Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Friedrich und Friederike door Max von der Grün

Beoordeling 8.8
Foto van een scholier
Boekcover Friedrich und Friederike
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 4e klas vmbo | 4486 woorden
  • 25 november 2003
  • 440 keer beoordeeld
Cijfer 8.8
440 keer beoordeeld

Boekcover Friedrich und Friederike
Shadow
Friedrich und Friederike door Max von der Grün
Shadow
Samenvatting per hoofdstuk van het boek: Friedrich und Friederike. Hoofdstuk 1 ® Das Bad De hoofdpersonen van het boek zijn Friedrich und Friederike. Ze zijn naast goede vrienden ook nog buren van elkaar. De vader van Friedrich heet Gerhard Lodemann. Hij schept vaak op over hoe goed hij is in vissen, of je dat nou horen wilde of niet. Op een zondagmiddag schepte hij op dat hij een vis had gevangen zo groot als een zwijn. Toen Friedrich und Friederike vroegen waar de vis nu gebleven was zei hij dat die van de haak was losgeschoten en weer in het water was gevallen. Samen bedachten ze een plan om hem terug te pakken. Friedrich und Friederike wonen in de wijk “Neue Heimat”. Achter deze wijk lag een groot, maar niet al te diep meer. In de winter werd er door meer dan 1000 mensen van de schaatsclub op geschaatst, zonder dat mensen elkaar hinderden. Bovendien zat er veel vis in het meer. In begin Januari, toen het meer bevroren was, maakten Friedrich und Friederike ‘s avonds een gat in het ijs. Als smoes om thuis weg te komen zeiden ze dat ze naar de sporthal gingen, waar ze 1x per week volleybalden en 1x per week turnden. In het gat legden ze een hengel. De hengel hadden ze van de vader van Friedrich gejat. Met de hengel probeerden ze een grotere vis te vangen dan dat Gerhard Lodemann beweerde. Toen ze nog weggingen speelden ze nog tikkertje op het ijs. Friederike zakte door het ijs heen en viel in het water. Dit kwam doordat ze op een gedeelte van het ijs kwam (aan de rand van het meer) waar het ijs nog dun was. Dit ijs was nog dun vanwege een fabriek die zijn warme, maar niet schadelijke water in het meer loosde. Na een tijdje was Friederike weer uit het water en toen gingen ze naar hun volkstuintje. In dat huisje gingen ze drogen kleren aandoen en zichzelf opwarmen. De natte kleren hingen ze te drogen op een draad die ze tussen twee stoelen had gespannen. Op de kleding van Friederike stond een vlinder afgebeeld. Voor de draad met kleding stond een straalkacheltje dat ervoor zorgden dat de kleding sneller droogden en dat ze weer warm werden. Friedrich ging toen naar huis om drogen kleren te halen. Aanvankelijk wou Friederike geen kleding aan van Friedrich, omdat ze perse kleding wou hebben met een vlinder erop, net als haar eigen kleding. Na ongeveer een half uur kwam Friedrich (buitenadem) terug met een tas vol met droge kleren. Friedrich zei dat Friederike haar kleren thuis in het washok maar te drogen moest hangen, dan waren de kleren morgen wel weer droog. ’S Avonds ging Friedrich een kijkje nemen bij het gat in het ijs. Er zaten drie grote forellen aan. Hij schoof de hengel in elkaar en stopte de forellen in een tas en ging toen naar huis. Thuis gekomen stopte hij de gevangen vissen in een andere zak die hij vond op de achterbank van de auto en verstopte de zak met de vissen in de gereedschapskist. Tegen haar ouders had Friederike gezegd dat ze kleding van Friedrich aanhad, omdat ze samen gewet hadden dat de kleding van Friedrich haar zou passen voor een bioscoopkaartje. Samen met zijn moeder wou Friedrich de vis klaarmaken om op te eten, om op die manier zijn vader verbaast te laten staan. Op dezelfde dag kwam vader thuis met de vissen die Friedrich gevangen had. Vader zei dat hij de vissen samen met buurman Ludwig gevangen had bij het kanaal. Dit had hij verzonnen, want het waren de vissen die Friedrich gevangen had. Hij had de vissen gevonden in de gereedschapskist en dit verhaal verzonnen om op die manier Friedrich voor te zijn. Op deze manier wou hij laten merken dat hij het niet goed vond dat Friedrich und Friederike zijn visspullen hadden gebruikt, maar eigenlijk was hij jaloers op ze dat ze zo’n grote vissen hadden gevangen. Hoofdstuk 2 ® Die schöne Unbekante Friedrich viert carnaval in het Luther huis. Friederike is er niet bij. In het Luther huis is een mooie vrouw aanwezig. Samen gaan Friedrich en zei dansen. Zei heet Anita Wuttke en komt uit Derne. Ze zit op een scholengemeenschap, genaamd Scharn Horst. Ze woont in Derne in een mijnwerkerswijk op de Mausergattweg 4. Later wil ze schoorsteenveger worden. Als ze aan het dansen zijn komt er iemand naar hun toe die zegt dat ze met Anita wil dansen. Friedrich zegt dan dat ze al bezet is. De jongen kent Friedrich en zegt tegen Friedrich dat hij het wel tegen Friederike zal zeggen. Tegen Anita zegt Friedrich dat hij een saaie vriendin heeft. Friedrich biedt aan om haar naar huis te brengen, maar ze zegt dat ze al naar huis wordt gebracht. Als Anita vraagt wat Friedrich later wil worden zegt hij dat hij waarschijnlijk metselaar wil worden. Wanneer Friedrich later nogmaals vraagt of hij haar naar huis mag brengen, zegt Anita dat ze eerst nog naar de wc moet. Op dat moment ging ze niet naar de wc maar naar huis. Thuis kleedde ze zich weer om. Het bleek dat Anita Friederike was. Toen ze omgekleed was ging ze weer terug naar het Luther huis, waar Friedrich al die tijd heeft staan te wachten. Toen hij erachter kwam dat Anita er niet meer was ging hij naar huis. De volgende dag was Friedrich een beetje aan het dromen op school en lette niet op. Friedrich vermeed alle contact met Friederike. Toen hij na school klaar was met eten ging hij op de fiets naar Derne om Anita te bezoeken. Hij had van haar in het Luther huis haar adres gekregen en zo wist hij waar zij woonde. Hij vond het grote huis snel. Al snel bleek dat er op dat adres helemaal geen familie Wuttke woonde, maar ene familie Hinrichsen. Onderweg naar huis vroeg hij aan mensen die hij tegen kwam of ze de familie Wuttke kende, maar niemand kende die. Friedrich fietste toen boos en een beetje teleurgesteld naar huis. Op de terugweg kwam hij Friederike tegen met een tas vol met boodschappen. Ze vroeg aan Friedrich wat hij buiten deed met dit slechte weer. Friedrich zei dat hij een frisse neus haalde. Friederike begon in het gesprek over het carnavalsfeest van gisteren. Op dat moment kwam alles naar boven. Friederike was boos op Friedrich dat hij allemaal nare dingen over haar had gezegd. Friedrich was het daar niet mee eens.
Hoofdstuk 3 ® Tagesausflug Friedrich und Friederike maken een schooluitstapje naar Winterberg. Ze maken daar een wandeling door het bos. Ze doen daar ook wat spelletjes en krijgen er ook biologieles. Friederike dwaalt af van de groep doordat ze met andere dingen bezig is. Ze vindt het geen fijn gevoel en weet ook niet meer welke kant ze op moet. Ze valt in een gat en verstuikt haar enkel. Eerst loopt ze nog een stukje, maar al snel geeft ze het op door de pijn en gaat zitten. Als ze merken dat Friederike weg is, gaan leraren en Friedrich terug het bos in om haar te zoeken. Onderweg bedenken ze wat ze moeten doen als ze haar niet vinden: politie of brandweer bellen. Als ze haar gevonden hebben dragen ze haar een stukje. Ze kunnen haar niet de hele tijd dragen en gaan even zitten. Ze praten dan wat en Friederike zegt dat ze pijn aan haar voet heeft. Uiteindelijk gaan ze met de taxi naar de bus. De klas is boos op haar omdat ze heel lang op haar hebben moeten wachten. Friedrich troost haar door haar een kus te geven. In de bus praten ze samen nog wat over karakter. Hoofdstuk 4 ® Die Nachtwache Het was een hete zomer geworden. Je kon nauwelijks verkoeling, alleen in de tuin waar een beetje wind was. Je kon daar half naakt rondlopen en je natmaken met water. De mensen bleven tot ’s avonds in de tuin en barbecueden wat. Herr Lodemann had verkorte werkdagen en Herr Meister zat meer dan een halve week zonder werk, omdat er met dit weer geen daken gemaakt hoefden worden. Ze brachten hun vakantie niet door in Mallorca, maar in hun volkstuintje
Op een dag kwam er een inbreker. Hij vernielde dingen en stal gereedschap, drank en jonge konijntjes. Hij kwam telkens opnieuw terug. Ondanks na elke inbraak aangifte te doen, advertenties te plaatsen en door goed op te letten, werd de dief niet gepakt. Ze hadden geen idee wie het had kunnen zijn, omdat er weinig sporen waren. Friedrich was bang dat de inbreker hun 20 konijnen iets zou aandoen. Vader hielt ze om ze te verkopen aan collega’s die ze opaten. Friedrich und Friederike wouden de dief zelf betrappen. Ze wouden er twee nachten per week door gaan brengen (in het weekend), want alleen dan kwam de dief. Eerst wouden ze samen in 1 tuinhuisje slapen, maar na een klein conflict gingen ze allebei apart in een tuinhuisje slapen. Een tijdje later ging Friederike toch maar bij Friedrich slapen. De volgende morgen stonden ze op en aten daar ook. Toen een tijdje later hun ouders kwamen, vonden ze er dit van: * familie Lodemann ® vonden dat ze het eerst hadden moeten zeggen. * familie Meister ® waren vooral geschrokken en een beetje boos, omdat ze niet wisten waar ze was. Van Zaterdag op Zondag sliepen Friedrich und Friederike er weer, in het tuinhuisje van familie Lodemann. Friedrich vertelde een verhaaltje tegen Friederike voor het slapen gaan. Het ging over een jongen (Friedrich) die verliefd was op een meisje (Friederike). Friederike sliep snel. Vlak daarna hoorde Friedrich (die nog niet sliep) geluiden buiten. Hij maakte Friederike wakker. Friederike was bang binnen. De inbrekers waren bij een naastgelegen tuinhuisje. Friedrich und Friederike gingen naar buiten, sloten het huisje af en verstopte zich buiten en maakten zich daar zo klein mogelijk. Een mannenstem zei toen dat ze in een ander tuinhuisje moesten kijken of daar nog wat te drinken was. Friedrich herkende de stem: het was buurman Bräuker. Volgens de moeder van Friedrich sloeg hij zijn vrouw en stal dingen om aan geld te komen. Zijn vrouw werkte wel maar er was nog niet genoeg geld. Bräuker maakte al het geld op aan alcohol. Hij was alcohol verslaafd. Hoofdstuk 5 ® Das Wahrzeichen In de buurt staan een watertoren die overal goed te zien is, omdat hij op een verhoging staat. De toren is 100 jaar oud. Hij is niet zo stevig meer, omdat hij flink aan het roesten is op sommige plekken. De watertank is 10 meter hoog. Niemand mag op of bij de toren in de buurt komen. Daarom is de toren in een straal van 20 meter afgezet met een bord ervoor waarop staat: levensgevaar. Friederike zei tegen Friedrich dat ze gisteren Bräuker tegen was gekomen op straat: hij was dronken, waggelde en had haar bedreigd. Om niks over de ontmaskering van de dief te vertellen en dat ze weer in het huisje hebben geslapen bedachten ze het volgende plan: ze wouden met grote letters op de watertank schrijven (met olieverf en een kwast) ® Bräuker is de volkstuintjesdief. Op die manier wilde ze voorkomen dat hun ouders erachter kwamen wat ze allemaal uitgespookt hadden en ze wouden voorkomen dat er nog meer werd ingebroken. Friedrich pakte thuis in de kelder een halfvolle emmer met witte olieverf, die nog over was van het schilderen van de kozijnen. Ook nam hij twee kwasten mee. Het geheel stopte hij in een plastic tas. Na het middageten besloten ze om er heen te gaan. Ze verstopte de spullen onder een struik. Ze waren het er beide over eens dat ze niet overdag maar ’s nachts moesten schilderen op de watertank. Op die manier zag niemand hun. Ze spraken diezelfde avond nog af. Ze zouden allebei oude handschoenen en oude kleding meenemen. Als smoes om weg te komen zeiden ze dat ze naar een rock concert gingen in een naastgelegen dorpje. Toen ze er die nacht waren hadden ze er snel en succesvol binnen een kwartieropgezet: Bräuker is de inbreker in de volkstuintjes. Bij het naar beneden gaan van de watertoren gebeurde er iets heel vervelends. Friederike was al beneden toen Friedrich plotseling de tas met de emmer met verf liet vallen. Al de verf liep over Friederike heen. Ze zat van top tot teen onder de verf. Samen gingen ze toen naar het volkstuintje van de familie Lodemann. Toen ze een lamp hadden aangedaan en zagen hoe ze eruit zagen, moesten ze allebei erg hard lachen. Ze trokken kleding aan die in het tuinhuisje lag. Ze zouden de volgende dag de kleding die onder de verf zat naar de stomerij brengen. Toen ze thuis aangekomen waren gingen ze meteen slapen. De volgende dag brachten ze de kleding terug waarin ze naar huis waren gegaan en gingen naar school. Ze hoorden veel kinderen praten over de tekst die op de watertoren geschreven stond. Ze zeiden er niks over om zichzelf niet verdacht te maken. Helaas geloofde niemand dat Bräuker de dief was. Hoofdstuk 6 ® Die Reifenpanne Friedrich und Friederike waren aan het zwemmen in recreatiemeer Cappenberger. Het water van het meer was lauw. Friederike vond het saai worden en ze gingen weg. Ze wouden naar een kasteel fietsen. Toen ze boven op een berg stonden wouden ze samen snel naar beneden fietsen, maar Friederike had een lekke band. Ze zette haar fiets in de berm en Friedrich liep naar beneden toe met de binnenband. Hij hielt de binnenband in het water om er zo achter te komen waar de lek zat. Toen Friedrich weer bovenkwam was Friederike weg. Hij maakte zich er op dat moment geen zorgen over. Hij dacht dat ze misschien wel in het bos een bramen struik had gevonden, maar dat ze in ieder geval zo wel weer terug zou komen. Hij riep wel een paar keer naar Friederike maar daar werd niet op gereageerd. Friederike had geluid gehoord in het bos en was dat achterna gegaan. Het geluid kwam van boswachters die al omgezaagde bomen in kleinere stukken aan het zagen waren. Door het geluid van motorzagen hoorde ze Friedrich niet roepen. Nadat Friedrich de voorband van de fiets gemaakt had, wachtte hij een tijdje. Daarna ging hij een stukje het bos in. Hij zag haar en riep daarom nog een keer. Friederike hoorde het nu nog niet en werd daarom boos. Hij rende terug naar de fietsen en zei: hier zal je spijt van krijgen. Hij maakte haar fiets met een slot vast aan een boom. Hij verstopte zichzelf een einde verderop om te zien hoe Friederike zou reageren. Toen Friederike terug kwam, kwam ze er al snel achter dat ze zonder fiets niets kon. Ze was er van verbaasd dat Friedrich haar zoiets aan kon doen. Ze wou niet 20 km naar huis gaan lopen. Ze dacht wat na over mogelijke oplossingen. Een daarvan was naar het kasteel lopen, wat 300 meter verderop gelegen lag, daar naar huis bellen en vragen of haar vader haar reservesleutel wou brengen. Ze vond dat geen goed idee, omdat haar ouders en de ouders van Friedrich dan alles moesten weten wat er aan de hand was en dat ze dan door hun ouders verboden opgelegd zoouden krijgen: geen tv meer kijken en niet meer uitgaan. Frederike wou ook niet liften, omdat ze bang was om met vreemden in de auto mee te gaan. Ze besloot naar het kasteel te lopen om daar een ijzerzaag of een gewonen zaag te lenen om daarmee haar fiets los te maken. Op het kasteel was niemand te zien, behalve een herdershond. Op het landgoed stonden twee schuren. Een schuur lag helemaal vol met stro en de andere schuur was een gereedschapsschuur. Friederike besloot omdat er niemand te bekennen was een zaagje te stelen. Toen ze het zaagje gestolen had rende ze snel terug naar haar fiets. Toen ze bij haar fiets aankwam was ze helemaal bezweet en buiten adem. Friederike begon te zagen. Ze had nog nooit eerder gezaagd maar al snel merkte ze hoe het moest. Onder het zagen moest ze ook lachen. Ze zag in dat ze dom was geweest omdat ze zich nu helemaal moe zaagde om een boom om te krijgen, terwijl in het bos mensen waren met motorzagen. Nadat ze het boompje had omgezaagd begroef ze het zaagje en fietste ze snel naar huis. Friedrich had alles gezien. Toen hij zag dat Friederike naar huis fietste stapte hij ook op zijn fiets en fietste naar huis. Hij deed dit met een omweg en was nog eerder thuis dan Friederike. Toen Friederike thuis was ging ze meteen naar Friedrich toe. Ze bleef daar eten, maar Friedrich en Friederike praten niet met elkaar. Toen ze wel begonnen te praten werd er geruzied. Friederike zei dat Friedrich niet zo moest smekken. Friedrich zei dat ze daar niets over te zeggen had omdat het zijn huis was. Friedrich zei ook nog dat hij het altijd moeten wachten op haar zat was. Friederike zei dat Friedrich de zaag moest gaan opgraven en weer terugbrengen. Friedrich zei toen dat ze hem zelf niet terug durfde te brengen. Friederike zei van wel. Friedrich zei dat hij nog wel zou kijken of hij de zaag terug zou brengen. De volgende dag ging Friedrich de handzaag opgraven. Hij fietste naar het landgoed toe waar het kasteel opstond en waar de zaag vandaan kwam. Op dat moment waren er wel veel mensen aanwezig, dus fietste hij een paar keer om het landgoed heen, totdat er minder mensen waren. Hij legde de zaag toen snel op de trap van het landhuis en fietste weg. Toen hij weg wilde gaan riep iemand hem. Het was Friederike die lachte en in zijn handen klapte. Ze vergaf Friedrich de flauwe grap en ze gingen samen weer terug naar de CappenbergerSee, want Friederike had hun zwemspullen meegenomen. Vanaf dat moment waren ze weer maatjes van elkaar. Hoofdstuk 7 ® Baustelle Op de school van Friedrich und Friederike hadden ze het over hun toekomstige beroep. Om te kiezen wat ze wilden worden hadden ze nog 1 jaar de tijd. Friedrich wilde graag in de bouw: metselaar of betonstorter, maar het liefst hijskraanmachinist. Hij wou dat graag omdat je dan in de buitenlucht kon werken en je veel geld kon verdienen. Friederike wilde graag schoonheidsspecialist worden. In de Dresslerstrabe werden die zomer 10 nieuwe huizen gebouwd. Op dat bouwterrein stond een 20 meter hoge hijskraan. Friedrich keek vaak naar de werkzaamheden, met name de werkzaamheden die de hijskraanmachinist uitvoerde. Friedrich zag hoe het materiaal verplaatst werd en hoe de bouwvakkers communiceerden onder elkaar. Hij vond het prachtig. Hij vroeg aan een bouwvakker of hij een keer in de hijskraan mocht. De bouwvakker zei dat hij dat maar aan de hijskraanmachinist zelf moest vragen. Toen de hijskraanmachinist beneden was vroeg hij het aan hem. Hij gaf er toestemming voor en ze gingen samen naar boven. Friedrich had geen hoogtevrees. Eenmaal boven concentreerde de kraanmachinist zich volledig op zijn werkzaamheden. Friedrich keek geïnteresseerd toe hoe de kraanmachinist na de instructies van de bouwvakkers beneden (die gegeven werden door een portofoon) de opdrachten nauwkeurig uitvoerde. De kraanmachinist legde Friedrich daarna uit hoe alles werkte in de hijskraan. Het leek Friedrich allemaal niet zo moeilijk. ‘Toch heb je er een jarenlange opleiding voor nodig’ zei de hijskraanmachinist. Ook zei hij nog dat je veel geduld moet hebben en gevoel in je vingers. Thuis vertelde Friedrich alles tegen zijn ouders en later ook tegen Friederike. Friederike was jaloers en zei: ‘Ich mochte auch mal Kran Fahren’ . Hij zei dat dat niet kon omdat het een mannenberoep was. De dagen erna bleef Friederike maar vragen en erover door zeuren, dat Friedrich uiteindelijk toch naar de bouwplaats ging wat Friederike graag wou. Eenmaal daar vertelde Friedrich alles nogmaals en zei dat hij kon laten zien hoe de hijskraan werkte, maar helaas hadden ze geen sleutel. Friederike wist daar wel wat op: ze zouden de sleutel pakken die in het bouwhuisje lag op het bouwterrein. Omdat Friederike binnenkort (volgende week) jarig was, wou ze als verjaardagscadeau dat Friedrich haar omhoog de lucht in takelde. Met een op het bouwterrein gevonden stuk betonijzer, wat ze gebruikten als breekijzer, maakten ze de deur van het bouwhuisje open. Friedrich vond in de linkerzak van een jas de bos met sleutels. Ze zetten de motor van de hijskraan aan en Friedrich ging naar boven. Hij startte de hijskraan en liet de kabels naar de beneden zakken. Friederike maakte zichzelf vast. Op het moment dat Friedrich Friederike omhoog begon te takelen was alle spanning bij hem weg. Plotseling deed de hijskraan het niet meer. Hij reageerde nergens meer op. Toen Friedrich dat zei tegen Friederike zei zij dat hij nu geen grapjes moest maken en genoot verder van het uitzicht. Friedrich vond het niet meer leuk op dat moment. Hij begreep er niks van waarom de hijskraan het opeens niet meer deed. Het probleem: de stroom was uitgevallen. Friederike zag nu in dat het geen grapje meer was en dat niemand haar meer kon helpen. Toen Friedrich beneden stond en zag dat niemand Friederike kon helpen begon hij naar een andere oplossing te zoeken om Friederike naar beneden te krijgen (bijvoorbeeld de brandweer bellen). Juist op dat moment begon de hijskraan weer te draaien. Friedrich zette de hijskraan snel weer stil, want hij draaide met een hoge snelheid rond. Hierdoor was Friederike bang en schreeuwde om hulp. Friedrich liet haar zakken in een berg met zand. Friedrich sloot toen alles snel af en legde de sleutel terug. Friederike zei toen: ‘Je moet geen hijskraanmachinist worden’. ‘Jawel hoor’, zei Friedrich. ‘Ik laat me niet afschrikken door een ongeluk waar ik niets aan kan doen!’
Hoofdstuk 8 ® Unverhoffter Reichtum Meer dan een uur dwaalden Friedrich und Friederike door het bos dat door de bewoners Kurler Busch genoemd werd, omdat de aangrenzende wijk Kurler heette. Op sommige momenten luisterden ze naar het geluid van vogels. Bij een open plek die mooi belicht was stopten ze even. Friederike ging in het gras liggen. Friedrich kuste haar toen, maar Friederike was er op dat moment niet echt van gediend. Friedrich bleef maar wat doorzeuren over zoenen. Hij zei verder nog tegen Friederike dat hij van haar hield. Op het moment dat ze weg wouden gaan zagen ze een man lopen met een blauwe plastic zak. Friedrich und Friederike verstopten zich snel achter een hazelnotenboom om te kijken wat de man van plan was. Ze dachten eerst dat het een zwerver was die zijn afval in het bos wou dumpen. Toen ze gingen kijken lag er onder een paar wilgentakjes een tas vertopt. Toen ze de zak open deden bleek er ongeveer 50.000 Mark in te zitten. In eerste instantie wouden ze het geld naar de politie brengen, maar ze kwamen er samen niet uit hoe: wie moest de politie halen en wie bleef er daar? Friederike zei toen: ‘Laten we het geld zelf houden’. Friedrich dacht dat ze helmaal gek was geworden. Friederike was dan van plan om het geld in de volkstuintjes te begraven en er iedere week allebei 20 Mark uit zouden pakken. Op die manier zou er niemand achter komen. Samen gingen ze naar het volkstuintje van Herr Lodemann. Friederike wou hier het geld verdelen. Friedrich was het daar niet mee eens. Ze begonnen samen wat ruzie te maken over wat er nou precies met al dat geld moest gebeuren. Door het geschreeuw hoorde ze niet dat de deur openging: het was Herr Lodemann. Hij had hun hier wel verwacht, aangezien zij hier vaak waren. Hij schrok een beetje van al het geld dat er op de tafel lag. Hij wou er alles over weten. Toen hij het verhaal had aangehoord schrok hij een beetje van zijn eigen zoon. Hij had zoiets niet van hem verwacht. Samen gingen ze naar het politiebureau waar ze het hele verhaal nogmaals mochten vertellen. Samen met de agenten gingen ze nog even op de plek kijken waar ze het geld gevonden hadden. Op de terugweg vroeg Friederike aan de agenten of ze ook recht hadden op vindersloon. Dit was zo. Een tijdje later (toen de vakantie afgelopen was) moest Herr Lodemann nogmaals bij de politie komen. Friedrich und Friederike wachtten gespannen zijn terugkomst af. Wat bleek nou: Een man die wou scheiden van zijn vrouw wou het geld niet samen delen, maar voor zichzelf houden en verstopte het daarom in het bos. Als beloning kregen Friedrich und Friederike allebei 100 Mark. Ze waren blij dat het zo was afgelopen. Hoofdstuk 9 ® Strabensperre In het dorp waar Friedrich und Friederike wonen, werden aardgasleidingen aangesloten. Daardoor hoefden de mensen in het dorp niet meer op kolen te koken, dat dagelijks afval en stank met zich meebracht. De bewoners waren hier blij om. Een nadeel van die aansluitingen was dat de huurprijzen hierdoor omhoog gingen, wat veel mensen zorgen baatte. Soms werd een straat wel 2 weken afgesloten voor wegwerkzaamheden. Hierdoor moesten de mensen hun auto verderop parkeren en moesten ze elke keer een stuk lopen om bij hun auto te komen. Na 6 weken waren de werkzaamheden afgerond. Er bleven een tijd lang nog wel twee bouwwagen met gereedschap en wegenborden staan. Op een dag na school kwam Friedrich op een idee: Ze wouden een wegomleiding in elkaar zetten. Friedrich ging naar huis toe en haalde uit de gereedsschapskist van zijn vader wat hij nodig had: breekijzer, hamer, schroevendraaier. Dit alles stopte hij in een plastic zak en die verstopte hij in een kast op zijn slaapkamer. Hij besprak het plan met Friederike. Ze konden het plan uitvoeren omdat hun beide ouders samen vrijdagavond naar een vakbondsfeest gingen in de ‘Alten Post’. Aan het einde van de omleiding wou Friedrich een bord neerzetten met de tekst: ‘uitstappen om te pissen’. Op de Vrijdagavond als de families weg zijn pakt Friedrich het gereedschappen gaat samen met Friederike naar een van de bouwwagens toe. Toen ze hun fietsen tussen de bomen verstopt hadden begonnen ze met het openmaken van de bouwwagen. Ze schroefden met de schroevendraaier het slot eruit, pakte de benodigde spullen uit de bouwwagen en schroefde het slot er weer op. Ze werkten erg snel om alles op hun plaats te krijgen, omdat ze bang waren dat ze betrapt werden. Toen ze klaar waren gingen ze snel naar huis toe. Friedrich legde het gereedschap snel terug op zijn plek, want het was al bijna 12 uur. Niet veel later kwamen hun ouders thuis. Het verbaasde veel mensen dat er nu al weer een omleiding was, omdat er pas wegwerkzaamheden geweest waren. Veel mensen mopperden maar volgden de omleiding wel. Friedrich und Friederike vonden het wel goed zo: lekker rustig op straat waardoor ze op straat konden spelen. In de krant stond dat de omleiding een onzin omleiding was en dat er helemaal geen reden was voor een omleiding. Er werd niet eens aan de weg gewerkt. Nog diezelfde middag werden de borden weggehaald. Op school lieten Friedrich und Friederike elkaar door middel van briefjes weten dat ze elkaar nog steeds leuk vonden.

REACTIES

Y.

Y.

Ik kom in dit verslag steeds het woord wouden voor. Het is er vervelend om dat steeds te lezen want wouden zijn toch echt bossen.

14 jaar geleden

B.

B.

Heey

Bednakt he? Dat je je verslag op internet hebt gezet. Nu hoef ik het boekje niet meer te lezen.
hahahah!!Ik vond het een hele goede, uitgebreidde samenvatting. Dat wilde ik ff zeggen!!

Liefs Bertine

20 jaar geleden

S.

S.

heeej vet tof man, nou hoefik me boekje niet meer te lezen want dit was een vet goed verslag!! dankjewel!!!
Kuss Sylvana

20 jaar geleden

D.

D.

waardeloos uittreksel

20 jaar geleden

L.

L.

heyhey...

ik heb gebruik gemaakt van je samenvatting met duits, want ik snapte echt nix van dit boek..het heeft me heel erg geholpen, want nou vraagt die lerares me nooit meer of ik het wel gelezen heb (voorheen las ik het nooit omdat ik het nooit begreep)
ik ben trouwens niet de enige die jou samenvatting gebruikt heeft, ik kwam erachter dat mijn hele klas hem heeft..haha wel grappig..

tnx..kusje lisa

19 jaar geleden

H.

H.

nog bedankt voor het gebruiken van je verslag;) ik heb er veel aan gehad!
groetjes hannah

19 jaar geleden

..

..

Bedankt voor de samenvatting, zal me goed helpen om fraude te plegen op mn examen:P:P:P:P:P

19 jaar geleden

K.

K.

ik wil je even bedanken voor je boekverslag van dat duitse boekeje,, je bespaart me zoveel leeswerk!!!!! echt super super bedankt:D
kuss

17 jaar geleden

-.

-.

Wauw.,, dit is wel echt handig,, super!!

13 jaar geleden

T.

T.

Geweldig verslag!! Bespaart me veel lezen!

13 jaar geleden

E.

E.

Je bent echt geweldig! 7 pagina's in wordt ipv 90 pagina's saai duits lees werk. Thank youuuuuu!!!!!!

13 jaar geleden

M.

M.

That's really helpful !!
Seriously,
THANKKKK YOUUUUUUUUUUUUU

13 jaar geleden

L.

L.

Echt super bedankt ! Morgen een so over dit boek en was nog niet begonnen , dus ben er echt blij mee !
xoxo Lunaaa

11 jaar geleden

E.

E.

wouw, super bedankt. scheelt weer heel veel lezen.

11 jaar geleden

J.

J.

bedankt man, hoef ik niet meer te lezen

11 jaar geleden

C.

C.

Bedankt, nu hoef ik dit k*tboek niet the lezen :D wat een saai boek

9 jaar geleden

R.

R.

goed man

9 jaar geleden

D.

D.

Super, hartstikke bedankt! Heb het boek helemaal niet gelezen en heb een 9!

9 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Friedrich und Friederike door Max von der Grün"