Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Reptielen

Beoordeling 6.9
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • Klas onbekend | 1133 woorden
  • 11 februari 2007
  • 56 keer beoordeeld
Cijfer 6.9
56 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
1. Waarom heb ik dit onderwerp gekozen? Ik heb dit onderwerp gekozen omdat ik het interessant vind en er meer over wil weten. 2. Wat is een reptiel? Als je je afvraagt hoe ze aan het woord reptiel zijn gekomen is het antwoord: het komt van het Latijnse woord kruipen (repere). Veel mensen vinden reptielen vieze en enge dieren. De meeste mensen vinden slangen eng omdat die wel eens giftig zijn. Veel reptielen zijn roofdieren waar door ze een lichaam hebben om te jagen. Reptielen kunnen goed zien, behalve slangen, die hebben andere ogen. Reptielen die 's nachts jagen zien vaak zwart-wit, maar de meeste kunnen goed kleuren uit elkaar houden. Reptielen horen niet zo goed omdat ze vaak geen uitstekende oren hebben. Slangen kunnen alleen geluidstrillingen voelen via de grond. Een reptiel is koudbloedig, dat betekent, dat het dier in verschillende temperaturen kan leven. Hun lichaamstemperatuur wordt bepaald door hum omgeving. Als een reptiel te warm wordt gaat hij in de schaduw liggen en als ze het te koud krijgen gaan ze in de zon liggen. Grote reptielen kunnen de warmte beter vasthouden omdat ze een dikkere vetlaag hebben. Een reptiel hoeft niet veel te eten omdat ze hun lichaam niet hoeven op te warmen. 3. Slangen Slangen zijn al ongeveer 130 miljoen jaar op de aarde. Zij zijn ontstaan uit hagedissen. Slangen zijn eigenlijk hagedissen die hun poten zijn verloren. Er zijn ongeveer 2600 soorten slangen. Slangen kunnen goed zwemmen en sommige kunnen zelfs in bomen klimmen. Ze kunnen snelle dieren pakken en helemaal opeten. Bijna alle slangen zijn vleeseters. Slangen bewegen zich voort door te kronkelen over de grond. De meeste slangen jagen alleen met hun bek. Ze kunnen op verschillende manieren aanvallen. Soms wacht een slang tot er een dier aankomt en schiet dan ineens naar het dier toe. Sommige kunnen een kikker of een vis levend doorslikken. Daarna trekt de slang zich terug om het dier op te eten. Slangen die op grote dieren jagen doden hun prooi eerst voor ze het opeten. Dit doen ze door om de nek van het dier te gaan zitten. Dan wachten ze tot het dier uitademt en gaan dan strakker zitten. Sommige slangen doden hun prooi met vergif. Sommige hebben speeksel waarmee ze de prooi verlammen. Sommige hebben dodelijk gif dat in de prooi wordt gespoten door twee tanden.
4. Hagedissen Er zijn ongeveer 3000 soorten hagedissen. Hagedissen kunnen en paar centimeter tot 3 meter lang worden. De meeste hagedissen eten insecten. Een bijzondere hagedis is de Komodovaraan. Hij kan 3 meter lang worden en 140 kilo wegen. Hij komt van het Indonesische eiland Komodo. Jonge Komodovaranen eten vogels en insecten. Maar grote eten herten varkens en andere kleine dieren. Ook heb je gekko’s. Gekko’s hebben goede poten voor gladde oppervlakken zoals stenen en ramen. Gekko’s eten insecten. Overdag verstoppen ze zich en ’s nachts gaan ze jagen. Als een gekko een insect ziet kruipt hij dichter bij en schiet dan ineens naar de prooi. Je hebt ook kameleons. Kameleons hebben een lange tong en kunnen van kleur veranderen. Ze leven in het Middenlandse zeegebied, Afrika en Madagaskar. Een kameleon is veel trager dan andere hagedissen. Hij leeft in bomen en valt niet op door zijn kleur. Als hij dicht bij een insect is schiet ineens zijn tong uit zijn bek. 5. Dinosaurussen Een dinosaurus leefde 248 tot 65 miljoen jaar geleden. Vogels zijn ontstaan uit dinosaurussen. Er zijn ook soorten van maar 15 cm lang. Een dinosaurus leefde op het land, niet in het water. Dinosaurussen aten planten en sommige andere dieren. De grote dinosaurussen waren hoger dan een huis van 2 verdiepingen. Voor de dinosaurus waren er ook al andere dieren. Vissen waren er ook al en sommige reptielen zoals krokodillen. Niemand weet hoe dinosaurussen zijn uitgestorven. De mensen denken dat een natuurramp er voor heeft gezorgd dat dinosaurussen uitgestorven zijn. Misschien door een meteoriet op Amerika die ongeveer 65 miljoen jaar oud is. Een dinosaurus kan ook uitgestorven zijn door een ziekte. Men is er achter gekomen hoe een dinosaurus er uit ziet door fossielen. Dinosaurussen leefden op alle werelddelen. Toen dinosaurussen ontstonden zaten alle werelddelen nog aan elkaar en was het één werelddeel. De menden weten niet alles precies omdat er toen nog geen mensen waren. Er zijn ongeveer 1000 soorten dinosaurussen. 6. Krokodillen Er zijn ongeveer 25 soorten krokodillen van 1 tot 7 meter lang. Ze leven op warme plekken, dus niet in Nederland. Volwassen krokodillen liggen vaak in de zon. Krokodillen kunnen goed ruiken en daardoor goed een prooi opsporen. Als een beest makkelijk te vangen is probeert hij dat te vangen. Sommige krokodillen gaan in een ondiep meertje liggen wachten. Als er een dier bij dat meer komt gaat hij er stil op af en schiet dan ineens uit het water. Hun tanden zijn gemaakt om stukken vlees van de prooi te scheuren. Als er te veel vlees is verstopt een krokodil het. Sommige krokodillen vinden het niet erg om oud en vergaan vlees te eten. Heel soms worden mensen opgegeten door een krokodil. Sommige krokodillen eten wel eens een steen op om niet te blijven drijven en om de gevangen prooi onder water te houden. Als er jongen zijn wordt daar goed voor gezorgd door de moeder, in plaats van dat ze door de ouders worden opgegeten. 7. Schildpadden Schildpadden kun je bijna overal vinden: op droog terrein, in bossen, in een meer, de zee en sommige moerassen. Een schild bestaat uit 20 tot 30 losse platen. Die platen kunnen los groeien. Sommige schildpadden eten vlees en sommige planten. Schildpadden die in het water of in het moeras leven hebben speciale poten om te peddelen. Landschildpadden hebben juist sterke poten om te lopen en te klimmen. De poten en de kop van een schildpad kunnen terug in het schild. Sommige schildpadden kunnen 3 meter lang worden. Schildpadden leggen hun eieren in een nest in zachte aarde. Zeeschildpadden moeten soms wel eens een paar honderd kilometer zwemmen voor een goed stukje strand. Daar graven ze een kuil voor wel honderd eieren. Het vrouwtje legt daar de eieren en gaat daarna ergens anders heen. De schildpadjes komen vaak tegelijk uit het ei. Dan moeten ze door een laag zand van 30 centimeter graven om op het strand te komen. 8. Nawoord Veel reptielen zijn bedreigd omdat er veel op ze gejaagd wordt. Ze komen soms nog maar op één plek op de wereld voor. Ook kunnen er van sommige dieren ineens steeds meer komen omdat er niet meer op ze gejaagd kan worden. Ook is de soepschildpad bijna uitgestorven. Veel mensen willen van sommige reptielen de huid hebben waar veel schoenen en tasjes van gemaakt worden. Op schildpadden wordt gejaagd voor hun mooie schild. In Australië is de Zeeschildpad bijna uitgestorven tot de jacht verboden werd in 1970. Ik hoop dat dit snel verandert en dat Reptielen nog lang blijven bestaan!!!
9. Bronvermelding Andrew Cleave Slangen & Reptielen
Internet Allerlei sites Plaatjes

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.