Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Gevangenis met een open deur door Jan Terlouw

Beoordeling 6.3
Foto van een scholier
Boekcover Gevangenis met een open deur
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 2e klas havo | 2498 woorden
  • 19 oktober 2003
  • 116 keer beoordeeld
Cijfer 6.3
116 keer beoordeeld

Boekcover Gevangenis met een open deur
Shadow
Gevangenis met een open deur door Jan Terlouw
Shadow
Titel Gevangenis met een open deur Auteur Jan Terlouw Omslag Jan Wesseling Uitgever Lemniscaat b.v. Rotterdam Jaar van de uitgave 1986 Aantal bladzijden 173 Druk + jaar Elfde druk 1Informatie over de schrijver
Jan Terlouw werd in 1931 in Kamperveen geboren. Hij was de oudste zoon en had nog twee broers en twee zussen, zijn vader was dominee. Als kind is hij vaak verhuisd, zo woonde hij bijvoorbeeld in de Veluwse dorpen Garderen en Wezep. Beide dorpen hebben later model gestaan voor zijn boeken. In 1948 gaat hij in Utrecht wiskunde en natuurkunde studeren. Daarna verrichte hij dertien jaar lang natuurkundig onderzoek in Nederland, Amerika en Zweden. In 1956 trouwde Terlouw met Alexandra van Hulst en ze kregen drie dochters en een zoon. Omdat hij aan zijn kinderen altijd van die prachtige verhalen vertelde, moedigde zijn vrouw hem aan om die verhalen te publiceren. Zijn vrouw las de verhalen en corrigeerde ze en daarna stuurde hij de verhalen zelf naar kinderboekenschrijver Paul Biegel om te vragen wat hij ervan vond. Deze gaf hem het advies om eens een boek te schrijven. In 1970 kwam Terlouws eerste boek uit: De avonturen van oom Willibrord, dit was een verzameling van de verhalen die hij aan zijn kinderen vertelde. Toen hij in 1966 lid werd van het toen net opgerichte D’66, was dat het begin van een lange politieke carrière. Eerst zat hij voor deze partij in de Tweede Kamer, later werd hij de leider van deze partij en ook is hij korte tijd minister van economische zaken geweest. Terlouws boeken gaan vooral over jongeren van ongeveer 15 jaar. Zij worden geconfronteerd met problemen die bijna onmogelijk zijn. Men vindt zijn boeken heel goed. Dit blijkt o.a. uit de bekroningen met de Gouden Griffel. In zijn boeken probeert hij te laten zien dat er mensen zijn die hun macht verkeert gebruiken. Zij proberen anderen te onderdrukken. In een aantal van zijn boeken komen niet-bestaande landen voor, daarin speelt zich het spel van macht en onderdrukking af. In zijn boek ‘Oorlogswinter’ wil hij laten zien dat een oorlog niet iets spannendst of iets heldhaftigs is, maar een onmenselijke situatie. De eerste eis die Jan Terlouw aan een jeugdboek stelt is dat het boeiend moet zijn, verder wil hij graag een boodschap brengen. Hij wil graag leerzame boeken voor jongeren schrijven maar hij wijst ontspannende boeken niet af, maar hij voelt het meest voor boeken met een bepaalde bedoeling. De hoofdpersonen in zijn boeken lopen niet weg voor hun verantwoordelijkheden en door middel van zijn verhalen wil Terlouw de lezer aansporen ook zelf verantwoordelijkheid voor zijn daden te dragen. Dat wordt bijvoorbeeld heel duidelijk in Eigen rechter. Hierin laat Jan Terlouw zien dat de wet niet altijd even helder is en dat iedereen zijn eigen rechtsgevoel moet ontwikkelen en zelf beslissingen moet nemen. Jongeren moeten er volgens Terlouw iets in kunnen herkennen: van zichzelf, van hun wereld. Het moet geschreven zijn vanuit de denkwereld van nu, met het taalgebruik van nu. Veel van Terlouws boeken spelen in de wereld die wij kennen, maar hij heeft ook een aantal verhalen in een fantasieland geschreven. Koning van Katoren en De Kloof spelen beide in landen die de schrijver zelf bedacht heeft. Het verhaal wordt daardoor een beetje sprookjesachtig, maar de problemen waarmee de hoofdpersonen te maken krijgen, zijn wel uit het dagelijks leven. Zijn boeken zijn echter niet alleen populair in Nederland. Ze zijn vertaald in het Frans, Duits, Engels, Fins, Hongaars, Italiaans, Pools, Spaans (Castiliaans, Catalaans, Baskisch en Galicisch), IJslands, Zweeds, Zuidafrikaans, Fries, Tsjechisch, Deens, Japans en zelfs in twee Keltische talen: het Iers en het Welsh. In 1973 kreeg Terlouw voor Koning van Katoren bovendien de Österreichischer Staatspreis für Kinder- und Jugendliteratur. Behalve schrijven heeft Jan Terlouw nog een groot aantal andere bezigheden. Rondom zijn huis heeft hij veel dieren verzameld, waaronder koeien, kippen en twee Haflingers (paarden) die hij cadeau kreeg toen hij afscheid nam als Commissaris van de Koningin van Gelderland. Al die beesten kosten een hoop tijd, maar dat vindt Terlouw niet erg. En als hij even wat anders wil, heeft hij altijd nog zijn Harley Davidson waarop hij vaak tochtjes maakt door de omgeving. Naast zijn kinderboeken bij Lemniscaat heeft Jan Terlouw nog een aantal korte verhalen en boeken geschreven, waarvan sommige voor volwassenen, die bij andere uitgeverijen zijn gepubliceerd. Enkele boeken van JanTerlouw: Ø 1970 Pjotr Ø 1970 Oom Willibrord Ø 1971 Bij ons in Caddum Ø 1971 Koning van Katoren ® bekroont met de Gouden Griffel Ø 1972 Oorlogswinter ® bekroont met de Gouden Griffel Ø 1974 De heks van Ijsselstein, De Sikkel Ø 1976 Oosterschelde windkracht 10 Ø 1978 De Derde Kamer Veen, Naar zeventien zetels en terug Ø 1983 De Kloof Ø 1986 Gevangenis met een open deur Ø 1989 Kunstrijder ® bekroont met de prijs van de Nederlandse kinderjury De samenvatting Oud-commissaris Keizer is al een aantal jaren bezorgd over de jongeren die in de sekte The Living Souls zijn opgenomen. Om te bewijzen dat de sekte misdadig is hij samen met zijn eigen ‘detective’ Leo op zoek naar drie jongeren om een paar weken mee te doen aan die sekte. Hij vindt dossiers van Valentijn en Paul, die hem geschikt lijken. Hij wil zijn kleindochter Josje er ook graag bij hebben. Als de ouders er akkoord mee zijn gegaan melden ze zich aan bij de sekte. Ze worden eerst ‘gewassen’ en houden Keizer elke avond in hun stamcafé op de hoogte. Na een paar dagen trekken Josje en Paul in bij de sekte en wordt Valentijn er om onbekende reden uitgezet. Josje laat niks meer van zich horen, want ze wordt de hele tijd bezig gehouden. Josje vermoedt dat The Bright haar doorheeft. Valentijn komt erachter dat Paul een echt Living Soul-lid is geworden. Josje kan intussen de kamer van The Bright binnendringen., maar ze vindt niks behalve een kast met een 8-cijferig slot. Josje komt achter de code door middel van Céline (een meisje dat ze hebben leren kennen bij de Wassing). In de kast staan allemaal munten. Maar als Josje weg wil gaan wordt ze opgemerkt en opgesloten. Gelukkig ontsnapt ze. Josje, Leo en Valentijn zorgen dat de ‘Living Souls’ zich bekeren. Willem de Vries gaat naar Schotland. (samenvatting van precies 230 woorden)
Titelverklaring Ik vind de titel heel goed bedacht, omdat het bij de sekte eigenlijk een gevangenis is. Het gekke was dat je ook gewoon weg kon gaan, de deur stond altijd open. Ze hielden je niet vast, maar doordat de leden gehersenspoeld waren en ze de leider aanbaden, bleven ze toch. Dus een gevangenis met een open deur. Plaats Het verhaal speelt zich in Nederland af en wel in Amsterdam. Het grootste deel van het verhaal speelt zich af in het gebouw van The Living Souls dat aan de Prinsengracht in Amsterdam staat. Verder spelen de besprekingen van Josje, Valentijn, Paul en Keizer zich af in een café aan de Leidschestraat. Het gebouw van de Living Souls bestaat uit twee pakhuizen, waar de tussenmuren zijn uitgesloopt. Het gebouw heeft één verdieping. Op de begane grond is een zaal met een podium, waar de Voorziener zijn verhalen vertelt. en er is een zaal waar de nieuwkomers gereinigd worden. Op de eerste verdieping is de kamer van de TES mannen (‘uitvoerende macht’), de Lofties (‘wetgevende macht’), de Voorziener en de speciale kamer van Josje. Het speelt in een normaal milieu en had ook in een andere plaats kunnen plaatsvinden maar dan wel in een van de grotere steden van Nederland. Ik denk namelijk dat je een sekte niet zo snel in een klein dorpje zult aantreffen. Tijd en tijdvolgorde Het verhaal speelt zich af in 1986. Dat weet ik omdat de sekte 8 jaar bestond en was opgericht in 1978. De vertelde tijd is ongeveer 3 weken, want na anderhalve week werd Valentijn uit de sekte gezet, Josje mocht toen maximaal een week in de sekte blijven van haar opa, maar bleef een paar dagen langer. In dit boek komen dan ook geen opvallende tijdversnellingen of tijdvertragingen voor. Alleen de persoonsbeschrijvingen zijn terugblikken, maar de rest wordt in chronologische volgorde verteld. Hoofdpersonen Josje van Duivenbode
Josje is kleindochter van oud-commissaris Keizer. Ze heet eigenlijk Josefien en heeft lange rood/bruine vlechten. Ze is een intelligent en ontwikkeld persoon en zeer kritisch en objectief als het standpunten van iemand betreft. Ze is 17 jaar oud, heeft een goed figuur met een leuk gezicht. Zij gaat bij de sekte, maar blijft objectief en kritisch op de standpunten van de sekte, omdat ze met haar ouders van jongs af aan gediscussieerd heeft en daarom schaduwvergelijkingen doorziet. Ze maakt alleen aan het eind van het verhaal een ontwikkeling door, namelijk dat zij haar haar niet meer in vlechten draagt. Dat laatste doet ze om van haar kinderlijkheid af te komen, waarop ze bij The Living Souls is aangevallen. Aart Keizer
Hij is 61 jaar oud en ex-commissaris bij de politie. Grijs haar, dat had hij al vanaf z'n vijfendertigste. Aan z'n ogen kon je niet zien dat hij 61 was, hij zat nog steeds vol energie. Hij wilde, hoewel hij gepensioneerd was, toch doorgaan met een zaak over een sekte, genaamd The Living Souls. Er kwamen namelijk eens, toen hij nog inspecteur bij de politie was, vrienden van hem met het probleem dat hun dochter bij The Living Souls, een sekte, was gegaan. Ze sloot zich helemaal van de buitenwereld af. Alle tijd die ze had stak ze in de sekte. Wat haar ouders ook zeiden, volgens haar zei alleen de “Bright” de waarheid. Keizer vindt dat iedereen vrij moet kunnen denken en niet afhankelijk mag worden van een slechte leider. Valentijn de Boer

Valentijn wordt, net als Paul en Josje, uitverkoren door oud-commissaris Keizer om mee te doen aan het ‘project’ van The Living Souls. Valentijns ouders kwamen om bij een vliegtuigongeluk toen hij tien jaar was. Hierna kwam hij in aanraking met drugs: hasj, speed en later heroïne. Een tante van Valentijn praat hem om en Valentijn volgt, met succes een ontwenningskuur zonder andere verslavende middelen. Hieruit blijkt dat Valentijn ondanks alles, een sterk karakter heeft en erg intelligent is. Hij heeft veel wilskracht en kan goed en overtuigend praten voor grote groepen In het begin van het verhaal is hij 19 en ging hij na de zomervakantie Engels studeren aan de universiteit. Paul van Ravenswaai
Ook Paul werd, zoals eerder gezegd uitverkoren om mee te doen aan het ‘project’van de Living Souls. Paul is groot (1 meter 99) en sterk, maar wil zijn kracht nooit misbruiken. Paul is zeer koppig en laat zich geen standpunt of mening door helemaal niemand voorschotelen. Verder is hij traag van begrip, maar wel slim. Paul is erg koppig en hierdoor gelooft hij niet in Keizer, maar gaat hij geloven dat de Living Souls de waarheid spreken. Aan het einde van het verhaal komt hij tot inzicht dat het standpunt van de sekte eigenlijk heel slecht is. Er zijn verder 3 belangrijke bijpersonen in dit verhaal: Leo Wagenaar
Leo is een lange slungelige en nieuwsgierige knul met een voorliefde voor kevers. Hij heeft de bijnaam Long Vehicle, omdat hij zo lang en dun is. Hij helpt de commissaris bij het onderzoek naar de sekte en naar de personen die bij de infiltratie gebruikt zouden kunnen worden. Leo is in het verhaal 25 jaar oud. Op school wilde hij niet leren, want het was voor hem een groter raadsel waarom men een wiskundevraag wilde oplossen, dan hoe men het moest oplossen. Willem de Vries
Hij is de leider van de sekte de Living Souls. Hij is 1 meter 77 lang, heeft indrukwekkende grijze haren en lichtbruine ogen met een krachtige mond. Hij probeerde al vanaf zijn jeugd overal leiding te krijgen over verenigingen, maar omdat hij niet uitzonderlijk slim was mislukte dat steeds. Hij ging naar het atheneum, studeerde rechten, en later theologie. Hij vond een baantje in de handel. Na een paar jaar werd hij ontslagen, omdat hij teveel over zichzelf dan over z'n producten zei. Hij zwierf 6 jaar door het buitenland en stichtte daarna samen met zijn neef die wel een rechtenstudie voltooid had, een sekte in Amsterdam. Hij vond zichzelf zo geweldig dat hij zichzelf de bijnaam The Bright (= de schitterende) of de Voorziener gaf. Hij houdt van klassieke muziek, munten en vrouwen. Hij kan goed praten voor grote groepen mensen en heeft altijd een praatje klaar. Over zijn karakter wordt weinig duidelijk, behalve dat hij in zichzelf gelooft en misschien dingen aan anderen wil opdringen. In het begin van het verhaal is hij 48, want dat staat in zijn dossier. Céline
Céline is een meisje dat zich heeft aangesloten bij de Living Souls. Céline had geen plezier in het leven, aan haar ouders had ze niks en aan haar broer al helemaal niet. Daarom heeft ze zich aangesloten bij de Living Souls. Céline vindt het daar hartstikke fijn en stopt al haar tijd en geld in de sekte. Ze is een belangrijke bijpersoon omdat Valentijn via haar veel te weten komt over de sekte en over Willem de Vries. Het probleem van de hoofdpersonen Het probleem van oud-commissaris Keizer, Josje, Valentijn en Paul is dat de sekte, The Living Souls, jongeren uitbuit en manipuleert. Keizer wil de sekte opheffen, maar er werd niets dat in strijd was met de wet gedaan, althans, zo leek het…… De verhoudingen tussen de personen
Paul, Josje en Valentijn kennen elkaar eerst niet, maar toen Aart Keizer hen vroeg om mee te helpen met de sekte te ontmaskeren, werden zij goede vrienden. Josje en Keizer kenden elkaar al, Josje is namelijk Keizers kleindochter. Aart kende Leo al. Paul, Josje en Valentijn leerden hem kennen toen de geschiedenis begon. Willem de Vries is de leider van de sekte die Keizer, Leo, Josje, Paul en Valentijn willen stoppen. Hoe leer je de personen kennen? Paul, Josje, Valentijn en Keizer leer je kennen door wat ze denken, doen, zeggen en geloven. Je volgt hun gevoelens en emoties. Zij zijn ook de hoofdpersonen. Leo leer je alleen kennen door wat anderen over hem zeggen en vertellen. Paul, Josje, Valentijn, Leo en Keizer zijn de ‘goeie personen’ in het verhaal, Willem de Vries is de ‘slechterik’.
De pers over Jan Terlouw: ‘Terlouw beschikt over een heldere stijl, een aangename verteltrant en een grote verbeeldingskracht. (…) Terlouw, bijna de W.F. Hermans van de jeugdliteratuur!’ Hans Dorrestijn in Vrij Nederland ‘Terlouw formuleert snel, makkelijk en weet zijn ideeën goed leesbaar en op boeiende wijze aan zijn publiek te presenteren.’ Joke Linders-Nouwens in het Haarlems Dagblad ‘Op meesterlijke wijze geeft de schrijver, in de vorm van een spannend sprookje, een geestige persiflage op onze maatschappij.’ Marijke van Raephorst over Koning van Katoren in Elseviers Literair Supplement ‘Terlouw-fans hebben gouden uren voor de boeg met De kunstrijder.’ Goos van Gorkum over De kunstrijder in de Gooi- & Eemlander ‘En daarin ligt juist de charme van deze vaak bizarre verhalen. Terlouw vertelt over de alledaagse werkelijkheid (…) Hij toont de lezer hoe verrassend dichtbij het vreemde, het heldhaftige, het mysterieuze soms kan zijn (…) De verhalen doen meer dan eens denken aan het spitse proza van Herman Pieter de Boer. Jonge lezers kunnen zonder blozen hun vergeten jeugdliefde Terlouw opnieuw ter hand nemen.’ Rita Ghesquiere over De uitdaging in de Standaard

REACTIES

P.

P.

Hoe zorgen ze ervoor dat de groep zich bekeren?

11 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Gevangenis met een open deur door Jan Terlouw"