Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

De stille kracht door Louis Couperus

Zeker Weten Goed
Foto van Cees
Boekcover De stille kracht
Shadow
Zeker Weten Goed

Boekcover De stille kracht
Shadow
De stille kracht door Louis Couperus
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Feitelijke gegevens

  • 1e druk, 1900
  • 270 pagina's
  • Uitgeverij: Wolters Noordhoff - Gouden Lijsters

Flaptekst

In Laboewangi op het eiland Java vindt een aantal onverklaarbare gebeurtenissen plaats. De inwoners wijzen die toe aan 'de stille kracht', een Indisch mysterie dat de mensen in zijn greep houdt.
De resident Otto van Oudijck vindt de stille kracht maar onzin. Maar als hij een regent ontslaat omdat die zich op een feest onbeschoft gedragen heeft, vinden er plotseling vreemde dingen in zijn huis plaats. Zijn vrouw, die hem met meerdere minnaars bedriegt, wordt in de badkamer op onbegrijpelijke wijze met bloed bespat, een spiegel wordt door een grote steen vernield, glazen breken spontaan in kleine stukjes en er klinkt hamerslag in het huis. Het merendeel van de personages vlucht en Van Oudijck blijft alleen achter. Als hij zich zelf zwakker gaat voelen en ziek wordt, gaat hij steeds meer in de stille kracht geloven.

Eerste zin

De volle maan, tragisch dien avond, was reeds vroeg, nog in den laatsten dagschemer opgerezen als een immense, bloedroze bol, vlamde als een zonsondergang laag achter de tamarindeboomen der Lange Laan en steeg, langzaam zich louterende van hare tragische tint, in een vagen hemel op. Een doodsche stilte spande alom als een sluier van zwijgen, of, na de lange middagsiësta, de avondrust zonder overgang van leven begon.

Samenvatting

Eerste Deel
Eerste hoofdstuk

De resident, de Nederlander Otto van Oudijck, maakt in het begin van de roman een wandeling naar de zee. Hoewel hij met de mooie Léonie (zijn tweede vrouw) getrouwd is en twee kinderen uit zijn eerste huwelijk heeft, voelt hij zich soms eenzaam. Zijn werk is daarbij alles voor hem. Na het diner praten Theo en Doddy  (zijn oudste  kinderen) met elkaar. Theo blijkt een seksuele verhouding te hebben met zijn stiefmoeder Léonie en Doddy heeft verkering met Addy. De volgende dag haalt Theo Léonie op van het station. Léonie is twee maanden weg  geweest. Ze heeft haar hulpje Oerip bij zich. Léonie wil niets liever dan uitrusten van haar vermoeiende reis. Ze  denkt aan haar verhouding met stiefzoon Theo.

Otto denkt aan veel liever aan zijn werk en aan zijn kans promotie te maken. Hij hoopt resident-eerste klasse te worden. Het komt hem niet goed  uit dat zijn relatie met de inlandse regent Soenario slecht is.

Tweede Hoofdstuk
Zijn secretaris, Onno Eldersma, is een hard werkende man. Eigenlijk zou hij liever meer tijd besteden aan zijn vrouw en kinderen, maar Van Oudijck, maakt hem dat onmogelijk. Eva zijn vrouw had een idyllische  droombeeld  over Indië, maar dat is al snel weg. Ze zoekt  daarom troost in haar huis en  haar kind en bovendien draagt  Léonie  haar sociale taken als vrouw  van de resident gemakkelijk over aan Eva. Eva Eldersma is hierdoor echter in Laboewangi zeer geliefd in tegenstelling tot Léonie over wie veel geroddeld wordt. Eva  houdt elke veertien dagen een open huis waar de bestuurders en ambtenaren  elkaar ontmoeten. Zo ontvangt ze  o.a. resident Van Oudijck, controleur Van Helderen en de regent van Laboewangi, Raden Adipati Soerio Soenario. Ook hun vrouwen zijn natuurlijk uitgenodigd. Resident Van Oudijck informeert bij de inlandse regent naar het gedrag van diens broer, de regent van Ngadjiwa. Hij heeft gehoord dat hij weer veel geld heeft verloren
met gokken. Van Oudijck wijst regent Soenario op zijn verantwoordelijkheid als oudste broer en hoofd van de familie. De Van Oudijcks en de Soenarios verlaten de woning van Onno en Eva. Die blijven achter met de andere gasten. Ze roddelen over Léonie en haar seksuele uitstapjes tijdens haar verblijf in Batavia. Ook de dobbelverslaving van de regent van Ngadjiwa  gaat over de tong.  Na het diner houdt de groep een tafeldans. Ze experimenteren met het oproepen van geesten. De tafel springt op en neer en de aanwezigen tellen de tikken mee. De geesten geven hun boodschappen door: "Het volgende jaar oorlog tussen Europa en China" en "Gevaar in Laboewangi: opstand binnen twee maanden, Soenario." De  aanwezige  gasten vinden de voorspellingen vermakelijk en nemen die niet serieus. Dom, blijkt later. De volgende dag brengt Frans van Helderen een bezoek aan Eva. Hij verklaart haar zijn gevoelens maar Eva wijst hem als minnaar af. Ze wil wel goede vrienden met hem zijn.

Derde Hoofdstuk
De familie De Luce, eigenaar van de suikerfabriek te Patjaram, heeft de familie Van Oudijck uitgenodigd voor een feest. Doddy is namelijk  verliefd op Addy De Luce. Ze wil hem ten huwelijk vragen, hoewel  ze weet dat haar vader haar geen toestemming zal geven. Zelfs Léonie raakt onder de indruk van  Addy's sexy uiterlijk. Het valt Theo op dat Léonie oog heeft voor Addy. Hij waarschuwt haar voor hem, maar Léonie verlangt zowel naar Theo als Addy. 's Avonds gaan  Addy en Doddy wandelen. Doddy is bang dat ze door mensen gezien worden. Plotseling is daar Léonie die het niet verantwoord vindt van Addy dat ze zo laat nog gaan wandelen. Doddy is immers nog een kind.

De volgende dag brengen de regent van Ngadjiwa en zijn moeder een bezoek aan de familie De Luce. Léonie zit naast Addy en geniet van Theo's jaloerse blikken. Theo spreekt Addy aan op zijn gedrag tegenover  Doddy. Gaat Addy met zijn zus trouwen? Addy zegt van niet, omdat Otto van Oudijck niet van zijn familie houdt. Addy vraagt Theo of hij weet dat hij nog ergens een halfbroer heeft. Addy vertelt Theo over si-Oudijck, de onbekende zoon van Otto van Oudijck, die op de kampong woont. Volgens Addy weet Otto zelf niet eens dat hij nog een zoon heeft. De moeder van si-Oudijck is inmiddels overleden. Theo en Addy besluiten hem samen op te zoeken. Volgens si-Oudijck weet Otto echter wel dat hij nog een zoon heeft. Otto wil  hem niet erkennen, omdat hij een bastaardkind is, de zoon van een inlandse huishoudster.

Vierde hoofdstuk
Otto van Oudijck voelt zich somber. Hij heeft anonieme brieven ontvangen, waarin slecht wordt geschreven over het gedrag van Léonie. Otto weet ervan. Hij heeft het flirten van zijn vrouw altijd geaccepteerd Ook de berichten over zijn verstoten zoon in de kampong maken hem droevig. Hij vraagt zich af waarom hem dit eigenlijk allemaal overkomt. 

In Ngadjiwa vinden de halfjaarlijkse races plaats. De festiviteiten worden steeds druk bezocht. Otto van Oudijck is er met Léonie en Doddy. Ook Addy de Luce is van de partij. Op de laatste avond van het feest wordt er een bal georganiseerd. De regent van Ngadjiwa, Vermalen, is weer dronken. Otto van Oudijck is woedend op hem. De regent herkent Otto zelfs niet eens meer. Otto wil de regent voor ontslag voordragen. De volgende dag keren Otto, Léonie en Doddy terug naar Laboewangi. Als Otto de lasterbrieven leest, neemt hij zich voor nooit toe te geven aan die negatieve krachten. Otto laat de pamfletten met beschuldigingen aan Léonie zien. Léonie vraagt zich af wie al die leugens over haar verspreid heeft. Raden-Ajoe Pangéran (de moeder van de regent van Ngadjiwa) komt met Otto praten. Zij smeekt hem van het ontslag van de regent af te zien. Léonie vindt ook dat de regent in genade moet worden aangenomen, maar Otto is onvermurwbaar.

Tweede deel
Hoofdstuk 5
Omdat er een zeebeving geweest is bij de Nederlands-Indische eilanden wordt er voor de slachtoffers een weldadigheidsfeest gehouden. Deze taak draagt Léonie aan Eva Eldersma over. Die organiseert een pasar-malam en een fancy-fair waarvan de opbrengst naar de slachtoffers gaat. Intussen komt een flinke geruchtenstroom op gang. Er dreigt opstand uit te breken als uitvloeisel van het ontslag van de regent van Ngadjiwa. Otto brengt daarom een bezoek aan Raden-Ajoe Pangéran. Hij vraagt haar geen kwaad van hem te spreken. Soenario, regent van Laboewangi, belooft de zaak te sussen en zijn volk te kalmeren. Onder andere daarom bezoeken de regent en zijn vrouw de fancy-fair neemt wat  alle angst en twijfel onder het volk wegneemt. Na afloop van de fancy-fair is Eva opgelucht maar uitgeput. Ze heeft heimwee naar Nederland. Eva speelt  op de piano, maar het geluid van de moesson is harder dan  de muziek. Plotseling is Frans van Helderen er. Hij vraagt of zijn kinderen een paar dagen bij Eva mogen logeren omdat zijn vrouw malaria heeft. Eva stemt daarmee in. Ze vertelt hem over haar verlangen weer naar Nederland terug te keren. Het gesprek gaat daarna over de tafeldans. De voorspelling van de mogelijke opstand is al uitgekomen. Ook de verhouding tussen Addy en Léonie werd voorspeld door de geest van de tafel.  Frans eet daarna vaak mee bij Eva. Ze maken wandelingen langs het strand. Er komen  snel geruchten op gang, maar Frans en Eva trekken zich daar niets van aan.

Otto van Oudijck heeft opnieuw een verzoek aan Eva. De weduwe van de stationschef heeft financiële steun nodig. Haar man heeft immers zelfmoord gepleegd en haar met vier kinderen achter gelaten. Otto zou graag zien dat Eva een toneelstuk organiseerde, waarvan de opbrengst naar de weduwe gaat. Met tegenzin gaat ze akkoord. Ida van Helderen haalt haar kinderen bij Eva weg, omdat ze 'foute' verhalen over Frans en Eva heeft gehoord. Eva betreurt dit. Ze schrijft Frans een brief waarin ze hem vraagt niet meer langs te komen. Eva trekt zich daarna steeds meer terug uit het sociale leven.

Hoofdstuk 6
Hulp Oerip waarschuwt Léonie en Theo voor het naderende onheil. Ze heeft geluiden gehoord van kleine kinderen, van wie de zielen in de bomen huilen. De oorzaak: de pasar-malam werd op de verkeerde dag gehouden. Bovendien is er verzuimd een sedeka (=offermaal) te houden bij de inwijding van de nieuwe put. Het geluid beangstigt Léonie en Theo. Léonie vertelt Otto dat de bedienden geen gebruik maken van de nieuwe put, omdat er geen offer is gebracht. Otto vindt dat die onzin hem dan wel eerder verteld  had kunnen worden. Hij weigert alsnog een offermaal te houden. Léonie is bang dat alles het gevolg is van haar verhouding met Theo. 
Léonie neemt een bad. Als zij zich afdroogt, komen er plotseling bloedspatten uit alle hoeken van de badkamer die haar besmeuren haar helemaal. Ze wil dat Oerip de kimono verbrandt en haar helemaal wast. Otto wordt niet op de hoogte gesteld van wat er met Léonie is gebeurd. Die wordt ziek: zenuwkoorts. In Laboewangi gaat het gerucht rond dat het flink spookt in het huis van de resident. Na haar genezing  logeert Léonie bij kennissen in Soerabaia. Doddy logeert op Patjaram bij de familie De Luce. Theo vertrekt eveneens naar Soerabaia, omdat hij er een baan kan krijgen. Het merendeel van het bedieningspersoneel is gevlucht en Otto blijft alleen in het huis achter. Vreemde gebeurtenissen blijven het residentiehuis teisteren. Een spiegel wordt door een grote steen vernield, Otto's s bed wordt bezoedeld, glazen breken spontaan in kleine stukjes, de whisky is bedorven Otto onderzoekt de dingen, maar kan niets ontdekken.  

Ook de Eldersma's horen vreemde geluiden van huilende kinderen. Eva is bang geworden. Otto vindt het maar allemaal dom bijgeloof. Heel Laboewangi spreekt echter over de vreemde gebeurtenissen. Otto regelt soldaten om de zaak te onderzoeken. Ze omsingelen het residentiehuis en overnachten in de badkamer. Om onverklaarbare redenen wordt de volgende dag de badkamer afgebroken. De soldaten durven niet te praten over wat er die nacht gebeurd is. De gouverneur-generaal raadt Otto aan met verlof naar Nederland te gaan, maar die weigert. Hij neemt tijdelijk zijn intrek bij de Eldersma's thuis. Het huis van Otto  wordt schoongemaakt. De vreemde gebeurtenissen eindigen echter abrupt na een gesprek tussen Otto, Soenario en Raden-Ajoe Pangéran. Otto besluit iedereen uit te nodigen voor een Nieuwjaarsbal. Hij voelt zich sterk nu de geheimzinnige stille kracht, door zijn toedoen, verdwenen is.

De rust keer weer terug in Laboewangi. De angst voor de vreemde gebeurtenissen is verdwenen en de inwoners vieren feest na feest. Léonie die weer teruggekeerd is bij Otto, blijft echter angstig. Ze denkt nog steeds dat alles te wijten is aan haar verhouding met Theo. Léonie's opvatting maakt Theo woedend. Hij houdt nog steeds van haar. Bovendien zijn Otto, Doddy én Theo jaloers op haar relatie met Addy. Theo's liefde voor Léonie slaat om in haat. Ook Doddy krijgt ruzie  met Léonie over stomme  dingen. Addy blijft nog steeds omgaan met Doddy. Daarnaast ontmoet hij Léonie stiekem in het huis van mevrouw Van Does. Otto wordt ziek en gaat nu ook in de stille kracht geloven. Hij voelt zich uitgeput en zwak. Otto ontdekt dat de anonieme brieven geschreven worden door si-Oudijck. Die poeiert hij af met geld. Otto krijgt de kans om resident te worden in Batavia, maar hij wil niet weg uit Laboewangi.

Hoofdstuk 7
Léonie en Addy hebben weer een afspraak  in het huis van mevrouw Van Does. Ze klaagt bij Addy over het gedrag van Doddy en ze vindt dat Doddy het huis uit moet. Bovendien wil ze niet meer hebben dat Addy en Doddy gaan wandelen. Léonie wil naar Parijs, maar Addy wil niet met haar mee. Plotseling horen ze iemand lopen. Het is Otto van Oudijck. Léonie redt zich uit de overspelige situatie door te zeggen dat Addy om de hand van Doddy kwam vragen. Otto vindt het goed. Doddy is dolblij met het nieuws. 

Na enkele weken in Batavia reist Eva Eldersma haar man achterna, die  naar Europa vertrokken is. Léonie is inmiddels naar Parijs gegaan. Voor haar vertrek neemt Eva nog afscheid van Otto van Oudijck, die onverwacht ontslag heeft genomen. Otto heeft zijn huis inmiddels verlaten. Hij logeert dichtbij Garoet, waar hij een teruggetrokken bestaan met een Indische vrouw en haar familie leidt. Otto is blij Eva weer te zien. Hij vertelt dat Doddy getrouwd is en dat zijn twee jongste kinderen naar Europa gaan voor hun opvoeding. Ze praten nog eens over de stille kracht.  Na afloop van het gesprek brengt Otto Eva naar de trein. Daar nemen zij definitief afscheid van elkaar.

Personages

Doddy

Over Doddy valt niet zo veel op te merken. Het is eigenlijk nog een kind met een oudere vriend. Ze komt heel naïef over. Verder maakt ze niet veel indruk. Haar vader ziet haar als iemand die hij overdreven veel moet beschermen.

Léonie

Léonie is mooi, jong (32) en de tweede vrouw van Otto. Ze kan slecht met de saaiheid van het bestaan omgaan en zoekt seksuele afleiding bij Theo, de zoon van Otto. Ook Addy die verkering heeft met haar stiefdochter Doddy, wil ze wel hebben. Als vrouw van de resident moet ze deel uit maken van de samenleving, maar ze draagt veel van haar sociale taken over aan Eva Eldersma. Léonie is dus erg egoïstisch. Na het bloedbad in de badkamer wordt ze ziek en uiteindelijk gaat ze naar Parijs en laat ze Otto van Oudijck achter. Ze is al die tijd bang geweest voor de stille kracht van Nederlands-Indië. Misschien ook wel omdat ze zelf niet volgens de regels leefde.

Addy

Addy is een aantrekkelijke jonge man, zoon van een suikerfabrikant. Hij kan alle vrouwen om zijn vinger winden. Hij heeft verkering met de jonge dochter Doddy. Maar hij weet dat haar vader niet graag heeft dat hij haar zal trouwen. Hij palmt haar wel in, maar een jaloerse Léonie waarschuwt hem voor het kind in Doddy. Addy doet het wat dat betreft ook graag met Léonie. Bijna worden ze door Van Oudijck betrapt in een "onvoordelige positie", maar Léonie redt de situatie doordat ze zegt dat Addy om de hand van Doddy kwam vragen. Addy trouwt dan ook later wel met Doddy, maar eigenlijk is hij een onbetrouwbaar karakter.

Otto

Otto is resident in Indië, een vrij machtige positie, maar hij wil verder en hogerop komen. Dat betekent dat zijn werk alles voor hem is. Hij besteedt weinig aandacht aan zijn kinderen. Met Theo heeft hij een slechte relatie. Doddy verbiedt hij min of meer om te gaan met Addy. Hij weet eigenlijk wel dat zijn vrouw vreemd gaat, maar zelf heeft hij ook geen schoon blazoen. Hij heeft een bastaardzoon die hij niet wil erkennen. Wat betreft de geheimzinnige verschijnselen heeft Van Oudijck een mening die er niet om liegt. het is allemaal onzin. Hij gaat voorbij aan de Indische rituelen en dat komt hem duur te staan. Aan het einde is hij oud en eenzaam, terug getrokken levend met een Indische vrouw.

Eva Eldersrma

Eva is de vrouw van Onno die veel te hard moet werken voor de resident. Ze doet zelf allerlei taken die Léonie als vrouw van de resident moet oppakken, maar daar geen zin in heeft. Zo organiseert ze pasar-malams en fancy-fairs voor het goede doel. Ook neemt ze als het moet de kinderen van Frans onder haar moeder als Ida aan malaria lijdt. Ze is uiterst betrouwbaar want ze wil geen seksuele relatie met Frans. Wel wil ze met hem praten, wandelen en goede vrienden blijven. Aan het einde van de roman spreekt ze nog een keer met Van Oudijck die tegenover haar bekent dat hij haar man Onno veel te hard heeft laten werken. Daarna neemt ze afscheid van de resident.

Theo van Oudijck

Theo is een charmeur. Hij heeft een verhouding met zijn stiefmoeder. Hij is bovendien jaloers als hij ziet dat ze ook werk maakt van Addy de Luce.

Oerip

Oerip is de vertrouweling van Léonie. Ze ziet veel, maar praat weinig haar mond voorbij. Voor Léonie is ze uiterst betrouwbaar. Oerip waarschuwt Léonie voor de gevaren van de stille kracht. De resident heeft enkele dingen niet goed gedaan (de rituelen veronachtzaamd) en daar zal hij de gevolgen van ondervinden. Ze gelooft heilig in de stille kracht en is daarmee een belangrijk personage in de tegenstelling tussen Oost en West.

Quotes

"Regent, deze zaak is zeer kiesch. Nogmaals: u is het hoofd van uw familie. Onderzoek bij uw jongeren broêr in hoeverre hij zich vergrepen heeft aan het geld van het Gouvernement, en herstel zoo spoedig mogelijk alles. Ik laat expres de zaak aan u over. Ik zal uw broêr er niet over spreken om een lid van uw familie nog te sparen, zoolang ik kan. Het is aan u uw broêr terecht te wijzen, hem te wijzen op wat in mijn oogen een misdaad is, maar die u door uw prestige als chef der familie nog te niet kunt doen."" Bladzijde 80
"De mystiek der zichtbare dingen op dat eiland van geheimzinnigheid, dat Java is…Uiterlijk de dociele kolonie met het overheerschte ras, dat niet opgewassen tegen den ruwen koopman, die, in den glorietijd van zijn republiek, met de jonge kracht van den jeugdig volk, gretig en winzuchtig, rond en koel, plantte voet en vlag op de in-eenstortende keizerrijken, op de tronen, die wankelden, als had de grond vulkanisch geaardbeefd." Bladzijde 155
"Toen, langzaam, lichtte de tafel een van hare drie pooten op, en zette die weêr voorzichtig neêr. - Heeft iemand bewogen? vroeg Eva. Zij knikten allen van neen. Ida was bleek geworden. - Ik voel trillingen in mijn vingers, murmelde zij. De tafel, nog eens, lichtte haar poot op, draaide even knarsend op den marmeren vloer een nijdigen kwartcirkel, en zette de poot met een ruwen stamp neêr. Zij keken elkaâr verwonderd aan." Bladzijde 101
"Zij wreef het af. Maar zich wrijvend, zag zij op haar borst twee drie grootere spatjes, donker vermillioen. Zij werd plotseling koud, niet wetend, niet begrijpend. Weêr wreef zij zich af; en zij nam den handdoek, waar de spatjes al achterlieten iets viezigs als van dik bloed. Een rilling huiverde over haar van hoofd tot voeten. En plotseling zag zij. Uit de hoeken van de badkamer, hoe, en vanwaar zag zij niet, kwamen de spatjes aan, eerst klein, nu grooter, als uitgespogen door een kwijlenden sirih-mond. Stervenskoud gaf zij een gil."" Bladzijde 111
"Zoo danste Addy de Luce, alle oogen van vrouwen en meisjes gevestigd op hem, hem volgende, hem smeekende met den blik ook hàar meê te nemen in het gegolf en gedein, dat was als droomend meêgaan op water... Dat was uit het bloed van zijn moeder, dat was nog iets van de gratie van srimpi's1 tusschen wie zijn moeder hare kinderjaren geleefd had, en de mengeling van het Westersch moderne en Oostersch antieke gaf hem bekoring, onweêrstaanbaar.." Bladzijde 95
"Hij vond haar aanbiddelijk. Dat zij niet uitvoer in imprecaties, niet losbarstte in heerlijkheid omdat zij over een paar dagen Java verliet, deed hem weldadig aan. En toen zij opstond, zeggende, dat het haar tijd werd, voelde hij een zwaren weemoed. - En ik zie u dus nooit meer terug? - Ik geloof niet, dat wij zullen terugkomen. - Het is dus een afscheid voor altijd? - Misschien zien wij u nog, in Europa... Hij weerde af met de hand." Toen, langzaam, lichtte de tafel een van hare drie pooten op, en zette die weêr voorzichtig neêr. - Heeft iemand bewogen? vroeg Eva. Zij knikten allen van neen. Ida was bleek geworden. - Ik voel trillingen in mijn vingers, murmelde zij. De tafel, nog eens, lichtte haar poot op, draaide even knarsend op den marmeren vloer een nijdigen kwartcirkel, en zette de poot met een ruwen stamp neêr. Zij keken elkaâr verwonderd aan."" Bladzijde 240

Thematiek

Cultuurverschillen

Het centrale thema in het boek is de tegenstelling van culturen tussen Oost en West in Nederlands-Indië. De Nederlanders op Java zijn weliswaar economisch en militair superieur, maar komen in contact met de mysterieuze Javaanse cultuur en geheimzinnige zaken waar ze niets van begrijpen. De "stille kracht" die de Nederlanders tegenwerkt staat symbool voor de mysterieuze Javaanse cultuur en het onafwendbare Javaanse verzet tegen de Nederlandse overheersing, dat minder dan 50 jaar na het verschijnen van het boek zou leiden tot de onafhankelijkheid van Indonesië. Van Oudijck staat symbool voor de Nederlandse houding : hij gelooft allemaal niet in de onzin van de rituelen van de Indische bevolking. Hij is daarvoor veel te zakelijk en teveel gericht op zichzelf. Oerip, de hulp van Léonie, daarentegen is het symbool van de eenvoudige inlandse bevolking. Zij heeft oog voor de mysterieuze zaken die ineens in de omgeving van de resident beginnen te spelen. Couperus heeft de roman een duidelijke boodschap willen afgeven. Wij Europeanen (lees Nederlanders) hebben een land in ons bezit gekregen waar we niet thuishoren. Indië is het land van de inlanders en niet van Nederland. Het gegeven is losjes gebaseerd op een schandaal dat zich werkelijk in een Nederlands-Indische huishouding had voorgedaan. De spookachtige voorvallen, met name de uit het niets opduikende stenen, werden geïnspireerd door een verhaal dat Couperus hoorde over een Europese residentie waar een onophoudelijke en onverklaarbare stenenregen op het dak bleef vallen.

Motieven

Angst

Bij de Nederlanders heerst er angst voor de stille kracht die de inlanders hebben ingezet om hun kritiek te tonen. Voor Léonie is erg bang als ze met (namaak) bloed wordt ondergespoten in de badkamer.

Vriendschap

Frank van Helderen vat liefde voor Eva Eldersma op, maar ze wil geen verhouding met hem. Ze wil wel vrienden met hem zijn en ze wandelen en spreken veel samen. Ook zorgt ze een tijdje voor de kinderen van Frans als diens vrouw ziek is. Er gaan natuurlijk geruchten over overspel, maar dat doen ze niet. Eigenlijk storen ze zich er niet aan. Als de vrouw van Frans toch jaloers wordt en haar kinderen weer terug wil, trekt Eva zich bescheiden terug en adviseert Frans bij zijn vrouw te blijven.

Moeizame liefdesrelaties

Er zijn enkele moeizame liefdesrelaties in de roman. De relatie tussen Van Oudijck en Léonie is niet goed. Hij is veel ouder dan zijn jonge, aantrekkelijke vrouw. Hij besteedt trouwens alleen maar aandacht aan zijn werk: hij wil hogerop komen. Daarbij vergeet hij de consequenties dat Léonie haar seksuele heil zoekt bij andere mannen (o.a. Theo en Addy) Addy de Luce heeft een liefdesrelatie met Doddy (de dochter van Van Oudijck) Maar hij is veel leuker dan zij is en eigenlijk piekert hij er niet over om met haar te trouwen. Hij doet het veel liever met andere vrouwen o.a. Léonie. Hij weet ook dat de resident zijn dochter niet graag uithuwelijkt aan Addy, vanwege de familie van Addy. Een derde relatie die moeizaam is, is die van Eva en Onno Eldersma. Hij werkt veel te veel en hij verwaarloost zijn vrouw. Zo'n vrouw voelt zich vergeten en zoekt meestal een andere partner. Dat kan Frans zijn die op haar verliefd is en vaak met haar praat en wandelt. maar Eva wil geen overspel plegen en ze wil Frans alleen maar zien als een echte vriend. Dat gebeurt ook. De omgeving rept over hun verhouding maar in feite is die wel zuiver. Toch wordt de vrouw van Frans, Ida, jaloers en ze haalt de kinderen weg bij Eva. Omdat Ida ziek was, heeft Eva voor de kinderen gezorgd. Eva zegt daarna dat Frans bij zijn vrouw moet blijven.

Seksualiteit

In de tijd waarin Couperus zijn roman schreef gold de roman als pornografie, terwijl er natuurlijk nog geen enkele beschrijving van de seksuele daad is opgenomen. Maar het feit dat Léonie overspel pleegde is al goed voor het voorkomen van dit motief.

Vader-zoonrelatie

De relatie tussen resident Van Oudijck en zijn zoon Theo is niet goed. Theo heeft meer met zijn moeder op. Bovendien weet Van Oudijck dat Theo een verhouding heeft met zijn tweede vrouw, die zij stiefmoeder is. De resident ontvangt daarover anonieme brieven, die later geschreven bleken te zijn door si-Oudijck. Dat is zijn bastaardzoon die hij heeft overgehouden aan de seksuele relatie met zijn Indische huidhoudster. Hij wil die zoon niet erkennen, die daarom ook in de armoedige kampong woont. Theo en Addy gaan de jongen opzoeken en hij weet gun te vertellen dat Van Oudijck op de hoogte is van zijn bestaan. De resident koopt aan het einde van het verhaal zijn bastaardzoon met geld af.

Jaloezie

Waar liefdesrelaties scheef gaan, komt altijd jaloezie om de hoek kijken. Ook in deze roman is dat het geval. Theo wordt jaloers als hij ziet dat Léonie ook weg is van Addy de Luce. Léonie wordt jaloers op haar stiefdochter Doddy als ze ziet dat Addy Doddy het hof maakt. Ida, de vrouw van Frans, wordt jaloers op Eva Eldersma, omdat die laatste en haar man een mooie vriendschapsrelatie hebben waarover geroddeld wordt

Haat

De lijdzaamheid van de inlandse bevolking slaat om in haar als de resident niet goed naar zijn raadgevers luistert. Hij doet niet wat de rituelen ter plaatse verlangen en hij ontslaat de regent van Ngadjiwa vanwege dronkenschap. Hoewel Léonie zegt dat hij het ontslag moet terugdraaien, blijft hij halsstarrig volhouden. De lijdzaamheid slaat om in haat en de inlanders gebruiken hun stille kracht om de Nederlanders bang te maken.

Overspel

Léonie pleegt overspel met haar stiefzoon Theo en later ook met de jonge en aantrekkelijke Addy. Ook als ze in Soerabaya op vakantie is, gaan de geruchten dat ze er seksuele avonturen op na houdt. Ook Otto moet vreemd zijn gegaan, want hij heeft een buitenechtelijke zoon bij een inlandse huishoudster die hij eerst niet wilde erkennen. Hij koopt hem later met geld af. Omdat Addy eigenlijk verkering heeft met Doddy, pleegt hij in feite ook overspel.

Macht en corruptie

In het oude Indië draait het ook vaak om macht en corruptie. Dat komt door het daar ingevoerde stelsel van bestuur. De buitenlandse bestuurders (residenten) moeten vaak een deal sluiten met de inlandse regenten. Maar de laatste moeten vaak hun hele familie onderhouden en zij buiten hun eigen bevolking uit. Zie daarvoor ook het bekende boek "Max Havelaar." De resident komt in de problemen als hij de regenten de wacht aanzegt. Dat is de waarschijnlijke inzet van de stille kracht, waaraan de Nederlanders ten onder gaan.

Depressief gedrag

Het gaat hier meer om het gevoel bij een naderende eeuwwisseling dat we met "spleen" aangeven. Mensen worden melancholisch als er een nieuwe eeuw komt: ze voelen zich onzeker en hangen tussen verleden en toekomst. In de roman is dat te zien in het gedrag van Eva Eldersma (die het af en toe niet ziet zitten- is dit het nu?) en Léonie die zich ook niet happy voelt in Indië.

Trivia

In 1974 werd een televisieserie gemaakt die veel ophef veroorzaakte o.a. door de scène met Léonie, gespeeld door de actrice Pleuni Touw.

Filmregisseur Paul Verhoeven loopt al enkele jaren rond met plannen om het boek te verfilmen. Door de economische crisis kan hij nog niet voldoende geldschieters vinden. Hij hoopt toch de opnamen in 2015 te starten.

Titelverklaring

Met de stille kracht wordt de geheimzinnige kracht bedoeld waarover de Indische bevolking beschikt wanneer ze in de problemen raakt. Wanneer de regent niet volgens bepaalde rituelen (de adat) handelt, zal het volk in opstand komen. Bovendien pikken de bewoners het ontslag van hun eigen inlandse regent niet. Dat veroorzaakt onrust.
Van Oudijck is dan echt halsstarrig omdat hij betrouwbaar wil overkomen tegenover de corrupte landadel, maar zo'n strijd verlies je als je een vreemde bent. De stille kracht wordt zichtbaar in een aantal vreemde zaken die er gebeuren in en rond het huis van de resident. Léonie wordt met bloed (sirih) bespat, het bed van de resident wordt besmeurd, er breken plotseling glazen, de whisky is ineens bedorven, er wordt een steen door de ruit gegooid. Er gebeuren in de badkamer dioverse dingen waarover de soldaten niet willen vertellen. Kortom, de vastbesloten resident Van Oudijck die de stille kracht, waarvoor o.a. Oerip waarschuwt, als "onzin" beschouwt, merkt aan het einde van het verhaal dat hij ongelijk heeft gehad. Hij heeft de strijd toch verloren.

Structuur & perspectief

De roman wordt onderverdeeld in twee grote delen. Deze twee delen worden onderverdeeld in respectievelijk vier en drie hoofdstukken. De zeven hoofdstukken hebben geen van alle een titel, evenals de twee delen.
Deze zeven hoofdstukken worden weer onderverdeeld in subhoofdstukken die vaak van elkaar gescheiden worden door een verandering van plaats en/of tijd. Dat is natuurlijk redelijk ouderwets naar onze huidige literaire maatstaven gekeken, maar in de tijd dat Couperus de roman schreef heel normaal.
Datzelfde geldt voor de vertellersfiguur. Couperus gebruikt zoals dat gewoon was in die tijd (1900) een auctoriale verteller die alles weet en overziet. Hij kan dus ook bij elk personage naar binnen kijken maar ook van buitenaf beschrijven.

Decor

Het decor is het Javaanse dorp Laboewangi waar Otto van Oudijck resident is. Hij woont er met zijn kinderen uit zijn eerste huwelijk en met Léonie, zijn mooie 32-jarige vrouw. Nederland zwaait nog steeds de scepter in Nederlands-Indië, zoals dat in de Max Havelaar wordt beschreven. Er zijn inlandse bestuurders als de regent, maar die zorgen vaak beter v oor zichzelf dan voor de bevolking.
In een artikel van het NRC staat een foto opgenomen van de herontdekte oude residentswoning. Die geeft misschien een mooi beeld van de omstandigheden.  

Klik hier:
http://www.nrcreader.nl/artikel/720/residentiewoning-uit-de-stille-kracht-ontdekt 

Het verhaal speelt aan het einde van de 19e eeuw. De weemoedige gevoelens die met de eeuwwisseling gepaard gaan (spleen geheten), zijn terug te vinden in de gevoelens van Léonie en Eva Eldersma. Couperus beschrijft een relatief korte periode. De vertelde tijd is nog geen jaar.

Stijl

Wanneer je naar de stijl van Couperus kijkt met ogen van een moderne lezer, zie je natuurlijk grote verschillen met romans van nu. Wie de eerste druk bekijkt, ziet  ook de spellingverschillen met de latere edities. Toch is het verhaal nog steeds goed te lezen. Al zullen middelbare scholieren er best tegen op zien. In hun ogen is het taalgebruik ouderwets.
In de tijd van Couperus was het  bijvoorbeeld wel gewoonte lange beschrijvingen te geven van de plaats en de omstandigheden. Dat doet nu wat ouderwets aan en maken het verhaal naar moderne maatstaven wat langdradig. Er wordt ook veel meer uitgelegd dan tegenwoordig. Maar Couperus' stijl is zeker poëtisch te noemen. Wat ook niet ontbreekt, zijn natuurlijk veel woorden uit het Maleis. Sommige daarvan zijn al ingeburgerd in ons hedendaagse Nederlands (denk aan pasar-malam), andere niet.

Slotzin

En in het voelen ervan, tegelijk met den weemoed van hun afscheid, dat zoo dadelijk dreigde, zagen zij niet, te midden der golvende, deinende, gonzende menigte, die als eerbiediglijk voortstuwde de gele en purperen voornaamheden der uit Mekka terugkeerende hadji's - zagen zij niet dien éenen grooten witten, rijzen boven de menigte uit en kijken met zijn grijnslach naar den man, die hoe hij ook zijn leven geademd had in Java, zwakker was geweest dan Dàt...

Beoordeling

"De stille kracht" is één van de beste romans van Couperus die over een belangrijke periode in de Nederlandse geschiedenis gaat. In die zin mag je het boek best als een klassieker beschouwen naast "Max Havelaar" van Multatuli. Het boek is weliswaar geen aanklacht tegen de Nederlanders, maar het heeft wel een duidelijk idee dat de Nederlanders niet als machthebbers in Indië thuishoren. In die zin is het opstandige van de bevolking via de stille kracht een voorbode van wat zich vijftig jaar later zou afspelen: de onafhankelijkheidsstrijd van de Indonesiërs en het stichten van de eigen staat. Als tijdsdocument is het boek dan ook erg waardevol. Het gaat bijvoorbeeld ook over het verschijnsel bij een eeuwwisseling dat "spleen" heet, een soort weemoedigheid die mensen dan overvalt (in de roman Eva Eldersma).

Jonge lezers (scholieren van vwo-5 of -6) Zullen het nog wel lastig vinden om het boek te lezen, waarschijnlijk ook wel wat langdradig. Het boek is heel goed te combineren met andere boeken over het Indische verleden. Dat kan een mooi thema op je boekenlijst opleveren.
Je kunt daarbij denken aan:
- Multatuli Max Havelaar 
- P.A. Daum Goena-Goena (ook een soort stille kracht)
- Jeroen Brouwers Bezonken rood  (ook andere romans)
- Adriaan van Dis o.a Indische duinen
- Theodor Hofman Het blijft toch familie (ook ander werk)
- Pauline Slot Soerabaia

Recensies

"De stille kracht is een van de twee romans die direct voortvloeiden uit een reis die Couperus, telg van een familie van Nederlands-Indische bestuursambtenaren, in 1899 naar Java maakte. Van die twee heb ik altijd Van oude mensen, de dingen die voorbijgaan (1906) als Couperus' meesterwerk beschouwd – vooral omdat het verhaal van de doorwerking van een passiemoord op negentiende-eeuws Java zo'n mooie synthese is van zijn Haagse en zijn Indische romans. Na herlezing van De stille kracht, met zijn zinnelijke stijl, zijn vrijmoedige erotiek en zijn intrigerende beschrijving van de oost-westproblematiek, denk ik daar anders over. Het verhaal van de tragische held Van Oudijck is niet alleen Couperus' beste boek, maar ook een van de grote werken van de wereldliteratuur." http://nrcboeken.vorige.n...-en-spoken
"De stille kracht is zonder twijfel een buitengewoon spectaculaire roman. Alle verhaalelementen dragen hier aan bij. De stijl is weelderig, de zinnen fluwelig en lenig en elke taalnuance draagt bij aan de sfeer die Couperus wil oproepen. De psychologie van de romanfiguren is altijd trefzeker, de schrijver moet zich bij dit boek volkomen zeker gevoeld hebben. Opvallend is ook dat Couperus zo economisch omgaat met de ‘stille kracht': hij weet dreiging op te roepen zonder die wonderbaarlijke verschijnsels eindeloos uit te spinnen. Het meeste gebeurt op de achtergrond en de schrijver laat veel meer de effecten zien. Sterk is ook dat Couperus van de resident Van Oudijck een sympathieke figuur heeft gemaakt, geen sjabloon van een keiharde overheerser." http://www.tzum.info/2013...-kracht-2/
"Ik ben het met professor Ten Brink eens dat het werk van den heer Couperus de beste Nederlandsche roman over het leven der Nederlanders in Ned. Indië is, die sedert 1850 is geschreven. De waarde er van wordt niet weinig verhoogd, doordien de heer Couperus in hoofdzaak waar gebeurde geschiedenis opdischt, hier en daar iets anders gerangschikt dan dat het in werkelijkheid geschiedde, maar daarom toch de waarheid romantisch voorgesteld. Al gebeurde de scène, waarbij Leonie in een douce tête à tête door haar man geattrappeerd werd niet te Laboewangie, maar te Batavia met eene dame, die de heer Dr. Ten Brink evengoed als ik gekend heeft; eene dame die, toen zij toevallig door haar eigen man, door wien zij ten volle werd vertrouwd. overvallen werd, tegen haar echtgenoot zeide: de heer Tropcourt van Singapore (ik verberg zijn waren naam achter dit pseudoniem) de heer Tropcourt vraagt mij de hand van mijne oudste dochter. Het gevolg was, dat het vertrouwen van den goeden waardigen echtgenoot niet geschokt werd, en zijne dochter met den heer Tropcourt huwde." http://www.louiscouperus....cht/bosch/
"Toch is 'De stille kracht' niet een drama van spiritisme en tovenarij. Het is ook niet het drama van de rechtlijnige Nederlander die niet kan buigen. Het draait zelfs niet om de profetie van de komende ondergang van de kolonie. Het gaat om de spijkerharde vaststelling: wij blanken horen daar niet en zullen ons daar nooit thuis voelen." http://www.trouw.nl/tr/nl...acht.dhtml

Bronnen

Op deze webpagina is de integrale tekst van de eerste druk van "De Stille kracht" te downloaden.
http://www.dbnl.org/tekst...1_0005.php
Je hebt nog 2 Zeker weten goed verslagen over.

Wil je onbeperkt toegang tot alle Zeker Weten Goed verslagen? Meld je dan aan bij Scholieren.com.

35.885 scholieren gingen je al voor!

Geschreven door Cees

Foto van Cees

Ik heb verreweg het grootste deel van mijn leven voor de klas gestaan. Eerst vijf jaar op een basisschool, daarna veertig jaar op diverse scholen voor voortgezet onderwijs: havo en vwo, onder- en bovenbouw. Ik vond het destijds  mijn taak om de verouderde en 'afgezaagde' literatuurlijsten voor Nederlands te vernieuwen en mijn leerlingen kennis te laten maken met nieuwe en/of jonge schrijvers. Lezen kan namelijk ook gewoon leuk zijn. Docenten kunnen je met het aanprijzen van leuke en/of spannende boeken enthousiast maken. Stukken die interessant zijn, voorlezen in de klas. Kort vertellen waarover een boek gaat.  Ik heb nu ruim 1460 verslagen gemaakt, waarvan een heleboel Zeker-Weten-Goed-verslagen. Er staan vragen over de inhoud aan het eind om je te laten zien of je het boek begrepen hebt.

Bij Scholieren.com probeer ik daarom zo veel mogelijk boeken van nieuwe schrijvers te bespreken. Ik hoop altijd dat de 'moderne leraar Nederlands' het zijn leerlingen toestaat om de wat minder bekende schrijvers ook op de leeslijst te zetten. Uittreksels maken vond ikzelf vroeger helemaal niet leuk. Ik kocht daarom ook uittrekselboeken. (Bijvoorbeeld Literama, Apercu, Der Rote Faden) Nu maak ik zelf boekverslagen voor  scholieren.com. Nog een gemeend advies: wees verstandig en lees altijd wel het boek. Dan kan een boekverslag op scholieren.com een een prima geheugensteun voor je mondeling zijn.
En geloof me, docenten kunnen vanwege tijdgebrek ook niet alle boeken lezen die jaarlijks verschijnen; zij raadplegen daarom ook wel de boekverslagen die scholieren.com levert.

REACTIES

M.

M.

bij de beschrijving van eva moet staan de ze de vrouw is van Onno, niet Otto.

8 jaar geleden

M.

M.

Wat voor verhaalbegin heeft dit boek?

7 jaar geleden

S.

S.

Zeker weten goed?
Hebben ze dit überhaupt nagelezen voordat ze het op hun website hebben gezet?
Er staan opvallend veel grammaticale fouten in, soms ontbreken er woorden en door de hele samenvatting heen wordt Onno Eldersma 'Otto Eldersma' genoemd.
Ik betwijfel of dit door de 'Boekenredactie van Scholieren.com' is gemaakt, want volgensmij kunnen die lui nauwelijks lezen wat ze aan het schrijven zijn.

6 jaar geleden

C.

C.

Dit verslag is absoluut niet "zeker te weten goed". In elke alinea staan wel fouten, of dit nou stijl, grammaticale of inhoudelijke fouten zijn. Er zijn andere boekverslagen van leerlingen op scholieren.com te vinden die beter zijn dan dit.

5 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "De stille kracht door Louis Couperus"

Ook geschreven door Cees