Hella S. Haasse
Hella heeft tot haar zevende jaar op vele verschillende basisscholen gezeten. Achteraf ziet ze dat dit de basis is geweest voor het vormen van haar geestelijke domein. In 1924 begon haar schooltijd bij nonnen in Soerabaya. Verschil tussen katholieke en niet-katholieken werd door de nonnen zeer consciëntieus gehandhaafd. Hella viel met religieuze activiteiten buiten de boot en miste zo een deel die anderen wel meemaakten. Zij deed ondertussen lees- en schrijfwerkjes. Moeder werd ziek en ze verhuisden weer naar Europa. Omdat Hella meer lees- en schrijfvaardigheden had mocht ze al meteen naar de tweede klas. Ook hier viel Hella buiten de boot, zij kwam uit Indië en zou binnen korte tijd weer vertrekken. Hierna vertrok ze naar een pension in het dorp waar de grootouders van haar vader woonden. De Openbare Basisschool was heel wat anders dan de privéschool waar ze eerder zat. De privéschool huldigde vooruitstrevende pedagogische opvattingen en was veel losser. Op de Openbare School was alles nog erg in strakke stijl. Op de Openbare School werd je meer gedrild. Inplaats van vrolijke wijsjes zongen ze hier gewend aan stevige kost. Dus ook op deze school voelde Hella zich niet helemaal thuis. Van meneer R. mocht ze boeken lenen. Na schooltijd verslond ze het ene boek na het andere en bedacht zelf verhaaltjes rondom het gelezene. Geschiedenis was een vak wat Hella erg interesseerde vanwege de mooie gedetailleerde prenten. Graag verplaatste zij zich in die prenten. Het is voor Hella nog steeds een raadsel waarom ze Goed of Zeer Goed op haar rapport kreeg voor gedrag en vlijt, want ze was constant aan het fantaseren en dagdromen. In 1928 herstelde moeder en gingen Hella en haar familie terug naar Indië. Om voor moeder de overgang naar de tropen te vergemakkelijken verbleven ze eerst nog even in Bandoeng. Zij zongen daar veel vaderlandsliederen waarover Hella zich nu verbaast over de pompeuze heldenvereringen. Veel leerde zij niet op school maar uit de vele boeken die zij las in siësta-uren. Na korte tijd in Bandoeng te hebben geleefd verhuisden zij verder naar Buitenzorg. In de zesde klas moest Hella een opstel schrijven, maar zelf een verhaal bedenken was nog moeilijker dan ze had verwacht. Hella woonde in Buitenzorg in een heel groot huis met een grote tuin waar vele vruchtbomen geplant stonden. Ze had het er erg naar d’r zin, maar ’s avonds was ze er toch een beetje eenzaam. Hierna verhuist de familie weer, nu naar Batavia. Hier kan Hella naar het lyceum of de H.B.S. en vader werkte hier al. Zij leert goed Duits en Frans. Ze leert haarzelf zelfs Turks aan! Voorheen werd ze Helly genoemd, maar nu ze naar het lyceum gaat wordt ze Hella genoemd.
Hella heeft tot haar zevende jaar op vele verschillende basisscholen gezeten. Achteraf ziet ze dat dit de basis is geweest voor het vormen van haar geestelijke domein. In 1924 begon haar schooltijd bij nonnen in Soerabaya. Verschil tussen katholieke en niet-katholieken werd door de nonnen zeer consciëntieus gehandhaafd. Hella viel met religieuze activiteiten buiten de boot en miste zo een deel die anderen wel meemaakten. Zij deed ondertussen lees- en schrijfwerkjes. Moeder werd ziek en ze verhuisden weer naar Europa. Omdat Hella meer lees- en schrijfvaardigheden had mocht ze al meteen naar de tweede klas. Ook hier viel Hella buiten de boot, zij kwam uit Indië en zou binnen korte tijd weer vertrekken. Hierna vertrok ze naar een pension in het dorp waar de grootouders van haar vader woonden. De Openbare Basisschool was heel wat anders dan de privéschool waar ze eerder zat. De privéschool huldigde vooruitstrevende pedagogische opvattingen en was veel losser. Op de Openbare School was alles nog erg in strakke stijl. Op de Openbare School werd je meer gedrild. Inplaats van vrolijke wijsjes zongen ze hier gewend aan stevige kost. Dus ook op deze school voelde Hella zich niet helemaal thuis. Van meneer R. mocht ze boeken lenen. Na schooltijd verslond ze het ene boek na het andere en bedacht zelf verhaaltjes rondom het gelezene. Geschiedenis was een vak wat Hella erg interesseerde vanwege de mooie gedetailleerde prenten. Graag verplaatste zij zich in die prenten. Het is voor Hella nog steeds een raadsel waarom ze Goed of Zeer Goed op haar rapport kreeg voor gedrag en vlijt, want ze was constant aan het fantaseren en dagdromen. In 1928 herstelde moeder en gingen Hella en haar familie terug naar Indië. Om voor moeder de overgang naar de tropen te vergemakkelijken verbleven ze eerst nog even in Bandoeng. Zij zongen daar veel vaderlandsliederen waarover Hella zich nu verbaast over de pompeuze heldenvereringen. Veel leerde zij niet op school maar uit de vele boeken die zij las in siësta-uren. Na korte tijd in Bandoeng te hebben geleefd verhuisden zij verder naar Buitenzorg. In de zesde klas moest Hella een opstel schrijven, maar zelf een verhaal bedenken was nog moeilijker dan ze had verwacht. Hella woonde in Buitenzorg in een heel groot huis met een grote tuin waar vele vruchtbomen geplant stonden. Ze had het er erg naar d’r zin, maar ’s avonds was ze er toch een beetje eenzaam. Hierna verhuist de familie weer, nu naar Batavia. Hier kan Hella naar het lyceum of de H.B.S. en vader werkte hier al. Zij leert goed Duits en Frans. Ze leert haarzelf zelfs Turks aan! Voorheen werd ze Helly genoemd, maar nu ze naar het lyceum gaat wordt ze Hella genoemd.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden