Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Teksten hoofdstuk 6 t/m 14

Beoordeling 7.2
Foto van een scholier
  • Antwoorden door een scholier
  • Klas onbekend | 2810 woorden
  • 7 november 2001
  • 464 keer beoordeeld
Cijfer 7.2
464 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
6 B Theseus en de jonge kinderen verlaten Athene. Ze hebben een schip en ze varen naar Kreta. Door het grote verdriet heeft het schip zwarte zeilen. Na een lange tijd komen ze in Kreta aan. Minos en zijn echtgenote wonen in een mooi paleis. Daar woont ook hun dochter, de dochter is Ariadne. Theseus is een mooie en sterke jongeman, daarom bewondert Ariadne hem. Eerst ontvangen Minos en de koningin de vreemdelingen. Daarna laten ze de jonge Atheners naar een gevangenis brengen en laten hen bewaken. 's Nachts gaat Ariadne naar de gevangenis en roept stiekem Theseus, want ze houdt van Theseus en verlangt naar zijn redding. Ariadne zegt dan tegen de kinderen en Theseus: "Als Theseus mij naar het mooie Athene brengt en met mij trouwt, ben ik bereid jullie te redden." Theseus gaat akkoord en Ariadne is blij. 7A Zo red Ariadne Theseus en de kinderen: ze geeft een draad en Theseus pakt de draad vast. Daarna brengt Minos de Atheners het labyrint in. Daar woont de Minotauros en hij wacht op voedsel en daar sluit Minos de Atheners op. De Atheense kinderen leveren voedsel op voor veel dagen. Nu worden de jonge kinderen natuurlijk bang. Daarom willen de kinderen niet verdergaan, maar blijven daar. Theseus is erg dapper. Hij spreekt de kinderen moed in en handelt als volgt: hij maakt de draad vast aan de deur en gaat alleen het labyrint in. Tegelijkertijd trekt hij het draad achter zich aan. Zo gaat Theseus dus verder en zoekt de Minotauros.
7B Theseus zoekt de Minotauros, maar vindt hem niet. Plotseling hoor hij en verschrikkelijk geluid. Nu wordt ook Theseus bang. Hij merkt de Minotauros op, maar……… het beest slaapt! Theseus gaat stilletjes naar het dier toe. Plotseling opent het dier zijn angstaanjagende ogen. Hij tilt zijn grote kop op; onmiddellijk pakt Theseus de kop vast en slaat erop met zijn vuisten. En zo doodt hij de Minotauros. Vervolgens pakt hij de draad vast en zo vindt hij de deur. Daar zien de kinderen Theseus en ze zijn erg blij. En ze zeggen: "Theseus is sterk en dapper, want hij redt Athene en de Atheners." Daarna roepen de kinderen Ariadne, want Ariadne wacht buiten. De kinderen zeggen: "Theseus van Athene heeft de Minotauros gedood." Ook Ariadne is blij en doet de deur open. Theseus, Ariadne en de kinderen vluchten naar de zee. Daar gaan ze onmiddellijk aan boord van het schip en varen weg. 8A Zo wordt de mintourus gered door Theseus van de dood. Samen met Ariadne is hij gevlucht uit Kyda. En de kinderen nemen deel aan de vlucht. Daarna varen ze naar Naxos. Naxos is een eiland. 's Nachts gaan ze uit het schip. Ze slapen op het strand van Naxos, want ze zijn zeer moe. Daar merkte Tionurus, de god van de wijn, Ariadne op. Meteen verlangt hij naar het meisje en hij wil haar wegdragen. Want hij vindt haar zeer mooi. Hij pakt haar beet en brengt haar weg uit Naxos. Zo is hij schuldig aan het grote verdriet van haar. 8B 's Morgens vroeg wekt de zon Theseus van zijn slaap. Theseus kijkt om zich heen, maar ziet Ariadne niet. Behalve de kinderen op het strand is er geen man. Nu roept Theseus Ariadne. Hij roept weer. Tenslotte hoort hij een stem. Het is niet de stem van Ariadne, maar van een god, want ??????????????????? praat. Geen mens houdt van Ariadne, maar een god. Van ggen mens is Ariadne echtgenote, maar van een god. Nu is Theseus vol van verdriet, want hij verlangt zeer naar de mooie Ariadne. Tenslotte wekt hij de kids, zonder de geliefde Ariadne vaart hij weg van het eiland naar Athene. 8C Aigeus de heerser van Athene beklimt dagelijks de hoge kust van Attilia??????????????/ en kijkt naar de zee, want hij mist zijn kinderen en zoon erg. Na veel tijd merkt hij een schip op en in plaats van vrede bevangt angst de heerser, want het schip is zonder grote witte zeilen. Maar het heeft zwarte zeilen. Nu is Aigeus erg bedroeft en zegt: Wat vreselijk, de Minotaurus heeft mijn zoon gedood. Nu berooft hij ook mij van het leven. Tegelijk gaat hij zichzelf van de hoge kust. Kij valt in zee en zo sterft hij. 8D Waarom heeft het schip zwarte zeilen? Wat is de oorzaak van het verschrikkelijke ongeluk? De oorzaak is het verdriet om Ariadne, want door het verdriet vergeet Theseus totaal de zeilen. Door het verdriet hijst hij alleen maar de witte zeilen. Zo is hij zonder het te willen schuldig aan de dood van Aigeus. Na dit neemt Theseus de heerschappij van Athene over. De burgers houden zeer van de nieuwe heerser. Toch denken ze aan de vroegere heerser altijd, want de zee is voortaan de naam: Aigeische Zee.
9A Veel schepen liggen voor anker bij Aulis, want veel Grieken komen hun heerser te hulp. Er zijn veel legeraanvoerders aanwezig en ook veel zeemannen en soldaten. Dus voor pa gaan Menelaos en Agamemnon en andere legeraanvoerders aan boord van de schepen. Daarna dragen de soldaten de wapens aan boord. Allen zijn blij met de expeditie met wapens. Tenslotte zijn allen op de schepen en de matrozen hijsen de zeilen. Nu doen de goden plots de wind stoppen. Dit doet de goed. Verhinderen de expeditie omdat Artemis boos is op de legeraanvoerer Agamenmnon. Agamemnon heeft de godin beledigd. De jacht op het hert, gewijd aan de godin heeft gedood met woorden: Zelfs Artemis schiet niet zo goed. 9B Nu vraagt de godin om genoegdoening. Ze vraagt om het slachtoffer Ifigenia. Ifigenia is de dochter van de zeer geliefde Agamemnon en de koningin Lytaimnestra. Agamemnon is andere legeraanvoerders zijn bedroefd over het lot van de bange Ifigenia. Zo stuurt Agamemnon boden naar Mycene. Zij vertellen Nytaimestra niet de waarhied? Want zij zeggen: Ifigenia gaat naar het leger, want Achilles wil trouwen met Ifigenia. Klytaimnesta is blij en vertrouwt de woorden van de bode. Metten stuurt ze haar geliefde dochter naar Aulida. 9C De bodes en Ifigenea rijden met een wagen naar Aulida. Waar leid Agamemnon zijn kind niet naar Achilles maar naar het altaar, want hij biedt zijn meisje aan de geduchte god. De legeraanvoerder en zijn leger zijn aanwezig en hebben medelijden met het meisje. Ifigeneia is een geschenk en door de gebeurtenis huilt ze. Het meisje is op het altaar en Agamemnon houdt het mes al omhoog. Plotseling is het meisje niet meer aanwezig. In plaats van het meisje is er een hert voor het altaar. 10A Achilles doet van woede niet meer mee aan de strijd, maar hij zit werkloos in zijn barak. Daar zingt hij met zijn lia over de doden van de grieken. Dus zo overwinnen de Trojanen de Grieken bij het gevecht en ze doden veel Grieken. Dichtbij ze zijn al het Griekse legerkamp. Dus de legeraanvoerdes van de Grieken zijn het niet meer zitten. Zij vinden Agamemnon verantwoordelijk voor de rampen. Tenslotte zeggen de heersers Agamemnon: Luister heerser, vragen de vrienden en wees niet boos! Vooruit, stuur het meisje Briseis naar Achilles. Bovendien biedt vele cadeaus aan hem! Zo wil Achilles misschien zijn woede stoppen en weer meedoen aan het gevecht. Agamemnon gaat akkoord met de woorden en zegt: Jullie hebben gelijk vrienden. Kies nu de beste bodes en zendt hun samen met de geschenken naar Achilles. 10B Achilles ziet de bodes en is blij. Meteen springt hij op en zegt: Gegroet vrienden: Hier ziet! Daarna kijkt hij naar Patroklos en zegt: Vooruit Patroklos, maak wijn en eten voor hun want er zijn zeer geliefde mannen aanwezig in onze tent. Patroklos draagt nu wijn en voedsel naar hem toe. Odysseus zegt: Jij ook gegroet, Achilles. De maaltijd is mooi! Toch intereseert de maaltijd mij niet, maar de rampen van de grieken, want de Trojanen hebben veel van hen gedood, want er zijn dichtbij al veel legeraanvoerders aanwezig. En ze zullen de schepen in brand steken. Zeer geliefde Achilles, heb medelijden en weest boos op je vrienden. Want Agamemnon wil het meisje Briseis terugsturen en hij wil vele mooie schenken sturen.
10C Achilles luistert naar de woorden en zegt: Zeg niet over geschenken vrienden. Gehate geschenken Agamemnon en de andere Grieken overtuigen me niet. Het gevecht is mij niet meer geliefd, de terugreis naar huis interesseert me, want Tauis, mijn moeder heeft dat zo voorspeld: Achilles is thuis gekomen, voor hem is zijn leven lang. Hij wacht en voert oorlog rondom Troje, jong sterft hij. Nu bevalt de terugkeer naar huis en het lange leven hem. Ga niet weg maar meldt dit aan Achamemnon. Nu zegt de grote Ajax tegen Odysseus: Overtuig Achilles niet meer, Odysseus, want hij is onhandelbaar en hij is niet bezorgd om de slecht Grieken. Het gezantschap is vergeefs. Daarna gaan Ajax en Odysseus weg uit de tent. Maar Fionix wacht op Achilles in zijn tent. Zij si immers de oude opvoerder van Achilles. Hij verlangt ernaar amen met Achilles weg te varen. Gedurende veel tijd hadden de Trojanen macht over de Grieken bij het gevecht en ze staan op het punt de Griekse schepen in brand te steken. Achilles bekommerd zich niet over het lot van de grieken. 11A Gedurende lange tijd hebben de Trojanen de macht over de Grieken bij de strijd en ze zullen de Griekse schepen in brand steken. Achilles bekommert zich niet om het lot van de Griekn. De vriend Achilles, Patroklos, vergiet veel tranen, want hij is zeer bezorgd over de Grieken. Hij neemt niet deel aan de oorlog. Achilles heeft medelijden met Patroklos en zegt: Huil dan niet zo, Patroklos, als een heel klein meisje. Maar zeg: Wat is de oorzaak van de tranen? Patroklos zegt: De oorzaak van de tranen is het verschrikkelijke lot van de Grieken, want er sterven er veel van hen; veel zijn gewond. Voor jou Achilles is Peleus niet de vader en Tetis niet jouw moeder, maar jouw baarden de grijsblauwe zee en de harde rotsen. Maar stuur mij en de legeraanvoerders naar de strijd. Dan zullen ze zich terugtrekken van de Grieken. Biedt mij ook jouw wapen. Er zal rust zijn. Zo zegt Patroklos heel dwaas. Hij vraagt om zijn eigen dood. 11B Achilles zegt tegen Patroklos: Als de Trojanen naar mijn schepen komen, dan zal dat het einde ven mijn woede zijn, maar niet eerder. Maar jij, Patroklos, pak mijn wapens en trek ze aan. Leid jouw soldaten naar de strijd en verdrijf de Trojanen. Luister goed Patroklose en weest niet ongehoorzaam! Als de Trojanen zich terugtrekken van de schepen, keer dan terug naar de barakken. En dus pakt Patroklos de schitterende wapens van Achilles en trekt ze aan. Meteen gaat hij met de soldaten van hem naar de strijd en zoals hij hoopt, biedt hij de Trojanen veel angst. Nu vluchten de Trojanen weg van de schepen naar de stad. Maar Patroklos is ongehoorzaam aan de woorden van Achilles en keert niet terug naar de barakken want onsterfelijk verlangt hij naar onsterfelijke roem 11C Antilochos komt naar Achilles en vergiet warme tranen. Achilles onze geliefde Patroklos is er niet meer. Hektor is schuldig aan izjn dood, en hij heeft jou wapens. Achilles bedekt nnen zwart wolk van tranen. Hij pakt veel as en strooit het vanaf zijn hoofd naar beneden. De slaven van Patroklos gaan weg uit de tent en huisen veel. Thuis horen onmetelijk gejammert van de zee. Niet verlaad ze de zee en ze zegt als volgt tegen haar zoon: Mijn kind, wat is de oorzaak van jouw gejammer? Achilles zegt in zijn tranen tegen de god. Mijn moeder, mijn geliefde vriend Patroklos is er niet meer. Hekta heeft mijn wapens. (Het lot van Patroklos is onrechtvaardig en is wraak waard. Thetis zegt op haar beurt tegen haar zoon: wacht, mijn kind, want de wapens zijn niet meer voor jou. Maar Hefeisos maakt wapens in een dag. Als de wapens klaar zijn dan zoek hij. 13A Na de dood van Achilles verlangen Odysseus en Ajax beiden naar de wapens vna Achilles, want de wapens zijn een eerbewijs aan de beste van de Grieken. Odysseus is slim en handig, Ajax dappen en groot zoals een toren. De legeraanvoerders houden/maken een vergadering over de wapens. Als eerste zegt Ajax al volgt: Waarom verschillen wij? Ik zeg jouw worden. JIj blinkt niet uit de strijd zoals ik uitblink, want de oorlo, vlucht jij altijd van Hektor, Odysseus. Ik weer de vijanden af en zo redt ik de Grieken. Maar de Grieken, waarom zeg ik dit, want jullie kennen de werken van mij. Let niet op de woorden, maar op de daden. Want hoe beslist nu de oorlog, Grieken. Door daden of door woorden?
13B Als 2e in de vergadering zegt Odysseus: Jij spreekt over woorden en daden, Ajax. Je bedoelt denk ik moed en lafheid. Inderdaad is Ajax zo groot en sterk. Ik voer niet als Ajax oorlog als een wild dier. Vinden jullie mij daarom laf, Grieken? Ik verricht immers door mijn wijsheid vele mooie daden, zals Ajax: want ik bespioneer de situatie in Troje, door mijn listen kennen wij de plannen van de Trojanen. Jij helpt de Grieken met je daden en daperheid, Ajax, maar ik door wijsheid en woorden. Oordeel maar, Grieken: brengen wij door dapperheid of door wijsheid meer schade toe aan de Trojanen? De aanvoerders prijzen de woorden van Odysseus; zo dan kennen zij de wapenuitrusting aan hem toe. Ajax springt op en zegt: Jullie handelen onrechtvaardig, Grieken. Nu beschouw ik de Grieken als vijanden en niet meer als vrienden; want jullie behandelen mij onrechtvaardig. Vervolgens verlaat hij de vergadering en gaat alleen naar de zee. 13C De grote Ajax zit in zijn tent en huilt nog, want grote schaamte houdt hem vast. Waarom dood ik de schapen, maar de legeraanvoerders niet? Tetmesse, de lieve slavin van Ajax, komt de tent in en kijkt naar de heerser. De slavin zegt: Ajax, want doe jij? Waarom huil je eigenlik? Doe jezelf niet verdriet op die manier. Nu huilt Ajax maar en zegt niets. Plotseling pakt de man zijn zwaart en steekt hem in de grond en roept Tetmesse uit. Doe geen slecht dingen, Ajax. Doe dit niet, wnat jij bent niet bij je verstand. Want angst bepakt me. De slaving stelt toe, maar ze is al te laat, want Ajax werpt zijn zwaart naar zichzelf. Zo sterft de sterkste held na Achilles 14A Dan rent Laokoan, de priester van de Trojanen uit Troje naar beneden naar zijn twee zonen, want hij is boos op de burgens en zegt tegen hun: Burgers, wat doen jullie? Jullie izjn niet slim! Want de Grieken zijn angstaanjaged en laten een cadeau voor jullie achter! Hoor mij! Sleep alsjeblieft niet het paard naar de stad, want hij brengt jullie grote rampen. Zo waarschuwd Loakoön de burgers, bovendien gooit hij een lans naar het paard. Dan glijden twee grote slangen op de zee. Ze zijnnog eng en glijden naar Laokoön. Meteen wurgen ze zelf Laokoön en twee zonen. Veel angst beneemt de Trojanen. Ze zeggen tegen elkaar: De dood van Laokoön is een teken voor ons. Sleep het heilige paard naar de stad. Daarna slepen de Trojanen het paard naar Troje. 14B Zelfs Menelaos neemt deel aan de verwoesting van Troje. Hij doodt veel Trojanen, daarna zoekt hij vooral naar Helena, zijn echtgenote, want hij is boos op haar en verlangt naar haar dood. Helena ziet Menelaos in de verte. Angstig vlucht ze van hem, Menelaos ziet haar. Hij achtervolgt haar en tilt zijn zwaard op. Helena valt voor de knieen van hem en zegt tegen hem: Geliefde, dood mij niet, maar heb medelijden want Aphrodite is de oorzaak van mijn rampen. Want door hem woon ik nu in het huis van Priamos. Vergeef mij dus, want ik zal je enige geliefde en beste echtgenote van jouw zijn. Menelaos denkt zelf: Dood ik haar of niet? Hoe slecht en gelijk aan een godin schijnt de echtgenote mij toe? Het zwaard van hem valt op de grond, Menelaos vergeeft haar, want hij houdt dus nog van zijn echtgenote. 14C Het is nacht bij Troje en iedereen slaapt, behalve een. Want Helena slaapt niet. De goed hoort haar en zegt: Helena, ga naar het grote paard. Want dit paard is van de Grieken. Verberg de beste legeraanvoerders. Jij helpt hen en open het paard. Daarna gaat Helena alleen door de stad. Snel ontdekt ze het grote paard. Met dapperheid en de vuisten slaat ze op het paard. De legeraanvoerders binnen hebben angst en ze zeggen niets. Helena zegt: Heb geen angst. Ik Helena bied jullie en ik open het paard. Dan opent ze de buik van het paard. Zes Grieken klimmen zelf uit het paard en openen meteen de poorten van Troje. Alle Grieken wachten al voor de poorten en gaan Troje binnen. Ze steken de schepen in brand en doden en nemen mensen in gevangen. Zo vernietigen de Grieken de Trojanen.

REACTIES

F.

F.

Er staan in dit werkstuk een heleboel fouten, er worden fouten met naamvallen gemaakt en soms (bijvoorbeeld 11A) word er in de praesens vertaald in plaats van in de imperfectum. Deze vertaling kan net zo goed verwijderd worden want niemand heeft er zo iets aan.

14 jaar geleden

A.

A.

Dit is niet goed vertaald de werkwoorden staan in de verkeerde tijd enzo.

17 jaar geleden

D.

D.

Sorry hoor, maar hier klopt helemaal niks van!!

13 jaar geleden

P.

P.

Staan veel fouten in, woorden in de kantlijn worden soms niet gebruikt in plaats daarvan worden die vertaald met woorden die er op lijken. Bijvoorbeeld tekst 7a zin 1. Auto moet worden vertaald met (aan) hem niet met zo of op die manier. Stond in de kantlijn.

13 jaar geleden

A.

A.

Als jullie het allemaal niet goed vinden, maak er dan zelf een. Oké, er staan wat fouten in, maar dit scheelt ons tonnen aan huiswerk. :)

12 jaar geleden

J.

J.

redelijk veel fouten, op latijnengrieks.nl staat een betere vertaling

12 jaar geleden

A.

A.

Er staan misschien veel fouten in.. maar dat maakt mij niet uitt.. tis toch niet voor een punt ofzoo. (: Degene die dit op internet heeft gezet,, Bedankt ! xx

12 jaar geleden

Hajar

Hajar

Vraag me af wat hier wel aan klopt...?

6 maanden geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.