Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

De Cock en de moord in extase door A.C. Baantjer

Beoordeling 6.9
Foto van een scholier
Boekcover De Cock en de moord in extase
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 3e klas vwo | 2331 woorden
  • 25 november 2001
  • 26 keer beoordeeld
Cijfer 6.9
26 keer beoordeeld

Boekcover De Cock en de moord in extase
Shadow
De Cock en de moord in extase door A.C. Baantjer
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
1. Het boek “De Cock en de moord in extase”, geschreven door A.C. Baantjer, en is uitgegeven in 1995 door uitgeverij Fontijn in Baarn. Het boek bestaat uit 136 bladzijden. 2. Het verhaal speelt zich af in onze tijd. Eind twintigste – begin een en twintigste eeuw. Het wordt niet goed duidelijk in wat voor’n tijdsperiode het verhaal afspeelt. Er is veel drugsoverlast in het verhaal, net zoals nu. Verder zijn er bepaalde technieken gebruikt bij het onderzoek die nog niet zo heel lang bestaan. Ik schat in dat het één á twee maanden geweest moet zijn. Dit is ongeveer de tijd die voor een onderzoek nodig is, denk ik. Het verhaal verloopt bijna in zijn geheel in Chronologische volgorde. In het boek komt één flashback voor, op het eind. Ook een aantal tijdsprongen. 3. Karakteromschrijvingen van de Hoofdpersonen uit het boek. In het boek komen 2 hoofdpersonen voor. Rechercheur de Cock en Rechercheur Vledder. Rechercheur de Cock: (flat character) Rechercheur de Cock is een wat oudere man van ongeveer tussen de 57 en 62 jaar, rechercheur van beroep. Samen met zijn vrouw woont hij in een grachtenpand in Amsterdam. Hij heeft grijs haar, draagt altijd een overhemd met een bruine broek, en heeft hier buiten nog eens een beige lange jas en donkerbruin / zwart hoedje bij aan. De Cock komt aardig over, is niet fel, neemt álle tijd om dingen uit te zoeken, maar heeft weinig vertrouwen in wat anderen zeggen en beweren. Dat is ook wel nodig natuurlijk als je van beroep een rechercheur bent. De Cock is nieuwsgierig en niét gauw tevreden. Vaak lost hij de zaken waar hij mee te maken krijgt op, door zijn ervaring als rechercheur. De Cock heeft de juiste vrienden in het criminele circuit, wat altijd goed van pas kan komen. Een van de slechte eigenschappen van de Cock is dat hij (bijna) altijd te laat komt op het werk. Ook vindt hij het nodig, iedere keer dat hij zichzelf voorstelt duidelijk te maken dat zijn achternaam geschreven wordt met COCK (Cee Ooo Cee Kaa). Tijdens het verhaal verandert zijn karakter niet à flat character. Rechercheur Vledder: (flat character) Rechercheur Vledder is een jonge man, heeft bruin haar en draagt meestal een spijkerbroek met erboven een T-shirt of trui, rechercheur van beroep. Vledder heeft véél wilskracht, vooral om misdaden op te lossen. Vledder is ongeduldig en denkt vaak niet ver door. Ook is hij eigenwijs. Dit wordt o.a. duidelijk wanneer hij de gedachtekronkels van de Cock niet goed kan begrijpen. Dan doet hij zijn eigen zegje wel even. Als het onderzoek hem te lang duurt wordt hij onrustig, en gaat dan brutaal acteren bij verhoren. Vaak krijgt hij op zulke momenten de verdachte, die op dat moment dan overhoord wordt, boos. Hij heeft veel te leren, en ziet de Cock dan ook in veel gevallen als zijn leermeester. Vledder is er snel van overtuigd dat iemand de dader is. Soms té snel, in tegenstelling tot de Cock, die iemand pas als dader aanziet wanneer hier waterdicht bewijs voor is. Tijdens het verhaal verandert het karakter van Vledder niet à flat character. 4. Het thema is moord. 5. Op een dag werd er een geldtransport overvallen op de Geldersekade Een transportwagen werd klemgereden door een witte Alfa Romeo en er werd drié miljoen gulden gestolen door twee overvallers. Eén van de overvallers schoot, nadat hij eerst het geld in de vluchtwagen weggelegd had en daarna terugliep, twee kogels door het hoofd van Martin van der Meulen, de bestuurder van het transport, en vluchtte, samen met de andere overvaller. De overvallers reden snel weg in de Alfa Romeo. Dick de Cock en Dirk Vledder van politiebureau Warmoesstraat werden op de zaak gezet. Ze kregen de opdracht de overvallers én de drie miljoen gulden te vinden. Eerst zochten ze uit of de vermoorde transporteur, Martin van der Meulen, een strafblad had. Dit was niet het geval. De witte Alfa Romeo werd al snel teruggevonden, samen met een tal van vingerafdrukken. Ze bleken van Richard van Slooten te zijn, een autodief, die niet bepaald onbekend was bij de Cock en Vledder. De Cock en Vledder kwamen er ook achter dat er twéé vluchtauto’s gebruikt zijn; de witte Alfa Romeo, waarna er overgestapt werd op een blauwe Jaguar. De Cock en Vledder gingen bij de moeder van Richard van Slooten langs. Het leek alsof ze wat afwist van de overval, maar ze zei dat ze haar zoon niet wilde verraden en dús vertelde ze er verder niets over. Teruggekomen op het bureau wachtte er een vrouw op de rechercheurs. Haar naam was Monique van het Veer. Ze beweerde de verloofde van Richard van Slooten te zijn. Oók beweerde ze álles van de overval af te weten, omdat ze bij de besprekingen omtrent de overval aanwezig geweest zou zijn. De moord die met de overval gepaard ging was, vertelde ze, gehéél niet volgens plan. Ze wist zéker dat Richard niet geschoten had, maar dat dat zijn handlanger geweest moest zijn. De naam die ze noemde was Peter Shot, een agressieve Amerikaanse junk Het gesprek werd afgerond. De Cock schrok toen hij hoorde dat Richard van Slooten was gevonden op een zandpad bij Doldersum, in Drenthe, waar hij en zijn handlanger waarschijnlijk naartoe gevlucht waren. Vermoord, was Richard, en wel op dezelfde manier ook als hoe de geldtransporteur, Martin van der Meulen om het leven was gekomen. Door het hoofd. Zou dat Peter geweest zijn? De Cock had het moeilijk met het onderzoek. Hij dacht dat Martin van der Meulen iets met de overvallers te maken had. Anders zou één van de overvallers niet terug zijn gegaan om hem dood te schieten. Wellicht had hij ze herkend? De Cock vernam dat Peter van Woudrichem, de directeur van het bedrijf waar Martin werkte, de begrafenis geregeld en betaald had. Hij ging samen met Vledder de begrafenis bezoeken. Op de begrafenis ontmoetten ze Peter van der Duin. Hij vertelde dat hij vroeger samen met Martin op transport zat naar Tsjecho-Slowakije, maar dat Martin een maand voor de overval plotseling gestopt was met het transport naar Tsjecho-Slowakije. Vanaf dat moment reed hij geldtransporten, omdat hij zijn vrouw Rita niet vertrouwde. Hij dacht dat deze een verhouding had met Peter van Woudrichem, de directeur van het transportbedrijf. Hij vertelde ook dat Martin op de dag van de overval nóóit op de Geldersekade mocht komen. Hij week dus plotseling van zijn route af. De directeur, Peter van Woudrichem, werd hierdoor dus een verdachte. Hij had een motief. Hij kón Martin namelijk de opdracht gegeven hebben om van zijn route af te wijken. Op het politiebureau kwam hij zijn onschuld vertellen, wat hij niet overtuigend deed. Hij zei dat hij ook verbaasd was toen Martin van zijn route afweek. Peter Shot was de dag voor de overval gezien, hij werd gedragen door een man en een vrouw. Monique van het Veer zegt dat dat vóór een bespreking plaats heeft gevonden, waarbij hij stomdronken verscheen. Mevrouw van Slooten, de moeder van één van de overleden daders, was niét aanwezig op de begrafenis van haar zoon, hoorde Vledder door de telefoon. Snel gingen de Cock en hij naar het huis van mevrouw van Slooten. Daar werd ze dood aangetroffen, vermoord, op dezelfde wijze als haar zoon, en Martin van der Meulen, de vermoorde transporteur. Onderzoek wees uit dat ze al twee dagen lang dood was. Op de dag ná de overval moest ze dus vermoord zijn. De Cock merkte op dat er op de kast een pop in buitenlandse kledij stond toen ze er de vorige keer waren, maar dat die pop nu verdwenen was. Hij dacht er meteen aan dat mevrouw van Slooten de andere overvaller chanteerde en dat ín de póp de bewijzen bewaard werden. De Cock liet een vriend die schilder is, Peter Karstens, de pop schilderen (als schilderij) met de klederdracht die de Cock hem omschreef. Daar hoorde hij ook dat de vrouw van Peter Karstens het plan al kende, omdat ze dat plan een tijd geleden in het bureau van Peter van Woudrichem had gevonden. Om dit verhaal te kunnen controleren gingen de Cock en Vledder naar zijn kantoor. Ze kregen niet veel tijd om zijn kantoor te doorzoeken, omdat ze zagen dat Peter van der Duin aan het inbreken was in het kantoor. Die vertelde hen dat hij dat gedaan had om geld te zoeken, want hij zou er van overtuigd zijn dat Peter van Woudrichem achter de overval zit. Opeens bleek het onderzoek abrupt afgelopen te zijn. Peter Shot was gevonden in een kraakpand, overleden aan een overdosis heroïne. Het lijk werd onderzocht door een lijkschouwer, die opmerkte dat hij er wel érg slecht uitzag en hij het idee had dat Peter overleden was aan vergíftigde heroïne. Al een aantal drugsverslaafden waren in de weken daarvoor overleden aan vergiftigde heroïne. Ondanks dat de Cock de opdracht kreeg van de commissaris om te stoppen met het onderzoek, ging hij door. Dat was maar goed ook. Peter Shot (waar ze eindelijk de echte naam van te weten waren gekomen; Peter Vandeberg) leed inderdaad aan de gevolgen van vergiftigde heroïne. De symptomen daarvan waren dat je spieren, al weken voordat je dood zou gaan, er één voor één mee op zouden houden. Bewezen werd dat Peter Shot er al weken aan leed en dus de overval en de moorden nooit gepleegd zou kunnen hebben. Dat wist zijn moordenaar waarschijnlijk niet. Martin van der Meulen, Richard van Slooten en zijn moeder, waren met het wapen van Peter Shot doodgeschoten. Dat betekende dat de moordenaar van Peter Shot, ook de moordenaar moest zijn van de anderen. Vledder snapte er niets meer van, zijn collega de Cock des te meer.De Cock ging het schilderij van de pop in klederdracht ophalen en daar hoorde hij dat er een misverstand was. De vrouw van de schilder had het plan niet zélf gevonden, maar ze had gehoord dat iemand die er stáge liep hem gevonden had. Dat scheen ene Monique te zijn, die ook tegen haar gezegd had dat de klederdracht gedragen wordt in Tsjecho-Slowakije. 6. De Cock liet het schilderij brengen naar Monique van het Veer, met een briefje er bij: “Groeten uit Tsjecho-Slowakije van Martin van der Meulen”. Na een tijdje stapte ze geschrokken en volledig in paniek in haar auto en reed weg. De politie volgde haar en ze zagen dat ze naar een boerderij in Middelie reed. Als de Cock op een afstand door een megafoon liet weten dat ze omsingeld was, reed er opeens de blauwe Jaguar, die eerder gebruikt werd als vluchtauto, uit de garage. Die kon de politiewagens niét ontwijken, en verongelukte. De auto vloog in de brand in een berm, waar Monique van het Veer lag, samen met de dader die, onder de brandwonden, toe kon kijken hoe drié miljoen gulden aan het verbranden was. Tot Vledders’s verbazing was de dader Peter van der Duin. Het verhaal kent een gesloten einde. Duidelijk is wie de daders waren. 7. Titelverklaring. ”De Cock en de moord in extase”. De Cock, omdat dit de hoofdpersoon is die de moord onderzoekt, en “extase” omdat Peter van der Duin zó verliefd was, dat hij álle moorden die hij gepleegd had in een soort “waas”, “extase” pleegde. 8. Mijn mening * Hoe voelde ik me tijdens het lezen? Ik voelde me erg nieuwsgierig. Tot een jaar geleden was ik dat van nature al, maar heb dat min of meer afgeleerd. Dit boek zorgde er voor dat die eigenschap van me, weer terugkeerde. Je leest een boek als deze, en komt steeds een stukje díchter bij de oplossing… Je wilt graag weten hoe het afloopt en zit soms tot midden in de nacht op de bank, met het boek in de hand. * De werkelijkheid in het verhaal
De schrijver van het boek vertelt heel goed wat de hoofdpersoon denkt en voelt. Ik vond het erg goed gedaan. Dat is tóch iets wat míst als je naar de serie Baantjer op T.V. kijkt. Enerzijds wel logisch dat hij dat zo goed kan, A.C. Baantjer heeft erg lang voor de politie gewerkt. Hij maakte notities bij alle zaken waar hij mee te maken kreeg, en gebruikte die notities later om daar boeken over te schrijven. Net zoals – waarschijnlijk – voor dit boek. * De opbouw

Is niet zo leuk eigenlijk. Niet zo leuk? Nou, eigenlijk wel! Maar door de opbouw van het boek, is het heel moeilijk om het boek weg te leggen. Allereerst; het verhaal is, op een énkele uitzondering na, in chronologische volgorde geschreven. Maar wat nou het leuke, zo verslavingwekkende van dit boek was, dat aan het eind van ieder hoofdstuk zó’n einde bedacht is, dat je héél graag verder wilt lezen. ‘Die hebben we gevonden.. Heb je hem gearresteerd? Dat was niet meer nodig. Hoezo? Hij was dood.”, en in het volgende hoofdstuk wordt dan verteld hoe dat in z’n werk ging. Verslavingwekkend is de opbouw dus. * De originaliteit
Er zijn véél detectives in romanvorm te vinden. Maar tóch hebben de boeken van Baantjer iets aparts. Allereerst natuurlijk omdat velen ervan waar gebeurd zijn, maar vooral de stijl, en de meeslependheid van zijn stijl zijn wat het ‘em doen. Al lezende ga je nadenken over wie het gedaan kon hebben. Hoé het zover had kunnen komen. Waarom de moordenaar besloot zijn actie te doen. En ga zo maar door. De verhalen, en de bijbehorende oplossingen, verbazen me keer op keer; érg origineel. * De stijl
Het boek bevat zinnen met wisselende lengtes. Dit zorgt er voor dat het makkelijk te lezen is. Er worden niet vaak moeilijke woorden gebruikt, zodat het gemakkelijk is om hem te lezen, en je je niet steeds af hoeft te vragen “wat betekent dát woord nou weer??”. Het is modern Nederlands wat gebruikt wordt, bevat uitgebreide omschrijvingen van wat er plaatsvindt, en de woorden die gekozen zijn, zijn vaak mooi bedacht. Goed passend bij de situatie.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "De Cock en de moord in extase door A.C. Baantjer"