1) Fabel en sujet: Het verhaal bevat gebeurtenissen die in een logisch- chronologische volgorde heeft plaatsgevonden. Het verhaal is dus een fabel. Het verhaal is ook wel feitelijk omdat meerdere mensen haar verhaal kunnen bevestigen omdat veel mensen de tweede wereld oorlog heeft meegemaakt, het verhaal bevat dan ook een sujet. Door de fabel en sujet weet je dat het verhaal betrouwbaar is. 2) Tijd: De gebeurtenissen zijn verteld in de chronologische volgorde, de gebeurtenissen worden verteld in de tijd waarin ze plaatsvinden. Maar er zijn ook stukken opengelaten, want je kunt natuurlijk niet elke punt van de tweede wereld oorlog beschrijven. Oftewel je krijgt niet alle relevante informatie. Het verhaal is dus niet continu. In het boek zijn weinig flashbacks te vinden, ik heb alleen de flashback kunnen vinden van dat ze vroeger gepest werden omdat ze joods waren.(blz. 11) De gebeurtenissen waren: Marga en haar ouders, en broer en zus kwamen weer terug in Breda nadat ze gevlucht hadden. Vader kwam op een dag thuis met sterren, een teken dat je jood was. Bettie, de zus van Marga werd gevangen genomen. De ouders van Marga vluchtte naar Amsterdam en de kinderen waren gewoon in Breda. Marga was het thuiszitten zat en besloot om naar haar ouders in Amsterdam te gaan. Dave en Lotte gingen ook onderduiken in Amsterdam. De ouders werden gevangen genomen in Amsterdam. Dave, Lotte en Marga besloten om in Utrecht onder te duiken. Lotte werd opgepakt op het station en Dave ging met haar mee. Marga bleef alleen over. Ze werd iedere keer overgeplaatst. Na de oorlog ging Marga nog even bij haar familie in Zeist langs. In het verhaal kan je merken dat de joden altijd een, een achterstand hadden. Ze vormde de minderheid en werden door andere mensen raar aangekeken. Het verhaal speelt zich af net voor de tweede wereld oorlog tot net na de tweede wereld oorlog. Dus het verhaal gaat over de oorlog die 5 jaar duurde. Dus het verhaal begon in 1940 en eindigde in 1945. De verteltijd is korter dan de vertelde tijd omdat het een 5 jaar durig verhaal is. 3) personages Marga: Zij is de hoofdpersoon in het boek en is ongeveer denk ik 14/15 jaar in het begin van het verhaal. Marga is de schrijver van het boek. Je weet verschillende eigenschappen van Marga dus ze is een karakter. Ze voelt zich schuldig over de kwestie dat ze haar ouders heeft achtergelaten. Vader: Hij is erg optimistisch in het begin van de oorlog en dacht dat het allemaal snel afgelopen zou zijn, wat niet het geval blijkt. Hij is een type. Je krijgt geen duidelijk eigenschappen van hem te weten. Moeder: Een erg zorgzame en bezorgde vrouw, ze komt niet vaak in het verhaal voor. Moeder is dus ook een type. Ook zij wordt niet duidelijk beschreven in het verhaal. Bettie: De zus van Marga, zij werd door de Duitsers gevangen genomen. Ze was een dapper meisje. Zij was ook een type. Zij is een bijfiguur in het verhaal en daar wordt dus weinig over verteld vandaar dat ze een type is. Dave: Hij is de broer van Marga en is al getouwd. Hij is erg loyaal want ging samen met zijn vrouw mee toen zij werd opgepakt. Dave is ook een type. Lotte: Zij is de vouw van Dave. Ze is ook erg zorgzaam. Er wordt niet veel over haar verteld. Zij is ook joods van afkomst en werd dan ook betrapt bij de treinen. De hoofdpersoon is erg dapper want ze gaat gewoon met haar leven door nadat ze al haar familie is verloren in de oorlog. Relatie tussen: Marga en vader: het is dochter en vader. Marga en moeder: dochter en moeder. Marga en Bettie: zussen van elkaar. Marga en Dave: zus en broer. Marga en Lotte: kunnen het samen goed vinden, schoonzussen van elkaar. Lotte en Dave: man en vrouw. Ik denk dat ik het meeste zou lijken op Marga, mede omdat ik ongeveer nu dezelfde leeftijd heb als haar toen in het begin van de oorlog. 4) Opbouw Het verhaal bestaat uit 21 hoofdstukken en een epiloog. Dit is de geleding. Het verhaal is chronisch verteld. De samenhang tussen de hoofdstukken is goed en het sluit allemaal goed op elkaar aan. Het verhaal is een ik verhaal. Maar je kan uit de tekst halen dat de schrijfster de hoofdpersoon is en dat ze haar gebeurtenissen over de oorlog verteld. Er is een verhaallijn, want je ziet het verhaal uit de ogen van één persoon. Het verhaal begint met de oorlog en eindigt dat de oorlog is afgelopen. Het verhaal is dus niet cyclisch. Het verhaal heeft een open einde, want je weet niet wat Marga nu gaat doen, nu ze al haar familie kwijt is. Je weet niet waar ze gaat wonen ofdat ze gaat werken.
Het bittere kruid door Marga Minco
6.5
In 'Het bittere kruid' schrijft Marga Minco (1920) over de Jodenvervolging tijdens de bezettingstijd. In korte hoofdstukken realiseert zij de sfeer van toenemende onzekerheid en angst. Zelfs als de bezetter toeslaat, blijft er nog een spoor van hoop om aan het lot te ontkomen. Met kleine middelen roept de schrijfster een sfeer op van dreiging, ongegronde hoop …
In 'Het bittere kruid' schrijft Marga Minco (1920) over de Jodenvervolging tijdens de bezettingstijd. In korte hoofdstukken realiseert zij de sfeer van toenemende onzekerhe…
In 'Het bittere kruid' schrijft Marga Minco (1920) over de Jodenvervolging tijdens de bezettingstijd. In korte hoofdstukken realiseert zij de sfeer van toenemende onzekerheid en angst. Zelfs als de bezetter toeslaat, blijft er nog een spoor van hoop om aan het lot te ontkomen. Met kleine middelen roept de schrijfster een sfeer op van dreiging, ongegronde hoop en verwachting, die precies weergeeft wat in die jaren in de harten van de vervolgden leefde. Sober omslag, duidelijke druk.
Oefenen voor je mondelingen?
Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.
Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden