Opdracht 1
B
1 Als je ergens hard voor knokt, dan zal dat beloond worden
2 Als de videoclip spectaculair is, dan zal dat de cd tot een succes maken. 3 Als je uit Den Haag komt, dan ben je fan van Fe Den Haag. 4 Als meester Kees het zegt, dan klopt het (dan zal Tim zijn diploma zeker halen). 5 Als kinderen hun huiswerk toch niet maken, dan kun je het beter afschaffen. 6 Als een trainer ervoor zorgt dat er voldoende spelers zijn, dan is het een goede trainer. 7 Als je zus iets niet doet, dan doe jij het ook niet. 8 Als mijn vrienden iets mogen, dan mag ik het ook. 9 Als een voorziening een basisvoorziening is, dan moet de regering er geld voor vrijmaken. 10 Als ik ergens niet van houd, dan eet ik het niet. C
Je maakt een als dan.redenering: Als (argument), dan (standpunt). D
De als dan redenering legt de mogelijke zwakte in de redenering bloot: inzet
wordt niet altijd beloond, denk maar aan dat proefwerk waar je hard voor geleerd hebt en waar je toch geen voldoende voor haalt. Opdracht 2 A
1 Een voorbeeld als argument
Heel veel Nederlanders zijn te dik. 2 Een vergelijking als argument
In veel andere landen, bv België zijn veel minder mensen te dik. 3 Oorzaakgevolg als argument
Als we niks doen aan het dikker worden van de Nederlander is straks iedereen te dik. 4 Het gezag van een ander als argument
Er moet meer gelet worden op het dikker worden van mensen, dat heeft de minister van voedsel zelf gezegd. 5 Algemeen geldende waarheden als argument
Dik zijn is ongezond. 6 Het bestrijden van een tegenargument als argument
Je kunt wel zeggen dat mensen dan naar de sportschool moeten en daarvoor moeten betalen, maar als ze dat niet doen liggen ze over tien jaar in het ziekenhuis omdat ze te dik zijn. 7 Emotie als argument
Als ik denk aan die vele mensen die daar hart en vaatziekten die het gevolg zijn van overgewicht per jaar om het leven komen, vind ik dat we er wat aan moeten doen. 8 Een spreekwoord als argument
De appel valt niet ver van de boom.
9 Een dilemma als argument
Er gaan al zoveel mensen dood door overgewicht. 10 Een feit als argument
Er gaan al zoveel mensen dood door overgewicht. B
Reflectie op het schrijfproduct
Opdracht: 2Naam schrijver: Roel RoymansNaam recensent: Bartjan Risseeuw
Doelgerichtheid: · Is gekozen voor de juiste tekstsoort?· Is gekozen voor het juiste tekstdoel?· Is de tekst voldoende gedocumenteerd?· (Indien van toepassing) Zijn er voldoende argumenten gebruikt? ja/neeja/neeja/neeja/nee
Publiekgerichtheid: · Is de inleiding pakkend?· Bevat het slot een publiekgerichte afsluiting?· Blijkt uit de tekst dat de schrijver rekening heeft gehouden met zijn publiek? ja/neeja/neeja/nee
Structuur: · Is de opbouw in grote lijn in orde?· Is gekozen voor het juiste tekstpatroon / de juiste tekstpatronen?· Is het tekstpatroon / zijn de tekstpatronen goed toegepast en uitgewerkt?· Is de verdeling in alinea's logisch?· Zijn de alinea's goed met elkaar verbonden?· Zijn de alinea's goed opgebouwd? ja/neeja/neeja/neeja/neeja/neeja/nee
Betrouwbaarheid: · Blijkt dat er voldoende over het onderwerp is nagedacht?· Is de schrijver wel goed op de hoogte? ja/neeja/nee
Nieuwswaarde: · Bevat de tekst onverwachte informatie?· Wordt door de gegeven informatie nieuw licht op het onderwerp geworpen? ja/neeja/nee
Taalgebruik:
· Is de zinsbouw correct?· Is de spelling correct?· Is de interpunctie correct?· Past de taalgebruik bij het niveau van het beoogde publiek?· Is er voldoende variatie in taalgebruik? ja/neeja/neeja/neeja/neeja/nee
Goed aan deze tekst vind ik:De argumenten
Niet zo goed aan deze tekst vind ik: - Ik raad je aan de tekst op de volgende punten te verbeteren:1 -2 -3 - Opdracht 3 Cris, medewerker van een coffeeshop in Hengelo
A
Is tegenstander van het plan van minister Donner. Dit blijkt uit de eerste zin, het cursieve gedeelte. Ik kan er wel om lachen. B+C
Hij voert drie argumenten aan: 1 Je kunt Duitsers toch ook niet vertellen dat ze niet meer naar de markt mogen of in Nederland niet meer in een restaurant mogen eten. 2 Wiet zou het eerste en enige product zijn dat alJeen voor Nederlanders toegankelijk is. Oat kun je toch niet maken? vergelijking als argument
3 De Duitsers snijden zich met deze maatregel zelf in de Yinger. De problemen zullen daar alleen maar groter worden als mensen hun spul niet meer in Nederland kunnen halen
D
Met name de vergelijkingen maken duidelijk dat het plan van minister Donner niet erg realistisch is. Deze argumentatiesoort is goed gekozen. De gevolgen die eventueel op kunnen treden, daarover valt met zekerheid niets te zeggen.
Medewerker van een coffeeshop in de Warmoesstraat in Amsterdam
A
De medewerker van een coffeeshop in de Warmoesstraat in Amsterdam verwoordt zijn mening over dit plan niet expliciet. Uit de tekst blijkt wel dat hij tegenstander is van dit nieuwe beleid. Zijn belangrijkste argument is: Dan kunnen wij dicht.' Het standpunt blijft hier verzwegen. Dicht wil hij niet, dus hij is tegen het voorstel van minister Donner. Dit blijft impliciet. B+C
Hij voert vier argumenten aan: 1 Dan kunnen wij dicht, net als alle shops, hotels en cafés hier in de buurt. Want wij zijn allemaal volledig afhankelijk van toeristen. 2 Coffeeshop pesten is al een paar jaar beleid en Donner geeft ons nu de nekslag. 3 Ik vind het belachelijk dat een Duitse minister kan bepalen hoe ons drugsbeleid wordt voortgezet. 4 Het zal dramatisch zijn voor Amsterdam, en de hele Nederlandse economie
D
oorzaak gevolgargumentatie
Julien uit Parijs, stoned op het Leidseplein in Amsterdam
A 'Gaan ze dat echt doen? Nee toch?' Uit deze zinnen blijkt dat Julien het geen goed idee vindt. B+C
De spreker voert een aantal argumenten aan: 1 Nou, dan kom ik niet meer naar Nederland, want wij zijn hier echt niet voor de musea. 2 Als er niet meer aan buitenlanders verkocht mag worden in coffeeshops, gebeurt het net als in Frankrijk op straat. D
oorzaak gevolgredeneringen. Burgemeester Henk van Beers van Roermond
A
Ook deze burgemeester is tegen het plan van Donner. Hij toont begrip voor de lastige situatie waarin de minister zich internationaal bivindt: ‘Ik heb begrip voor de minister. Hij zit internationaal gezien in een moeilijk parket en het is duidelijk dat er iets moet gebeuren.
B+C
Hij voert verschillende argumenten aan: 1 Toch denk ik dat hij met deze methode het paard achter de wagen spant. 2 De illegaliteit zal welig gaan tieren. D
Dit plan zal veel problemen opleveren, betoogt ook deze spreker. Hij wijst op de onuitvoerbaarheid van het plan en mogelijke negatieve gevolgen. Willem Panders, woordvoerder Plat arm Cannabisondernemingen Nederland
A
Deze spreker is geen voorstander van het plan van minister Donner. Dit kun je concluderen uit de argumenten die hij aanvoert. Hij formuleert zijn standpunt niet expliciet. B+C
Hij gebruikt drie argumenten van verschillende soort: 1 Wij vinden het een merkwaardig idee om mensen verplicht te gaan discrimineren. 2 Het werkt criminalisering in de hand. De politie kan het niet meer controleren. Er komt meer overlast in de straat en er komen slechtere drugs op de markt. oorzaak gevolgargument met subargumentatie
3 In België en in de Duitse deelstaten zie je juist liberalisering met het Nederlandse model als voorbeeld. vergelijking als argument
D
De keuze voor verschillende soorten argumenten maakt het betoog sterk. Burgemeester Lutvink van Heerlen
A
Ook deze burgemeester start met de inzet van de minister te erkennen. Ook hij verwoordt zijn standpunt niet expliciet. B+C
Deze burgemeester voert slechts een argument aan: 1 De kans is echter groot dat het leidt tot verhandelen op andere plekken, die minder goed te controleren zijn. oorzaak gevolg als argument. D
Het argument is een voorspelling. Het is niet zeker dat dit gevolg optreedt, wel waarschijnlijk.
Opdracht 4
B
1 Meer enkelvoudige argumenten. 2 Enkelvoudige argumenten die even belangrijk zijn. 3 Enkelvoudige argumenten die minder/meer belangrijk zijn. C
Enkelvoudige argumentatie
Meervoudige argumentatie
Nevenschikkende argumentatie
Onderschikkende argumentatie Opdracht 5 A
1 Cris, medewerker van een coffeeshop in Hengelo. Nevenschikkende argumentatie. 2 Medewerker van een coffeeshop in de Warmoesstraat in Amsterdam. Nevenschikkende argumentatie. 3 Julien uit Parijs, stoned op het Leidseplein in Amsterdam. Nevenschikkende argumentatie. 4 Burgemeester Henk van Beers van Roermond. Nevenschikkende argumentatie ook onderschikking. 5 Willem Panders, woordvoerder Plat arm Cannabisondernemingen Nederland. Nevenschikkende argumentatie en subargumentatie die nevenschikkend zijn. 6 Burgemeester Lutvink van Heelen. Enkelvoudige argumentatie. B
Het maakt zeker uit. Enkelvoudige argumentatie is kwetsbaar. Als het enige argument dat is aangevoerd overtuigend weerlegd wordt is de spreker uitgepraat. Nevenschikkende argumentatie is minder kwetsbaar dan enkelvoudige argumentatie, maar kan ook ernstig geschaad worden als een of meerdere argumenten weerlegd worden. Meervoudige argumentatie maakt een sterke positie. De subargumentatie die bij onderschikking wordt toegevoegd, versterkt de argumenten.
Opdracht 6
1 Het kennisniveau van dertienjarige is erg laag.
1.1 Medelezers uit mijn omgeving vinden dit ook.
1.2 De getoetste kennis is voor jongeren gemakkelijk te verkrijgen ..
1.2.1. Het jeugdjournaal is speciaal gericht op de bovenbouw van het basisonderwijs. Ook de gedrukte pers zorgt voor speciale jeugdedities.
1.3 Jongeren moeten thuis meer gestimuleerd worden om kennis op te doen.
1 Als je ergens hard voor knokt, dan zal dat beloond worden
2 Als de videoclip spectaculair is, dan zal dat de cd tot een succes maken. 3 Als je uit Den Haag komt, dan ben je fan van Fe Den Haag. 4 Als meester Kees het zegt, dan klopt het (dan zal Tim zijn diploma zeker halen). 5 Als kinderen hun huiswerk toch niet maken, dan kun je het beter afschaffen. 6 Als een trainer ervoor zorgt dat er voldoende spelers zijn, dan is het een goede trainer. 7 Als je zus iets niet doet, dan doe jij het ook niet. 8 Als mijn vrienden iets mogen, dan mag ik het ook. 9 Als een voorziening een basisvoorziening is, dan moet de regering er geld voor vrijmaken. 10 Als ik ergens niet van houd, dan eet ik het niet. C
Je maakt een als dan.redenering: Als (argument), dan (standpunt). D
wordt niet altijd beloond, denk maar aan dat proefwerk waar je hard voor geleerd hebt en waar je toch geen voldoende voor haalt. Opdracht 2 A
1 Een voorbeeld als argument
Heel veel Nederlanders zijn te dik. 2 Een vergelijking als argument
In veel andere landen, bv België zijn veel minder mensen te dik. 3 Oorzaakgevolg als argument
Als we niks doen aan het dikker worden van de Nederlander is straks iedereen te dik. 4 Het gezag van een ander als argument
Er moet meer gelet worden op het dikker worden van mensen, dat heeft de minister van voedsel zelf gezegd. 5 Algemeen geldende waarheden als argument
Dik zijn is ongezond. 6 Het bestrijden van een tegenargument als argument
Je kunt wel zeggen dat mensen dan naar de sportschool moeten en daarvoor moeten betalen, maar als ze dat niet doen liggen ze over tien jaar in het ziekenhuis omdat ze te dik zijn. 7 Emotie als argument
Als ik denk aan die vele mensen die daar hart en vaatziekten die het gevolg zijn van overgewicht per jaar om het leven komen, vind ik dat we er wat aan moeten doen. 8 Een spreekwoord als argument
Er gaan al zoveel mensen dood door overgewicht. 10 Een feit als argument
Er gaan al zoveel mensen dood door overgewicht. B
Reflectie op het schrijfproduct
Opdracht: 2Naam schrijver: Roel RoymansNaam recensent: Bartjan Risseeuw
Doelgerichtheid: · Is gekozen voor de juiste tekstsoort?· Is gekozen voor het juiste tekstdoel?· Is de tekst voldoende gedocumenteerd?· (Indien van toepassing) Zijn er voldoende argumenten gebruikt? ja/neeja/neeja/neeja/nee
Publiekgerichtheid: · Is de inleiding pakkend?· Bevat het slot een publiekgerichte afsluiting?· Blijkt uit de tekst dat de schrijver rekening heeft gehouden met zijn publiek? ja/neeja/neeja/nee
Structuur: · Is de opbouw in grote lijn in orde?· Is gekozen voor het juiste tekstpatroon / de juiste tekstpatronen?· Is het tekstpatroon / zijn de tekstpatronen goed toegepast en uitgewerkt?· Is de verdeling in alinea's logisch?· Zijn de alinea's goed met elkaar verbonden?· Zijn de alinea's goed opgebouwd? ja/neeja/neeja/neeja/neeja/neeja/nee
Betrouwbaarheid: · Blijkt dat er voldoende over het onderwerp is nagedacht?· Is de schrijver wel goed op de hoogte? ja/neeja/nee
Nieuwswaarde: · Bevat de tekst onverwachte informatie?· Wordt door de gegeven informatie nieuw licht op het onderwerp geworpen? ja/neeja/nee
Goed aan deze tekst vind ik:De argumenten
Niet zo goed aan deze tekst vind ik: - Ik raad je aan de tekst op de volgende punten te verbeteren:1 -2 -3 - Opdracht 3 Cris, medewerker van een coffeeshop in Hengelo
A
Is tegenstander van het plan van minister Donner. Dit blijkt uit de eerste zin, het cursieve gedeelte. Ik kan er wel om lachen. B+C
Hij voert drie argumenten aan: 1 Je kunt Duitsers toch ook niet vertellen dat ze niet meer naar de markt mogen of in Nederland niet meer in een restaurant mogen eten. 2 Wiet zou het eerste en enige product zijn dat alJeen voor Nederlanders toegankelijk is. Oat kun je toch niet maken? vergelijking als argument
3 De Duitsers snijden zich met deze maatregel zelf in de Yinger. De problemen zullen daar alleen maar groter worden als mensen hun spul niet meer in Nederland kunnen halen
D
A
De medewerker van een coffeeshop in de Warmoesstraat in Amsterdam verwoordt zijn mening over dit plan niet expliciet. Uit de tekst blijkt wel dat hij tegenstander is van dit nieuwe beleid. Zijn belangrijkste argument is: Dan kunnen wij dicht.' Het standpunt blijft hier verzwegen. Dicht wil hij niet, dus hij is tegen het voorstel van minister Donner. Dit blijft impliciet. B+C
Hij voert vier argumenten aan: 1 Dan kunnen wij dicht, net als alle shops, hotels en cafés hier in de buurt. Want wij zijn allemaal volledig afhankelijk van toeristen. 2 Coffeeshop pesten is al een paar jaar beleid en Donner geeft ons nu de nekslag. 3 Ik vind het belachelijk dat een Duitse minister kan bepalen hoe ons drugsbeleid wordt voortgezet. 4 Het zal dramatisch zijn voor Amsterdam, en de hele Nederlandse economie
D
oorzaak gevolgargumentatie
Julien uit Parijs, stoned op het Leidseplein in Amsterdam
A 'Gaan ze dat echt doen? Nee toch?' Uit deze zinnen blijkt dat Julien het geen goed idee vindt. B+C
De spreker voert een aantal argumenten aan: 1 Nou, dan kom ik niet meer naar Nederland, want wij zijn hier echt niet voor de musea. 2 Als er niet meer aan buitenlanders verkocht mag worden in coffeeshops, gebeurt het net als in Frankrijk op straat. D
oorzaak gevolgredeneringen. Burgemeester Henk van Beers van Roermond
A
Hij voert verschillende argumenten aan: 1 Toch denk ik dat hij met deze methode het paard achter de wagen spant. 2 De illegaliteit zal welig gaan tieren. D
Dit plan zal veel problemen opleveren, betoogt ook deze spreker. Hij wijst op de onuitvoerbaarheid van het plan en mogelijke negatieve gevolgen. Willem Panders, woordvoerder Plat arm Cannabisondernemingen Nederland
A
Deze spreker is geen voorstander van het plan van minister Donner. Dit kun je concluderen uit de argumenten die hij aanvoert. Hij formuleert zijn standpunt niet expliciet. B+C
Hij gebruikt drie argumenten van verschillende soort: 1 Wij vinden het een merkwaardig idee om mensen verplicht te gaan discrimineren. 2 Het werkt criminalisering in de hand. De politie kan het niet meer controleren. Er komt meer overlast in de straat en er komen slechtere drugs op de markt. oorzaak gevolgargument met subargumentatie
3 In België en in de Duitse deelstaten zie je juist liberalisering met het Nederlandse model als voorbeeld. vergelijking als argument
D
De keuze voor verschillende soorten argumenten maakt het betoog sterk. Burgemeester Lutvink van Heerlen
A
Ook deze burgemeester start met de inzet van de minister te erkennen. Ook hij verwoordt zijn standpunt niet expliciet. B+C
Deze burgemeester voert slechts een argument aan: 1 De kans is echter groot dat het leidt tot verhandelen op andere plekken, die minder goed te controleren zijn. oorzaak gevolg als argument. D
Het argument is een voorspelling. Het is niet zeker dat dit gevolg optreedt, wel waarschijnlijk.
1 Meer enkelvoudige argumenten. 2 Enkelvoudige argumenten die even belangrijk zijn. 3 Enkelvoudige argumenten die minder/meer belangrijk zijn. C
Enkelvoudige argumentatie
Meervoudige argumentatie
Nevenschikkende argumentatie
Onderschikkende argumentatie Opdracht 5 A
1 Cris, medewerker van een coffeeshop in Hengelo. Nevenschikkende argumentatie. 2 Medewerker van een coffeeshop in de Warmoesstraat in Amsterdam. Nevenschikkende argumentatie. 3 Julien uit Parijs, stoned op het Leidseplein in Amsterdam. Nevenschikkende argumentatie. 4 Burgemeester Henk van Beers van Roermond. Nevenschikkende argumentatie ook onderschikking. 5 Willem Panders, woordvoerder Plat arm Cannabisondernemingen Nederland. Nevenschikkende argumentatie en subargumentatie die nevenschikkend zijn. 6 Burgemeester Lutvink van Heelen. Enkelvoudige argumentatie. B
Het maakt zeker uit. Enkelvoudige argumentatie is kwetsbaar. Als het enige argument dat is aangevoerd overtuigend weerlegd wordt is de spreker uitgepraat. Nevenschikkende argumentatie is minder kwetsbaar dan enkelvoudige argumentatie, maar kan ook ernstig geschaad worden als een of meerdere argumenten weerlegd worden. Meervoudige argumentatie maakt een sterke positie. De subargumentatie die bij onderschikking wordt toegevoegd, versterkt de argumenten.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden