Lijmen / Het been door Willem Elsschot

Beoordeling 7.8
Foto van een scholier
Boekcover Lijmen / Het been
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 5e klas havo | 3234 woorden
  • 8 januari 2004
  • 28 keer beoordeeld
Cijfer 7.8
28 keer beoordeeld

Boekcover Lijmen / Het been
Shadow
Lijmen / Het been door Willem Elsschot
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
1. Beschrijvingsopdracht • Korte motivatie van je boekkeuze: Eerlijk gezegd moest ik gewoon een boek met veel bladzijdes hebben, want in maart moet ik wel 2400 bladzijdes gelezen hebben. En ook de tijd waarin het boek geschreven is, was ook belangrijk. • Eerste persoonlijke reactie: interessant > hoe ‘lijmt’ Laarmans alle klanten, dat is wel interessant
werkelijk > Hoe het beschreven word, komt best werkelijk over
geloofwaardig > Zulke praktijken als uit het boek, komen nu ook nog voor

leerzaam > Er zit een les, word niet zoals Boorman en later Laarmans
ingewikkeld.> Het is soms best ingewikkeld geschreven • Korte samenvatting van de inhoud: Het boek begint bij Laarmans. Hij zit in het café als hij Boorman ziet. Dit inspireert hem tot het vertellen van een verhaal dat vijftien jaar geleden is begonnen. Vijftien jaar geleden ontmoette hij Boorman voor het eerst. Meneer Boorman, directeur van ‘Het algemeen wereldtijdschrift voor financiën, handel, nijverheid, kunsten en wetenschappen’, bood hem een contract aan. Laarmans zou voor een idioot hoog salaris voor hem kunnen werken. Geen ingewikkeld werk, gewoon uitvoeren wat Boorman van hem vroeg en misschien over tien jaar de zaak overnemen. En lijmen. Lijmen, het eigenlijke vak van Boorman en nu ook van Laarmans, die dit later pas doorkrijgt. Boorman lijmt klanten om ze op die manier zo veel mogelijk wereldtijdschriften te verkopen. Hij schrijft een aardig stukje over het bedrijf van de klant (lees: hij vervangt in een al bestaand artikel de producten en de namen, zo kan een artikel over piano’s weer gerecycled worden bij een artikel over houten bedden) en zorgt ervoor dat de klant zoveel mogelijk exemplaren bestelt –wat hem ook vaak lukt doordat zijn artikelen puur geslijm zijn. Bakken met geld haalt hij al tijden op deze manier binnen. Laarmans en Boorman gaan samen op stap. Na een aantal mislukte lijmpogingen, laten ze hun oog vallen op de firma Lauwereyssen, producent van keukenliften. De firma staat onder leiding van mevrouw Lauwereyssen, die de heren ook ontvangt. Vervolgens doet zij haar relaas over haar been, waarvoor ze al met allerlei zalfjes in de weer is geweest maar niets helpt. Boorman toont zijn (zogenaamd grote) medeleven en lijmt mevrouw Lauwereyssen. Laarmans treedt op als redacteur van deze aflevering van het wereldtijdschrift, hij verandert een oud nummer. Ze zetten opnieuw gang richting de firma Lauwereyssen, waar zij het concept voorleggen aan mevrouw Lauewreyssen. Ze is ontzettend enthousiast en bestelt, na tekening van het contract, maar liefst honderdduizend exemplaren –veel te veel natuurlijk. Tevreden met deze zeer geslaagde lijmpoging keren Boorman en Laarmans huiswaarts. Niet lang daarna verschijnt meneer Lauwereyssen, de broer van mevrouw Lauwereyssen, aan de deur. Ze willen het contract terugdraaien. Maar volgens Boorman is het te laat voor terugkrabbelen, alles is al besteld. Vervolgens mag Laarmans elke maand langs de firma Lauwereyssen om het (hoge) termijnbedrag op te halen. Hij voelt zich vreselijk schuldig en wordt op de firma met de nek aangekeken. Gelukkig hoeft hij de laatste termijn niet op te halen, deze heeft Boorman de firma kwijtgescholden. Maar mevrouw Lauwereyssen staat erop alles te betalen. Laarmans schuldgevoel groeit en groeit. In Het Been vertelt Laarmans ons opnieuw dat hij een verandering heeft doorgemaakt. Hij werkt nog steeds voor Boorman als zij op een dag mevrouw Lauwereyssen tegenkomen. Haar been blijkt te zijn afgezet. Niet alleen rijst Laarmans’ schuldgevoel hierdoor de pan uit, ook Boorman begint last te krijgen van zijn geweten. Hij beschuldigt zichzelf ervan dat als hij de firma Lauwereyssen niet gelijmd had, mevrouw Lauwereyssen genoeg geld zou hebben gehad een goede dokter te bezoeken. Hij besluit hierop dat hij haar al het geld wil teruggeven. Maar voor zo’n gift is mevrouw Lauwereyssen te eerlijk en bovendien wenst ze niets te ontvangen uit handen van de man die haar zo gelijmd heeft. Omdat Boorman zo gekweld wordt door zijn schuldgevoel, spant hij een rechtszaak aan tegen mevrouw Lauwereyssen om haar via die weg te dwingen het geld aan te nemen. De eiser is de gever en de gedaagde de ontvanger. Hij kan echter niet genoeg bewijs aanleveren en wordt door de rechter in het ongelijk gesteld. Op een keer ziet Boorman dat het pand inclusief inventaris geveild wordt. Bij die inventaris hoort ook vierduizend kilo oud papier. Boorman ziet zijn kans en brengt een bod uit op het oud papier, ter hoogte van het bedrag dat hij mevrouw Lauwereyssen altijd al terug heeft willen geven. Iedereen vindt het krankzinnig en de politie brengt hem naar het gekkenhuis. Laarmans weet hem hier weer uit te krijgen. Dan worden Boorman en Laarmans uitgenodigd door Jan, de neef van Laarmans. Toevalligerwijs blijkt deze een kennis te zijn van mevrouw Lauwereyssen. Boorman en mevrouw Lauwereyssen ontmoeten elkaar, verzoenen zich en als Boorman er op aandringt haar toch het geld te geven, besluit zij dit door te geven aan een goed doel. Maar voor Laarmans is het genoeg geweest. Hij stopt met werken voor Boorman. En hoewel hij van hem houdt als zijn vader, besluit hij hem nooit weer te willen zien. Boorman zal pas rust vinden na zijn dood, zo concludeert hij. 2. Verdiepingsopdrachten A analyse van de tekst • Personages: - Frans Laarmans: Hij is één van de hoofdfiguren in de twee verhalen. Hij ondergaat verschillende gedaantewisselingen. Voordat hij in dienst komt bij Boorman, is hij een idealist, met lang haar en een baard. Zodra hij aangenomen is als secretaris, gaat zijn baard en zijn haar eraf. Hij draagt dan een klein snorretje en is een harde zakenman geworden. Aan het eind van het tweede verhaal kan hij toch niet meer overweg met zijn manier van zakendoen en neemt hij een keurige (saaie) kantoorbaan aan. Eigenlijk is hij een heel zwakke persoonlijkheid, maar aan het eind van het verhaal neemt hij zelf een beslissing, door te stoppen met het werk dat hem wroeging oplevert. Zijn leeftijd zal rond dertig jaar liggen. Verder wordt duidelijk dat hij graag verzen schrijft. - Ch. A. Boorman: Hij is de tweede hoofdfiguur in het boek. Hij is de oprichter van het Wereldtijdschrift. Hij is een slimme zakenman, die over de rug van zijn klanten veel geld verdient. Toch krijgt hij last van schuldgevoelens nadat zijn vrouw overleden is. Hij doet er alles aan om dit af te kopen. Wanneer dat gelukt is, gaat hij echter vrolijk verder met zijn lucratieve onderneming. Waarschijnlijk is hij een jaar of vijftig. - Mevrouw Lauwereyssen: Zij runt samen met haar broer een smederij, waar keukenliften vervaardigd worden. Zij heeft de zakelijke en technische leiding over de firma. Ze laat zich overhalen om honderdduizend exemplaren van het Wereldtijdschrift te bestellen. Ze heeft een kwaal aan haar been, die ertoe leidt, dat haar been afgezet wordt. Ze is een zeer trotse vrouw: ze wil het geld van Boorman niet aannemen. - Dikke Jeanne: Dikke Jeanne is de eigenaresse van het café tegenover de firma. In het eerste verhaal is zij heel dik, in het tweede is ze door haar suikerziekte erg vermagerd. Ze houdt de buurt scherp in de gaten en kan daarom informatie verschaffen aan Boorman en Laarmans. - Jan Laarmans: Jan Laarmans is de broer van Frans. Hij is pastoor en zorgt dat Boorman weer in het reine met zichzelf komt. Ook helpt hij Frans, nadat hij zijn baan bij Boorman heeft opgezegd, aan een nieuwe baan en een vrouw. - De ik-figuur: Over de ik-figuur is niet veel bekend. Hij is een oude kennis van Laarmans, die hij af en toe tegenkomt. Hij vertelt de verhalen die hij hoort van Laarmans. • Thematiek: Het thema van de verhalen is het conflict dat de hoofdpersoon (Laarmans) met zichzelf heeft. Hij vindt het niet leuk wat hij doet, maar hij wil er eigenlijk ook nog niet mee stoppen. Aan de ene kant wil hij veel geld verdienen en aan de andere kant heeft hij berouw van de manier waarop hij dat doet. • Tijd: De vertelde tijd is 220 pagina's. De vertelde tijd kan ik beter verdelen over de twee delen. Als eerste wil ik het hebben over de vertelde tijd in het deel Lijmen. Het verhaal in her heden neemt slechts twee dagen in beslag. De "ik" ontmoet Laarmans, die hem de volgende dag iets vertelt over zijn leven. Dit verhaal vond ongeveer tien jaar geleden plaats en duurt ongeveer een jaar. Na "Lijmen "volgt natuurlijk "Het been". Hierin is de vertelde tijd in het heden slechts enkele dagen. Er vindt een ontmoeting plaats op een namiddag tussen de "ik"en Laarmans. Laarmans nodigt hem opnieuw bij hem thuis uit op een zondagmiddag. Het is niet precies duidelijk hoelang ertussen de namiddag en de zondag is dus houd ik het op een paar dagen. Het verhaal dat Laarmans vertelt en dus in het verleden is gebeurt speelt 5 jaar na de gebeurtenissen in lijmen. ( Dit kan eigenlijk niet, omdat de ontmoeting tussen de "ik" en Laarmans tien jaar na het lijmen van de firma Lauwereyssen plaatsvindt. Deze fout is misschien gemaakt, omdat Elsschot het vervolg op Lijmen vijftien jaar na afronding van hetzelfde boek schreef. Hij stopte met schrijven, omdat hij geen waardering voor zijn werk vond in België. Door aansporing van Menno ter Braak en Greshoff, die met veel lof over zijn werk spraken, begint Elsschot weer te schrijven. In 1938 verschijnt het vervolg op "Lijmen" "Het been". Dit verhaal neemt ongeveer een jaar in beslag. Ik weet niet hoeveel tijd er zit tussen de eerste ontmoeting met de ik persoon en de tweede. • Ruimte: Het verhaal speelt zich af in Vlaanderen. Boorman zelf komt uit Brussel. Het verhaal speelt zich ook af in Brussel, alhoewel dat erg moeilijk te ontdekken was. Er worden nauwelijks stedennamen genoemd. Ze hebben het heel vaak over de ‘Vlaamse zaak’ en over de Gentenaar. Het moge duidelijk zijn dat het verhaal dus in België speelt. • Perspectief: het is een ik vertelsituatie, de ik-persoon is niet de hoofdpersoon in het verhaal. Hij vertelt aan het begin van beide verhalen dat hij Laarmans, de hoofdpersoon, na jaren weer heeft ontmoet en geeft de gebeurtenissen, die hem worden verteld, weer. Hij is niet alwetend. • Structuur/bouw: Elk hoofdstuk heeft een titel, zo heet het eerste hoofdstuk De ontmoeting. En het laatste heet Het wereldtijdschrift for ever. Het zijn allemaal zeer kleine hoofdstukjes, vaak 3 bladzijdes groot. Het boek is in feite een grote flashback, want gelijk in het begin wordt er verteld over vroeger. Dus terug in de tijd. • Open plekken en spanning: Het is absoluut geen spannend boek, eerder een beetje saai. De grote open plek is natuurlijk waarom Laarmans zo neerslachtig is en wat dat met zijn verleden te maken heeft. Verder zijn er nog een paar kleine veel minder belangrijke open plekken in het boek. • Stijl en taal: De stijl die Elsschot hanteert, is vrij eenvoudig. Hij gebruikt veelal middellange zakelijke zinnen. Kortom een zakelijke stijl heeft Elsschot in dit boek gebruikt. Verder gebruikt Elsschot vaker dan in andere boeken een andere taal, in dit geval Frans. Mijn kennis van de Franse taal is niet goed genoeg om het te kunnen vertalen en begrijpen, maar dat hinderde verder niet bij het lezen van het boek. B leeservaring grondig beschrijven - Onderwerp
Ik vind het onderwerp erg boeiend, omdat het op de een of andere manier een bepaalde interesse wekte. Het boek gaat over een man die mensen tijdschriften aansmeert. Het is leuk om te zien hoe hij dit doet, hoe hij de mensen zo ver krijgt dat zij zo een grote oplage kopen van het tijdschrift. Het heeft me ook aan het denken gezet. Ik weet niet of er in het echt ook een dergelijk iets bestaat, maar het is eng om te bedenken dat mensen zich zo snel laten ompraten tot het kopen van dingen waar ze helemaal geen geld voor hebben. Ook vind ik dat het onderwerp goed is uitgewerkt. De schrijver laat je veelal alles weten wat belangrijk is. (Het is niet een vaag verhaal waarbij je zelf heel erg moet zoeken naar waar het nou eigenlijk over gaat.) Hij vertelt je wat de personages voelen en hoe ze handelen. - Gebeurtenissen
Er zijn een aantal gebeurtenissen die een belangrijke rol spelen in dit verhaal. Ik denk dat voor het ontstaan van het verhaal je de ontmoeting tussen Laarmans en Boorman niet mag vergeten. Als ik dan het verhaal volg zie ik ook de zaken Korthals et fils en Lauwereyssen als een belangrijke gebeurtenis. Met name de zaak Lauwereyssen is belangrijk voor het verloop van het verhaal. Door de zaak Lauwereyssen kom ik bij de laatste gebeurtenis die ik belangrijk vind en dat is de ontmoeting die Boorman met mevrouw Lauwereyssen heeft. Hierdoor krijgt hij te zien dat zij haar slechte been heeft moeten laten vervangen door een houten. Hij krijgt spijt en probeert haar dan op allerlei manieren terug te betalen. Ik vond de gebeurtenissen op een zekere manier ook spannende verteld. Het verhaal is geen thriller, dus echt spannend vond ik het niet, maar wanneer ik iets las werd ik eigenlijk gedwongen om verder te lezen omdat ik wilde weten hoe het verder ging, ik wilde weten wat er zou gebeuren. Ik vond het dus spannend, omdat het op een boeiende manier is geschreven en de schrijver je dwingt tot het einde te lezen om achter het antwoordt van het verhaal te komen. - Personages

De personages vind ik goed naar voren gebracht door de schrijver. Ik kon me zo'n man als Boorman wel goed voorstellen na het lezen van het boek, ook de manier van handelen kan ik nu begrijpen vanuit zijn standpunt. Ik kon me ook goed inleven in het boek, doordat de personages wel herkenbaar zijn. ( In het dagelijks leven kom je ook mensen tegen die de boel bedriegen ook al zie je die liever niet. De personages reageren eigenlijk best wel voorspelbaar. Het enige wat ik echt niet had verwacht was dat Boorman na de ontmoeting met mevrouw Lauwereyssen zich schuldig zou gaan voelen. Dit komt, omdat ik me na het lezen van het eerste deel een bepaald beeld had gevormd van deze man; namelijk een harteloze man die zich het lot van andere niet aantrekt. De hoofdpersoon van het boek is meneer Laarmans. Hij vertelt een verhaal over een periode uit zijn leven. - Opbouw
Ik vind het boek niet ingewikkeld opgebouwd, het verhaal verloopt op een duidelijke manier. Wel bestaat het grote deel van het verhaal uit een flashback. Aan het einde bleef ik ook niet met vragen zitten, omdat er op het einde duidelijk was afgelopen. Alles is verteld. Tevens wat Laarmans en Boorman gaan doen na hun split. - Taalgebruik
Ook het taalgebruik was op zich niet moeilijk, alleen de zinnen in het Frans begreep ik niet (mijn Frans is namelijk niet van het niveau dat nodig hiervoor is). Het woordgebruik was niet moeilijk en er waren geen lange zinnen. Het taalgebruik paste ook goed bij de personages, die dus een beschaafde taal gebruiken, hier en daar een vloek. Je ziet wel duidelijk dat het een aantal decennia geleden geschreven is, daardoor wordt het soms wat lastig om het goed te volgen. C secundaire literatuur raadplegen • Recensie: Willem Elsschot, Lijmen/Het Been. door Peter de Bruijn m.m.v. Wieneke 't Hoen. Amsterdam, 2002. Dertien jaar na de verschijning van Lijmen (1924) zette de criticus Menno ter Braak Elsschot aan tot het schrijven van een vervolg op de roman. Elsschot heeft Ter Braaks aansporing niet voetstoots ter harte genomen, want pas na 'volhardende belangstelling' van de kant van Jan Greshoff ging hij aan de slag. 'Het gaat langzaam, want het is iets dat héél goed of heelemaal niet moet zijn.' Een van de moeilijkheden was om de inhoud en stijl naadloos op die van Lijmen te laten aansluiten, want Elsschot beschouwde het vervolg niet als een nieuw verhaal maar als een 'hoofdstuk' van Lijmen zelf. Toen Elsschot in 1943 eindelijk in de gelegenheid werd gesteld Lijmen en Het Been als één boek uit te geven, voegde hij op diverse plaatsen nieuwe passages toe en werkte hij de grootste inconsequenties tussen beide verhalen weg. De aldus 'verbeterde tekst' van deze eenmalige Vlaamse uitgave (bij Manteau) zou nooit meer herdrukt worden, eenvoudigweg - maar onbegrijpelijk genoeg - omdat Elsschot en zijn Nederlandse uitgever Van Kampen later altijd achteloos zouden teruggrijpen op de niet-'verbeterde' Nederlandse uitgave. In dit deel van het Volledig werk wordt deze omissie voor het eerst hersteld. • Over het oeuvre: De leeuwentemmer
Een ontgoocheling
Het been
Het dwaallicht
Het tankschip
Kaas
Lijmen
Lijmen / Het been
Lijmen / Het been en Tsjip / De leeuwentemmer
Tsjip
Tsjip / De leeuwentemmer
Villa des Roses • Over de auteur
Willem Elsschot is het pseudoniem van Alfons de Ridder . De Ridder wordt op 7 mei 1882 geboren in Antwerpen. Als hij zestien is, wordt hij van school gestuurd wegens baldadig gedrag. Hij heeft dan verscheidene baantjes als loopjongen. In 1900 richt hij met een aantal medescholieren een tijdschrift op, Alvoorder. Een jaar later wordt hij vader. In 1904 behaalt hij zijn diploma aan de Antwerpse Handelsschool en uiteindelijk krijgt hij een baan als chef-correspondent bij een bedrijf in Rotterdam. Ook werkt hij een tijd in Parijs. Na vier jaar keert hij, inmiddels getrouwd, terug naar België. In 1913 verschijnt zijn eerste roman, Villa des Roses. Vlak voor de Eerste Wereldoorlog gaat hij, met vrouw en kinderen, bij zijn ouders in Antwerpen wonen. Tijdens de oorlog is hij secretaris van het Provinciaal oogstbureel en in deze periode worden nog twee kinderen geboren. Na de oorlog richt hij een reclamebureau op, met kantoren in Antwerpen en Brussel. Voor zijn literaire bezigheden vindt hij inspiratie in zijn eigen ervaringen. Na de roman Lijmen (1924), die zich afspeelt in het zakenleven, blijft het lang stil rond Elsschot. Pas na aandringen van Jan Greshoff schrijft Elsschot de roman Kaas in 1933, die zeer succesvol blijkt. Hoofdrolspeler in zijn boeken is vaak Laarmans, een stakker die af en toe aan illusies toegeeft. Het is een bekrompen man die zich in zijn troosteloos bestaan schikt met een spottende glimlach. Ook zijn tegenpool, Boorman, komt vaak in Elsschots werken terug. Beide figuren zijn afsplitsingen van Elsschot zelf. In 1934 verschijnen Tsjip en Verzen van vroeger. Na onder andere De leeuwentemmer (1940) verschijnt het laatste boek van Elsschot in 1947: Het dwaallicht. In 1947 ontvangt Elsschot de Staatsprijs voor verhalend proza, in 1951 de Constant Huygensprijs en in 1960 (postuum) de Staatsprijs ter bekroning van een schrijversloopbaan. Op 31 mei 1960 overlijdt Elsschot, één dag later overlijdt zijn vrouw. • Maatschappelijk – culturele en literaire context: Met dit boek wil Elsschot ongetwijfeld iets duidelijk maken. Namelijk dat de handel en zaken doen en ethiek vaak botsen. Laarmans krijgt ook een botsing tussen die twee. Hij moet wel voor een groot bedrag aan tijdschriften verkopen aan mevrouw Lauwereyssen, maar zij heeft aan de andere kant het geld juist nodig om een beenoperatie te kunnen betalen. Later wilt hij haar het geld dat ze voor de tijdschriften betaalde wel teruggeven, maar toch zie je dat er een botsing is geweest. Die botsing beïnvloedt Laarmans behoorlijk. 3. Evaluatieopdracht Het is een middelmatig boek vind ik. De oude stijl van schrijven maakt het al minder, en ook de Franse stukjes tekst er tussen door vind ik ook niet bevorderend. Het was soms echt wel lastig om het nog allemaal goed te kunnen begrijpen. En de les die in het boek verwerkt is, dat zal me echt niet beïnvloeden. Dit is toch wel het minst leuke boek van mijn hele boekenlijst tot nu toe. De verdiepingsopdrachten hielpen me best veel om het boek beter te begrijpen, daardoor ben ik het boek ook wel leuker gaan vinden, maar nog echt geen aanrader.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Lijmen / Het been door Willem Elsschot"