Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

De donkere kamer van Damokles door Willem Frederik Hermans

Beoordeling 5.1
Foto van een scholier
Boekcover De donkere kamer van Damokles
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 5e klas vwo | 3265 woorden
  • 11 april 2001
  • 14 keer beoordeeld
Cijfer 5.1
14 keer beoordeeld

Boekcover De donkere kamer van Damokles
Shadow

Lees De donkere kamer van Damokles en je wordt meegetrokken in het jonge leven van Henri Osewoudt, sigarenwinkelier te Voorschoten. Het zijn de jaren van de Duitse bezetting: als Osewoudt moet kiezen, is het zonder bedenktijd, met leven of dood als inzet en blind toeval als bepalende factor. Als een watervlugge bokser zet Willem Frederik Hermans ons op het verkeerde b…

Lees De donkere kamer van Damokles en je wordt meegetrokken in het jonge leven van Henri Osewoudt, sigarenwinkelier te Voorschoten. Het zijn de jaren van de Duitse bezetting: als O…

Lees De donkere kamer van Damokles en je wordt meegetrokken in het jonge leven van Henri Osewoudt, sigarenwinkelier te Voorschoten. Het zijn de jaren van de Duitse bezetting: als Osewoudt moet kiezen, is het zonder bedenktijd, met leven of dood als inzet en blind toeval als bepalende factor. Als een watervlugge bokser zet Willem Frederik Hermans ons op het verkeerde been. Steeds komen de gebeurtenissen in een ander licht te staan. De donkere kamer van Damokles biedt superieur schrijverschap, bloedstollende spanning en een sluipend gevoel van ongemak. Osewoudts leven wordt ons leven. Welke keuzes maken wij?

De donkere kamer van Damokles door Willem Frederik Hermans
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
"Ik kan hem zoeken als hij er niet is, maar hem niet ophangen als hij er niet is. Men zou kunnen willen zeggen: 'Dan moet hij er toch ook zijn als ik hem zoek' - Dan moet hij er ook zijn, als ik hem niet vind, en ook als hij helemaal niet bestaat." I. Zakelijke gegevens b.Titel De Donkere kamer van Damokles, 33e 1995-VII 334 blz.,G.A. van Oorschot, Amsterdam, (1e11-1958) c.Genre psychologisch oorlogsroman II.Eerste reactie a.Keuze Het boek werd door mijn broer aangeraden te lezen.2
b.Inhoud Osewoudt houdt zich bezig met ondergrondse activiteiten tegen de Duitsers. Na de oorlog is het niet duidelijk of hij nou voor of tegen de Duitsers werkte. Een goed maar erg verwarrend plot. III.Verdieping a. Samenvatting Het verhaal begint in de jonge jaren van Henri Osewoudt, een jongetje van 12 jaar, wonend in Voorschoten. Als Osewoudt op een dag uit school komt, blijkt dat zijn moeder in een vlaag van waanzin zijn vader, sigarenhandelaar, heeft vermoordt. Zijn moeder gaat naar een psychiatrische inrichting, en Henri gaat nu bij Oom Bart in Amsterdam wonen. Zijn lelijke nicht Ria van negentien neemt hem 's-avonds altijd bij zich in bed. Als Henri zeventien is heeft hij nog geen baardgroei en ziet er lichamelijk tamelijk jong uit voor z'n leeftijd. Hij trouwt met z'n nicht Ria en samen met zijn moeder die inmiddels de inrichting heeft verlaten, vestigen zij zich in de sigarenzaak van zijn vader. Even later komt er nog een student, Moorlag, in het huis wonen. Henri wordt afgekeurd voor militaire dienst omdat hij een halve centimeter te kort is. In mei 1940 ontmoet Osewoudt Dorbeck, een officier van het Nederlandse leger, die de Nederlandse capitulatie niet wil accepteren en zich niet wil overgeven. Dorbeck vraagt Osewoudt om een rolfilmpje te ontwikkelen en dit op te sturen naar het adres van ene Evert Jagtman in Amsterdam. Dorbeck en Osewoudt lijken sprekend op elkaar, alleen heeft Dorbeck zwart in plaats van blond haar en heeft Osewoudt geen baardgroei. Osewoudt raakt gefascineerd door Dorbeck en ziet hem als zijn voorbeeld. Na de eerste ontmoeting komt Dorbeck nog drie keer langs. Eén keer om van Osewoudt een pak van de burgerwacht te lenen om zich te vermommen. Enkele maanden later komt hij dat pak terugbrengen waarbij hij hem tegelijkertijd vraagt om nog een tweede filmpje te ontwikkelen. Door onkunde verpest Osewoudt het filmpje en zijn de afdrukken waardeloos. Bij het vierde bezoek overhandigt Dorbeck Osewoudt een pistool, waarmee zij en nog een derde man, Zéwüster de volgende dag in Haarlem drie mannen neerschieten.Vanaf deze overval hoort Osewoudt vier jaar lang niets meer van Dorbeck. Hij ontwikkelt het eerste rolletje waaruit vier foto's tevoorschijn komen. Eén afdruk, met Dorbeck erop, mislukt; en Osewoudt bewaart de overige foto's 'als herinnering aan de enige persoon die hij ooit bewonderd had'. Na vier jaar krijgt Osewoudt weer een bericht van Dorbeck dat hij de foto's naar een postbusnummer moet sturen. Vanaf dat moment begint het verhaal te rollen. Met behulp van de foto's krijgt Osewoudt in de daarop volgende tijd drie opdrachten. Twee dagen nadat Osewoudt de foto's heeft verstuurd komt hij in contact met Elly Sprenkelbach Meyer uit Engeland die zich met een van de foto's legitimeert. Zij zegt rechtstreeks uit Londen te zijn gekomen. Osewoudt geeft haar een slaapplaats in Amsterdam bij zijn Oom Bart. Wanneer hij de volgende dag naar huis belt, hoort hij van Moorlag dat de Duitsers die nacht zijn moeder en zijn vrouw Ria hebben gearresteerd. Moorlag heeft een brief weten te redden van Dorbeck waarin de tweede foto zit. Achterop de foto staat een opdracht aan Osewoudt om Dorbeck over een week te bellen. In die week wordt Osewoudt door een vriend van Moorlag, Meinarends, geïntroduceerd in een nieuwe verzetsgroep, die van Labare. Daar moet hij filmpjes ontwikkelen. Ook krijgt Osewoudt een nieuw persoonsbewijs en gaat vanaf dat moment door het leven als Filip van Druten. Osewoudt laat zijn haar zwart verven door Marianne, een mooie joodse vrouw die ondergedoken is in een kapsalon. Door deze nieuwe haarkleur lijkt Osewoudt zo veel op Dorbeck, dat ze nauwelijks van elkaar te onderscheiden zijn. Dit zal nog veel problemen geven in de toekomst, zoals we later zullen zien. Hij gaat even later op bezoek bij Oom Bart om hem te vertellen dat zijn moeder en Ria gearresteerd zijn. Oom Bart scheldt hem uit voor lafaard en dégeneré omdat hij nog niks gedaan heeft om de twee te bevrijden en zich verschuilt achter zijn nieuwe vermomming. Osewoudt wanhoopt en voor het eerst merkt de lezer dat hij geestelijk, net zoals zijn moeder, niet helemaal in orde is. Hij hallucineert de vreemdste dingen. Hij komt bijvoorbeeld ineens Zéwüster en zijn moeder tegen.Aan het einde van de week belt Osewoudt Dorbeck, zoals was afgesproken. Hij krijgt opdracht om een medewerkster van Dorbeck op een bepaald tijdstip te ontmoeten. Zij zal zich legitimeren met een van de foto's. Osewoudt ontmoet de vrouw, die gekleed is in een uniform van een leidster van de Nationale Jeugdstorm. Hij vergeet haar naar de foto te vragen. Samen gaan zij naar Lunteren om Gestapo-leider Lagendaal en zijn vrouw te vermoorden. Na met veel moeite Lagendaal te hebben geliquideerd keert Osewoudt met het zoontje van Lagendaal en de naamloze vrouw weer op de trein naar Amsterdam. Onderweg wordt de vrouw gearresteerd omdat ze een vals persoonsbewijs zou hebben. In Amsterdam ontmoet Osewoudt Marianne met wie hij naar de bioscoop gaat. Tijdens het voorprogramma wordt er een oproep geprojecteerd op het scherm met een foto van Osewoudt en het bericht dat hij gezocht wordt wegens 'straatroof'. Ondanks dat Osewoudt zeker weet dat het de foto was van zijn dubbelganger Dorbeck en niet van hemzelf, vlucht hij de bioscoop uit. Bij de uitgang wordt hij herkend en in de boeien geslagen door een politieagent. Hij wordt op hardnekkige wijze ondervraagd door Kriminalrat Wülfing. Een medegevangene herkent hem zelfs als Henk Osewoudt, maar verward hem met Dorbeck. Osewoudt zwijgt en wordt overgedragen aan Obersturmführer Ebernuss, die volgens Wülfing bekend staat als homoseksueel. Ebernuss laat hem overbrengen naar het ziekenhuis, waar blijkt dat zijn tijdens het verhoor opgelopen verwondingen reuze meevallen. Dezelfde avond wordt hij uit het ziekenhuis bevrijd door een groep onbekende mannen. Zij zetten Osewoudt af in Leiden, en deze loopt dan naar het huis van Labare, waar ook Marianne is. Osewoudt verteld Marianne over zijn dubbelganger Dorbeck, die voor hem een soort idool is. Hij zegt dat hij er eindelijk achter is gekomen dat hij een mislukte kopie is van wie hij eigenlijk had moeten zijn, namelijk Dorbeck. Hij zegt ook dat het enige wat hij in zijn leven kan doen is zoveel mogelijk op Dorbeck te lijken, in wat hij doet en in hoe hij er uitziet. Nauwelijks heeft hij haar dit verteld of de Duitsers omsingelen het huis. Osewoudt weet te ontvluchten maar wordt even later toch weer opgepakt. De homoseksuele Ebernuss zoekt toenadering tot Osewoudt, die zich als jonge man daarom niet op z'n gemak voelt. Ebernuss vertelt Osewoudt dat zijn moeder is overleden en dat hij achter het bestaan van Dorbeck is gekomen. Ebernuss stelt voor om Marianne vrij te laten op voorwaarde dat Osewoudt voor een ontmoeting tussen Dorbeck en Ebernuss zorgt. Osewoudt gaat hiermee akkoord en ze rijden samen naar de ontmoetingsplek, een illegalensociëteit. Onderweg geeft Ebernuss te kennen dat hij zo snel mogelijk wil deserteren. Op de bewuste sociëteit zien Osewoudt en Dorbeck elkaar weer. Dorbeck heeft zoals altijd weinig tijd om bij te praten, maar draagt Osewoudt alleen op om Ebernuss te vergiftigen, hetgeen hij dan ook doet. Na deze actie neemt Dorbeck Osewoudt mee naar een adres waar hij kan overnachten. Hij krijgt een vermomming (verpleegstersuniform) en Dorbeck belooft hem dat zij de volgende dag samen met Marianne naar het zuiden zullen vluchten. Voordat Dorbeck weggaat neemt Osewoudt een foto van hen beiden in een spiegel. De volgende dag komt Dorbeck echter niet opdagen. Osewoudt besluit op bezoek te gaan bij Marianne om hun pasgeboren kind op te zoeken. Hij wordt niet tot de kamer van Marianne toegelaten, maar mag wel zijn kindje zien dat dood blijkt. Osewoudt rent huilend naar buiten, en krijgt een lift van een Luftwaffe officier. Onderweg naar het bevrijde zuiden, stoppen zij nog eventjes in Voorschoten waar Osewoudt zijn vrouw Ria vermoordt. Op weg naar Dordrecht ontdoet hij zich van de Duitse officier en rijdt door met zijn auto. Aangekomen in bevrijd gebied, wordt Osewoudt meteen gearresteerd, en op transport gesteld naar Engeland. In Nederland schijnt Osewoudt in illegale verzetskrantjes bekend te staan als beruchte landverrader. In Engeland wordt hij kort ondervraagt over Elly Sprenkelbach Meyer, die na haar overnachting bij Oom Bart meteen is opgepakt. Osewoudt keert snel weer terug naar Nederland waar hij vast wordt gehouden in een kamp voor landverraders, het Kamp Achtste Exloërmond in Drenthe. Zijn zaak wordt daar onder leiding van Inspecteur Selderhorst diepgaand onderzocht. Hoe verder men in het onderzoek vordert hoe meer er bewijzen tégen Osewoudt boven water komen. Het blijkt bijvoorbeeld dat er vele afdrukken van Dorbecks foto's in handen van de Duitsers waren. Deze werden gebruikt om in verzetsgroepen zoals die van Labare te infiltreren. Osewoudt wordt van vele dingen beschuldigt, en Dorbeck, die kan bewijzen dat Osewoudt veel voor het verzet heeft gedaan, is onvindbaar. Osewoudt wordt er bijvoorbeeld van beschuldigt de vrouw zonder naam waarmee hij Lagendaal heeft vermoord, en de groep van Labare heeft verraden. Jagtman (wiens lijk sterk leek op het lichaam van Dorbeck) en Moorlag zijn dood, en Marianne woont op een kibboets in Israël. Osewoudt kan op geen enkele manier bewijzen dat Dorbeck bestaat. De foto waar hij op moest staan is in mei 1940 door Osewoudt zelf verkeerd ontwikkeld en mislukt. Een andere foto, met Osewoudt en Dorbeck in de spiegel zit nog steeds in zijn fototoestel, wat onvindbaar is. Na lang zoeken wordt het toestel eindelijk gevonden, maar blijkt de bewuste foto mislukt. Nu is dus ook zijn laatste redding waardeloos. In een vlaag van wanhoop rent Osewoudt het kamp uit en wordt neergeschoten. De lezer blijft achter met de vraag of Dorbeck nou werkelijk bestaan heeft. b.Onderzoek van de verhaaltechniek Van het boek mag gezegd worden dat het chronologisch wordt verteld. Er zijn wel twee tijdlijnen te vinden nl: 1) Zijn jeugd (1932) tot en met april 1945 (zijn tijd in het verzet). 2) Als hij in handen van de Nederlanders valt. Er zijn wel tijdsprongen in de eerste tijdlijn, maar dit merk je niet zozeer, alleen had ik een derde tijdlijn moeten tekenen, vanaf het moment dat Dorbeck opnieuw in het leven van Osewoudt verschijnt tot het moment dat hij in handen van de nederlanders valt. Het verhaal wordt niet fragmentarisch vertelt. Er is een grote spanningsboog te vinden door het hele verhaal, je wilt steeds weten wat er nu weer gaat gebeuren. De round character in het verhaal Henrie Osewoudt, een heel ozeker persoon, die eigenlijk niets heeft om voor te leven, er niet normaal uitziet, en geen vrienden heeft. Zijn zin in het bestaan vindt hij door dingen te doen voor Dorbeck. Hij denkt ook vaak dat hij na de oorlog wel iemand zal zijn omdat hij een oorlogsheld is in zijn eigen ogen. Dorbeck is zijn grote ideaal en hij ziet hem als de gelukte versie van zichzelf
Dorbeck is de ideale versie van Osewoudt, terwijl hij eigenlijk in geen enkel opzicht op Osewoudt lijkt (behalve zijn uiterlijk dan) Dorbeck is de viriele tegenpool van Osewoudt, en geeft Osewoudt opdrachten. Dorbeck was luitenant in het leger en werkt voor de engelsen Marianne is de vriendin van Henri, ze is een joodse en krijgt een doodgeboren kindje van hem. Ze gaat uiteindelijk terug naar Palestina
Ria is zijn lelijke nicht met wie hij trouwt doch ze bedriegt hem met een N.S.B'er. Henri's moeder is een fantast en vermoordt haar man, ze wordt vermoord door de duitsers. Er zijn nog veel meer personages, maar van deze personen is geen compleet beeld... Het verhaal speelt zich af in de periode 1932-1945, en de vertelde tijd beslaat bijna deze hele periode alleen zijn jeugd en de periode dat Dorbeck zich niet laat zien worden vluchtig beschreven. De verteltijd is een dikke 8 uur maar ik heb geen flauw idee hoe lang ik er over gedaan heb. De verhaaltijd is veel langer dan de verteltijd hoewel er korte stukjes gelijk lopen. Het verhaal is geheel-chronologisch verteld. en niet fragmentarisch

Er is sprake van een personale vertelsituatie, het verhaal wordt als het ware langzaam vanzelf vertelt. Het verhaal speelt zich niet op een bepaalde plaats af, maar in verschillende ruimtes. Wat kenmerkend is, is dat bijna alle ruimtes vrij klein zijn en dat ze allemaal wel uitvoerig beschreven worden. Het taalgebruik is makkelijk te begrijpen en er zijn veel uitvoerige beschrijvingen. Hermans stijl van schrijven, hij gebruikt niet te veel woorden om iets onder woorden te brengen, maar wel zo dat alles helemaal duidelijk wordt. Hij geeft vaak gedetailleerde beschrijvingen van de mensen waar Osewoudt mee praat, hetgeen vaak heel handig is om een beter beeld van iemand te krijgen. c. Thematiek Het belangrijkste thema is het op geheel eigen wijze erva ren/beleven van de werkelijkheid en het verkeerd beoordelen van anderen, omdat het niet mogelijk is die anderen te kennen; Een ander thema: de onachterhaalbaarheid van de waarheid. Motieven zijn: Oorlog (WO II) chaos en verwarring (de opdrachten) dubbelgangersmotief (Henri/Dorbeck=Jagtman?) eenzaamheid en isolement
verraad en moord (Henri's moeder,Ria enz.) foto's (die moeten bewijzen dat hij verzetsheld was
incest (het huwelijk met zijn nicht) krankzinnigheid (Henri's moeder) minderwaardigheidscomplex (hij is klein, heeft een hoge stem, is lelijk enz. zoeken naar eigen identiteit/queeste (is Henri nu verzetsheld of verrader? slachtoffer of psychopaat?) toeval (de foto's, sommigen waren niet ontwikkeld) Oedipusmotief (moederliefde en vaderhaat) seks en geweld d. Plaats in de literatuurgeschiedenis Willem Frederik Hermans werd op 21 sept. 1921 in Amsterdam in een onderwijzersgezin geboren. Zijn ouders waren heel autoritair, zijn oma tyranniek en met zijn drie jaar oudere zus kon hij het ook niet goed vinden. De verhouding met zijn zus is een belangrijk thema in zijn werk, met name in "Ik heb altijd gelijk". Op de lagere school was hij het knapste jongetje van de klas, maar het slechtste in gymnastiek. Tijdens zijn jeugd was hij eenzaam, hij had alleen zijn teddybeer als vriend. Op het gymnasium was hij middelmatig. Hij won een eerste prijs in een opstellenwedstrijd. Dit was zijn debuut en het werd ook gepubliceerd in het "Algemeen Handelsblad". Hij studeerde eerst sociografie en na een jaar werd dat fysische geografie. De exacte wetenschap heeft veel invloed op hem, wat blijkt uit zijn exacte en zakelijke beschrijving van details. Tijdens de oorlog moest hij de studie onderbreken (hij weigerde de loyaliteits verklaring te tekenen) en hij studeerde af in 1950. Hij promoveerde op een bodemonder zoek in Luxemburg. Hij werd lector in de fysische geografie, maar in 1973 verhuisde hij naar Parijs. Van Nederland heeft hij nooit een hoog petje opgehad; het was volgens hem te klein en bekrompen. Tijdens de Tweede Wereldoorlog, die een belangrijke invloed had op zijn levensvisie, begon Hermans te schrijven, en na de oorlog werd dat steeds meer. Hij publiceerde in veel tijdschriften, (zoals Criterium, Literair Paspoort, Vrij Nederland, Haagse Post enz.) en in kranten (Het Vaderland, Het Vrije Volk en NRC Handelsblad). Hij is redacteur geweest van Criterium en van Podium. Naar aanleiding van een voor rooms-katholieken beledigende passage werd hem een proces aangedaan. Zijn werk is van het begin af een bron van felle discussie geweest. Hij heeft verschillende pseudoniemen gehad: na de oorlog schreef hij detectiveromans onder de naam Fjodor Klondyke. Zijn anti-katholieke geschriften ondertekende hij met pater Anastase Prudhomme sj. Ook gebruikte hij Schrijver Dezes. Zijn wereldbeeld is samen te vatten als de onkenbaarheid van de waarheid. De realiteit is te ingewikkeld en chaotisch. Mensen zien verbanden tussen gebeurtenissen die er helemaal niet zijn. Het misverstand is ook een belangrijk motief. Zijn belangrijkste thema is verwarring en chaos.Zijn werk gaat vaak over Tweede Wereld Oorlog. Hij beschrijft vaak een wereld waarin geen mens te vertrouwen is
De hoofdpersonen in zijn boeken zijn waarheidszoekers, die de waarheid echter nooit zullen vinden. Ze stuiten op misverstanden of trekken verkeerde conclusies. Ook vinden ze geen zekerheid omtrent hun eigen identiteit. Een andere thema in zijn boeken is dat de personen in zijn boeken op zoek zijn naar hun vader. De ouders zijn autoritair en de zoon zet zich tegen ze af, maar wil met name zijn vader toch een plezier doen. De hoofdpersonen proberen zichzelf te bevestigen door iets bijzonders te doen. Veel door Hermans gebruikte stijlmiddelen zijn ironie, de herhaling en het groteske. Hij beschrijft de tijden waarin weinig gebeurt vrij kort, terwijl hij als er veel gebeurt dat uitgebreid beschrijft IV. Beoordeling Emotieve argumenten Dit verhaal is een soort verhaal waarna ik een bepaald gevoel aan over hou. Osewoudt sterft en je vraagt je af "wie was Osewoudt?". En meteen daarop "Wie was Dorbeck?", "Wat is er nu eigenlijk gebeurd?". Je beseft dat je enkel de belevingswereld van een niet geheel labiel persoon hebt beleeft, een persoon die dacht een verzetsheld te zijn terwijl hij het tegenovergestelde was. "Of was Osewoudt dan toch de held en zat de Overheid dan toch fout? Is alles wat we hebben gelezen ook dan echt in die woorden gebeurd?". De Donkere Kamer van Damokles is een speciaal boek daar ben ik zeker van. Maar wat is er nu eigenlijk gebeurd? De schrijver weet waarschijnlijk zelf niet eens wat Osewoudt nu gedaan heeft, dat laat hij over aan je fantasie. Hoe beperkt die ook is. Morele argumenten "Welk standpunt neemt Hermans in?" Dat is wat hier beantwoord moet worden. Ik weet het niet. Maar aangezien hij een pessimist is zal hij geschreven hebben over het falen van het individu (Osewoudt) wat er allemaal wel niet fout kan gaan als mens wanneer je niet dieper op gebeurtenissen, jezelf, je acties, ingaat, wanneer je jezelf dom houdt en je gedraagt als een plant. Onderaan heb ik een mooie illustratie van Hermans pessimisme geplaatst. Een citaat over de gedachten van de hoofdrolspeler en dus ook de lezer (ik-vorm) wanneer hij Dorbeck voor het eerst ziet. Realistische argumenten

Dit verhaal is een verhaal dat echt gebeurd had kunnen zijn. Het eind is echter niet concreet genoeg om het als waargebeurd te kunnen noemen. Het veraad de on-authenticiteid van het verhaal. Plaatsten, personen en gebeurtenissen zijn overtuigend geschreven, alsof je het verhaal beleefd. Structurele argumenten
Het verhaal wordt chronologisch verteld. Er zijn wel twee tijdlijnen te vinden nl: 1) Zijn jeugd (1932) tot en met april 1945 (zijn tijd in het verzet). 2) Vanaf het punt dat hij in handen van de Nederlanders valt. Er zijn wel tijdsprongen in de eerste tijdlijn, maar dit merk je niet zozeer, alleen had ik een derde tijdlijn moeten tekenen, vanaf het moment dat Dorbeck opnieuw in het leven van Osewoudt verschijnt tot het moment dat hij in handen van de Nederlanders valt. Het verhaal wordt niet fragmentarisch vertelt. Er is een grote spanningsboog te vinden door het hele verhaal, je wilt steeds weten wat er nu weer gaat gebeuren. "Ik heb nooit geweten dat ik het mislukte exemplaar was, totdat ik Dorbeck ontmoette, dat ik in vergelijking met die man geen reden van bestaan had, dat ik mij alleen aanvaarbaar maken kon, door precies te doe wat hij zei' Ik heb dit stuk gekozen omdat je er hier achter komt waarom hij al de opdrachten van zijn evenbeeld Dorbeck zonder er meer over na te denken accepteerde."

REACTIES

L.

L.

lekker uittreksel :9

18 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "De donkere kamer van Damokles door Willem Frederik Hermans"