De aanslag door Harry Mulisch

Beoordeling 6.9
Foto van een scholier
Boekcover De aanslag
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • Klas onbekend | 2332 woorden
  • 5 april 2001
  • 37 keer beoordeeld
Cijfer 6.9
37 keer beoordeeld

Boekcover De aanslag
Shadow

Fake Ploeg, een collaborerende inspecteur van politie, berucht om zijn wreedheid, fietst tijdens zijn spertijd door de buitenwijken van Haarlem naar huis. Door de winterse avond klinken plotseling zes scherpe knallen. Ploeg ligt dood op de stoep voor een rijtje van vier huizen, waarvan er een door de familie Steenwijk wordt bewoond. De verschrikkelijke gevolgen van de…

Fake Ploeg, een collaborerende inspecteur van politie, berucht om zijn wreedheid, fietst tijdens zijn spertijd door de buitenwijken van Haarlem naar huis. Door de winterse avond kl…

Fake Ploeg, een collaborerende inspecteur van politie, berucht om zijn wreedheid, fietst tijdens zijn spertijd door de buitenwijken van Haarlem naar huis. Door de winterse avond klinken plotseling zes scherpe knallen. Ploeg ligt dood op de stoep voor een rijtje van vier huizen, waarvan er een door de familie Steenwijk wordt bewoond. De verschrikkelijke gevolgen van deze gebeurtenis zullen de dan twaalfjarige Anton Steenwijk zijn hele leven lang blijven achtervolgen.

De aanslag door Harry Mulisch
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Amsterdam (1982) Overal was het al dag, maar hier was het nacht, neen, meer dan nacht. C. Plinius Caecilius Secundus: Epistulae, VI, 16
Dit citaat van Plinius heeft betrekking op de uitbarsting van de Vesuvius in het jaar 77. Deze uitbarsting zorgde ervoor dat Pompeï onder as en lava bedolven werd. Volgens Plinius was er zo veel as in de lucht, dat het donkerder was dan in de nacht. De aanslag op Ploeg heeft voor de familie Steenwijk en hun huis net zo'n verwoestende werking. Bovendien komt er op verschillende plaatsen in De aanslag as voor: zo begint de tweede episode met de vermelding dat er nog jarenlang as uit de hemel zal neerdalen. Dit is een vooruitwijzing naar het feit dat Anton zijn hele leven met de aanslag op Ploeg bezig is. Als Ploeg jr. zijn kei door de spiegel gooit, ploft er een wolk as uit de kachel. 'As' is het symbool van de vergankelijkheid: als iets er niet meer is, is er slechts as over en aan as kun je niet meer zien wat het ooit geweest is. De roman eindigt met de woorden: zijn schoenen sloffen en het is of zij wolkjes as opwerpen, ofschoon nergens as te zien is. 2. Harry Mulisch wordt op 29 juli 1927 geboren in Haarlem. Zijn vader komt uit Oostenrijk-Hongarije (nu Tsjechië) en zijn moeder komt uit Antwerpen. Zijn grootvader van moederszijde was bankdirecteur geworden en zijn vader kon daar een betrekking krijgen. Thuis wordt Duits gesproken maar Harry krijgt een Nederlandse opvoeding. Zijn ouders scheiden in 1939, Harry blijft bij zijn vader en de huishoudster Frieda wonen. Dankzij de nieuwe betrekking van zijn vader blijven Harry en zijn moeder tijdens de oorlog uit de handen van de Duitsers. Zijn moeder emigreert naar Amerika en zijn vader wordt na de oorlog gearresteerd, waarna hij drie jaar in een kamp verblijft. Hij overlijdt in 1957. Mulisch gaat in 1958 in Amsterdam wonen. Hij trouwt in 1971 en krijgt twee dochters, Anna en Frieda. Mulisch debuteert in 1947 met een kort verhaal in 'Elsevier'. Vanaf 1949 wijdt hij zich geheel aan de 'schrijverij'. In 1952 komt de roman Archibald Strohalm uit, die met de Reina Prinsen Geerlingsprijs wordt bekroond. Vanaf 1958 is hij redacteur van het tijdschrift 'Podium', in 1962 richt hij 'Randstad' op en sinds 1965 is hij redacteur van 'De Gids'. In totaal heeft hij meer dan 50 publicaties gedaan, waaronder romans, autobiografieën, toneelstukken, poëziebundels en studies. Vaak maakt hij gebruik van mythische en magische elementen. Ook houdt hij zich bezig met 'het raadsel van de tijd'. Hij heeft verschillende onderscheidingen gekregen o.a. 'de bijenkorf literatuurprijs' in 1957, voor het zwarte licht. In 1978 ontving hij de 'P.C. Hooftprijs'. Op zijn 50e werd hij benoemd tot Ridder in de orde van Oranje Nassau. 3. De aanslag begint in januari 1945 en eindigt in november 1981. De vertelde tijd is dus bijna 37 jaar. Het verhaal speelt zich op veel verschillende plaatsen af. De belangrijkste plaatsen zijn Haarlem, waar de aanslag plaats vindt, en Amsterdam, waar Anton zijn verdere leven woont. Anton heeft een huisje in Toscane, hier speelt ook een deel van het verhaal zich af. 4. Anton is de hoofdpersoon van De aanslag. Hij heeft donkerkleurig haar, bruine ogen en een notenkleurige huid. Hij is lang en slank. In het begin van het verhaal is hij 12 en aan het eind 48 of 49 jaar. In die 37 jaar is hij niet veel veranderd, want zijn buurmeisje herkent hem nog. Anton wil de aanslag vergeten. Hij was nog te jong om het allemaal te bevatten, want het lijkt Anton niet erg aan te grijpen als hij hoort dat zijn ouders en broer dood zijn. Hij wilde de gebeurtenissen diep binnen in zichzelf sluiten. Maar al wil hij het vergeten, Anton is nog zijn hele leven bezig met de aanslag. Steeds krijgt hij er op een of andere manier weer mee te maken. Als hij het hele verhaal eindelijk kent is dat een grote opluchting voor hem. Anton heeft last van migraine. Later gaan die gepaard met depressies. In Toscane raakt hij in een crisis. Anton is eerst een wat verlegen jongetje. Later als volwassen man is hij zelfstandig en zelfbewuster. Hij is dus een rond karakter. Anton is ook steeds bezig met de vrouw in de gevangenis. Hij heeft die vrouw nooit gezien, maar heeft wel een beeld van haar. Voor hem leeft ze nog. Als Cor vertelt dat Truus niet meer leeft, sterft zij op dat moment voor hem en hij beseft dat het beeld dat hij altijd had van Truus, hetzelfde is als zijn vrouw Saskia. Daarom was het liefde op het eerste gezicht bij hem en Saskia. Als hij later de foto van Truus ziet heeft hij dit niet meer. Hij scheidt kort daarna van Saskia. Als echte afsluiting gaat hij naar het graf van Truus, de fantasie gedachtes over Truus zijn dan echt voorbij. 5. Eerste episode: 1945
In januari 1945 wordt in Haarlem, in de straat van de familie Steenwijk, de NSB'er Fake Ploeg doodgeschoten. Ploeg ligt voor het huis van de buren, de familie Korteweg, Deze buren verslepen het lijk van Ploeg tot voor het huis van Steenwijk. Peter wil het lijk weer terug leggen, maar de Duitsers zijn snel ter plaatse. Peter vlucht en neemt het pistool van Ploeg mee. Als wraak steken ze het huis van Steenwijk in brand en voeren de familie Steenwijk af. De ouders van Anton Steenwijk worden later gefusilleerd. In de cel van Anton zit ook een jonge vrouw die waarschijnlijk bij de aanslag betrokken is geweest. Anton wordt na verloop van tijd uit de cel gehaald en naar Amsterdam gebracht, waar hij bij een oom en tante kan wonen. Tweede episode: 1952 - Tijdens de Koreaanse oorlog - Anton studeert medicijnen. Hij gaat naar een feestje van een studiegenoot in Haarlem. Voor het eerst sinds de oorlog is hij weer in die stad. Hij besluit een bezoekje te brengen aan de straat waar hij vroeger gewoond heeft. Hij treft daar de overbuurvrouw, mevrouw Beumer aan, met wie hij een praatje maakt. Zij vertelt dat de andere buren, Kortweg, zijn verhuist. Anton besluit om nooit meer terug naar Haarlem te gaan. Derde episode: 1956

Vanwege de inval van de Russen in Hongarije, wordt het hoofdkantoor van de Communistische Partij Nederland door relschoppers bestormd. Anton woont hier heel dichtbij, dus de relschoppers staan bij hem in de straat. Een van hen is Fake Ploeg jr.: de zoon van de NSB'er. Hij heeft een kei in zijn hand. Fake zat bij Anton in de klas. Anton vraagt hem mee naar binnen te gaan en daar praten zij over het verleden. Er ontstaat een kleine ruzie over wie de schuld heeft aan de dood van Anton's ouders. Fake gooit met de kei een spiegel in en rent weg. Vierde episode: 1966
Tijdens de Vietnam-oorlog - Anton is inmiddels getrouwd met Saskia de Graaff en hebben een dochtertje, Sandra, van vier. Hij is afgestudeerd en is nu anesthist Tijdens een begrafenis vangt Anton een gesprek op over de aanslag. Hij ontmoet de man die bij de aanslag betrokken was, Cor Takes. Hij heeft het samen gedaan met Truus Coster. Truus Coster is gefusilleerd en Anton begrijpt dat zij degene was met wie hij in de cel gezeten heeft. Later bezoekt hij Cor thuis en ziet een foto van Truus. Eindelijk heeft hij een beeld van haar. Cor vraagt of hij nog iets weet over Truus, maar Anton kan zich niets meer herinneren, van wat Truus heeft gezegd in de cel. Vijfde episode: 1981
Anton is gescheiden en nu met Liesbeth getrouwd. Ze hebben een zoon: Peter, vernoemt naar Antons broer. Anton heeft last van depressies en migraine. In Toscane heeft hij last van een ernstige crisis. Hij gaat in 1978 met zijn dochter naar Haarlem. Zij bezoeken de plak waar het huis stond en zij bezoeken het graf van Truus Coster. Anton weet nu door de emoties wat Truus heeft gezegd in de cel, maar Cor is nergens meet te vinden. Tijdens de vredesdemonstratie in 1981 komt Anton zijn vroegere buurmeisje Karin Korteweg tegen. Zij vertelt hem dat haar vader niet met het lijk voor hun deur gevonden wilden worden omdat haar vader hagedissen had, die dan zeker gedood zouden worden. Bij de andere buren kon het lijk ook niet gelegd worden, want daar zaten joden ondergedoken. Ook vertelt hij dat Peter bij de Kortewegs naar binnen is gevlucht en daar is doodgeschoten door de Duitsers. Uit angst voor wraak van Anton was Korteweg naar Nieuw-Zeeland geëmigreerd, waar hij in 1948 zelfmoord pleegde. Nu weet hij eindelijk alles over de aanslag. 6. Het einde is gesloten, Anton weet nu alles: waarom het lijk is versleept en waarom naar hen, wie de vrouw was in de gevangenis en hoe ze eruit ziet. Hij heeft na 37 jaar eindelijk de aanslag afgesloten. 7. Het boek is opgezet als een klassieke tragedie: een proloog gevolgd door vijf episodes, elk een ander jaar. Deze episodes bestaan uit genummerde hoofdstukken. In het eerste hoofdstuk van een episode wordt verteld hoe de situatie is veranderd t.o.v. de vorige episode. In het tweede hoofdstuk begint het verhaal over het betreffende jaar. In een episode worden maar enkele dagen uit dat jaar vertelt. 8. De proloog is geschreven in het auctoriaal perspectief. De rest van het boek is in het hij-perspectief. Je ziet het verhaal door de ogen van Anton. Af en toe zijn er zinnen in het boek die geschreven zijn in het auctoriaal perspectief. Zoals vlak na de aanslag, als Ploeg op de grond ligt naast zijn fiets, waarvan het voorwiel nog draait: een dramatisch effect dat later close in elke verzetsfilm zou verschijnen. 9. Het verhaal wordt chronologisch verteld met grote tijdsprongen ertussendoor. Er zijn af en toe flashbacks als Anton terugdenkt aan de aanslag of andere belangrijke dingen in zijn leven. Ook zijn er flash-forwards, die worden verteld door de alwetende verteller. Hij vertelt dan iets over Anton, wat er later zal gebeuren of dat hij iets pas later zal begrijpen. 10. niet aanwezig
11. In de aanslag komen verschillende motieven voor met daar bij behorende symbolen: het menselijk leven dat door het lot wordt bepaald. Anton komt in zijn leven steeds mensen tegen die hem dichterbij de oplossing van de aanslag brengen. Volgens Mulisch is dit geen toeval, maar het lot. Het symbool hierbij is de dobbelsteen. Voor de aanslag speelt de familie Steenwijk mens-erger-je-niet. Als de aanslag plaats vindt heeft Anton de dobbelsteen in zijn hand. Die stopt hij in zijn zak en vindt hem later terug. Ook verder in het verhaal komt een dobbelsteen terug. Een ander motief is: het opsporen van de verborgen achtergronden in het leven. Anton is steeds op zoek naar het hele verhaal achter de aanslag, al doet hij dit niet bewust. Symbool hiervoor is het oplossen van cryptogrammen. Anton doet dit graag. Tijdens de demonstratie denkt hij steeds na over een cryptische omschrijving. Vlak nadat Karin heeft vertelt waarom zij het lijk voor hun deur hadden gelegd, weet hij de oplossing van de cryptische omschrijving. Als hij alles weet is ook het cryptogram opgelost. Een laatste motief is het vergeten van afschuwelijke gebeurtenissen. Anton wil de aanslag het liefst vergeten. Hij wordt daarom misschien ook wel anesthesist: specialist in het 'vergeten' Verder komen in het verhaal veel tegenstellingen voor, verborgen tussen de zinnen. Zoals schuld - onschuld, donker - licht en liefde - haat. Een veel voorkomend symbool is as. Dit is het symbool voor de vergankelijkheid. Dat heeft veel te maken met het motto. (zie punt 1) Een leidmotief in het verhaal zijn de liedjes. Anton hoort bij bepaalde gebeurtenissen liedjes die precies bij die situatie passen. Ook hiermee wil Mulisch zeggen dat het leven door het lot is bepaald. Het moet gewoon zo zijn dat die liedjes op dat moment worden gedraaid. Alles heeft met elkaar te maken. 12. Het verhaal heeft twee thema's: Schuld: Het grote thema in De aanslag is: wat is schuld en wanneer is iemand schuldig? Wie heeft er schuld aan de dood van Antons ouders en broer? Zijn het de Duitsers die hen gefusilleerd hebben, of is het het verzet, omdat Antons ouders nooit omgekomen zouden zijn als Ploeg niet doodgeschoten was. Of is het de familie Korteweg: zij hebben Ploegs lijk bij Anton voor de deur gesleept? Of zijn er misschien nog meer mogelijkheden? Daarnaast komt de schuldvraag ook bij andere gebeurtenissen terug: hebben de leden van de CPN schuld aan de Russische inval in Hongarije? Zijn de Amerikanen schuldig aan oorlogsstoken omdat zij in Nederland kernraketten willen plaatsen? Zoektocht: Of Anton nu wil of niet: steeds krijgt hij met de gevolgen van de oorlog te maken en steeds wordt hij weer wat wijzer over de personen die betrokken waren bij de aanslag op Fake Ploeg. Aan de ene kant zegt Anton niets meer met de oorlog te maken te willen hebben, maar aan de andere kant lijkt hij de oorlog steeds weer op te zoeken. Doordat hij steeds meer komt te weten, wordt Anton als het ware gelauwerd tijdens de demonstratie in 1981. Daar lijkt zijn zoektocht volbracht: hij weet nu hoe de vork in de steel zit. 13. In de tweede wereldoorlog vindt er voor het huis van Anton Steenwijk een aanslag plaats op een NSB'er. Met deze aanslag heeft Anton, hoewel hij dat eigenlijk niet wil, nog zijn hele leven te maken. Steeds komt hij verder met het totale verhaal achter de aanslag. 14. Ik heb De aanslag twee keer gelezen. Een keer voor mezelf. Ik vind het interessant om boeken over WO II te lezen en ik had wel eens over dit boek gelezen. Ik heb dit boek nog een keer gelezen voor dit project. Ik vond het niet erg om het twee keer te lezen, want het verveelt niet. Harry Mulisch heeft een vlotte stijl van schrijven. Er gebeuren veel dingen in het boek. Daardoor wordt het niet langdradig of saai. Het boek blijft spannend tot het eind. Tijdens het lezen kom je steeds meer te weten over de dingen om de aanslag heen. Pas op de laatste bladzijdes weet je waarom het lijk is versleept, dan weet je precies hoe het zit. Het is een mooi, realistisch boek.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "De aanslag door Harry Mulisch"