DE KUNSTRIJDER
1) Noem de auteur en titel van het boek en aantal pagina’s
Auteur: Jan Terlouw
Titel: De Kunstrijder
Aantal pagina’s: 190
2) Geef in het kort de inhoud weer door de volgende vragen te beantwoorden: A) Waar speelt het verhaal zich af? Het verhaal speelt zich af bij Victoria thuis, bij de GENGK ( Gehandicapte En Niet Gehandicapte Kinderen), in en rond om het museum. B) Wanneer speelt het verhaal zich af? Het verhaal waar het over gaat is nog niet zo lang geleden, ten eerste hadden ze auto’s en een elektrische rolstoel. In 1970 kwam het eerste boek en in 1989 was dit boek er gekomen en voordat hij dit boek schreef is hij ook nog naar zo’n club met gehandicapte geweest en dus is het tussen 1970 en 1989. C) Welke personen spelen een belangrijke rol? Tom: Vrij kleine tengere jongen van 15 jaar met een innemend gezicht, Smal vanaf de jukbeenderen toelopend op de kin met een kuiltje, smalle rug
Donker bruine ogen met een weemoedige uitdrukking en is een doven. Patrick: Brede kaken, diepliggende bruine ogen en kan niet lopen
Victoria Roerig: Ze is een meisje van 15 jaar met blond haar en blauwe ogen, lange oogwimpers, magere wangen, rechte sympathieke neus, en een ferme kin
Lucie: meisje van 12 en is blind
Agent Saarloos: is een inspectuur met zware wengbrauwen, dikke wangen, vrij kleine neus, bruine ogen en donker blond haar D) Maak een lijstje van alle andere personen die in het boek voorkomen. Meneer veenman Tony
Meneer Gijs van Oerle Willem van schubben
Paul Meneer Sperendonk
Meneer van Wijngaerden Meneer Hendricks
E) hoe verloopt het verhaal. Patrick en Tom maakten een wandeling en gingen zitten in het park, voor het Jan steenmuseum zagen ze een meisje met een schilderij de kelder ingaan. Nadat het meisje verdween ging Tom een kijkje nemen, toen Tom terug kwam bij Patrick vertelde hij dat ze daar een schilderij heeft neergelegd dat een paar jaar geleden gestolen geworden is, hier wilden hun meer van weten en probeerde met dat meisje in contact te komen en dat deden ze dan via Lucie en dat meisje met het schilderij heet Victoria. Victoria vertelde dat hun 4 jaar geleden weg waren geweest naar familie en op de terug weg kregen zij een ongeluk waarbij haar moeder om het leven kwam en haar broertje werd gehandicapt en haar vader was doorgedraaid geworden en alleen zij had helemaal niks, en omdat haar broertje (Tony) niks meer kon is haar vader schilderijen gaan stelen zodat Tony wat te kijken had want Tony kon niks meer hij zat alleen maar in die stoel en kon vroeger voor het ongeluk heel goed schlderen. Die vader deed ze stelen omdat hij veel schulden had en dus geen schilderijen kopen kon. Bij een van de schilderijen die Victoria terug wilde brengen werd ze in elkaar geslagen en van het schilderij beroofd. Als Patrick, Tom, lucie en Victoria een plan hebben bedacht om de berover en het schilderij terug te vinden worden Lucie en meneer Hendricks (de waarschijnlijke dader) ontvoerd, de ontvoerders hebben gestolen schilderijen en willen weten of ze echt zijn en dus wisten ze door de ontvoering dat het niet meneer Hendricks was. Als ze vrijgelaten worden proberen ze nog steeds te ontdekken wie de schilderijen heeft gestolen. Victoria ging de schilderijen allemaal namaken zodat ze de echte schilderijen allemaal terug kon brengen en Tom deed haar helpen met Patrick samen, maar het was nog niet helemaal opgelost want een van de schilderijen was een vervalsing. En de echte lag bij Meneer van Wijngaerden die had hij weer gestolen uit het huis van de familie Roerig omdat het precies op de gestorven dochter van hem leek. Hij heeft het uit het huis van de Familie roerig gestolen toen hij daar deed oppassen een paar jaar geleden op Tony en liet een namaken en daar een neppe ophangen door meneer van Oerle dat was een schilder die het bijna precies allemaal kon namaken. Patrick heeft ook gezorgd dat Tony naar de GENGK kon en mocht en heeft voor hem een leeskaart gemaakt en dus kan iedereen Tony begrijpen wat hij wil. F) Hoe eindigt het verhaal. Er waren schilderijen gestolen die terug werden gebracht en niemand krijgt de schuld van iets en Patrick en Victotia hebben aan het eind iets met elkaar en Tony krijgt meer geluk. 3) Vertel iets over de opbouw door de volgende vragen te beantwoorden: A) Is het boek in hoofdstukken verdeeld? Zo ja hoeveel dan? Ja het is in hoofdstukken verdeeld en het zijn er 14
B) Noem de titels van de hoofdstukken of zijn ze genummerd? Het zijn genummerde hoofdstukken. C) Is het verhaal in de ik -vorm of de hij -vorm geschreven? Het is in de ik –vorm en in de hij –vorm geschreven het varieert een beetje per hoofdstuk. d) volgen de gebeurtenissen elkaar op in een logische volgorde of slaat de schrijver soms een periode over of gaat hij terug in de tijd? Dit is allemaal in een logische volgorde geschreven het is een verhaal dat zich helemaal opvolgt en het gaat 1 keer terug in de tijd van 4 jaar geleden maar dat werd toen aangegeven dat was dat Victoria over het ongeluk vertelde. E) geeft de schrijver veel beschrijvingen van b.v.: de natuur, omgeving of de personen en hun karakter? Hij geeft veel beschrijving over de personen zelf (het karakter van Patrick en het uiterlijk van veel) maar niet over de natuur maar wel weer over het verlaten ouwe schooltje waar Lucie ontvoerd werd en hoe zo’n beetje het huis van meneer Wijngaerden er uit zag. 4) Wat is de hoofdpersoon van het boek? De hoofdgedachte is Patrick een gehandicapte jongen. 5) Heeft de schrijver een bepaalde bedoeling met dit thema of schrijft hij alleen om de lezer te amuseren? Hij laat weten dat gehandicapte net zo zijn als ieder ander (gezond) mens en dat zij niet apart behandelt moeten worden. Dit verhaal zou vroeger wel gebeurt kunnen zijn maar nu denk ik toch niet daar is nu tegenwoordig veelste goeie bewaking voor, het is een verhaal om de lezers wat te amuseren en ook wel om te overtuigen (een beetje van alle twee). 6) Zouden de gebeurtenissen ook echt kunnen gebeuren? Vroeger zou het wel kunnen gebeuren maar nu niet meer er ia nu te goeie bewaking. 7) Worden er problemen beschreven die te maken hebben met maatschappelijk werk? Ja je kunt diep in de put zitten omdat je gehandicapt bent en je hebt hulp nodig als je iets stelen gaat net zoals die schilderijen want dan tik je niet meer helemaal. 8) Zie je iets bijzonders aan het taalgebruik? Het is een heel erg makkelijk begrijpende tekst en duidelijk die de meeste mensen spreken en er was wat dat de inspecteur zij waar ik van dacht hé? Wat is dat nou en werd drie zinnen daarna uitgelegd en de zinnen zijn niet lang en ook niet kort. 9) Wat vindt je van het boek? Ik vond het eerst een niet zo’n leuk boek en dat kwam omdat ik telkens zo’n drie bladzijdes las en weer weg lag dan weer twee dan zes enz nadat ik in één stuk door las vond ik het wel spannend en het was spannend omdat ik de hele tijd maar dacht van oh dadelijk wordt meneer roerig opgepakt omdat ze die Patrick en Tom in de gaten hielden.
1) Noem de auteur en titel van het boek en aantal pagina’s
Auteur: Jan Terlouw
Titel: De Kunstrijder
Aantal pagina’s: 190
2) Geef in het kort de inhoud weer door de volgende vragen te beantwoorden: A) Waar speelt het verhaal zich af? Het verhaal speelt zich af bij Victoria thuis, bij de GENGK ( Gehandicapte En Niet Gehandicapte Kinderen), in en rond om het museum. B) Wanneer speelt het verhaal zich af? Het verhaal waar het over gaat is nog niet zo lang geleden, ten eerste hadden ze auto’s en een elektrische rolstoel. In 1970 kwam het eerste boek en in 1989 was dit boek er gekomen en voordat hij dit boek schreef is hij ook nog naar zo’n club met gehandicapte geweest en dus is het tussen 1970 en 1989. C) Welke personen spelen een belangrijke rol? Tom: Vrij kleine tengere jongen van 15 jaar met een innemend gezicht, Smal vanaf de jukbeenderen toelopend op de kin met een kuiltje, smalle rug
Donker bruine ogen met een weemoedige uitdrukking en is een doven. Patrick: Brede kaken, diepliggende bruine ogen en kan niet lopen
Lucie: meisje van 12 en is blind
Agent Saarloos: is een inspectuur met zware wengbrauwen, dikke wangen, vrij kleine neus, bruine ogen en donker blond haar D) Maak een lijstje van alle andere personen die in het boek voorkomen. Meneer veenman Tony
Meneer Gijs van Oerle Willem van schubben
Paul Meneer Sperendonk
Meneer van Wijngaerden Meneer Hendricks
E) hoe verloopt het verhaal. Patrick en Tom maakten een wandeling en gingen zitten in het park, voor het Jan steenmuseum zagen ze een meisje met een schilderij de kelder ingaan. Nadat het meisje verdween ging Tom een kijkje nemen, toen Tom terug kwam bij Patrick vertelde hij dat ze daar een schilderij heeft neergelegd dat een paar jaar geleden gestolen geworden is, hier wilden hun meer van weten en probeerde met dat meisje in contact te komen en dat deden ze dan via Lucie en dat meisje met het schilderij heet Victoria. Victoria vertelde dat hun 4 jaar geleden weg waren geweest naar familie en op de terug weg kregen zij een ongeluk waarbij haar moeder om het leven kwam en haar broertje werd gehandicapt en haar vader was doorgedraaid geworden en alleen zij had helemaal niks, en omdat haar broertje (Tony) niks meer kon is haar vader schilderijen gaan stelen zodat Tony wat te kijken had want Tony kon niks meer hij zat alleen maar in die stoel en kon vroeger voor het ongeluk heel goed schlderen. Die vader deed ze stelen omdat hij veel schulden had en dus geen schilderijen kopen kon. Bij een van de schilderijen die Victoria terug wilde brengen werd ze in elkaar geslagen en van het schilderij beroofd. Als Patrick, Tom, lucie en Victoria een plan hebben bedacht om de berover en het schilderij terug te vinden worden Lucie en meneer Hendricks (de waarschijnlijke dader) ontvoerd, de ontvoerders hebben gestolen schilderijen en willen weten of ze echt zijn en dus wisten ze door de ontvoering dat het niet meneer Hendricks was. Als ze vrijgelaten worden proberen ze nog steeds te ontdekken wie de schilderijen heeft gestolen. Victoria ging de schilderijen allemaal namaken zodat ze de echte schilderijen allemaal terug kon brengen en Tom deed haar helpen met Patrick samen, maar het was nog niet helemaal opgelost want een van de schilderijen was een vervalsing. En de echte lag bij Meneer van Wijngaerden die had hij weer gestolen uit het huis van de familie Roerig omdat het precies op de gestorven dochter van hem leek. Hij heeft het uit het huis van de Familie roerig gestolen toen hij daar deed oppassen een paar jaar geleden op Tony en liet een namaken en daar een neppe ophangen door meneer van Oerle dat was een schilder die het bijna precies allemaal kon namaken. Patrick heeft ook gezorgd dat Tony naar de GENGK kon en mocht en heeft voor hem een leeskaart gemaakt en dus kan iedereen Tony begrijpen wat hij wil. F) Hoe eindigt het verhaal. Er waren schilderijen gestolen die terug werden gebracht en niemand krijgt de schuld van iets en Patrick en Victotia hebben aan het eind iets met elkaar en Tony krijgt meer geluk. 3) Vertel iets over de opbouw door de volgende vragen te beantwoorden: A) Is het boek in hoofdstukken verdeeld? Zo ja hoeveel dan? Ja het is in hoofdstukken verdeeld en het zijn er 14
B) Noem de titels van de hoofdstukken of zijn ze genummerd? Het zijn genummerde hoofdstukken. C) Is het verhaal in de ik -vorm of de hij -vorm geschreven? Het is in de ik –vorm en in de hij –vorm geschreven het varieert een beetje per hoofdstuk. d) volgen de gebeurtenissen elkaar op in een logische volgorde of slaat de schrijver soms een periode over of gaat hij terug in de tijd? Dit is allemaal in een logische volgorde geschreven het is een verhaal dat zich helemaal opvolgt en het gaat 1 keer terug in de tijd van 4 jaar geleden maar dat werd toen aangegeven dat was dat Victoria over het ongeluk vertelde. E) geeft de schrijver veel beschrijvingen van b.v.: de natuur, omgeving of de personen en hun karakter? Hij geeft veel beschrijving over de personen zelf (het karakter van Patrick en het uiterlijk van veel) maar niet over de natuur maar wel weer over het verlaten ouwe schooltje waar Lucie ontvoerd werd en hoe zo’n beetje het huis van meneer Wijngaerden er uit zag. 4) Wat is de hoofdpersoon van het boek? De hoofdgedachte is Patrick een gehandicapte jongen. 5) Heeft de schrijver een bepaalde bedoeling met dit thema of schrijft hij alleen om de lezer te amuseren? Hij laat weten dat gehandicapte net zo zijn als ieder ander (gezond) mens en dat zij niet apart behandelt moeten worden. Dit verhaal zou vroeger wel gebeurt kunnen zijn maar nu denk ik toch niet daar is nu tegenwoordig veelste goeie bewaking voor, het is een verhaal om de lezers wat te amuseren en ook wel om te overtuigen (een beetje van alle twee). 6) Zouden de gebeurtenissen ook echt kunnen gebeuren? Vroeger zou het wel kunnen gebeuren maar nu niet meer er ia nu te goeie bewaking. 7) Worden er problemen beschreven die te maken hebben met maatschappelijk werk? Ja je kunt diep in de put zitten omdat je gehandicapt bent en je hebt hulp nodig als je iets stelen gaat net zoals die schilderijen want dan tik je niet meer helemaal. 8) Zie je iets bijzonders aan het taalgebruik? Het is een heel erg makkelijk begrijpende tekst en duidelijk die de meeste mensen spreken en er was wat dat de inspecteur zij waar ik van dacht hé? Wat is dat nou en werd drie zinnen daarna uitgelegd en de zinnen zijn niet lang en ook niet kort. 9) Wat vindt je van het boek? Ik vond het eerst een niet zo’n leuk boek en dat kwam omdat ik telkens zo’n drie bladzijdes las en weer weg lag dan weer twee dan zes enz nadat ik in één stuk door las vond ik het wel spannend en het was spannend omdat ik de hele tijd maar dacht van oh dadelijk wordt meneer roerig opgepakt omdat ze die Patrick en Tom in de gaten hielden.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden