Raymond Pettibon

Beoordeling 3.6
Foto van een scholier
  • Keuzeopdracht door een scholier
  • Klas onbekend | 1287 woorden
  • 17 augustus 2007
  • 5 keer beoordeeld
Cijfer 3.6
5 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Inleiding Tijdens de lessen van "de tekening" werd er kort verwezen naar de werken van de Amerikaanse kunstenaar Raymond Pettibon. Gezien mijn interesse in strips en omwille van het feit dat ik een manier zoek om mijn grafische stijl te vertalen naar de schilderkunst leek deze kunstenaar mij een boeiend onderwerp voor mijn paper. Vorig jaar maakte ik een praktisch werk dat sterk aansluit bij de stijl van Pettibon waarvan u in de bijlage het resultaat kan vinden. 1. Wie is Raymond Pettibon? Raymond Pettibon werd als Raymond Ginn geboren in Tucson, Arizona in 1957. Hij was de vierde van vijf kinderen. Toen hij in ‘69 aan de wieg stond van zijn puberteit maakte hij grote maatschappelijke evoluties van dichtbij mee. Weed en LSD werd vervangen door amfetaminen en heroïne. Lederen halsbanden deden hun intrede. Hippies en krakers gaven het op ‘vrede een kans te geven’ omdat ze inzagen dat de tijden - weer - aan het veranderen waren. Ze voelden zich verraden door de zogenoemde revolutionairen en goeroes. Aan de oorlog in Vietnam kwam geen einde en de kloof tussen blank en zwart was in lange tijd niet meer zo groot geweest. Ronald Reagan wierp zijn schaduw over de presidentszetel. Andere personen die in die tijd het nieuws haalden waren Charles Manson en Patty Hearst (‘74). Later, in 1977 stierf Elvis Presley. De Hillside Stranglers, een bende koelbloedige moordenaars maakten Amerika onveilig, het liberalisme ging er door zijn knieën en de VS werd rechts getinte staat. Al deze gebeurtenissen hebben het werk van Pettibon tot op vandaag beïnvloed. Hij begon zijn tekencarriere als politiek tekenaar van de Universiteitskrant van UCLA in 1975. Er volgde snel een doe-het-zelf uitgave van Captive Chains in 1978, de eerste in een reeks van meer dan honderd ruig en woest getekende stripbladen, met als onderwerpen; sex, geweld, drugs en hippies. Hij was een cult figuur binnen de wereld van de alternatieve muziek, met werken die geassociëerd werden met de Los Angeles’ punkrock scène. Zo maakte hij in de jaren zeventig album-covers en flyers voor groepen als Black Flag, Sonic Youth en Minutemen. In 1983 begon hij verschillende grafische technieken te combineren met als resultaat verschillende tentoonstellingen in Amerikaanse en Europese galerieën waardoor zijn bekendheid steeg. Begin jaren negentig verandert zijn stijl van woest naar meer bespiegelend. Zijn schare bewonderaars veranderde langzaam van underground naar kunstkopers.
2. Analyse van zijn werken 2.1. Beschrijving van de werken Pettibon wordt gezien als de ultieme verpersoonlijking van het zogenaamde ‘Bad Drawing’. Zijn energieke en grafische zwart-wit tekeningen hebben een agressieve en atonale aanblik. Ze roepen een soort grimlach op: wrang, licht absurd, treurig, maar ook heel nuchter. Zijn grootste prestatie is de allesomvattende manier waarop hij woord en beeld laat versmelten op het papier. Al doende brengt hij iets totaal nieuws tot stand ; het zijn geen prenten, geen tekeningen, geen literatuur maar een amorfe kunst die geboren is uit de vluchtige geest van poëzie, filosofie en opstandigheid. Woord en beeld zijn niet van elkaar te scheiden, een combinatie van figuratieve tekeningen en enigmatische teksten. Zijn werken worden tentoongesteld als een uit elkaar gerafeld nota-boek. Alles naast of onder elkaar, ingekaderd of rechtstreeks op de muur vastgepind. 2.2. Analyse van de beeldelementen De tekeningen zijn vooral zwart-wit, met soms een grote vorm of lijn in een kleur. Door het feit dat Pettibon zijn tekeningen vaak baseert op stilstaande video-beelden en gebruikt maakt van een projector om tekeningen op een muur over te zetten krijgen zijn werken een licht vervormd karakter. Zijn lijnvoering lijkt broos en aarzelend, maar zijn vormen en figuren hebben steeds het nodige gewicht en de gewenste vastheid. Deze kwaliteit verleent de tekeningen een soort van esthetische zwaartekracht die in tegenspraak is met de, op het eerste zicht, onstabiele indruk. Wat initieel, qua onderwerp, triviaal lijkt, krijgt opeens een mysterieus karakter. Vaak plaats hij zijn tekeningen in een zwarte kader, alsof ze uit een beeldverhaal zijn geplukt waardoor hij het gewenste effect van de momentopname creëert. 2.3. Onderzoek naar een dieperliggende betekenis In een wereld waar er een overvloed is aan grote literaire en beeldende kunst is Pettibon in staat zijn eigen persoonlijke weg te volgen. Het is niet zijn bedoeling een coherent wereldbeeld uit te dragen of een boodschap over te brengen. De betekenis van zijn tekeningen en teksten is niet altijd duidelijk of eenduidig. Zijn obsessieve werk, “fictions” in zijn woorden, worden opgebouwd uit talloze grafische technieken. Voor de onderwerpen put hij uit allerhande bronnen: sociale satire, massacultuur, televisie, film noir, tijdschriften, cartoons, van Goya’s gravures tot Honoré Daumiers boekverluchtingen. Pettibons obsessies omvatten het sexleven van John F. Kennedy, surfers, baseball, de Bijbel, J.Edgar Hoover, Joan Crawford, Elvis, Charles Manson, Patty Hearst, de letter A, treinen, fallussen, subculturen en de Amerikaanse samenleving in het algemeen. Het zou verkeerd zijn de werken van Pettibon te interpreteren als de stem van de kunstenaar. Hijzelf vindt dat kortzichtig en als hij de nood zou hebben om zijn opinie met de maatschappij te delen zou hij een andere uitdrukkingsvorm hebben gekozen als de kunst. Voor hem is het niet zozeer te doen om de echte maatschappelijke problemen aan te kaarten, maar eerder de onderliggende problemen of onderwerpen. Wanneer hij bijvoorbeeld figuren als Ronald Reagan of J. Edgar Hoover in z’n werken naar voor laat treden zal hij het pretentieuze, machtige, decadente en corrupte van de figuur belichten eerder dan wat die figuur verkeerd heeft gedaan ten overstaan van de maatschappij. Als het bij Pettibon over helden gaat is die held meestal het tegenovergestelde van wat de meeste mensen hieronder verstaan. Hij vindt het verkeerd een mens te respecteren of te aanbidden door een gevoel van angst of jaloezie. Voor hem zijn figuren als Gumby, een animatiefiguur uit de jaren zestig, echte helden. Men zou deze figuren moeten vergelijken met bijvoorbeeld de president van Amerika en inzien dat eigenlijk deze laatste de echte cartoon-figuur is. Hij wil werken maken waarin figuren als Vavoom, een figuur uit de strip "Felix the Cat", de rol van de held vervullen en worden gerespecteerd voor wie ze zijn. 3. Opvallende invloeden 3.1. Francisco Goya Eén van de belangrijkste invloeden voor de werken van Pettibon zijn de etsers uit de 18e en 19e eeuw waaronder Francisco Goya. Er bestaat een frappante gelijkenis tussen de tekenstijl van de twee kunstenaars die duidelijk wordt wanneer we hun schetsboeken naast elkaar leggen. Beiden zijn ze in staat met een minimum aan lijnen een geloofwaardige figuur of wereld op te bouwen. Tevens bestaan er etsen van Goya die worden begeleid van ironische onderschriften net zoals we die terugvinden bij de tekeningen van Pettibon. 3.2. De stripwereld Pettibons werk doet onwillekeurig denken aan de Pop Art van Roy Lichtenstein, wiens schilderijen gebaseerd waren op strips. Nochtans zijn er maar oppervlakkige overeenkomsten. Lichtenstein gebruikte strips met een ironische afstand die bij Pettibon niet aanwezig is. In zijn werken is de stripstijl een gegeven. De meest bekende invloed uit de alternatieve stripwereld is Robert Crumb die wordt gezien als de grootvader van dit genre. Figuren als Mr. Natural, Angelfood McSpade, Flakey Foont en Fritz the Cat zijn voorlopers van de figuren uit het werk van Pettibon. Het grootste verschil met Crumb is dat Pettibon zijn onderwerpen vlijmscherp aansnijdt, terwijl Crumb, vanwege het genre waarin hij werkt, zijn onderwerpen benaderd op een humoristische wijze.
4. Bibliografie Geschreven bronnen • Juliet Wilson-Bareau - Manuela B. Mena Marqués, Goya - Truth and Fantasy, Yale University Press, 1e uitgave, London 1994, 384 blz. • Robert Storr - Dennis Cooper - Ulrich Loock, Raymond Pettibon, Paidon Press Limited, 2e uitgave, New York 2003, 160 blz. • Roberto Ohrt, Pettibon Raymond: Aus dem Archiv der Hefte, Druckerei Uhl, 1e uitgave, Radolfzell 2000, 898 blz. Internetbronnenhttp://rcrumb.nethttp://www.gumbyworld.comhttp://www.kunstbus.nl/verklaringen/raymond+pettibon.htmlhttp://www.pbs.org/art21/artists/pettibon

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.