"San, kan je me helpen? Er zit een spin onder mijn bed," zegt mijn jongste zusje angstvallig tegen me, terwijl ik huiswerk maak. Er gaat een rilling door me heen. Spinnen zijn zó vies.  Met een stuk wc-papier grijp ik de spin, om 'm vervolgens meteen door te spoelen in de wc. "Dankjewel, San," zegt mijn zusje opgelucht. Ik glimlach, voor haar en mijn andere zus zal ik altijd alles doen. Zij zijn namelijk niet alleen mijn zussen, maar ook mijn beste vriendinnen. En daar heb ik vijf redenen voor.

1. Ze is het beste gezelschap ooit (zelfs als je niets bijzonders doet)

Ik onderneem veel met mijn zussen, omdat we samen de beste quality time hebben. We kunnen heerlijk urenlang shoppen, genieten van frietjes bij de snackbar en bakken thuis graag de mooiste taartjes. Er heersen nooit ongemakkelijke stiltes tussen ons, integendeel, we kletsen bijna elkaars oren van het hoofd. En zelfs als we niet zoveel bijzonders doen is het gezellig, we hoeven ons niet uit te sloven voor elkaar.

2. Ze is de eerlijkste stijladviseur

Twijfelachtig kijk ik naar mijn outfit in de spiegel. Moet ik deze kledingcombinatie juist wél dragen, of toch niet?  Mijn ouders vinden dat alles me wel goed staat, dus dat schiet ook niet op. Ik roep mijn zusjes voor kritisch stijladvies. "Dat kan écht niet," zegt de een. "Draag deze combinatie maar," zegt de ander, terwijl ze een setje kleren uit mijn kast pakt. Ik trek het aan en klak tevreden met mijn tong. Dat ziet er al véél beter uit. 

3. Ze begrijpt hoe (vervelend) jouw familie is

Er vindt een familiefeestje plaats. Mijn vader vergroot mijn gênante kleuterdaden uit en mijn moeder klaagt over mijn sloddervos-gedrag. Grootmoeder geeft continu hetzelfde advies, “Twee stuks groenten en twee stuks fruit” en overhandigt me een banaan. Mijn oom heeft alweer te veel drank op, want hij zwabbert laveloos door de woonkamer. Met één blik kunnen mijn zussen en ik vanuit de andere kant van de kamer onze irritaties met elkaar delen.

4. Ze roddelt met je mee

Zuchtend stap ik het huis binnen. Ik pleur mijn tas op de grond en plof neer op de bank. Alsof mijn oudste zusje een zesde zintuig heeft, prikt ze met haar wijsvinger in mijn buik. “Is er iets?” vraagt ze. Ik vertel haar over die duivelse leraar die het op mij gemunt heeft en die trut die ik het liefst direct in de vuilnisbak wil gooien. Ze zegt dat ik niet de enige ben, dat ze die ene docent ook het liefst kan neerschieten.

5. Ze kent je ontzettend goed

Ik ben samen met hen opgegroeid en zij kennen mijn goede én slechte daden. En ook die slechte dingen accepteren ze gewoon. Tijdens ruzies weten ze dan wel de oude koeien uit de sloot te halen, maar ze erkennen ook mijn kwaliteiten. Als ik even in de put zit, herinneren ze me eraan dat ik altijd ontzettend hard werk en beuren ze me op met mijn favoriete snack (nougat met chocolade!). Soms sta ik voor een dilemma en vertellen ze me welke optie echt niets voor mij is. Dan kennen ze me zelfs beter dan ikzelf.