Het lijkt er op dat je browser advertenties blokkeert. Scholieren.com kan alleen bestaan door inkomsten van advertenties. We
zouden het lief vinden als je de blokkade voor onze site uit zet. Dankjewel!
Examenleerlingen opgelet: over 50 dagen is het zo ver! Wil jij ook slim leren, zeker slagen? Ontdek alle tips, tests, trucs en tools van Examenbundel en sleep dat diploma binnen. Wil je zeker weten dat je niks mist? Meld je dan snel aan en ontvang alle tips in je mail!
Ik wil slagen!
Feitelijke gegevens
1e druk,
2015
146 pagina's
Uitgeverij: Cossee
Flaptekst
De betoverende geschiedenis van een liefde die nooit heeft kunnen bestaan, en van de poging daarmee in het reine te komen.
Wanneer op een vroege morgen de mannen van Cucuron, aan de voet van het ruige Luberon-gebergte, de jacht op een bijzonder groot everzwijn openen en Max niet komt opdagen, zoeken ze er niets achter en vertrekken ze zonder hem. Na hun eerste schoten, hoog op de bergrug, horen ze een schreeuw – maar niet van een everzwijn.
Valérie is de laatste in het dorp die Max levend heeft gezien, de avond voor het jachtongeval. Het duurt een jaar tot ze beseft waarom ze naar Parijs vertrok: ze moest afstand van hem nemen. Had ze zijn laatste woorden, die hij haar die avond toefluisterde, wel begrepen? Had ze wel door dat hij zijn toekomst niet zonder haar voor zich zag? Haar geboortedorp werd te benauwd voor Valérie, en ze gaat aan de Sorbonne studeren. Maar Max en het everzwijn laten haar niet los.
Jean-Michel, die Valérie in Parijs leert kennen, reist naar Cucuron en probeert in het dorp aan de hand van de geruchten, roddels en verhalen te reconstrueren wat er die ochtend op de berg daadwerkelijk is gebeurd. Dat is wat ik bemin is een boek over schoonheid op onverwachte plaatsen en over het ontstaan van mythes en legendes. Bovenal is het een sfeervol romandebuut over de levensreddende kracht van verhalen – omdat het idee van wat had kunnen zijn, meestal sterker is dan iedere realiteit.
Eerste zin
Ik heb van je gedroomd vannacht. Ik zag je liggen, een gewond dier. Ik had je willen aanraken, je hand vastpakken, mijn hand op jouw hart leggen en het voelen kloppen.
Samenvatting
Deel I : Parijs, september 1997
De ik-vertelster van een dagboek heet Valérie. Ze is naar Parijs gegaan om kunstgeschiedenis te gaan studeren. Dat is een jaar nadat er iets in haar woonplaats in het zuiden van Frankrijk is gebeurd. Het heeft te maken met een ongeval met een jonge man Max. Tot hem richt ze de dagboekaantekeningen.
Daarin vertelt ze over:
- de keren dat ze vroeger met haar ouders Parijs bezocht.
- de keer dat ze met haar moeder in een museum in Parijs een serie wandtapijten uit de Middeleeuwen heeft bezocht. Het betreft de serie : "De dame en de eenhoorn."
- over haar kunststudie waarin die serie ook behandeld wordt.Valérie krijgt het voor elkaar om een essay in een krantenbijlage te mogen schrijven over dit door haar zo bewonderde kunstwerk.
- over haar aan kanker gestorven moeder, die daar wel dapper tegen heeft gevochten.
- over haar vader die eerst heel verdrietig was over de dood van zijn vrouw, maar haar later komt vertellen dat hij een nieuwe vriendin Bernadette heeft gevonden
- over de journalisten Eric en Jean-Michel die ze ontmoet voor het schrijven van het essay in de krantenbijlage. Eric kraakt haar hele stuk eerst af. Jean-Michel is echter verliefd op haar en probeert haar liefde voor de wandtapijten te begrijpen. Hij gaat een keer mee met haar om ze te bekijken.
- over een brief van haar tante Clothilde die schrijft dat de mannen in het dorp een jaar na het jachtincident twee gedenkstenen op de berg hebben opgericht: één voor Max en één voor het everzwijn.
- over Jean-Michel die haar na de jaarwisseling van 1997 op 1998 toch benadert om een nieuwe afspraak te maken. Valérie heeft het moeilijk om relaties met mannen aan te gaan. Ze is erg mooi, maar verkrampt als ze door een man wordt aangeraakt.
deel II : Luberon, juli 1998
Jean-Michel is naar Cucuron vertrokken om er achter te komen wat er een jaar daarvoor is gebeurd. Hij doet dat om Valérie beter te kunnen begrijpen. Hij krijgt vooral informatie van Bertrand, een oude dorpsbewoner en van de tante van Valérie Clothilde. Hij schrijft wat hij te weten komt in brieven naar vooral Eric, maar ook in enkele brieven aan Valérie. Hij ziet dat er twee gedenkstenen zijn: een voor Max en een voor Camille
Jean-Michel die journalist is, gaat vooral op zoek naar de waarheid. Hij komt steeds meer te weten. Max is in de bergen opgegroeid met zijn opa Camille, want zijn moeder is bij de geboorte overleden. Daardoor is hij een natuurmens geworden: hij was de beste jager van het dorp. Hij vindt Valérie erg mooi, maar er zijn meer mannen in het dorp die dat ook vinden. Zo is er de knappe Marius, die haar ook wil hebben.
Toeristen hebben een groot en gevaarlijk uitziend everzwijn gezien en daarop wordt de jacht geopend. Jean-Michel doet ook verslag van de dag waarop de gedenkstenen zijn geplaatst. Marius denkt dat hij Max ziet lopen en praat vanaf die dag niet meer. Jean-Michel krijgt veel uitleg van Bertrand.
Bertrand denkt dat het everzwijn nooit is neergeschoten. Nadat Max aan Valérie gevraagd had of ze bij hem in het door hem nieuw te bouwen huis zou willen wonen, had ze niet geantwoord. Daarna was hij de bergen ingetrokken en de mannen in het dorp hadden de jacht op het everzwijn geopend. Daarbij was Max getroffen. Marius had het commando gegeven. Ze hadden Max voor het everzwijn aangezien.
Deel III Luberon, september 2005
Jean-Michel schrijft een laatste brief aan Eric. Bertrand is overleden en ze hebben hem begraven. Hij was erg betrokken bij d e geboorte van het kind van Jean-Michel en Valérie. Eric is de peetvader van deze Sophie geworden. Valérie pendelt tussen Parijs (waar haar baan is) en haar woonplaats in Luberon heen en weer. Er zullen waarschijnlijk meer kinderen komen.
"O ja, dat wilde ik je nog vertellen. De eerste zatyerdag van september zijn de mannen van Cucuron, dezelfde die vorig jaar mee waren met de jacht, de berg opgegaan met in hun truck twee gedenkstenen. Een voor Max, een voor het everzwijn."
Bladzijde 24
"Heerlijk geslapen, alsof ik me een hele nacht omhelsd voelde. Wakker geworden uit een droom waarin ik jouw warme lijf, jouw borst voelde die ik nooit heb aangeraakt. Mijn vingers over de haartjes laten glijden. In jouw armen liggen, helemaal veilig zijn, als kinderen dicht tegen elkaar. Wat voel ik me dankbaar dat ik zo kan wakker worden."
Bladzijde 43
"Ik weet niet meer hoe we van de bank in het bed belandden. Hoe zijn handen mijn rug vonden en de zijkant van mijn borsten. Het scheelde maar heel weinig of we hadden gevreeën. Ik weet niet wat me meer in paniek deed schieten. Een onverhoedse beweging misschien, zijn verlangen voelen tegen mijn onderbuik. Ik kromp ineen, ik versteende, ik rolde op tot ik zo klein m ogelijk was."
Bladzijde 74
"Het geluid ontsnapte aan Bertrands buik, longen, keel en wierp zich hoog nog de grijze lucht in.
Voor hen, vlak voor hun voeten, lag het lichaam van Max. Max met het ruime jagersvest aan, zijn geweer nog in de hand geklemd. Er was geen bloed te zien, alleen dat hoofd dat in een rare knik lag."
Bladzijde 144
Jean-Michel gaat in deel II nar Cucuron en Luberon om er achter te komen wat er met Max is gebeurd. Hij is journalist en wil de feiten over de dood en de verhalen daarover te weten komen.
Valerie voelt zich getroffen door het middeleeuwse kunstwerk "De dame en de eenhoorn"een tapijtserie. De mooie gevoelens die ze bij het bekijken van deze wandtapijten krijgt, kan ze verbinden met de gevoelens voor haar jong aan kanker overleden moeder.
Motto
Ik heb altijd gedacht dat het onmogelijk is om een goed contact te hebben met een plek of persoon zonder verbondenheid met alle verhalen over die plek en die persoon. [....]
Wanneer wij het enkele verhaal afwijzen, wanneer wij beseffen dat er nooit een enkel verhaal is over geen enkele plek, herwinnen wij een soort paradijs."
Chirimande Ngozi Adichie.
Titelverklaring
De titel is poëtisch. Hij komt letterlijk voor in de tekst op pagina 44.
Valerie moet voor een krantenbijlage een essay schrijven over een door haar bewonderd kunstwerk. Ze kiest de tapijtserie "De dame en de eenhoorn". En ze voegt daarbij een tekst van de oude kerkvader Augustinus. "Wat bemin ik wanneer ik U bemin [.....] Dat is het wat ik bemin , als ik mijn God bemin. "
Over de tekst van de kerkvader heen, denkt Valérie hierbij waarschijnlijk aan haar liefde voor Max.
Structuur & perspectief
Er zijn drie delen in de structuur te onderscheiden:
- Parijs, september 1997 (blz. 9-86) onderverdeeld in hoofdstukken die dagen die een dagboek vormen, dat wordt geschreven door Valérie
- Luberon, juli 1998 (blz. 89-144), onderverdeeld in brieven die Jean- Michel (vooral) aan zijn vrined Eric en (soms) aan Valérie schrijft
- Luberon, september 2003 (blz. 147-149): een brief aan Eric van Jean-Michel.
Het perspectief van deel I ligt bij Valérie: zij schrijft dagboeknotities in de ik-vorm en richt zich daarin vooral tot de overleden Max Cirou.
In deel twee is de ik-schrijver Jean-Michel die op de plek van het ongeval onderzoek doet naar de toedracht ervan en daarvan bericht stuurt aan zijn vriend Eric of aan Valérie.
Deel III heeft de functie van een epiloog in de vorm van een laatste brief aan Eric. Ook die is natuurlijk in de ik-vorm geschreven.
Decor
Plaats
Deel I speelt zich voornamelijk af in Parijs waar Valérie kunstgeschiedenis studeert na het ongeval dat zich een jaar ervoor heeft afgespeeld.
Deel II speelt zich af in Luberon, een Frans gebergte vlak bij de Mont Ventoux. Jean-Michel is daar op onderzoek naar de dood van Max uitgegaan. Deel III speelt zich ook af in Luberon, maar dan vijf jaar later.
Tijd
- deel I speelt van september 1997 tot en met 3 januari 1998.
- deel II speelt zich af van 7 juli 1998 tot aan 5 november 1998
- deel III is een brief die wordt geschreven op 7 september 2003
Stijl
Eén van de kwaliteiten van het boek zit m.i. in de stijl van de schrijfster. Er zijn twee grote delen in de roman die zich ook kenmerken met twee verschillende stijlen. In deel I die van de jonge vrouw Valérie, in deel II die van de man die op haar verliefd is. Jean-Marie z'n stijl is die van een journalist, maar dan één die zich zelf een doel gesteld heeft om een fictief verhaal te schrijven. Daardoor doet zijn stijl literairder aan dan je van een nieuwsjager mag verwachten.
De stijl van Valérie is wat poëtischer en romantischer.
De buutroman van Rossaert is de moeite waard qua structuur en stijl. Maar echte spanning ontbreekt in het verhaal, waardoor de inhoud niet echt doordringt bij de lezer en ook niet lang blijft hangen. Ik denk dat middelbare scholieren daar in een boek wel behoefte aan hebben. Ik verwacht dan ook niet dat het boek veel op literatuurlijsten zal verschijnen
" 'Dat is wat ik bemin' is een indrukwekkend boek, van een schrijfster die geduldig haar tijd heeft genomen om haar pen te verfijnen, en daardoor meteen een debuut van jewelste heeft afgeleverd. "Je moet de feiten zo brengen dat ze weerhaakjes krijgen in de geest van de lezer", zegt Jean-Michel over zijn werk bij de krant. Precies dat doet Isabelle Rossaert met haar boek. Een kunstwerk dat, gezien haar achtergrond (ze is redacteur en docente journalistieke schrijftechnieken), misschien wel onafwendbaar was. En waar we de komende maanden nog veel buzz rond (hopen te) verwachten."
http://www.cuttingedge.nl...um=twitter
"Dat is wat ik bemin is een compacte, perfect gepolijste vertelling die zich met een grote vanzelfsprekendheid presenteert. Isabelle Rossaert switcht moeiteloos tussen Parijs en de Luberon, tussen haar mannelijke en vrouwelijke verteller, tussen literaire beschrijving en levendige dialoog."
http://thisishowweread.be...ar-parijs/
Je hebt nog
2 Zeker weten goed
verslagen over.
Wil je onbeperkt toegang tot alle Zeker Weten Goed verslagen? Meld je dan aan bij Scholieren.com.
35.795 scholieren gingen je al voor!
Geschreven door Cees
Ik heb verreweg het grootste deel van mijn leven voor de klas gestaan. Eerst vijf jaar op een basisschool, daarna veertig jaar op diverse scholen voor voortgezet onderwijs: havo en vwo, onder- en bovenbouw. Ik vond het destijds mijn taak om de verouderde en 'afgezaagde' literatuurlijsten voor Nederlands te vernieuwen en mijn leerlingen kennis te laten maken met nieuwe en/of jonge schrijvers. Lezen kan namelijk ook gewoon leuk zijn. Docenten kunnen je met het aanprijzen van leuke en/of spannende boeken enthousiast maken. Stukken die interessant zijn, voorlezen in de klas. Kort vertellen waarover een boek gaat. Ik heb nu ruim 1460 verslagen gemaakt, waarvan een heleboel Zeker-Weten-Goed-verslagen. Er staan vragen over de inhoud aan het eind om je te laten zien of je het boek begrepen hebt.
Bij Scholieren.com probeer ik daarom zo veel mogelijk boeken van nieuwe schrijvers te bespreken. Ik hoop altijd dat de 'moderne leraar Nederlands' het zijn leerlingen toestaat om de wat minder bekende schrijvers ook op de leeslijst te zetten. Uittreksels maken vond ikzelf vroeger helemaal niet leuk. Ik kocht daarom ook uittrekselboeken. (Bijvoorbeeld Literama, Apercu, Der Rote Faden) Nu maak ik zelf boekverslagen voor scholieren.com. Nog een gemeend advies: wees verstandig en lees altijd wel het boek. Dan kan een boekverslag op scholieren.com een een prima geheugensteun voor je mondeling zijn. En geloof me, docenten kunnen vanwege tijdgebrek ook niet alle boeken lezen die jaarlijks verschijnen; zij raadplegen daarom ook wel de boekverslagen die scholieren.com levert.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden