De binocle door Louis Couperus

Beoordeling 4.8
Foto van een scholier
Boekcover De binocle
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • Klas onbekend | 868 woorden
  • 25 april 1999
  • 30 keer beoordeeld
Cijfer 4.8
30 keer beoordeeld

Boekcover De binocle
Shadow
De binocle door Louis Couperus
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Titel De Binocle Over de schrijver Er lagen op mijn schrijftafel verschillende pennen: er lag een lyrische, een epische, en een historische pen: er lag een allegorische, een symbolische, een idealistische en een naturalistische pen, een realistische en een
impressionistische: ik geloof dat er nog vier, vijf ander pennen lagen. Ik heb tussen die pennen opgenomen de dartele, wufte, luchtige pen, de pen die vluchtig maar ràak schrijft, maar toch, naar zij hoopt, telkens als je een impressie, een anekdote, een beeld, een figuurtje, een grapje, een historietje
en een avontuurtje mededeelt en voorstelt, zonder dat het haar vermoeit en...  jou vermoeit, vooral omdat je geen tijd hebt om moe te worden. Want mij, herhaal ik je, vermoeit het schrijven nooit: mij is het schrijven natuur, als een vogel vliegen en een vis zwemmen. In de middeneeuwen had ik niet geschreven, maar was ik trouvère geweest, had ik gedwaald van kasteel

naar kasteel, met een mantel om en een luit in de hand, en, ik hoop, een paar tonen in mijn keel, en veel liefde en gevoel in mijn middeneeuws hart. Interview met "Vriend Jan" in Het Vaderland van 18 juni 1910. Gedurende zijn leven schreef Louis Couperus met al deze pennen, psycholo- gische romans, zoals Eline Vere en de boeken der kleine zielen, historische romans zoals de komedianten en antiek toerisme, sprookjes zoals Psyche en journalistieke stukjes. En altijd schreef hij met uiterste nauwkeurigheid. Alles beschrijvend en geen detail achterwegen latend, wat typisch is voor De Jugendstil. Soms vraag ik mijzelf af wie de gebruiks- rechten over de komma heeft? Deze persoon moet schatrijk geworden zijn van de teksten van Couperus. Slechts een enkele zin kent zijn komma niet. Vond Couperus punten dan niet mooi en probeerde hij ze te ontwijken met deze extreem lange zinnen of deed hij het om mensen langer aan het lezen te
houden? Ik ben in ieder geval wél langer aan het lezen. Mijn geheugen is namelijk niet meer de beste en iedere keer als ik bijna aan het einde van een zin ben, vergeet ik waar het begin over ging. Tussen al die komma's is vaak ook nog een interessant verhaal te vinden. De binocle is zo'n verhaal. Samenvatting Het gaat over een jonge toerist, een Indo-Nederlander, journalist, een fijne jongen, enigszins nerveus aangelegd, zeer zachtzinnig trots op zijn tropisch bloed, die zich in Dresden bevindt om een opera van Wagner te aanschouwen en geteisterd wordt door het noodlot -zoals Couperus het zou zeggen. Voordat deze man naar de voorstelling gaat, koopt hij een toneelkijker, "de binocle", bij een opticien. Al bij deze koop is een voorgevoel van het noodlot te ontdekken. Het speelt als een voorbedachte rade door het hele verhaal. Als dan een perfect moment nadert voor de uitvoering ervan, een opvallend glimmend kaal hoofd van een meneer beneden in de zaal, als doelwit voor een vallende toneelkijker van het bovenbalkon, wordt de jonge man zich bewust van het gevaar. Het opvallende of vreemde is dat hij steeds nieuwsgierig is naar het noodlot. Hij zoekt het als het ware steeds op om het te kunnen zien. Je kunt dus zeggen dat de man een noodlot creëert. En niet alleen de man in het verhaal doet dat, Louis Couperus doet dat ook door het schrijven ervan. Een gemaakt noodlot dat niet ontweken kan worden. Dit blijkt uit het vervolg. Door de angst voor het gevaar wordt de man onwel en verlaat de Opera. De binocle laat hij daar achter. Na vijf jaar komt hij terug in Dresden. Het voorval is al lang vergeten. Die avond wordt de Opera van Wagner opnieuw uitgevoerd. Toeval? Nee. Ook was de Opera in eerste instantie uitverkocht maar door een plaatsafzegging kon de jonge man, die nu vijf jaar ouder is maar Couperus noemt hem nog steeds de jonge man, nog aan een kaartje komen. Deze keer heeft hij geen toneelkijker bij zich. Hij komt, ook per toeval, op dezelfde plaats terecht, op het bovenbalkon van de Opera, waar hij door de ouvreuse aangesproken wordt. Er wordt hem gevraagd of hij een binocle wil huren. Het is tot zijn verbazing dezelfde als hij vijf jaar daarvoor had laten liggen. Als hij er opnieuw door naar de voorstelling kijkt gebeurd het. Het noodlot kan niet ontweken worden. De man met het kale hoofd, die er al die tijd gezeten lijkt te hebben, is opnieuw het doelwit voor de toneelkijker die van het balkon af was gevlogen, gegooid door de psychotische jonge man. Maar er wordt gemist. Een onbekende man die naast het opvallende gabberkapsel zit, krijgt de binocle op zijn hoofd. Met een uit elkaar spattend brein bevestigd hij zo het noodlot. Recensie Louis Couperus die zijn carrière begon als journalist bij Het Vaderland en de
Haagsche Post, laat zien hoe bitter de samenleving uit zijn tijd was. Een luguber verhaal dat zijn doel geen moment verliest. Met de natuurgetrouwheid en uitgelijnde emotie kun je niet afwijken van de boodschap. Aan een lot valt niet te ontkomen. Ookal lijkt het lot soms iemand anders te (be)treffen dan eerst gedacht wordt. Een kwestie waar nooit te veel verhalen over geschreven kunnen worden omdat ieder lot anders is en elk lot te bedenken is.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "De binocle door Louis Couperus"