ietwat te opzichtig) namen met een voor de hand liggende symbolische betekenis. Het dorp Monward is eenvoudig om te zetten in Warmond. De fatale fotografe Weeda draagt de voornaam Lotte, wat wijst op de noodlotsgedachte die veel Monwarders hebben: wie in het fotoboek staat, zal om het leven komen. Binnen drie jaar zijn inderdaad meer dan 150 van de 200 door Lotte gefotografeerde inwoners op de een of andere manier doodgegaan. De protestantse dominee draagt de naam Maria. Misschien is de ik-verteller wel het meest op haar verliefd en komt ze als de ideale vrouw in de roman naar voren. Ze draagt op de kansel een blauwe toga ( de rituele kleur van Maria is immers blauw) en ze vertrekt aan het einde van de roman uit Monward, omdat ze nu nog niet te oud is om kinderen te krijgen (Maria als ideale moedertype). De transseksueel Sirena uit Somalie, de enige verhaalfiguur met wie de toch vrij verlegen ogende verteller een aantal zeer intense seksavontuurtjes beleeft, ontleent haar naam aan de Griekse sirenen, de verleidelijke vrouwen die zelfs het stabiele evenwicht van de verstandige Odysseus konden verstoren. Het fotoboek van Lotte Weeda draagt ook al de symbolische naam Sluitertijden. De schilderes Molly doet haar voornaam alle eer aan.
Thematiek Theophanus' motto van de roman boek over de waan die allen kan treffen, wordt op diverse niveaus uitgewerkt. De allesomvattende waan is natuurlijk de gedachte van de gefotografeerde inwoners van Warmond dat degenen die in het fotoboek van Lotte Weeda staan afgebeeld, binnen een bepaalde periode zullen sterven. Er lijkt ook alle reden toe, immers binnen drie jaar zijn meer dan 150 van de 200 afgebeelde inwoners overleden en lang niet allemaal op natuurlijke wijze. Eigenlijk komt er op de vraag die in de roman wordt opgeroepen, niet een heel duidelijk antwoord. Het einde is daarom wat onbevredigend. Er zijn echter nog andere wanen of waanzinnen in de roman te ontdekken. Eerst raken de Monwarders van de kook door een zogenaamd ontsnapte slang uit het huis van Leonora en Abel. Het is echter geen slang, maar de gehele mediawereld stort zich op het verdwenen exemplaar, dat uiteindelijk een ongevaarlijke, pootloze hagedis (de scheltopoesik) blijkt te zijn. Vervolgens is er de waangedachte van Abel, die ervan overtuigd is dat zijn vrouw een echte “stoephoer” is en dat zijn kinderen uit het eerste en tweede huwelijk niet van hem zijn. Zelfs de DNA-test kan hem eigenlijk niet goed overtuigen. Leonora lijdt onder die waan en stort zich wanhopig in de armen van de verteller, die zich een keer laat zoenen en dan eigenlijk geen sjoege meer geeft. Hij is meer bezeten van Lotte, Sirena en Maria (die alle typen van een verschillend soort vrouw vertegenwoordigen resp. het geheimzinnige, de seksueel aantrekkelijke en het moederlijke) Een laatste waan is nog de opvatting van de regering om besmette gebieden (MKZ-virus en vogelpest) massaal te ruimen, terwijl niet bewezen is dat dit voor de maatschappij het beste is. Immers, er zijn vaak goede vaccins op de markt. Hier drijft 't Hart als bioloog-verteller de spot met de overheidsinstanties, zoals hij dat eerder in het verhaal deed met de mediahype. Vermakelijk is het hoofdstuk waarin vier “rijksmoordenaars” ganzen komen “ruimen.” Eigenlijk wil de schrijver met de roman aangeven dat we anno 2000 worden geregeerd door de waan(zin) van de dag. Op blz. 104 zegt de verteller : “…..en tegen wanen is geen kruid gewassen.” Andere vaak door Maarten `t Hart gehanteerde motieven die in deze roman terugkeren , zijn : de citaten uit de Bijbel, de afkeer van de Rooms-katholieken, de voorliefde voor klassieke muziek, de liefde voor de natuur, het eenvoudige dorpsleven, travestie, het mysterie van de dood, liefde en seksualiteit. Samenvatting van de inhoud Beginzin: “Kleed je maar uit”. Terwijl de ikfiguur zich naakt laat schilderen door Molly, de schilderes van het dorp Monward, maakt hij kennis met Lotte Weeda. Ze is fotografe en heeft na het succes van haar eerste fotoboek over inwoners van haar eigen geboortedorp opdracht gekregen om een fotoboek te maken van Monward. Frappant is dat de vrouw die in het eerste fotoboek prominent wordt afgebeeld, kort daarna is overleden. Aangezien de ikfiguur furore heeft gemaakt met een internationaal bekend boek over seksualiteit De seksuele buiteling is hij in Monward beroemd. Lotte vraagt hem het voorwoord voor haar boek te schrijven. Ze is zelf een 42-jarige, kleine maar zeer aantrekkelijke vrouw van Indonesische afkomst die de harten van diverse inwoners op hol brengt. Ook de verteller voelt zich erg tot haar aangetrokken. Ze vraagt hem kort daarna dan ook of hij haar, als kenner van Monward, wil rondleiden met het doel te mede te bepalen welke inwoners gefotografeerd moeten worden. Zelf is de verteller nogal gecharmeerd van het protestantse domineetje Maria, maar Lotte eigenlijk niet. Ze fotografeert ook de Somalische eigenares van een beautysalon die een sterke seksuele uitstraling heeft. Deze Sirena is een travestiet, denkt Lotte. Ze merkt dat de ikfiguur zich tot Sirene voelt aangetrokken. Intussen is ook de graaf Abel helemaal ondersteboven van Lotte en dit heeft zijn uitwerking op de relatie met zijn vrouw Leonora . Hij verkeert in de waan dat ze een slet is die het met alle mannen doet, en dat zijn kinderen uit het huwelijk met haar niet van hem zijn. Deze waan gaat steeds verder en ook zijn kinderen uit zijn eerste huwelijk moeten het ontgelden. Zijn kleinzoon heeft een onbekend reptiel meegenomen uit Joegoslavie en omdat de verteller bioloog is, wordt hem gevraagd te onderzoeken wat het is. Hij komt erachter dat het eigenlijk een ongevaarlijke pootloze hagedis is, (scheltopoesik) maar daar willen de andere personages eigenlijk niet aan. De ik-verteller komt in het huis van Leonora en Abel als graag geziene organist. Abel wordt rustig van het orgelspel, omdat het hem aan zijn moeder doet denken. Dan blijkt dat Leonora de scheltopoesik heeft laten ontsnappenen en dat ze niet wil dat de bioloog het dier dat nog in haar tuin rondzwerft, weer zal vangen. Omdat ze niet meer door haar man wordt bemind, stort ze zich op een zeker moment in de armen van de bioloog. Ze is zeer aantrekkelijk, maar toch is de gescheiden verteller eerder overrompeld dan aangenaam verrast en hij weet niet hoe hij dat een vervolg moet geven. De waan van haar man houdt gelijke tred met de waan van de media die zich in de komkommertijd van het zomernieuws storten op de ontsnapte “slang.” De bioloog vertelt voor de televisie dat het eigenlijk niets voorstelt, wat hem de toorn van de Monwarders bezorgt. De schilderes Molly komt hem daarna voorstellen om een latrelatie aan te gaan. Alleen is immers maar alleen, maar omdat ze niet kan fluiten, wijst de verteller haar af. Ze beseft dat ze het eigenlijk moet afleggen tegen de fotografe Lotte en verlaat scheldend zijn woning. Later neemt ze wraak door het naaktportret van de ikfiguur aan de sponsor van het fotoboek te verkopen. Enige tijd later is het fotoboek klaar en wordt het door Lotte gepresenteerd. Samen met de ik-verteller signeert ze de boeken; de uitgave is snel uitverkocht. Het voorwoord is herschreven en zelfs dat heeft Lotte weer veranderd. Ze heeft de verteller onverwacht afgebeeld met een zeis (de dood wordt vaak afgebeeld als een man met een zeis) tegenover de sensuele Sirena, waardoor het lijkt of deze twee samenspannen. De verteller ontmoet een kereltje dat graag voor spion wil doorleren. Aan het einde van de presentatie vraagt Lotte hem of hij met haar mee wil naar Atjeh om de oorlogssituatie daar te fotograferen. De ik-figuur weigert. Intussen is de situatie bij Leonora thuis zo slecht dat ze door Abel wordt geslagen. Ze vraagt de bioloog om eventueel bij hem in het logeerbed te mogen slapen, wanneer Abel weer handtastelijk wordt. Zover komt het echter niet, want Abel sterft na een nieuwe uitbarsting aan een hartaanval. Hij is een van de inwoners die in het boek stond afgebeeld. Intussen zijn er al tien overleden, maar omdat enkelen van hen oud en der dagen zat waren , hoeft er nog geen reden tot paniek te zijn, vindt o.a. dominee Maria. De verteller heeft de scheltopoesik inmiddels gevangen en hij weigert het beest na de begrafenis van Abel terug te geven aan de kleinzoon, die hem heeft meegenomen uit Joegoslavie. Hij zal het dier zelf terugbrengen, zegt hij tegen het jongetje. Sirena en de “ik” ontmoeten elkaar bij toeval op een van zijn dagelijkse wandelingen met zijn hond Anders en maken een afspraak om te gaan eten: het is een avond met hele kleine porties en een hele hoge rekening, maar het eerste serieuze contact is gelegd. Intussen komen er steeds meer sterfgevallen in het dorp. Sommige bewoners maken reeds reserveringen voor mooie plaatsen op het kerkhof. Zo is o.a. de sponsor van het boek doodsbenauwd dat hij slachtoffer van Lotte zal worden. De bioloog tracht hem gerust te stellen. Maar enige tijd later blijkt dat hij met zijn gezin omkomt bij een Airbusongeluk. Sirena wordt nu toch ook bang en komt bij de bioloog thuis om haar angsten te bespreken: het leidt tot een zeer onverwachte en even heftige vrijpartij tussen Sirena en de verteller. Ze bekent dat dat haar vriendje impotent is en ze geeft toe dat ze een transseksueel is. Een vriend van Abel, Taeke Gras, (Fries van oorsprong) vermoedt dat er iets loos is met de foto's. Lotte zou er goena-goena-praktijken (lees: zwarte magie) op nahouden : ze komt immers uit Indonesie. Hij belegt een bijeenkomst voor belanghebbenden, die overigens maar matig wordt bezocht : er zijn er immers al veel afgebeelde inwoners dood. Er komt een tweede seksuele uitspatting wanneer de verteller Sirena opzoekt in haar beautysalon. Hij zegt haar toe haar hoge tandartsrekeningen te betalen. Taeke Gras wil met de dominee en de bioloog die in zijn vrije uren immers uitvaartorganist is, de muziek van zijn begrafenis doornemen. Een dag later springt hij in het kanaal en raakt in coma. Hij blijkt aan slokdarmkanker te lijden en overlijdt na enige tijd, zonder dat zijn familieleden uit Friesland hem ook maar een keer hebben bezocht. De begrafenis wordt een genante aangelegenheid, omdat een broer van Taeke een nare toespraak over de dode houdt. De bioloog redt de vertoning, omdat hij met zijn orgelspel een einde maakt aan de toespraak, waarvoor ook Maria die de begrafenis leidt, hem erg dankbaar is. Intussen komt ook de verteller in aanraking met nare voorboden van de dood. Een Duits bedrijf wil zijn vertaalde boek als kerstgeschenk aanbieden, maar zelf wil hij niet naar Duitsland om het boek te signeren. Dan laat de uitgever 500 stuks bij hem afleveren, maar de bestelauto kan zijn woning niet bereiken,omdat er te grote zijtak van een boom voor de truck hangt. De verteller besluit de tak voor de volgende dag weg te halen met een kettingzaag. Maar hij valt uit de boom en weet ternauwernood de kettingzaag te ontwijken. De volgende dag komt een klein bestelautootje de gesigneerde boeken weer ophalen, maar nu kan het voertuig de woning niet bereiken, omdat er een grote tak over de weg ligt. Een tweede waarschuwing krijgt de hoofdfiguur wanneer hij als deskundige voor een televisie-uitzending over klonen wordt afgehaald door een taxichauffeur die alle mogelijke verkeersrisico's neemt, omdat zijn vriendin in 1975 omgekomen is bij de vliegtuigramp op Tenerife. Zijn grootste hobby is spookrijden. Hij vraagt de verteller of hij een keer mee wil, wanneer hij weer aandrang tot spookrijden voelt. Als de verteller de uitzending over klonen bij Sirena wil kijken, komt op het moment dat ze hem omhelst, haar vriendje Geert binnen. De jaloerse jonge man komt een dag later verhaal halen. (weer een waarschuwing) Wanneer de “ik” vertelt hoe ze elkaar hebben leren kennen nl. door het fotoboek, vermoedt Geert dat Sirena en Lotte onder een hoedje spelen en er een chantagepraktijk bij de dorpsbewoners op na houden, zonder dat hij daarvan weet. Hij zal Sirena mores leren. Die wordt telefonisch gewaarschuwd door de verteller en vlucht naar diens huis om voor de derde keer van zijn seksuele buitelingen te kunnen genieten..De verteller-bioloog heeft intussen onderdak geboden aan een ooievaar en zes ganzen die voor de vogelpestruiming uit een besmet gebied gesmokkeld zijn. Komisch is het hoofdstuk waarin vier “rijksmoordenaars” proberen de ganzen te vangen en later twee politieagenten de ganzen met hun dienstpistolen niet weten te raken. De verteller weet via het jongetje dat spion wilde worden (en dat hij van de fotopresentatie kent) dat er een folder in het dorp verspreid is, waarin Lotte geld vraagt voor de oorlog in Atjeh. Het blijkt dat diverse dorpsgenoten geld hebben gestort omdat ze denken dat ze daarmee hun dood kunnen afkopen. Ook Sirena heeft de vierduizend euro voor de tandartsrekeningen op het gironummer voor de slachtoffers van Atjeh gestort. Ook zij was namelijk als de dood dat ze het leven zou moeten verliezen; haar gebitsreparatie kon nog wel even wachten. Op een zomerdag komt dominee Maria vertellen dat ze Monward gaat verlaten. Ze is 35 en wil nog wat van haar leven maken. Eigenlijk wil ze kinderen en ze zou wel met de bioloog willen trouwen. Ook dit aanbod neemt hij niet aan en Maria zal het dorp Monward verlaten. Als ze vertrekt, bekoelt hij zijn onmacht op een stapel boomwortels, maar hij wordt gestoken door een aantal wespen. Normaal zou hij dit niet overleven, omdat hij allergisch is voor wespensteken, maar de volgende dag ontwaakt hij weer. Terwijl hij bezig is met de takken in een hakselmachine te doen, komt er een gedaante aanlopen. Pas op het laatste moment herkent hij Lotte. Ze heeft Indonesie halsoverkop moeten verlaten en durft niet naar huis vanwege de Indonesische geheime dienst ( een kleine waan?) Hij zegt dat ze een aantal dagen bij hem mag logeren. Als ze rustig in slaap valt, tuurt hij naar buiten. “ In mijn boomgaard graasden vredig de waakzame ganzen.” (slotzin)

REACTIES

R.

R.

Eens weer wat anders dan de lerende leerling. FORMIDABLE.
Bedankt, dat stukje is zeer bruikbaar. Goed geformuleerd, en op een wel doordrachte manier op papier gezet.

19 jaar geleden

L.

L.

geweldig! Ik was al bang dat er nog geen uittreksels te vinden waren, anders moet je het boek zo goed lezen.
Ik had al die symbolieken en wanen niet echt door: Dank u wel!
Mooi verslag, ik heb er echt veel aan.

Ludo

19 jaar geleden

A.

A.

Beste Kees van der Pol,

ik las uw uittreksel van Maarten't Hart met Lotte Weeda op scholieren.com, en ik wilde u hierover eigenlijk nog een vraag stellen, dit omdat mijn docente nederlands dit boek niet heeft gelezen.
In welke literaire stroming behoort dit boek, en in welke plaats in de literatuurgeschiedenis staat dit boek.

Groetjes André

17 jaar geleden

A.

A.

Het boek van de ik-figuur heet niet "de seksuele buiteling" maar "de roekeloze buiteling". Deze fout wordt ook klakkeloos overgenomen in andere boekverslagen.

8 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Lotte Weeda door Maarten 't Hart"

Ook geschreven door Cees