Weerborstels door A.F.Th. van der Heijden

Beoordeling 6.3
Foto van een scholier
Boekcover Weerborstels
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 4e klas vmbo | 4226 woorden
  • 14 februari 2003
  • 32 keer beoordeeld
Cijfer 6.3
32 keer beoordeeld

Boekcover Weerborstels
Shadow
Weerborstels door A.F.Th. van der Heijden
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
1. zakelijke gegevens A. Auteur en titel A.F.TH. Van Der Heijden, Weerborstels, Em. Querido's uitgeverij B.V., 1992, 94 bladzijden (1e druk) B. Pseudoniem Dit is niet de echte naam van de schrijver. Zijn echte naam is Patrizio Canaponi. C. Genre Het boek is een novelle. Om precies te zijn een avonturen-novelle. Het bevat totaal vierennegentig pagina's. - Het aantal personages is beperkt. Robby, Robert en Albert vormen de hoofdpersonen, Karin en de ouders van Albert hebben een kleine rol. - De personages zijn een vlak karakter. Je weet niet of je aan het eind van het verhaal een compleet overzicht hebt van het karakter - De hoofdpersonen vertonen alleen conflicten met elkaar en met omstandigheden. De bijpersonen hebben heel weinig invloed op het verhaal. D. Titel Een weerborstel is een plaats waar het haar niet wil liggen. In feite gaat het in dit boek niet om de weerborstels van Robby, maar meer om Robby zelf. De weerborstels van Robby worden in hoofdstuk een kort besproken vanuit de ogen van Albert. Blz. 12: “In het gemillimeterde haar, lichtblond, waren duidelijk zijn weerborstels zichtbaar; de zon legde er een kolkende glans over, die deed denken aan gepolitoerd aluminium.” 2. eerste reactie A. Keuze Ik heb dit boek alweer eens per toeval uitgekozen. Ik was in de bieb rond aan het lopen en toen zag ik “weerborstels” staan. De titel sprak me toen wel aan. En daarom heb ik hem gepakt en gelezen. B. Inhoud Grappig Er komen verschillende grappige momenten in voor zoals dat Robby zich zelf als het ware doopt als hij langs zijn oren plast.
Zielig Als Albert uit de krant verneemt dat Robby dood is. Onbegrijpelijk Dat Albert denkt dat Robby nog leeft. Herkenbaar Dat Robby en zijn vriend een stopteken negeerden en toen tegen een boom aan reden. Droevig Dat Robby's benen geamputeerd moeten worden 3. Verdieping A. Samenvatting De belangrijkste gebeurtenis in het verhaal is dat de politie Robert komt zegen dat zijn zoon voor de 2e keer dood is. De hoofdpersoon in het verhaal is Robby, zijn probleem is dat hij een slechte opvoeding heeft gehad en daardoor nooit van regels heeft gehoord. Hierdoor komt hij in veel problemen terecht. De hoofdpersoon maakt eigenlijk van alles mee, van tot bijna dood worden verklaard, tot met een motorfiets over brandende auto's springen. Een ander belangrijk persoon in het verhaal is Robert. Dit is de pa van Robby. Hij interesseerde zich eigenlijk niet zo in z'n zoon, totdat z'n zijn zoon zich ook ging interesseren voor de wielrennersport. Je komt eigenlijk niet zoveel van hem te weten in het verhaal. Een ander belangrijke persoon in het verhaal is Albert. Dit is een neef van robby. Het verhaal begint in 1973 en eindigt in 1955. Het verhaal speelt zich in verschillende plaatsten af in Nederland. B. Thema Het thema van dit boek is een verstoorde ouder kindrelatie. Omdat Robby geen goede opvoeding heeft gekregen zit hij nu met allerlei problemen, omdat hij niet weet hoe hij zich moet gedragen in bepaalde situaties. Ik heb per toeval voor dit thema gekozen, omdat ik het boe ook per toeval heb gekozen. C. Motieven Verscheidene motieven in dit boek zijn: snelheid, doodsangst, slechte opvoeding, verstoorde geest. D. Ruimte Er zijn verschillende plaatsen waar het verhaal zich afspeelt. De eerste plaats is langs de wielerparcours als Robert wedstrijden rijdt. Een andere plaats is als er een gesprek is tussen Albert en Robby aan het Helmonds Kanaal. De ontmoeting tussen Robert en de ouders van Albert in Eindhoven . En een hele belangrijke plaats is de plaats waar Albert zijn jeugd heeft doorgebracht. Dat is Geldrop, nabij Eindhoven. Je kan dit opmaken uit het feit dat Albert zijn boeltje aan het inpakken is op zijn vroegere jongenskamer. Hij gaat studeren in Nijmegen voor wijsbegeerte. Eerst ging hij van zijn woonplaats Geldrop naar de plek des onheil in Weert, waar het ongeluk van Robby zich afspeelde. Vooral Geldrop en langs de wielerparcours vormen de belangrijkste plaatsen waar het verhaal zich afspeelt. De plaatsen van de handelingen zijn van enig belang. De bezigheden die Robert en Robby hebben speelt zich vooral af op wielerparcours. Dat is logisch, want zij zijn beide wielrenners. De plaats van de dood speelt zich niet af op een wielerparcours, maar wel op een weg. De steden en dorpen waar de handelingen zich afspelen is niet essentieel, het had zich ook in Noord-Holland kunnen afspelen. De plaats oefent geen invloed uit op de personen, ook op de handelingen van de personen. De tijd roept geen bepaalde sfeer op die belangrijk is voor het verhaal. E. Tijd De totale gebeurtenissen duren tientallen jaren bij elkaar. Als het huwelijk van Robby's ouders wordt voltrokken is het rond het jaar 1955, Albert is dan jaar. Het moment dat Robby dood gaat is dan jaren verder, Robby moet wel achttien jaar zijn, anders kan hij niet autorijden. Albert is dan rond de drieentwintig jaar. Dan moet het ongeveer het jaar 1973 zijn. Er komen een paar flashbacks in voor. Het verhaal wordt in chronologische volgorde verteld. De personen hadden ook makkelijk in een andere tijd kunnen leven. F. verhaalfiguren Hoofdpersoon: Robby: In het boek ken je hem van geboorte tot dood, hij sterft erg vroeg ongeveer rond zijn 25e levensjaar.Hij heeft een aantal beroepen uitgeoefend, namelijk: wielrenner, stuntman, coureur, heler, misdadiger. Hij rookt al sinds z'n achste. Hij heeft blond haar dat de verteller aan weerborstels doet denken. Bijfiguren:
Albert Egberts: Neef van Robby, ik-persoon uit het verhaal zijn leeftijd loop in het boek van ongeveer vijf (bruiloft van grote Robert) tot ongeveer dertig jaar (dood van Robby). Hij heeft gestudeerd, wijsbegeerte, en woonde in die tijd op kamers. Robert Egberts: Vader van Robby, tijd wielrenner geweest. Hij en Robby's moeder scheidden ongeveer halverwege het boek. Hij houdt nog steeds van haar en gaat eerst in een verlaten houten bouwkeet in de straat wonen en verkoopt daar pillen van een bevriende apotheker, later gaat hij in de garage van zijn ex-vrouw wonen. Hij is op jonge leeftij een keer door zij zuster met een haaknaald in zijn ogen gestoken, waardoor hij daar nu nog een wit puntje heeft zitten. Karin Egberts, rond de veertig jaar, van Duitse afkomst en heeft met Robert zeven kinderen. Ze was onvruchtbaar bevonden, maar werd een paar maanden na het huwelijk met Robert toch zwanger. Ze is ook nog zwanger geraakt van Hendige Henny, toen de echtscheiding in zicht kwam. G. Vertelwijze (vertelperspectief) Het verhaal wordt verteld door een ikperspectief. Je ziet alle personen door de ogen van de ikpersoon. Je komt ook iets te weten over de gevoelens van de andere personen in het verhaal, maar niet veel. 4. Leeservaringen Het onderwerp was niet zo heel erg interessant, omdat het verhaal veel over wielrennen gaat wat me persoonlijk niet zo boeit. Het was niet herkenbaar en spreekt me dus ook niet zo heel erg aan. Ik verwachtte niet dat het onderwerp op deze manier zou worden uitgewerkt, ik had niet gedacht dat Robby nog een keer dood zou gaan en nu voor de echt. Ik vond het wel bijzonder dat het boek z'n verrassende wending kreeg. Het verhaal valt soms wel tegen, omdat er niet zoveel in gebeurt wat me echt boeit. Ik denk de belangrijkste gebeurtenis in het boek is dat de politie Robert voor de 1e keer komen zeggen dat z'n zoon praktisch dood is verklaard. De gebeurtenis die het meeste indruk op me heeft gemaakt, is dat Robby met zijn motorfiets over een paar brandende auto's springt. Dit vind ik zo bijzonder omdat ik het zelf nooit zou proberen te doen. Nee ik heb geen andere films of boeken gelezen met het zelfde onderwerp als dit boek. Ik vind de hoofdpersoon geen held, omdat hij het criminele pad opgaat omdat hij niet goed is opgevoed. Ik vind Karin in het boek het meeste sympathiek omdat ze toch nog wil proberen Robby een enigszins goede opvoeding te geven. Ik vind Robby het meest onsympathiek omdat hij opdrachten aan andere mensen geeft om te stelen voor hem. Ik verafschuw het gedrag van Robert tegenover zijn zoon. Hij gaat pas iets om hem geven als zijn zoon dezelfde hobby als hem interessant vind. Ik ben het met alle beslissingen van de hoofdpersoon oneens, zoals dat hij niet wil stoppen voor de politie als die hem gezien hebben toen hij gevaarlijke stunts was uit aan het halen. Ik vind de manier waarop de hoofdpersoon zijn manieren oplost slecht. Hij zoekt bij alles een criminele weg i.p.v een normale weg. Nee, de verhaalpersonen dragen zich raar een vreemd. Ik zou het anders doen. Ik zou op de 1e plaats als ik Robby was eens niet over auto's springen met mijn motorfiets. En als ik Robert was zou ik niet mijn z'n zoon zo genegeerd hebben. Het gedrag heeft me niet zo zeer aan het denken gezet. De personages reageren niet voorspelbaar. Dit vind ik niet zo goed. Het eind vind ik van de ene kant best wel raar. Maar aan de ene kant vind ik het wel goed. Want ik kan me voorstellen als Robert aan het einde denkt “mijn zoon is niet dood”, misschien denkt hij dan dat Robby in zijn hart voortleeft. beoordeling Ik vind het boek over het algemeen wat tegenvallen omdat het onderwerp niet zo heel erg boeiend is om de hele tijd te blijven boeien. Dit komt ook door een stuk dat ik wielrennen over het algemeen niet zo heel erg leuk vind. En doordat ik het einde een beetje raar vind. Ik had gehoopt dat Robby weer op het goede pad zou komen niet dat hij een 2e keer dood zou gaan en dat Robert toch weer dacht dat hij nog leefde. Ik had liever gehoopt op een einde zoals: “en toen belde Robby op”. Ik zou dit boek een 6 geven. Als je van wielrennen houd raad ik je dit boek ten zeerste aan, maar ook als je houdt van een raar einde.
6. Samenvatting van de inhoud De broer van Alberts vader, Robert Egberts, wil trouwen met Karin, een dochter van een Duitser. Ze vragen aan de ouders van de vierjarige Albert of Albert als bruidsjonker wil zijn. De ouders van Albert stemmen toe. Tijdens het diner wordt er gesproken over de onvruchtbaarheid van Karin. Ze was als meisje van twaalf uit een boom gevallen en verkeerd terecht gekomen. De aangetrouwde familie schuift de oorzaak van de onvruchtbaarheid in de schoenen van Robert, omdat hij vroeger in een gesticht zat. Robert was helemaal weg van wielrennerij. Hij deed zelf ook mee aan wedstrijden. De familie moedigde hem dan schreeuwend aan. Een paar maanden na het huwelijk komt Robert langs op zijn renfiets om te vertellen dat Karin toch zwanger is geworden en hij ging er weer vandoor om te gaan fietsen. In mei komt Robert weer langs om te vertellen dat Robby is geboren. Bij de doopplechtigheid plast Robby, waarna de urine om zijn oren en over zijn hoofd biggelt. Hij heeft zichzelf gedoopt. Robert rijdt nog wedstrijden. Aan de kant moedigen Robby, Albert en Karin, ze is inmiddels bevallen van nog een baby, hem aan. Op een middag, Albert is elf geworden, komt oom Robert op een mooie junimiddag een televisieantenne monteren op het dak van het huis van Alberts ouders. Robby is inmiddels al vijf jaar en het valt Albert op dat in het haar van Robby weerborstels aanwezig zijn. Robby zegt de hele middag `wanne kwats' bij alles wat Albert zegt. Heel veel zondagen bezoekt de achtjarige Robby zijn neef per fiets helemaal alleen van Eindhoven naar Geldrop waar Albert woont. Op een zondag komt Robby langs, samen met Albert en nog een vriend bezoeken ze een bioscoop en daarna nemen ze een sigaretje in een donker steegje. Albert en zijn vriend vinden Robby veel te jong om te gaan roken, maar Robby krijgt altijd zakgeld waarmee hij de sigaretten kan betalen. Er zijn geruchten dat tante Karin en oom Robert willen gaan scheiden. Karin is al weer in verwachting van een vijfde kind, de vader is niet Robert, maar Hendige Henny zoals hij genoemd wordt, die net uit de gevangenis is ontslagen. Robert gaat dan wonen in een kosthuis, ergens in Eindhoven
Albert was veertien geworden, hij komt nog maar zelden kijken bij de wedstrijden van oom Robert. Tante Karin, inmiddels met vijf kinderen, Robby wonen de wedstrijden nog wel regelmatig bij, Hendige Henny is er nooit bij aanwezig. Robert gaat steeds slechter fietsen, omdat hij ouder wordt. De aanmoedigingen hebben niet zoveel zin meer en Robert finisht steeds langzamer dan de andere wielrenners. Robert geeft zijn zoon les in wielrennen en Robby begint ook met wielrennen. Er waren geruchten dat hij handelde in gestolen grammofoonplaten om zo zijn sport te kunnen bekostigen. Robby blijkt echter een goede wielrenner te zijn want na enkele wedstrijden wint de ene na de andere omloop. Hendige Henny, een bekende in de gevangenis gaat er dan vandoor. Robert keert weer terug bij Karin. Hij mag wonen in een schaftkeet, vlak bij het huis van Karin. Robert slikt allerlei ampullen met donkerbruin vocht en probeert die pillen ook aan andere mensen. Op een avond wordt hij door een klant met meststeken verwond. Robby is zeventien geworden en verschijnt in de kranten. Het is carnaval in Eindhoven, er rijden bussen van de binnenstad naar de buitenwijken. Robby is met twee andere vrienden aan het feesten in de bus, als iemand zijn hoofd uit het noodluik steekt en met zijn hoofd tegen een viaduct smakt. En hij valt dood uit de bus. In Den Bosch wordt Albert zijn jas gestolen, maar hij krijgt de dief te pakken. Het blijkt dat de jassendief de jassen in opdracht heeft gestolen. Albert vraagt wie dat is en hij krijgt te horen dat het in opdracht van een heler in Helmond is. Albert zet hem onder druk en krijgt het adres van de heler. Het volgende weekend gaat hij naar het adres. Het was een woonwagenkamp met iedere woonwagen gemiddeld twee auto's. Albert kijkt wat rond en ontmoet daar Robby. Robby vertelt dat hij gevaarlijke stunts met motors doet. Robby blijkt verantwoordelijk voor de jassenhandel. Robby komt op het idee om met Albert een sigaretje te roken. Albert studeert wijsbegeerte en Robby doet alles wat met snelheid te maken heeft. Ze discussieren over de relativiteitstheorie van Albert Einstein. Robby laat nog een stunt zien als hij met zijn motorfiets over brandende auto's springt. Een tijd later komt de politie bij de schaftkeet bij Robert. De familie vermoedt dat zijn schaftkeet een buurtwinkeltje is geworden, een illegale pillenhandel. De politie deelt mee dat Robby klinisch dood is. Robby heeft een ongeluk gehad, waarbij hij over drie, vier auto's is gegaan. Robert gelooft er niks van wat de politie hem meedeelt en jaagt ze zijn schaftkeet uit. Robby is voorbarig klinisch dood verklaard, want hij is niet overleden. Robert is helemaal door het dolle heen als hij dit hoort. Robby's benen zijn geamputeerd Hij heeft nu houten benen, bijeengehouden door zilveren schakels. Hij revalideert en beseft zich dat hij bijna de pijp uit was. Als Albert Robby opzoekt, hebben ze een uitgebreid en open gesprek over de dood. Robby vindt dat als je dood gaat, dat je het wel goed moet doen. In de namiddag brengt Robby Albert naar zijn maat, een overlevende van het ongeluk op het dak van de bus. Die vriend is een hondenfokker en laat zijn uitvinding zien, waar Albert in het begin niks van snapte. Inmiddels is Robby weer gerevalideerd en haalt met zijn auto gevaarlijke stunts uit. De politie krijgt hij vaak achter zich aan en hij wordt vaak aangehouden. En raakt hij erg bekend bij de Eindhovense politie en in de krant. Op een avond reed Robby met een vriend, toen hij weer met de politie in aanraking kwam. Robby negeerde het stopteken en ging er vandoor. Op een splitsing missen ze de bocht en botsen tegen de boom. Allebei overleven het ongeluk niet. Als de politie weer komt meedelen dat Robby dood is, gelooft Robert het wederom niet. 's Nachts dwaalt Robert in zijn pyjama door de stad. Na de begrafenis hoort Robert zijn zoon nog om hulp roepen, Robert ziet dit als een bewijs dat Robby nog leeft, maar hij kan niet bij hem komen. Robert begint aan slapeloosheid te lijden. Robert gaat verhuizen en krijgt een nieuwe vriendin, en waarneer Albert hen ontmoet, zegt Robert dat hun Robby dood is. Albert zegt dat het niet waar is. Hij knipt uit de krant het stukje waar het ongeluk wordt beschreven en denkt hoe het ongeluk zich zou hebben afgespeeld en dan denkt hij dat Robby niet dood is. bronvermelding Ik heb bij dit boekverslag gebruik gemaakt van Internet Verwerkingsopdracht nummer 12: Papa - Stef Bos Ik heb dezelfde ogen
En ik krijg jouw trekken om mijn mond
Vroeger was ik driftig
Vroeger was jij driftig
Maar we hebben onze rust gevonden
En we zitten naast elkaar
En we zeggen niet zoveel
Voor alles wat jij doet
Heb ik hetzelfde ritueel
Papa, ik lijk steeds meer op jou
Ik heb dezelfde handen
En ik krijg jouw rimpels in mijn huid
Jij hebt jouw ideeen
Ik heb mijn ideeen
En we zerven in gedachten
Maar we komen altijd thuis
De waarheid die je zocht
En die je nooit hebt gevonden

Ik zoek haar ook
En tevergeefs
Zolang ik leef
Want papa, ik lijk steeds meer op jou
Vroeger kon je steng zijn
En ik heb je soms gehaat
Maar jouw woorden
Ze liggen op mijn lippen
En ik praat nu
Zoals jij vroeger praatte
Ik heb een goddeloos geloof
En ik hou van elke vrouw
En misschien ben ik geworden
Wat jij helemaal niet wou
Maar papa, ik lijk steeds meer op jou
Jij gelooft in God
Dus jij gaat naar de hemel
En ik geloof in niks
Dus we komen elkaar na de dood
Na de dood nooit meer tegen
Maar papa
Ik hou steeds meer van jou Waarom nou jij - Marco Borsato Als er iemand bij me weg ging
Even slikken en weer doorgaan

Even woelen en gewoon weer opstaan
Het deed me weinig
Maar om jou ben ik verdrietig
Zonder jou ontzettend nietig
Je stem die in mijn hoofd blijft zitten
Mij geen moment met rust laat
En dat er mensen zijn die lachen
En dat er mensen zijn die dansen
En dat er mensen zijn die innig zoenen
Dat kan ik nu niet meer begrijpen
Ik voel alleen de pijn van "God, waar is ze" Ik voel alleen de pijn van jou hier bij me missen
En ik kan er niet mee om gaan
Ik kan er echt niet meer mee om gaan
En ik zou wel willen smeken
Je op mijn knieen willen smeken
Als ik wist dat dat nog zin had
Maar de dagen worden weken
En de weken worden jaren
Dit gevecht kan ik niet winnen

Want jij zit veel te diep van binnen
Waarom nou jij
Waarom nou jij
Waarom nou jij
Waarom ben jij nou uit mijn leven
Waarom ben jij nou niet gebleven
Waarom wou jij me niets meer geven
Waarom ben jij vertrokken zonder reden
Ik hou je vast in mijn gedachten
Ik zie nog hoe je naar me lachte
Ik mis je lippen op de mijne
Een beeld dat nooit meer zal verdwijnen
Jouw hand niet meer in de mijne En dus tel ik de lege lange dagen
Die zonder jou voorbij gaan
Met geen enkele hoop voor morgen
Geen hoop op wat dan ook
Maar jij, zul je soms nog aan me denken
Ben ik soms toch nog een beetje bij je
Ach laat maar
Ik tel gewoon de lange dagen

Ik tel gewoon de lege lange dagen
Maar ik wil niet
Ik wil niet meer Als er iemand bij me weg ging
Even slikken er weer doorgaan
Even woelen en gewoon weer opstaan
Het deed me weinig
Maar om jou ben ik verdrietig
Zonder jou ontzettend nietig
Je stem die in mijn hoofd blijft zitten
Mij geen moment met rust laat En dat er mensen zijn die lachen
En dat er mensen zijn die dansen
En dat er mensen zijn die innig zoenen
Dat kan ik nu niet meer begrijpen
Ik voel alleen de pijn van "God, waar is ze" Ik voel alleen de pijn van jou hier bij me missen
En ik kan er niet mee om gaan
Ik kan er echt niet meer mee om gaan
na, na, na, na Weet dat ik van je hou - Gordon & Re-play Weet je nog die nacht

dat ik jou zag staan
Weet je nog die nacht
waar kwam jij vandaan
Voelde onzekerheid
maar het was een feit
Het was ons lot
en daar was jij Weet je nog die dag
jij kwam toen naar mijn huis
Weet je nog die dag
je voelde je al thuis
We waren zo verliefd
door iedereen geliefd
Want we straalden als nooit tevoor We praten en we lachten lang
We streelden elkaar nachten lang
Het voelde goed bij jou te zijn
Want jij zei dat ik de ware was voor jou Refrein: Weet dat ik van je hou
Als je dit lied hoort
Ik geef je mee mijn hart
En meen ieder woord
Als je mij aankijkt
Voel ik mij bevrijd
Van twijfel en onzekerheid Weet dat ik van je hou

Als ik voor je sta
Dan laat ik pas echt zien
Dat ik voor je ga
Als je dit niet voelt
Dan is het nooit bedoeld
Laat me dan maar gaan
Naar een onbestemd bestaan Weet je nog die zoen
Onze eerste zoen
We kregen geen genoeg
Bleven het overdoen
Het lijkt verleden tijd
We zijn elkaar nu kwijt
Maar iets in mij zegt
Het is niet voorbij Weet je nog die keer
Onze eerste keer
We hadden toen beloofd
Met een ander nooit meer
Nu gebroken hart
Heb als een valse start
Van de mooiste liefde ooit We praten en we lachten lang
We streelden elkaar nachten lang
Het voelde goed bij jou te zijn
Want jij zei dat ik de ware was voor jou Refrein: Weet dat ik van je hou
Als je dit lied hoort

Ik geef je mee mijn hart
En meen ieder woord
Als je mij aankijkt
Voel ik mij bevrijd
Van twijfel en onzekerheid Weet dat ik van je hou
Als ik voor je sta
Dan laat ik pas echt zien
Dat ik voor je ga
Als je dit niet voelt
Dan is het nooit bedoeld
Laat me dan maar gaan
Naar een onbestemd bestaan En vergeef me
Voor alle foute woorden
Die ik stuurde
Uit onmacht om je
Kwijt te raken
Wat ik zo hopeloos
Lief had (koor: lief had) Want ik hou van jou Refrein: Weet dat ik van je hou
Als je dit lied hoort
Ik geef je mee mijn hart
En meen ieder woord
Als je mij aankijkt
Voel ik me bevrijd
Van twijfel en onzekerheid Weet dat ik van je hou
Als ik voor je sta

Dan laat ik pas echt zien
Dat ik voor je ga
Als je dit niet voelt
Dan is het nooit bedoeld
Laat me dan maar gaan
Naar een onbestemd bestaan Laat me dan maar gaan
Naar een onbestemd bestaan My way - Herman Brood And now, the end is near
And so I face the final curtain
My friend, I'll say it clear [I'll] state my case, of which I'm certain
I've loved a life that's full
I traveled each and every highway
And more, much more than that, I did it my way... Regrets, I had a few
But then again, [too] few to mention
I did what I had to do
and saw it through without exemption, I planned each charted course, each careful step along the highway
And more, much more than that, I did it my way... Yes, there were times, I'm sure you knew, When I bit off

more than I could chew
But through it all, when there was doubt
I ate it up... spit it out
I faced it all and I stood tall
and did it my way... I've loved, I've laughed and cried
I've had my fill, my share of losing
And now, as tears subside, I find it all so amusing
To think I did all that
And may I say, not in a shy way, "Oh, no, oh, no, not me, I did it my way". For what is a man, what has he got? If not himself, then he has naught. To say the words he truly feels
and not the words of one who kneels, The record shows I took the blows
and did it my way... Oh, no, oh, no, not me, I did it my way... Verklaring: Stef Bos - Papa Ook al deed Robby net of hij niks wou weten van zijn pa maar ik denk toch dat hij diep in zijn hart wat voor zijn vader voelde. Marco Borsato - Waarom nou jij Ik denk dat Robert dit voelde toen de politie kwam zeggen dat zijn zoon de 2e keer dood was.
Gordon & Re-play Weet dat ik van je hou Dit wilde Robert zijn zoon laten weten. Maar heeft eigenlijk nooit de kans gekregen om dit aan zijn zoon te zeggen. Herman Brood - My way Robby deed alles op zijn eigen manier. Alleen dit was de slechte manier voor het oplossen van zijn zaken.

REACTIES

B.

B.

goede bronvermelding!

4 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Weerborstels door A.F.Th. van der Heijden"