Van scholier naar student: wat verandert er nu echt?
"Ja hoor! Ik heb 'm! Nu kan het leven echt beginnen!" Daar stond ik dan, glunderend met vwo-diploma en champagne in de hand, de sleutel voor de toekomst. Feestjes, vakantie en vrijheid lagen aan mijn voeten. Kort daarna werd ik volwassen, ein-de-lijk achttien. Op het eerste ogenblik voelde ik me heel oud, maar daarna kwam het echte besef. Na de zomer ben ik student, ga ik uit huis en bouw ik een ander leven op.
Waar ik eerst vanaf de eerste klas al uitkeek naar het einde van de middelbare school, vind ik het nu te snel gegaan. En dat besef kwam pas echt toen ik in de auto zat naar huis na mijn diplomering. Nooit meer lachen tijdens wiskundelessen. Nooit meer met je klasgenoten wandelen naar de supermarkt in de pauze. En nooit meer niks doen tijdens een tussenuur. Ik heb nu de langste vakantie gehad waarvan ik ooit heb kunnen dromen, maar desondanks begon ik op de helft van de vakantie al heel erg te twijfelen. Wanneer komt mijn rooster erop? Welke boeken moet ik halen? Hoe moet ik vrienden maken?
Even wennen
Via een vaag mailtje en wat vrienden kwam ik op een gegeven moment op de site van mijn rooster. En ik snapte er niks van. Overal staan gekleurde blokken met namen, codes en klaslokalen. Je hebt dus hoorcolleges en werkcolleges. De hoorcolleges heb ik met mijn hele studie, maar de werkcolleges heb je weer met kleinere groepen. Het rooster via de middelbare school begin ik toch wel iets meer te waarderen. Maar dat is natuurlijk altijd achteraf zo. Ook bevinden je lessen op de middelbare school zich allemaal in hetzelfde gebouw. Op de hogeschool of universiteit zit dat anders; dan heb je je lessen soms op wel drie verschillende locaties per dag. Dat is best even wennen.
En dan die studieboeken, die zijn toch dik! Van de middelbare school kreeg je aan het begin van het jaar netjes een stapel, soms met vieze vlekken of ezelsoren van de scholieren voor jou, en waren alle boeken en alle licenties gewoon voor jou geregeld. Als student moet je je boeken zelf kopen op tweedehandssites of bijvoorbeeld via de studievereniging van jouw studie.
Om alvast vrienden te maken, heb je de introductieweek. In Groningen wordt dit bijvoorbeeld de KEI-week genoemd. Heel anders dan de introductiedagen op de middelbare school. Op de middelbare school draaien de introductiedagen vooral om het leren kennen van elkaar of om bij te praten na de vakantie. Je speelt spelletjes, loopt een vossenjacht of kletst gewoon een beetje met vrienden. De introductieweek voor de studenten is in elke stad vrijwel hetzelfde: overdag heb je infomarkten over sport- en studentenverenigingen, in de avond ga je uit met je groepje. Voor mij voelde het echt als een snelcursus student zijn.
Eigen studentenkamer
Als het schooljaar dan echt begint, zit je in je eigen studentenkamer. Als je geluk hebt, tenminste. Een kamer is nauwelijks te vinden, vooral als beginnend student. In je kamer is het heel erg anders dan thuis. Je bent blij met je eigen bed, omdat je vaak zat een keuken of badkamer moet delen met mensen die je voorheen helemaal niet kende. En als je dan thuiskomt na een lange dag colleges, dan staat het eten nog niet klaar. Dan begin ik pas echt de tomatensoep van mijn moeder of de nasi van mijn vader te missen. Ook in dat opzicht sta je veel meer op je eigen benen dan toen je op de middelbare school zat.
Tussen al deze chaos door merk ik dat het studentenleven echt neerkomt op één ding: vrijheid met verantwoordelijkheid. Op de middelbare school moest je gelijk een briefje halen als je te laat was of spijbelde. Je ouders zaten achter je aan, je mentor stuurde je gelijk een mailtje, maar als student is dat zo anders. Niemand checkt of je naar college gaat, of je wel gezond eet en of je slaapritme niet helemaal verstoord is. Je bent helemaal je eigen baas. En dat klinkt misschien geweldig, die vrijheid (dat is het meestal ook), maar je leert al heel gauw dat die vrijheid met verantwoordelijkheid komt.
Ik woon nog maar net in de grote stad en ik verlang nu al vaak naar thuisthuis, het huis van mijn ouders. Het is een soort heimwee naar het gevoel van vertrouwen en ergens waar je je aan kan vasthouden. Een stabiel rooster, eten op tafel en een afwasmachine. Dat zijn wel de dingen die ik voornamelijk mis.
Soms een chaos
Uiteindelijk is het studentenleven ook gewoon echt wennen. Het is soms onoverzichtelijk, soms een chaos, maar meestal komt het toch wel goed. Geloof me: je kan echt wel drie dagen op diepvriespizza overleven (schuldig). En met een studenten-OV op zak, een eigen kamer en een introweek vol herinneringen, voelt het leven ineens een stuk groter. Je hoeft niet bang te zijn. Het is vooral het begin van heel veel mooie verhalen die je later gaat vertellen, hoogstwaarschijnlijk met een biertje in je hand.
REACTIES
1 seconde geleden