De ortolaan door Maarten 't Hart

1 A Maarten ’t Hart
B De Ortolaan
Uitgever Tulp
Zwolle
1984
94 pagina’s (1984, Nederland) C Roman
2 A Ik heb besloten dit boek te lezen op aanraden van een vriend die het boek erg geschikt vond. B Ik vond het een goed boek, het taalgebruik was niet moeilijk en het was een logisch Verhaal. Ik vond dat je door dit boek heel makkelijk heen kon lezen. 3 A In de lift van het laboratorium vraagt Bastiaan aan Maarten of Maarten een plek kon vinden voor vier weken voor een Belgisch meisje, genaamd Alma. Maarten belooft dat, maar hij vergeet het. Bastiaan vraagt aan Maarten of hij al iets gevonden had en Maarten besluit maar om te zeggen dat ze bij hem kan logeren. Het blijkt een verlegen en zwijgzaam type te zijn, dus Maarten probeert telkens haar aan het praten te krijgen. Ze praat alleen als ze een vraag had over biologie. Na de vier weken wordt ze opgehaald door haar vriend Pascal. Een paar jaar later moet Maarten invallen voor Bastiaan bij een congres in Brighton, Engeland. Daar op een grote trap denkt hij dat hij Alma onder zich ziet. Hij roept naar haar. Iedereen kijkt naar hem. Hij kon niet naar haar toe rennen, want dan zou iedereen denken dat Alma zijn vriendin was. Hij loopt naar haar toe en het was inderdaad Alma. Ze had nu kort haar. Ze praatte nu meer dan vorige keer. Ze ontmoeten een echtpaar Engelsen die wel aardig lijken. Tijdens een wandeling met die Engelsen ontdekt Maarten dat Alma weg is, net zoals de grijze man. Priscilla, de vrouw, vertelt een één of andere rotsmoes. Maarten is ongerust. De grijze man bleek inderdaad vieze gedachten te hebben, maar Alma ging gelukkig op tijd weg. Op de dag dat ze weg moeten, wil Alma in een bepaald restaurant eten. Na uren zwerven, vindt ze hem. Ze zijn net op tijd voor de trein. Maarten stapt op een ander station uit. Weer een paar jaar later gaan ze weer naar Engeland voor een ander congres en Bastiaan heeft geregeld dat Alma mee mocht. Dit was een leuke verrassing voor Maarten. De ochtend voordat hij een lezing moet houden, wordt Maarten vroeg wakker. Hij had gehoord van een rots die mensen vaak beklimmen, dus daar ging hij daar naartoe. Daar hoog op de rots ziet hij Alma zittend op een richel. Ze durft er niet meer af. Ze springt in
Maartens armen en Maarten moet haar dus omhelzen voor een tijd, anders viel ze. Dit is te intiem voor Alma en moet even alleen zijn. Maarten vindt dat maar gek. Op het vliegveld nemen ze weer afscheid van elkaar. Op het congres in Duitsland komt Maarten haar weer tegen. Maarten komt erachter dat hij Alma leuk vindt, omdat hij de trouw van Alma aan Pascal waardeert. Ook vindt hij

haar leuk omdat ze al bezet is. Bij het laatste afscheid, Maarten ging weer naar Nederland, geeft hij haar een dode Ortolaan. B 1
2 Het speelt zich af bij Maarten thuis, op een congres in Brighton en op een congres in Duitsland. Het boek speelt zich af over en groot aantal jaren waarbij op sommige plekken tusenpozen zitten van een aantal jaar. Het is niet echt duidelijk wanneer het zich precies afspeelt. Het is in iedergeval na de 2e wereld oorlog want Maarten praat aan het eind met iemand en daarbij gaat het ook over de oorlog. 3 Maarten
Alma
Pascal
Bastiaan
Karin
4 In het begin is het op de school waar Maarten zit en bij hem thuis. Daarna op een congres in Engeland en Duitsland. 5 ik-persoon
C 1 Maarten vindt in dit boek Alma leuk en is verliefd op haar maar zij heeft al een vriend en is later in het verhaal getrouwd met die jongen daardoor is Alma ongrijpbaar voor Maarten, en hij waardeert de trouw van Pascal en Alma. 2 ???????? 3 Bij het begin van het verhaal vertelt Maarten over de vinkeslag en dat het gezang van de Ortolaan, de goudvink en de geelgors lijken op die van de vink en Alma herhaalde een paar keer het woord Ortolaan zeer dromerig en Maarten vertelde toen wat over de Ortolaan. Op het einde van het verhaal vliegt een Ortolaan op tegen het Adorno-universiteitsgebouw en Maarten koopt het dode diertje van de man die alle vogels opraapt die tegen het gebouw zijn opgevlogen voor twee Mark en dat geeft hij bij het vertrek van hem aan Alma. D 1 1984
2 Maarten ’t Hart werd in 1944 in Maassluis geboren. Zijn familie was gereformeerd. Zijn vader was toen tuinder en werd later grafmaker. Zijn jeugd was sterk calvinistisch maar toch heeft hij het gezin in allerlei boeken beschreven. Nadat hij in Vlaardingen aan het Groen van Prinsterer Lyceum zijn HBS diploma had gehaald, studeerde hij biologie aan de Rijks Universiteit in Leiden. Hij had ethologie als hoofdvak. Sinds 1970 is hij wetenschappelijk medewerker op de afdeling ethologie op de Leidse Universiteit. 1971 Stenen voor een ransuil

1973 Ik had een wapenbroeder. 1974 Het vrome volk
1978 Een vlucht regelwulpen. 1979 De aansprekers
1980 De kroongetuige
1984 De ortolaan
1984 Het roer kan nog 6 maal om. 1985 De jacobsladder
1988 De steile helling
3
4
5
4 1 Ik vond dit boek leuk omdat het allemaal heel logisch was en dat je het ook kunt inbeelden in de werkelijkheid. 2 Ik vond het laatste hoofdstuk van het boek wel leuk, vooral omdat dan ook eindelijk de titel verklaard wordt. 3 Ik vind boeken die niet logisch zijn minder leuk, omdat je het verhaal niet zo goed kunt inbeelden omdat het niet kan gebeuren. 4 ???????? 5 Dit is zeker een herkenbaar probleem wat zich hier afspeelt maar helaas voor Maarten gaat deze liefde niet door omdat Alma al bezet is. 6 Ik vond het makkelijk taalgebruik (bijna geen moeilijke woorden) waardoor je makkelijk door het boek heen kunt lezen. 7 Ik vond het een goed te lezen boek dat ook logisch is en dat je makkelijk met de werkelijkheid kunt vergelijken. Ik vind het verhaal zelf ook mooi. 8 Ja zeker aan iemand die niet graag leest omdat er heel makkelijk in dit boek is geschreven en je er makkelijk doorheen leest en buiten dat is het verhaal ook heel goed.