Automatische donorregistratie

Beoordeling 6.1
Foto van een scholier
  • Betoog door een scholier
  • 4e klas vwo | 925 woorden
  • 11 november 2006
  • 36 keer beoordeeld
Cijfer 6.1
36 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Mijn betoog gaat over het donorschap. Ik zal eerst even uitleggen wat dat precies inhoudt. Donor zijn gaat over het afstaan van organen en weefsels na de dood. Daarbij gaat het om de vitale organen: hart, nieren, lever, longen en alvleesklier. Zonder deze organen kan een mens niet leven. Onder weefsels die bruikbaar zijn na de dood vallen: huid, botweefsel, hoornvliezen, hartkleppen en bloedvaten. Organen en weefsels zijn niet zomaar in de fabriek te maken, zelfs niet met de wetenschap en technologie van tegenwoordig. De enige optie voor veel zieken is dus bestaande organen te transplanteren naar de zieke patiënt. Sommige mensen vragen zich af waarom we niet gewoon organen van dieren gebruiken om te transplanteren, maar dat is onmogelijk. Want die organen worden dan vrijwel meteen afgestoten door het afweersysteem van de patiënt. Er zijn maar twee mogelijkheden om van dier naar mens te transplanteren, namelijk de hartkleppen van een varken en een hartzakje van een koe. Voor de patiënten die andere organen nodig hebben, bijv. een nier of een long, kunnen dus alleen mensenorganen gebruikt worden. Aangezien er een groot tekort aan donoren is zou ik het een goede zaak vinden als er meer donoren zouden komen. Een oplossing om dit te bereiken is werken met het bezwaarsysteem. Mijn stelling is daarom ook: In Nederland moet ook worden gewerkt met het bezwaarsysteem
In Nederland vinden in vergelijking met andere Europese landen veel minder transplantaties per jaar plaats. Zo waren er in Duitsland in 1999, 2500 meer transplantaties mogelijk dan in Nederland. De grote verschillen tussen Nederland en andere Europese landen komen door de verschillende systemen waarmee de landen werken. Duistland werkt bijvoorbeeld met een bezwaarsysteem. Dat houdt in dat iedereen automatisch donor is, je moet bezwaar aantekenen als je geen donor wilt zijn. Nederland werkt volgens een toestemmingsysteem, hier moet je dus eerst toestemming geven om donor te worden. Je kunt dan een codicil invullen en daarop aangeven dat je donor wilt zijn. Het blijkt dat dit systeem veel minder donors oplevert dan het bezwaarsysteem. Dat is dan ook mijn eerste reden voor invoering van het bezwaarsysteem. Een van de grootste redenen om donor te worden is dat je er levens mee kunt redden. Je kunt mensen er een beter leven mee geven. Zelf heb je, als je overleden bent, toch niets meer aan je organen en weefsel, want die verteren toch. Door donor te zijn kun je zelfs nog mensen helpen na je dood. Er zijn mensen die geen donor willen zijn omdat ze denken dat als je een donor bent, de stekkers er eerder uit worden getrokken. Bijv. Als je in coma ligt. Dat ze dan de stekkers er eerder uittrekken omdat ze organen nodig hebben en de kans groot is dat je sterft. Maar dat mag echt niet zomaar. Je dood moet namelijk medisch worden vastgesteld. Je moet eerst hersendood zijn voor ze je organen mogen gebruiken. Hersendood betekent dat er in je hersenen geen activiteit meer gemeten wordt. Je hersenen zijn dan zo ernstig beschadigt dat ze het nooit meer zullen doen. Ook zijn er mensen die denken geen donor te kunnen zijn, omdat ze zo vaak ziek zijn of een ziekte hebben. Maar hoeft helemaal niet zo te zijn. Als jij last van je nieren hebt kunnen ze je andere organen vaak nog wel gebruiken, zelfs als je medicijnen gebruikt. Sommige mensen willen geen donor zijn omdat ze het een eng idee vinden dat er dan in hun lichaam wordt gesneden en dat hun organen in een ander lichaam worden gestopt. Maar dat vind ik onzin, want als je gestorven bent voel je daar helemaal niks meer van en kun je er al helemaal niet over nadenken dat jouw organen in andermans lichaam zitten. Als laatste zijn er natuurlijk ook mensen die het formulier vergeten op te sturen of er te lui voor zijn en denken: ‘een donor meer of minder maakt toch niet uit...’ Maar het maakt wel uit, want één donor minder betekent ook één patiënt minder die geholpen kan worden en de kans weer krijgt om te leven. Van alle mensen die niet de moeite nemen om het formulier op te sturen, gaat 80% van de nabestaanden er vanuit dat zij ook geen donor willen zijn. Maar die redenering is helemaal niet zo vanzelfsprekend. Misschien had de overledene wel helemaal geen problemen met donatie gehad, maar is hij er op de een of andere manier niet aan toegekomen het donorformulier op te sturen. Vaak nemen nabestaanden ook te snel een beslissing door emotionele redenen. Het is natuurlijk een hele schok als iemand overlijdt en dan is het geen prettig idee als er gelijk in het lichaam gesneden wordt. Doordat je dus iemands mening niet weet over het donorschap loop je ontzettend veel donoren mis. Als met het bezwarensysteem gewerkt zou worden zou je iemand mening wel weten. Als hij niets van zich laat horen heeft hij er blijkbaar geen moeite mee.
Conclusie Het donorschap is een zaak van leven of dood. Voor mij wegen de voordelen van het donorschap dan ook zwaarder mee dan de nadelen. En dat is ook het mooie van het bezwarensysteem: Dat gaat uit van de voordelen en als men dan toch bezwaar heeft kan men dat gewoon aangeven. En er is een groot tekort aan donoren en het bezwarensysteem levert meer donoren dan het toestemmingsysteem. Door meer donoren kunnen meer levens gered worden. En wat is er nu mooier dan met, de voor de overledene toch overbodige, organen een ander beter te maken en een beter leven te geven?

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.