Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

De verveling van de keeper door Dimitri Verhulst

Beoordeling 8.2
Foto van een scholier
Boekcover De verveling van de keeper
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • Klas onbekend | 3880 woorden
  • 8 februari 2017
  • 20 keer beoordeeld
Cijfer 8.2
20 keer beoordeeld

Boekcover De verveling van de keeper
Shadow
De verveling van de keeper door Dimitri Verhulst
Shadow
De verveling van de keeper, Dimitri Verhulst. Uitgeverij Contact, Amsterdam, derde druk, oktober 2002.
Samenvatting
De finale van het wereldkampioenschap voetbal 2034 wordt gespeeld in het Philip Dewinterstadion in Sint-Niklaas, tussen het dan zelfstandige Vlaanderen en Turkije. Nog jaren later kan elke voetballiefhebber de namen van de Vlaamse sterspelers noemen. 'Het onthutsend detail is echter dat, op een autist of een encyclopedist na, niemand de lijst van alle spelers van het opgestelde elftal kan afratelen. Ons baserend op de verhalen bestond het wonderteam uit slechts tien personen. De naam die nooit valt is deze: Zarcko Vandegeneugten. De keeper' (p. 10). En dat terwijl op zulke toernooien, waarin wedstrijden vaak beslist worden door penalty's, juist de doelman zo belangrijk is! Maar het Vlaamse team is gewoon te goed en Zarcko ziet het hele toernooi door niets anders dan de ruggen van zijn ploeggenoten; geen enkele keer wordt er op zijn doel geschoten. Zijn enthousiasme neemt dan ook zienderogen af.
Zarcko komt uit Dendermongo, het Vlaamse stadje op zo'n zestig kilometer van de kust. Hij is geboren in de nacht van 10 op 11 juli 2002, waarin Vlaanderen haar zevenhonderdjarig bestaan vierde. Zarcko is de tiende zoon van Maria en Polydoor, en eigenlijk deel van een tweeling, maar zijn broer heeft hij in de baarmoeder opgegeten. Daardoor is het elftal Vandegeneugtens nooit compleet geworden. Dat het met de door hun vader zo gewenste voetbalcarrières van zijn kinderen niets wordt, is trouwens ook te danken aan het gedrag van de jongens: zodra ze de drank, tabak en de vrouwen ontdekken, is het afgelopen met de sport. Ook voor Zarcko lijkt de toekomst er niet anders uit te zien. Onder druk van zijn vader wordt hij wel lid van The Dendermongo Boys, waar hij als alle andere jongetjes achter de bal aanrent, met als enig doel te scoren. Teamwerk is er niet bij. Tot er een vrouw als trainer aantreedt. Zij begint het jeugdelftal met inzicht te bewerken en weet Polydoor om te praten zijn zoon de plaats tussen de doelpalen te laten innemen.

Zarcko traint intensief, voornamelijk omdat hij naar de grotere voetbalclubs buiten zijn geboortedorp wil. Hangend aan de dakgoot rekt hij zijn armen, zijn spieren versterkt hij met overvolle schooltassen als gewicht, en op een oude typemachine kweekt hij eelt op zijn vingers, waarna hij nog eens het deeg voor zeven roggebroden kneedt. Vlot vangt hij insecten uit de lucht, eerst met zijn handen, maar al gauw ook met zijn tanden. Op straat mengt hij zich onder de voetballende Turken en Marokkanen, waarbij hij vooral samenspeelt met Mohammed Pamuk.
Intussen spelen bij Zarcko, wanneer hij Eva Hartzell ziet, ook de hormonen op. Maar in plaats van haar zoals de andere jongens direct te benaderen, schrijft hij het meisje verzen. Dat komt hem duur te staan, want als snel blijkt dat Pamuk hem voor is geweest en met Eva de bosjes is ingedoken.
Onderwijl komen er scouts van grotere voetbalclubs naar Dendermongo om Zarcko's verrichtingen onder de lat te bekijken. Helaas maakt hij zijn reputatie niet waar en laat hij doelpunt op doelpunt door. Toch reageert een van de talentenjagers en die man bezorgt de jonge doelverdediger een transfer naar het Poolse Lokomotiv Kutkoetzk.
Van een afscheidswedstrijd voor Zarcko komt het niet. Militante aanhangers van Das Blok, de politieke partij die aan de macht is, houden in de Nacht van de Bezem de Operatie Grote Kuis. Homoseksuelen, joden, zigeuners, mentaal gehandicapten, verslaafden en prostituees moeten het ontgelden, en ook vrouwen die een maatschappelijke carrière verkiezen boven het aanrecht. Met als gevolg dat de trainster dood wordt gevonden met een hakenkuis in haar buik gekerfd.
Twintig jaar later treedt Zarcko aan als keeper van het nationaal elftal, dat uitsluitend uit blanke Vlamingen bestaat. Met gemak brengt het team het tot de finale, hun doelverdediger aan zijn eenzame lot overlatend in zijn zestienmetergebied. Verveling slaat toe en Zarcko gaat erbij zitten, de ene sigaret na de ander rokend: 'Hij was naar dit wereldkampioenschap gekomen met een doel. Tonen dat hij de beste was. En hij was de beste. Maar niemand die het wist, niemand die het weten kon, omdat hij domgaandeweg geen kansen kreeg om het te bewijzen' (p. 87). Knarsetandend besluit hij iets te verzinnen om in de finale het van zijn kunnen onwetende publiek te tonen wie er in het doel de baas is.
Dan helpt het noodlot hem een handje. Op een van de nachten dat hij zich een stuk in de kraag drinkt in de illegale club Villa d'Esther, ontmoet hij scheidsrechter Francesco Molina, die de finale zal fluiten.
Dat de lezer weet wat de twee afspreken, heeft hij te danken aan de verteller van het verhaal, die ineens zijn plaats in het verhaal opeist. Het is twintig jaar na de beruchte eindwedstrijd wanneer die verteller tijdens een rit naar het huis van zijn net gestorven ex-vrouw een taxibestuurder ontmoet. De chauffeur vertelt dat hij op de avond voor de finale van 2034 Zarcko heeft gereden. Stomdronken was zijn passagier, die maar klaagde over zijn passieve rol als doelman en bovendien vertelde kort ervoor scheidsrechter Molina te hebben omgekocht met een stel vrouwen en een berg geld. De doelverdediger had bedongen dat de man een strafschop tegen de Vlamingen floot! Die nacht moest de taxichauffeur Zarcko naar diens geboortedorp brengen, waar de beroemde keeper hem uitnodigde voor een serie strafschoppen. De chauffeur, geen voetballer qua aanleg, schoot verschillende keren naast, onderwijl luisterend naar Zarcko, die hem vertelde over zijn liefde voor een joods meisje aan wie hij zijn vroegste reddingen opdroeg. Dan schiet de chauffeur eindelijk tussen de palen in plaats van over of naast. Het is meteen raak: ondanks dat Zarcko naar de goede hoek duikt, schiet de bal onder hem door! Daarna had de bestuurder de keeper naar zijn hotel teruggebracht. De hele rit zweeg Zarcko, behalve op het laatst, wanneer hij zegt dat drank de oorzaak van zijn misser was.
De dag van de finale heeft Zarcko er zin in; hij doet zelfs mee aan de warming-up van zijn ploeggenoten. Toch ziet de wedstrijd er aanvankelijk niet erg rooskleurig voor hem uit: lange tijd steelt de Turkse keeper de show door alle ballen die de Vlamingen op het doel afschieten, te houden. De wedstrijd zou best eens beslist kunnen worden door middel van strafschoppen. Tijdens de pauze spreekt de minister van Voorbeeldigheid de Vlaamse doelman dan ook toe. Hij weet dat de voorman van de Turken, Mohammed Pamuk, Zarcko's jeugdvriendinnetje heeft afgepakt, en vraagt of de keeper er wel tegen kan de man nu als tegenstander te hebben. Maar Zarcko verzekert de minister dat dat niet uitmaakt: hij is gewoon van plan zijn werk te doen. Ook raakt hij niet van zijn stuk van de andere argumenten die de minister aanvoert waarom de doelverdediger weleens te weinig voeling met de Vlaamse zaak zou kunnen hebben en het verstandiger zou zijn de reservekeeper op te stellen. Was Zarcko niet ooit ontmaagd door een minderwaardige Bulgaarse? Zat hij als suppoost niet tijdenlang voor een schilderij dat later als gedegenereerde kunst werd beschouwd? Had hij niet erg lang in het buitenland gespeeld? En dan was hij ook nog eens geen lid van de partij!
De tweede helft gaat het er feller aan toe. De scheidsrechter lijkt op de hand van de Turken, wanneer hij verschillende keren niet ingrijpt als een Vlaming onderuit wordt gehaald. Maar toch wordt het 1-0 voor Vlaanderen, wat leidt tot de inzet van drie nieuwe Turkse aanvallers. Dan krijgt een Turk in de 89ste minuut de bal aan de voet. Alleen rent hij het veld over. De man wordt getackeld en de scheidsrechter geeft een penalty. Pamuk zal hem nemen. Gelaten wacht iedereen op het fluitsignaal, maar dan keert Zarcko zijn rug naar zijn tegenstander. Droevig zingt hij een lied over een lief die hem verlaten heeft. Pamuk schiet... naast. Zarcko rent het veld op en trekt om de overwinning te vieren zijn truitje over zijn hoofd. Voor iedereen leesbaar staat op zijn blote buik: 'I love Eva Hartzell' (p. 122).

Het verhaal eindigt met de verteller, die twintig jaar later het woord weer neemt. Hij drinkt whisky en haalt uit de garage van zijn overleden ex een voetbal. Het regelen van de begrafenis laat hij aan zijn dochter over. Dan stapt hij in de taxi en laat hij zich naar Edixvelde, zijn geboortedorp, rijden. Hij praat met de chauffeur over voetbal en ook weer over Zarcko, die na die beroemde finale spoorloos verdween. Hij staat nog op een foto op het graf in Dendermongo van een gezin dat omkwam bij een brand, vertelt de bestuurder, maar dat is niet expres: Zarcko stond toevallig achter de familie Vandoorselaers, toen die de foto op de kermis liet maken.
De verteller verbaast zich erover dat de taxibestuurder zoveel van voetbal weet. 'Waarlijk, 's mans kennis van het voetbal was van dien aard dat het mij sterk verbazen zou indien hij mij niet kende' (p. 125). Op het Edixveldse trapveldje vraagt de verteller dan ook of de chauffeur niet weet wie hij is. Die antwoordt: '"Ik geloof van wel. De reservekeeper van het nationale elftal in 2034. Jij bent die sukkelaar die geen halve seconde werd opgesteld"' (p. 126).
Ook nu mag de taxibestuurder weer strafschoppen nemen. De verteller geeft de ander honderdzestig kansen, het dubbele dat die twintig jaar daarvoor nodig had om bij Zarcko raak te schieten.
Interpretatie : Thematiek
De verveling van de keeper bevat het levensverhaal van Zarcko Vandegeneugten, die het van onbetekenend voetballertje brengt tot keeper van het nationale elftal dat het wereldkampioenschap van 2034 wint. Tegelijkertijd is de novelle een politieke satire, waarin een toekomstig Vlaanderen onder koning Filip I wordt afgeschilderd, zoals het er mogelijk uit zou zien als de politieke partij het Vlaams Blok aan de macht zou komen. Het Vlaams Blok streeft naar een onafhankelijk Vlaanderen met Brussel als hoofdstad, waarin het gezin centraal staat en vreemdelingen alleen welkom zijn wanneer zij vluchteling zijn en zich aanpassen. De partij, die vanaf de tweede helft van de jaren tachtig onder leiding staat van de Antwerpenaar Philip Dewinter, komt hierbij regelmatig in botsing met anderen, die menen dat de partij discrimineert en er rechts-extremistische ideeën op nahoudt.
In Verhulsts novelle komt dit tot uiting in de houding ten opzichte van vrouwen die carrière willen maken, van joden, zigeuners, homo's en andere minderheidsgroepen. Hoogtepunt hierbij vormt de Operatie Grote Kuis tijdens de Nacht van de Bezem, waarin vele ongewensten worden vermoord. Ook de trainster van het jeugdteam waarin de jonge Zarcko voor het eerst als keeper wordt opgesteld, is onder de slachtoffers. Mogelijk vormt dit politiek klimaat ook de achtergrond voor de verdwijning van de keeper na de finale in het Philip Dewinterstadion (zie de paragraaf 'Personages').
Of de nieuwe politiek succesvol is, valt trouwens te bezien. De samenleving was tijdens Zarcko's jeugd al multicultureel, aangetoond door de Turkse en Marokkaanse straatvoetballertjes met wie Zarcko graag meespeelt. Later, als Das Blok aan de macht is, is het de partij blijkbaar niet gelukt de immigratie te stoppen en is het zelfs zó ver gekomen dat de meeste steden en dorpen een bijnaam hebben die dermate is ingeburgerd dat zelfs politieagenten zich soms de echte naam niet meer kunnen herinneren. Zo bestaat er naast Dendermongo Borgerocco, Diestanbul, Rashid-Niklaas en Kortemarrakesj.
Interpretatie : Titel en Motto's
De keeper uit titel De verveling van de keeper lijkt aanvankelijk alleen op Zarcko Vandegeneugten te slaan, de keeper van het onverslaanbare Vlaamse voetbalelftal dat in 2034 het wereldkampioenschap bemachtigt. Maar gaandeweg het verhaal blijkt er nog een keeper te zijn, die zich flink verveeld heeft: de reservekeeper, die tijdens het hele kampioenschap niet een keer is opgesteld. Die reservekeeper blijkt de verteller van het verhaal.
De verveling van de keeper begint met een motto, dat een citaat is van de beroemde Belgische doelman Jean-Marie Pfaff (geboren 1953 te Aalst), die in Duitsland speelde en mede bekend werd door het 'Duitse Nederlands' waarmee hij zich in interviews redde: 'Ik dook in die Linkerhoeke, und die Bal kwamte auch in die Linkerhoeke'. In hoeverre dit een letterlijk citaat is, is onduidelijk; mogelijk dat Pfaff een dergelijke opmerking heeft gemaakt in een interview. In ieder geval heeft hij de bal (op een eerlijke manier) tegengehouden, wat van Zarcko niet gezegd kan worden. Die heeft aan het einde van het verhaal geen bal uit het net kunnen houden.

Interpretatie : Structuur en Techniek
De verveling van de keeper is ingedeeld in dertig hoofdstukjes zonder titel. De meeste worden ingeleid door een korte, cursief gedrukte intro, waarin een verteller het woord neemt. Hij kondigt aan wat er komen gaat of becommentarieert zijn eigen manier van vertellen. Deze wijze van presentatie is al eeuwen oud en was in vroegere tijden zelfs erg gangbaar. Tegenwoordig wordt er nog maar weinig gebruik van gemaakt. De lezer kent de vertelwijze eigenlijk alleen nog uit ouderwetse jeugdboeken, die door de toon en stijl een zekere sfeer van gezelligheid willen suggereren, waarbij de direct aangesproken lezer sterk bij de hand wordt genomen. Wordt er in romans voor volwassenen gebruik van gemaakt, dan is er al snel sprake van ironie en spot. Het begin van hoofdstuk 16 uit De verveling van de keeper getuigt hiervan: 'Waarin we eindelijk onze held als sterspeler het veld zien betreden, maar dan ook niet meer dan dat' (p. 80).
In de werkelijke tekst van de hoofdstukken blijft de verteller lange tijd op de achtergrond; hij is tot dan toe eerder een ongedefinieerde vertelinstantie bij wie wel voortdurend het perspectief ligt. Maar in het negentiende hoofdstuk komt daar verandering in. In de intro geeft hij het zelf al aan: '18 hoofdstukken lang heeft de verteller van dit verhaal zich op de achtergrond kunnen houden. Nu pas maken we kennis met hem. Met hem, een man. En met een beetje geluk achterhalen wij nog waarom hij en niet een andere dit eigenaardige verhaal vertelt' (p. 92). Het wonderlijke van deze mededelingen is wel dat de verteller zich in de derde persoon beschrijft, met als gevolg dat er opnieuw een vertelinstantie wordt geïntroduceerd die de verteller van het verhaal voorstelt.
Hoe het ook zij, in de tekst van het bewuste hoofdstuk neemt de verteller van het verhaal nu in de hoedanigheid van ikverteller het woord. Dat hij terugblikte, was het hele boekje al duidelijk, maar nu blijkt het vanuit 2054 te zijn, twintig jaar na de beruchte WK-finale. De man houdt van voetbal, vertelt hij, maar niemand weet meer wie hij is.
In de volgende hoofdstukken, waarin de bewuste finale wordt beschreven, vervalt de verteller weer in zijn rol van de ongedefinieerde en op de achtergrond teruggetrokken verteller die hij tot dan toe geweest is. Maar in het laatste hoofdstuk keert hij terug als ikverteller en maakt hij zich eindelijk bekend: hij is de reservekeeper van het bewuste Vlaams nationale elftal, die alle wedstrijden op de bank heeft moeten doorbrengen
Maar als doelverdediger mag hij dan nooit zijn kunsten hebben vertoond, als verteller brengt hij het er aardig af: de man weet heel goed hoe je spanning in een verhaal brengt. Dat hij het over de door Vlaanderen gewonnen finale van het WK 2034 heeft, wordt al gauw duidelijk. Maar de rol die Zarcko daarin speelt, wordt pas aan het eind verklapt. De structuur van het boek wordt dan losgelaten en in een aantal hoofdstukken waarin de verteller er niet meer tussenkomt doordat de korte introducties bij de hoofdstukken achterwege blijven, krijgt de lezer de wedstrijd voorgeschoteld. Hoofdstuk 25 tot en met 28 beschrijven de strafschop die de Turkse sterspeler Mohammed Pamuk moet nemen, een naar verhouding flink aantal pagina's dat de lezer dwingt snel door te lezen om te weten hoe dit afloopt. De ontlading ligt in hoofdstuk 29, waarin Zarcko de schrijnende tekst op zijn buik toont aan de omstanders over zijn nooit vergeten geliefde. Het dertigste en laatste hoofdstuk gaat niet meer over Vandegeneugten, maar over de verteller, die - net als Zarcko twintig jaar daarvoor - de taxichauffeur uitnodigt voor een serie strafschoppen.
Interpretatie : Personages
Topkeeper Zarcko Vandegeneugten is een verzonnen figuur, geboren in de nacht van 10 op 11 juli 2002, wanneer Vlaanderen haar zevenhonderdjarig bestaan viert. Een mooie symbolische datum en mogelijk daarom de enige reden waarom hij tot doelverdediger van het Vlaamse elftal is gekozen, want erg veel ballen houdt hij toch niet tegen. Desondanks voert hij in het eerste hoofdstuk de lijst van beste tien doelverdedigers aller tijden aan, voor de werkelijk bestaande keepers Ducadam, Pfaff, Butt, N'kono, Preud'homme, Taffarel, Chilavert, Dresen en Casillas. Dit natuurlijk allemaal naar de mening van de verteller/reservedoelman.
Zarcko is de tiende en laatste zoon van Maria en Polydoor Vandegeneugten. Oorspronkelijk de helft van een tweeling, maar zijn broer heeft hij in de baarmoeder opgegeten. 'En nog steeds rook zijn adem naar vlees. Mensenvlees' (p. 20). Het maakt hem geschikt voor keeper, samen met zijn typische hersenstructuur, die lijkt op die van een dolfijn, dat dier dat zo feilloos met ballen om kan gaan. Door toedoen van de trainster die de talenten van de jongen herkent, wordt Zarcko - die niet de elfde van zijn broers werd - wel de elfde man op het veld.

Als tiener heeft Zarcko het druk, want naast school heeft hij nog een baantje als suppoost in het plaatselijk museum. De rest van zijn tijd brengt hij door met trainen. Maar zijn vaardigheid op voetbalgebied blijft voor zij landgenoten onbekend: als profvoetballer speelt hij immers in het buitenland! Daarom zal niemand zich aanvankelijk werkelijk zorgen hebben gemaakt, wanneer hij naar het vaderland wordt teruggeroepen om 's lands eer te verdedigen. Daarbij komt dat hij zijn talenten ook niet hoeft te tonen: zijn medespelers zijn te goed. Uiteindelijk moet hij het ook niet van zijn kunde op het veld hebben: de belangrijkste overwinning van zijn leven bedingt hij via omkoping en intimidatie.
Hoe het uiteindelijk met hem afloopt, krijgt de lezer niet te weten. Na de finale verdwijnt Zarcko voorgoed. Een dergelijk einde van een mensenleven kan toeval zijn: misschien dat de man vanaf dan voor de anonimiteit kiest. Maar een mysterieuze verdwijning past ook in een politiek klimaat zoals dat in 2034 in Vlaanderen heerst. Aanvankelijk onschuldig lijkende gebeurtenissen uit Zarcko's verleden - gegevens die blijkbaar door een Big Brother-achtige instantie zijn verzameld - worden hem ineens aangewreven. Zijn liefde voor een joods meisje, zijn ontmaagding door een Bulgaarse, zijn baantje als suppoost op een stoel tegenover een later als ontaard beschouwd schilderij, zijn carrière in het buitenland: allemaal voorvallen die naar de nieuwe overtuiging niet getuigen van vaderlandsliefde en liefde voor het eigen volk. Wat uiteindelijk van de man rest, is een foto op een graf dat niet het zijne is.
Interpretatie : Taal en Stijl
De stijl van De verveling van de keeper is vlot en rijk, soms rauw, met een duidelijk aanwezig Vlaams accent. Een originele woordkeus en soms rake beschrijvingen sieren het boek, waarin spot en ironie niet ontbreken en dat doorspekt is met beeldspraak. Een voorbeeld is de personificatie uit de volgende zin, waarin de tegenstanders van de doelverdediger in het algemeen wordt beschreven, naast de voetballers van het andere elftal dan: 'De kou. Zichzelf. Het gevaar van de verveling. De verblindende zon als een storende twaalfde man' (p. 51).
Maar ook oneliners kunnen treffend zijn, zoals de openingszin van hoofdstuk 3 over Zarcko's moeder Maria: 'Zoveel kinderen had Maria al op de wereld gezet dat ze breiend kon bevallen' (p. 12). Of bijvoorbeeld de omschrijving van de rol van een doelman: 'De keeper is de antipool, de vloek van het spel. (...) Hij wil doelpunten zien, zijn lippen kringen met de secondenlange 'o' van goal. De keeper is een virus, de dood die via een achterpoortje in het spel is geslopen het laatste vel van het historische voetbaloverzicht' (p. 51).
Daarnaast getuigt de verteller ervan een gedegen kennis van het voetbal te hebben, zowel van de regels van het spel als ook van de historische achtergrond met de vele grote namen die die geschiedenis sieren.
Interpretatie : Situering binnen het werk
Dimitri Verhulst (Aalst, 1972) debuteerde in 1999 bij uitgeverij Contact met de verhalenbundel De kamer hiernaast. Daarna volgden de roman Niets, niemand en redelijk stil (2001) en de dichtbundelLiefde, tenzij anders vermeld, die genomineerd werd voor de Buddingh'-prijs 2002, de prijs die jaarlijks wordt toegekend aan het beste Nederlandse of Vlaamse poëziedebuut. Met De verveling van de keeper beoefent hij weer een ander genre: dat van de novelle.
Reacties

Van alle recensenten is de criticus van het Algemeen Dagblad (10 oktober 2002) het meest enthousiast. Christiaan Rueslink heeft ronduit genoten; hij noemt Verhulsts vertelstijl 'vlot, zijn woordgebruik creatief en de plot verrassend'.
Ook Arjen Fortuin is geestdriftig, maar niet onverdeeld. Mooi vindt hij de beschrijving van het achtergebleven Vlaamse dorp waar Zarcko is geboren, waarbij de beschrijving van de familie van André Vandoorselaers, wanneer die met vrouw en kinderen op de kermis op de foto gaat, eruit springt. Maar daartegenover heeft deze recensent van het NRC Handelsblad (8 november 2002) wel wat aanmerkingen: 'Verhulst veroorlooft zich nogal wat zijpaden, zoals het plotselinge optreden van een reservekeeper, een liefdesgeschiedenis en de onafhankelijkheid van Vlaanderen aan de hand van het Vlaams Blok. Die zijn op zichzelf vaak geslaagd, maar geven "De verveling van de keeper" iets rommeligs: het boek lijkt tegelijkertijd bedoeld te zijn als sportroman, als licht ironisch Vlaams realisme, als politieke roman en als heldenepos.'
In de Volkskrant (11 oktober 2002) noemt Truijens het 'een bizar, compact verhaaltje, dat hooghartig afstandelijk wordt verteld, met hier en daar een geestige scène'. En even verderop: 'De schoonheid van het banale, jawel, wat dat betreft staat deze kluchtige vertelling over een racistische Vlaamse dorpsgemeenschap niet ver af van zijn laatmiddeleeuwse roman. En dat is meteen de zwakte van deze kleine roman: niets aan de entourage wijst erop dat we in 2034, of 2054, zijn beland. Aan sciencefiction waagt Verhulst zich niet, en terecht, maar waarom dan al die moeite? Legendarische voetballers zijn er in die jaren, op Zarcko na, niet bijgekomen, de verteller strooit gul met heldennamen van een eeuw terug en Eddy Merckx is nog steeds dé wielrenner over wie met nostalgie wordt gesproken.' Maar Truijens begrijpt het wel: Verhulst wil een Vlaanderen onder het Vlaams Blok laten zien, waarin we teruggeworpen worden op een primitief fascisme. Maar, zegt ze: 'Het werkt niet, deze toekomstsatire. Geen huiver, geen gruwel. Geen overtuigingskracht. De pennenstreken van Verhulst zijn te grof, hij lijkt zelf niet in zijn grimmige overdrijving te geloven. Hij had het beter kunnen laten bij zijn sprookje over de keeper die zich verveelde.'   Context / Achtergronden
De verveling van de doelman past in de reeks literatuur die de laatste jaren sport tot onderwerp heeft. Natuurlijk is De renner van Tim Krabbé hierin het bekendste, maar ook Over het water van Hans Maarten van den Brink over twee jonge roeiers gooit binnen deze groep novellen en romans hoge ogen. De sport die het meest beschreven wordt, is echter voetbal. Men denke aan Ronald GiphartsDe voorzitter, Chris Keulemans' verhalenbundel Overal om me heen is ruimte, Jan Tetteroos De fantastische Boris Engel en De laatste Nederlandse man en Het droomteam van Marjolein Houweling.
De aandacht die sport de laatste jaren krijgt is ook te merken aan de literaire sportbladen die de laatste jaren op de markt zijn gebracht, al worden deze tijdschriften vooral gevuld met non-fictie:Hard gras over voetbal, Zwart IJs over schaatsen en De Muur over wielrennen.  

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.